28)Wees voorzichtig in het geval van
reparaties en nieuwe verf in de zone rond de
sensor (paneel dat de sensor bedekt op de
linkerkant van de bumper). In het geval van
een frontale botsing kan de sensor
automatisch buiten werking worden gesteld
en kan er op het display een bericht worden
weergegeven dat de sensor gerepareerd
moet worden. Ook als er geen
storingsmeldingen worden gegeven, moet
het systeem uitgeschakeld worden als u
denkt dat de plaats van de radarsensor is
gewijzigd (bijv. wegens een frontale
aanrijding op lage snelheid zoals tijdens
parkeermanoeuvres). Ga in deze gevallen
naar een Alfa Romeo Servicenetwerk om de
radarsensor te laten uitlijnen of vervangen.
29)Bij het slepen van een trailer, een
voertuig of tijdens laadmanoeuvres op een
voertuigtransport (of in het voertuig voor
transport), moet het systeem worden
uitgeschakeld via het Connect system.
30)De Bandenreparatiekit, voorzien bij het
voertuig, is compatibel met de TPMS
sensoren. Het gebruik van andere
afdichtmiddelen dan die in de
oorspronkelijke kit kunnen van negatieve
invloed zijn op de werking. Als andere dan de
originele afdichtmiddelen worden gebruikt,
wordt geadviseerd de TPMS-sensoren te
laten controleren door een gekwalificeerd
reparatiecentrum.BESCHERMINGSSYSTEMEN
INZITTENDEN
Tot de belangrijkste
veiligheidsvoorzieningen van de auto
behoren de volgende
beschermingssystemen:
veiligheidsgordels;
SBA (Gordelwaarschuwing) Systeem;
hoofdsteunen;
kinderzitjes;
frontairbags en zijairbags.
Lees de informatie vermeld op de
volgende pagina's uiterst aandachtig
door. Het is van fundamenteel belang dat
de beschermingssystemen op de juiste
manier gebruikt worden om het maximaal
mogelijke veiligheidsniveau voor de
bestuurder en de passagiers te
garanderen.
Zie voor de verstelling van de
hoofdsteunen paragraaf "Hoofdsteunen"
in het hoofdstuk "Kennismaking met het
voertuig".
VEILIGHEIDSGORDELS
Alle veiligheidsgordels hebben drie
verankeringspunten, elk met hun eigen
oprolmechanisme.
Het mechanisme van de oprolautomaat
werkt door vergrendeling van de gordel
wanneer er heftig geremd wordt of door
een sterke deceleratie wegens een
botsing. Zo kan de gordel vrij schuiven en
kan hij zich aanpassen aan het lichaam
van de inzittende. In het geval van een
ongeval, zal de gordel geblokkeerd
worden waardoor het risico van impact
binnenin het interieur en het naar buiten
geslingerd worden van een persoon
beperkt worden.
De bestuurder moet zich aan alle
plaatselijke wettelijke voorschriften met
betrekking tot de verplichting en de
manier waarop de gordel wordt gebruikt
houden en moet er ook voor zorgen dat
andere inzittenden van het voertuig deze
voorschriften naleven.
Leg de veiligheidsgordel altijd om
alvorens weg te rijden.
86
VEILIGHEID
BELANGRIJK
62)Gebruik nooit een accusnellader om de
motor te starten, aangezien deze de
elektronische systemen kan beschadigen,
met name de regeleenheden van de
ontsteking en de brandstoftoevoer.
63)Verbind de startkabel niet met de
minpool (–) van de lege accu. De afgegeven
vonk kan explosie van de accu tot gevolg
hebben en ernstige schade veroorzaken.
Gebruik alleen het specifieke massapunt;
gebruik geen andere blootgestelde metalen
onderdelen.
AFSLUITER VAN DE
BRANDSTOFTOEVOER
BESCHRIJVING
Afhankelijk van het type en het geweld
van de botsing, bepaalt de regeleenheid
van de ORC-beschermingssystemen voor
inzittenden of de air bags en de voorste
veiligheidsgordelaanspanners moeten
worden geactiveerd en of de stroom
onmiddellijk moet worden gestopt in de
batterijen om pompen te voeden en naar
apparatuur dat de motor bedient. De
kracht van de accu wordt onderbroken
door de pyrotechnische zekering
geplaatst op de zekeringenkast naast de
positieve pool van de accu “te laten
exploderen”.
Wanneer de zekering “geëxplodeerd” is,
blijven alleen sommige diensten,
noodzakelijk voor de veiligheid van het
voertuig (bijv. portiervergrendeling,
antidiefstalapparaat, etc.), gevoed.
BELANGRIJK Controleer na de aanrijding
het voertuig zorgvuldig op
brandstoflekkage, bijvoorbeeld in de
motorruimte, onder het voertuig of in de
buurt van de tank.
BELANGRIJK Laat de correcte werking
van het systeem herstellen door het Alfa
Romeo Servicenetwerk.
SLEPEN VAN VOERTUIG MET
PECH
VERSIES MET
ACHTERWIELAANDRIJVING (RWD)
Het wordt aanbevolen het voertuig te
slepen met alle vier de wielen van de
grond getild op het platform van een
takelwagen.
Als er geen voertuig voor pech onderweg
met platform beschikbaar is, moet het
voertuig gesleept worden met de
achterwielen OPGEHEVEN van de grond
(met behulp van een aanhanger of
speciale inrichtingen die het opheffen
van de achterwielen mogelijk maken).
BELANGRIJK Het slepten van voertuigen
zonder te voldoen aan bovenstaande
voorschriften kan ernstige schade aan
het voertuig toebrengen.
VERSIES MET VIERWIELAANDRIJVING
(AWD)
Het wordt aanbevolen het voertuig te
slepen met alle vier de wielen van de
grond getild op het platform van een
takelwagen.
BELANGRIJK Vermijd het optillen van de
voor- of de achterwielen alleen, met
gebruik van een trailer of voertuig
waarmee de wielen van een as alleen
kunnen worden opgetild. Als alleen de
158
NOODGEVALLEN