5-25
Rijden met uw auto
5
Het storingscontrolelampje EPB kan
gaan branden als het controlelampje
voor de ESC (elektronische
stabiliteitsregeling) gaat branden om
aan te geven dat de ESC niet goed
werkt, maar dat duidt niet op een
probleem met de EPB. Als het waarschuwingslampje
van de EPB nog steeds brandt,raden we u aan het systeem te
laten controleren door een
officiële HYUNDAI-dealer.
Als het waarschuwingslampje voor de parkeerrem niet brandt
of knippert als de EPB-
schakelaar omhoog getrokken
is, is de EPB mogelijk niet
geactiveerd.
Druk de schakelaar in en trek hem daarna omhoog als het
waarschuwingslampje voor de
parkeerrem knippert terwijl het
waarschuwingslampje voor de
EPB brandt. Druk hem nogmaalsin de normale positie en trek
hem weer omhoog. Als het
waarschuwingslampje voor de
EPB niet uitgaat, raden we u aanhet systeem door een officiële
HYUNDAI-dealer na te latenkijken.Remmen in noodsituaties
Als er een probleem is met het
rempedaal tijdens het rijden, kan er
in een noodgeval afgeremd worden
door de EPB-schakelaar omhoog
getrokken te houden. Er wordt alleen
geremd zolang de EPB-schakelaar
omhoog getrokken gehouden wordt.
Informatie
Tijdens het remmen in noodsituaties
met de EPB gaat het
waarschuwingslampje voor het
parkeerremsysteem branden om aan
te geven dat het systeem in werking is.
i
AANWIJZING
Gebruik de parkeerrem niet
tijdens het rijden, behalve in
een noodsituatie.
WAARSCHUWING
5-28
Rijden met uw auto
Informatie
De Auto Hold-functie werkt niet als: - De veiligheidsgordel van debestuurder niet is omgedaan en het
bestuurdersportier is geopend
- De motorkap is geopend
- De transmissie in stand P (parkeren) of stand R (achteruit)
staat
- De EPB geactiveerd is
Uit veiligheidsoverwegingen schakelt de Auto Hold-functie
automatisch over naar de EPB in
onderstaande gevallen:
- De veiligheidsgordel van debestuurder is niet omgedaan en het
bestuurdersportier is geopend
- De motorkap wordt geopend terwijl de transmissie in stand D
(rijden) staat
- De auto staat langer dan 10 minuten stil
- De auto staat stil op een steile helling
- De auto is meerdere keren in beweging gekomen
(Vervolg)(Vervolg)
In deze gevallen gaat het
waarschuwingslampje voor de
parkeerrem branden, verandert de
kleur van de AUTO HOLD-
indicator van groen naar wit en
klinkt er een waarschuwingssignaal
en wordt er een melding
weergegeven om u te informeren dat
de EPB automatisch geactiveerd is.
Trap voor het weer wegrijden het
rempedaal in, controleer de
omgeving rond uw auto en
deactiveer de parkeerrem
handmatig met de EPB-schakelaar.
Als de AUTO HOLD-indicator geel brandt, werkt de Auto Hold-functie
niet goed. Neem contact op met een
officiële HYUNDAI-dealer.
Als de Auto Hold-functie in werking is, kunt u mechanische geluiden
horen. Dat zijn normale
bedieningsgeluiden. In het geval van een storing in het
detectiesysteem voor een
geopend bestuurdersportier of
een geopende motorkap werkt de
Auto Hold-functie mogelijk nietgoed. Neem contact op met een officiële
HYUNDAI-dealer.
AANWIJZING
i
Trap het gaspedaal langzaam in als u wilt wegrijden.
Schakel uit
veiligheidsoverwegingen de
Auto Hold-functie uit als u
heuvelaf rijdt, achteruit rijdt of
de auto parkeert.
WAARSCHUWING
5-31
Rijden met uw auto
5
Gebruik van ABS
Om in een noodsituatie het maximale rendement uit het ABS te
halen, moet u niet proberen zelf de
remdruk te regelen en moet u niet
"pompend" gaan remmen. Trap het
rempedaal zo hard mogelijk in.
Als u het rempedaal intrapt onder
omstandigheden waarbij de wielen
kunnen blokkeren, kunt u geluiden
horen van het remsysteem en kan
het rempedaal gaan trillen. Dit is
normaal. Het betekent dat het ABS in
werking is getreden.
Het ABS beperkt niet de tijd of de afstand die nodig is om de auto totstilstand te brengen.
Bewaar altijd een veilige afstand tot
de auto voor u.
Het ABS kan geen slip voorkomen
die het gevolg is van plotselinge
koerswijzigingen, bijvoorbeeld een tehoge bochtensnelheid of plotselinge
verandering van rijstrook. Rijd altijd
met een bij de weg- en
weersomstandigheden passende
veilige snelheid.Het ABS kan een verlies aan
stabiliteit niet voorkomen. Stuur altijd
beheerst tijdens hard remmen. Door
een krachtige of scherpe
stuurbeweging kan uw auto nog
steeds terechtkomen op de rijbaan
voor tegemoetkomend verkeer of
naast de weg.
Op wegen met los grind of wegen die niet vlak zijn kan het
antiblokkeersysteem voor een
langere remweg zorgen dan bij
auto's zonder antiblokkeersysteem.
Het waarschuwingslampje ABS ( )
blijft nog enkele seconden branden
nadat de startknop in stand ON is
gezet. Het ABS voert dan een
zelfdiagnose uit en het lampje zal
doven wanneer alles in orde is.
Wanneer het lampje blijft branden, is
er mogelijk een probleem aanwezig
in het ABS. We adviseren u zo snelmogelijk contact op te nemen met
een officiële HYUNDAI-dealer.
Wanneer het
waarschuwingslampje ABS
( ) brandt en blijft branden, is
er mogelijk een probleem
aanwezig in het ABS. De
rembekrachtiging werkt
normaal. Om de kans op ernstig
letsel te beperken adviseren we
u zo snel mogelijk contact op tenemen met een officiële
HYUNDAI-dealer.
WAARSCHUWING
5-32
Rijden met uw auto
Als u op een weg rijdt waar erg
weinig grip is, bijvoorbeeld op een
bevroren wegdek, en voortdurend
de remmen bedient, is het ABS
voortdurend in werking en kan het
waarschuwingslampje ABS ( )
gaan branden. Zet de auto op een
veilige plaats stil en zet de auto uit.
Start de auto opnieuw. Als het
waarschuwingslampje ABS dooft,
is het antiblokkeersysteem in orde.
Anders is er mogelijk een
probleem aanwezig in het
antiblokkeersysteem. We
adviseren u zo snel mogelijkcontact op te nemen met een
officiële HYUNDAI-dealer.Informatie
Als u de auto met een hulpaccu moet
starten doordat de accu is
leeggeraakt, kan het
waarschuwingslampje ABS ( )
gaan branden. Dit komt door de lage
accuspanning. Het betekent niet dat
er een storing in het ABS is. Laat de
accu bijladen voordat u wegrijdt.
Elektronische
stabiliteitsregeling (ESC)
De elektronische stabiliteitsregeling
(ESC) helpt om de stabiliteit van de
auto in bochten te verbeteren. De ESC controleert in welke richting
u stuurt en in welke richting de auto
daadwerkelijk beweegt. De ESC
remt de wielen gericht af en grijpt in
in het hybrideregelsysteem om debestuurder te helpen de auto op de
gewenste koers te houden. Het
systeem is geen vervanging voor
een veilig rijgedrag. Pas uw snelheid
en rijgedrag altijd aan aan de
wegomstandigheden.
i
AANWIJZING
OAEE056016
OAEE056025
■
Type A
■Type B
Rijd niet harder dan de wegomstandigheden toelaten
en neem bochten niet met een
te hoge snelheid. Het ESC-
systeem voorkomt geen
ongevallen.
Te hoge bochtsnelheden,
plotselinge manoeuvres enaquaplaning op een nat wegdekkunnen nog steeds leiden tot
ernstige ongevallen.
WAARSCHUWING
5-34
Rijden met uw auto
Houd de toets ESC OFF langer dan
3 s ingedrukt. Het controlelampje
ESC OFF gaat branden, de melding
"Tractie- & Stabiliteitscontrole
uitgeschak." wordt weergegeven en
er klinkt een waarschuwingszoemer.
In deze status wordt zowel de
antidoorslipregelingsfunctie van de
ESC als de remregelfunctie van de
ESC uitgeschakeld.Als u de startknop in stand OFF zet
terwijl de ESC is uitgeschakeld, blijft
de ESC uitgeschakeld. Wanneer de
auto opnieuw wordt gestart, zal de
ESC automatisch weer worden
ingeschakeld.Controlelampjes
Als de startknop in stand ON wordt
gezet, gaat het controlelampje ESC
branden. Als het ESC-systeem
normaal werkt, gaat het
controlelampje vervolgens uit.
Het controlelampje ESC knippert
zodra de ESC in werking is.
Als het controlelampje ESC blijft
branden, is er mogelijk een storing
aanwezig in het ESC-systeem. Als
dit waarschuwingslampje brandt
adviseren we u de auto zo spoedigmogelijk te laten controleren door
een officiële HYUNDAI-dealer. Het controlelampje ESC OFF gaat
branden als de ESC wordt
uitgeschakeld met de toets.OAE056020L
■
Controlelampje ESC (knippert)
■ Controlelampje ESC OFF (gaat branden)
5-35
Rijden met uw auto
5
Als er banden en/of velgen met
een verschillende maat onder de
auto gemonteerd zijn, kan dat eenstoring in het ESC-systeem
veroorzaken. Controleer voor het
vervangen van banden of alle vier
de banden en velgen dezelfde
maat hebben. Rijd nooit met de
auto wanneer er banden en velgen
met een verschillende maat zijn
gemonteerd.
ESC uitschakelen
Tijdens het rijden
De ESC OFF-modus mag alleen kort
worden gebruikt om weg te rijden als
u vastzit in sneeuw of modder. Door
de ESC tijdelijk uit te schakelen, kan
het niet-doorslippende wiel koppel
overbrengen.
Schakel de ESC tijdens het rijden
alleen uit als u op een vlakke weg
rijdt. Doe dit door de toets ESC OFF
in te drukken. Laat het wiel/de wielen voor of
achter niet overmatig
doorslippen als de
waarschuwingslampjes van de
ESC, het ABS en hetparkeerremsysteem branden.
Eventuele schade aan
onderdelen die hierdoor kan
ontstaan valt niet onder de
fabrieksgarantie. Verlaag het
vermogen en laat het wiel/de
wielen niet overmatig
doorslippen als deze
waarschuwingslampjesbranden.
Schakel de ESC uit (controlelampje ESC OFFbrandt) als de auto op een
rollenbank getest wordt.
Informatie
Het uitschakelen van de ESC heeft
geen gevolgen voor een correcte
werking van het ABS en het
remsysteem.
i
AANWIJZING
AANWIJZING
Als het controlelampje ESC
knippert, geeft dit aan dat de
ESC geactiveerd is:
Rijd langzaam en probeer
NOOIT te accelereren. Schakelde ESC NOOIT uit als het
controlelampje ESC knippert,
omdat u dan de controle over
de auto kunt verliezen, wat kan
resulteren in een ongeval.
WAARSCHUWING
5-36
Rijden met uw auto
Vehicle Stability Management (VSM)
Het Vehicle Stability Management
(VSM) is een functie van het ESC-systeem (elektronische
stabiliteitsregeling). Het helpt de autostabiel te houden bij het plotselingaccelereren of remmen op een nat,
glad of slecht wegdek waarbij de
tractie van de vier banden plotseling
sterk kan verschillen.
Werking VSM
VSM ingeschakeld
Het VSM werkt als:
De elektronische stabiliteitsregeling(ESC) geactiveerd is.
De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 15 km/h op bochtige
wegen.
De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 20 km/h bij het remmen
op een slecht wegdek.
In werking
Als u het rempedaal intrapt onder
omstandigheden waarbij de ESC
geactiveerd kan worden, kunt u
geluiden horen van het remsysteem
en kan het rempedaal gaan trillen.
Dit is normaal. Het betekent dat het
VSM in werking is getreden.
Informatie
Het VSM werkt niet wanneer:
Op een weg met een dwarshelling wordt gereden.
Achteruit wordt gereden.
Het controlelampje ESC OFF brandt.
Het waarschuwingslampje EPS (elektrische stuurbekrachtiging)
( ) brandt of knippert.
i
(Vervolg)
Rijd niet harder dan de wegomstandigheden toelaten.
Het VSM-systeem voorkomt
geen ongevallen. Een te hoge
snelheid bij slechte
weersomstandigheden, een
glad of slecht wegdek kunnennog steeds leiden tot een
ernstig ongeval.
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen bij het
gebruik van het VSM (Vehicle
Stability Management):
Houd ALTIJD de snelheid en
de afstand tot de voorligger in
de gaten. Het VSM is geen
vervanging voor een veilig
rijgedrag.
(Vervolg)
WAARSCHUWING
5-37
Rijden met uw auto
5
VSM uitgeschakeld
Druk op de toets ESC OFF om het
VSM uit te schakelen. Het
controlelampje ESC OFF ( ) gaat
branden.
Druk nogmaals op de toets ESC
OFF om het VSM in te schakelen.Het controlelampje ESC OFF gaatuit.Als er banden en/of velgen met
een verschillende maat onder de
auto gemonteerd zijn, kan het
ESC-systeem defect raken.
Controleer voor het vervangen
van banden of alle vier de banden
en velgen dezelfde maat hebben.Rijd nooit met de auto wanneer er
banden en velgen met een
verschillende maat zijn
gemonteerd.
Hill-Start Assist Control (HAC)
(indien van toepassing)
Een auto heeft de neiging achteruit te
rollen op een steile helling als er wordt
weggereden vanuit stilstand zolang
het gaspedaal nog niet ingetrapt is. De
HAC voorkomt dat de auto achteruitrolt door automatisch gedurende
ongeveer 2 seconden het remsysteem
te activeren. Het remsysteem wordt
automatisch gedeactiveerd zodra het
gaspedaal wordt ingetrapt.
AANWIJZING
Als het controlelampje ESC ( )
of het waarschuwingslampje
EPS ( ) blijft branden of
knippert, is er mogelijk een
storing aanwezig in het VSM-
systeem. Als het
waarschuwingslampje brandt,
adviseren we u de auto zo
spoedig mogelijk te laten
controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
WAARSCHUWING
De HAC wordt slechts gedurende
ongeveer 2 seconden
geactiveerd, trap daarom altijd
het gaspedaal in om vanuitstilstand helling op weg te rijden.
WAARSCHUWING