
MODIFICATIES / WIJZIGINGEN AAN HET VOERTUIG
WAARSCHUWING Elke modificatie of wijziging aan het voertuig kan de veiligheid en de wegligging ernstig in gevaar in brengen en
ongevallen met mogelijk dodelijk gevolg voor de inzittenden veroorzaken.
WAARSCHUWING Het gebruik van dergelijke systemen in het interieur (zonder uitwendige antenne) kan mogelijke schade aan de
gezondheid van de passagiers en storingen in de elektronische systemen van het voertuig veroorzaken waardoor de veiligheid van
het voertuig in gevaar wordt gebracht.
WAARSCHUWING De prestaties van het Keyless Start-systemen kunnen afnemen als in het voertuig en/of in de buurt van de
elektronische sleutel systemen zoals mobiele telefoons/laptops/smartphones/tablets aanwezig zijn.
5

DE SLEUTELS
ELEKTRONISCHE SLEUTEL
1)
1)
Het voertuig is uitgerust met een
elektronische sleutel met de Keyless
Start fig. 2 functie, in duplicaat geleverd.
Druk kort op knop
: ontgrendeling van
de portieren en bagageruimte,
tijdgestuurde inschakeling
binnenverlichting en dubbel knipperen
van de richtingaanwijzers (indien
ingeschakeld vanuit Connectsysteem).
De portieren kunnen altijd ontgrendeld
worden door de metalen baard in het slot
van het bestuurdersportier te plaatsen.Druk kort op knop
: vergrendeling van
de portieren en bagageruimte,
tijdgestuurde uitschakeling
binnenverlichting en dubbel knipperen
van de richtingaanwijzers (indien
ingeschakeld vanaf Connectsysteem
aanwezig).
Druk twee keer op de knop
om de
bagageruimte op afstand te openen. De
richtingaanwijzers knipperen twee maal
om aan te geven dat de achterklep
geopend is.
Automatische opening/sluitingsfunctie
ruiten
(indien aanwezig)
Verlengd indrukken van knop
: alle
ruiten open.
Verlengd indrukken van knop
: alle
ruiten gesloten.
VERZOEK OM EXTRA SLEUTELS
Als een nieuwe elektronische sleutel
nodig is, ga dan naar het Alfa Romeo
Servicenetwerk en neem een
identiteitsbewijs en de
eigendomsdocumenten van de auto mee.
BELANGRIJK
1)De elektronische onderdelen in de sleutels
kunnen beschadigen als de sleutel aan sterke
schokken wordt blootgesteld. Om een
correcte werking van de inwendige
elektronische componenten te garanderen,
mag de sleutel nooit aan direct zonlicht
blootgesteld worden.
BELANGRIJK
1)Gebruikte batterijen kunnen schadelijk
zijn voor het milieu als ze niet op de juiste
wijze als afval verwerkt worden. Ze moeten
overeenkomstig de wet in speciale bakken
gedeponeerd worden. Ze kunnen ook
ingeleverd worden bij het Alfa Romeo
Servicenetwerk dat voor hun verwerking zal
zorgen.
204016S0010EM
11

STARTEN MET EEN SLEUTEL MET LEGE
BATTERIJ
Als de batterij van de afstandsbediening
leeg is, gaat u als volgt te werk om het
voertuig te starten:
til de voorste armsteun op;
leg de sleutel op de vorm onderop het
compartiment.
STUURSLOT(indien aanwezig)
Inschakelen
Het stuurslot is ingeschakeld wanneer
het bestuurdersportier wordt geopend
met de startinrichting op STOP.
Uitschakelen
Het stuurslot wordt ontgrendeld
wanneer de startknop wordt ingedrukt en
de elektronische sleutel herkend wordt.
BELANGRIJK
1)Neem de sleutel altijd mee als het
voertuig wordt verlaten, om te voorkomen
dat iemand onverhoeds gebruik van de
bedieningselementen maakt. Vergeet niet de
elektrische parkeerrem in te schakelen. Laat
kinderen nooit zonder toezicht in de auto
achter.2)After-market werkzaamheden waarbij
wijzigingen van de stuurinrichting of de
stuurkolom betrokken zijn (bijv. bij montage
van een alarmsysteem) zijn ten strengste
verboden. Dergelijke werkzaamheden
kunnen de prestaties van het systeem en de
garantie in gevaar brengen en het kan ook
ERNSTIGE VEILIGHEIDSPROBLEMEN
veroorzaken of erin resulteren dat de auto
niet meer aan de typegoedkeuring voldoet.
3)Trek ALTIJD de handrem aan, voordat u
het voertuig verlaat. Bij versies uitgerust
met automatische versnellingsbak, activeer
modus P (Parkeren) en druk op de
startinrichting om deze op STOP te zetten.
Bij het verlaten van het voertuig, altijd de
portieren sluiten door op het knopje op de
hendel te drukken.
4)Laat bij versies uitgerust met het Keyless
Startsysteem de elektronische sleutel niet in
of in de buurt van de auto achter of op een
plaats die toegankelijk is voor kinderen. Laat
het voertuig niet achter met de
startinrichting in stand ON. Een kind zou de
elektrische ruitbediening, andere
bedieningselementen kunnen activeren of
zelfs het voertuig kunnen starten.
5)Als er geknoeid is aan het contactslot
(bijv. een poging tot diefstal), dan moet men
deze laten controleren bij het Alfa Romeo
Servicenetwerk alvorens weer te gaan
rijden.
STARTONDERBREKING
Het startonderbrekingssysteem
voorkomt onbevoegd gebruik van het
voertuig waardoor de motor niet kan
starten.
Het systeem hoeft niet te worden
in-/uitgeschakeld: de werking is
automatisch, onafhankelijk van het feit of
de portieren van het voertuig al dan niet
zijn vergrendeld.
Wanneer de startinrichting op AAN wordt
gezet, identificeert het
Startonderbrekingssysteem de code die
door de sleutel wordt verzonden. Als de
code herkend wordt als geldig, maakt het
Startonderbrekingssysteem het starten
van de motor mogelijk.
Wanneer de startinrichting weer naar
STOP wordt gezet, schakelt het
Startonderbrekingssysteem de
motorregeleenheid uit, zodat de motor
niet gestart kan worden.
Zie voor de correcte procedures om de
motor te starten, de aanwijzingen in de
paragraaf "De motor starten" in het
hoofdstuk "Starten en rijden".
13

Symbool Wat betekent dat?
STORING BUITENVERLICHTING
Het symbool gaat branden om een storing in een van de volgende verlichting aan te geven: dagverlichting (DRL's) / parkeerlichten
/ richtingaanwijzers aanhanger (indien aanwezig) / verlichting aanhanger (indien aanwezig); stadslichten / richtingaanwijzers /
mistlamp / achteruitrijlicht / remlichten / kentekenplaatverlichting.
De storing kan veroorzaakt zijn door een doorgebrande lamp, zekering, of een onderbroken elektrische verbinding.
Vervang de lamp of de betrokken zekering. Neem contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
STORING KEYLESS START-SYSTEEM
Het symbool gaat branden in geval van een storing van het Keyless Start-systeem.
Neem zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
STORING AFSLUITER VAN DE BRANDSTOFTOEVOER
Het symbool gaat branden in geval van een storing van de afsluiter van de brandstoftoevoer.
Neem zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
STORING LANE DEPARTURE WARNING-SYSTEEM (LDW)
Het symbool gaat branden als er zich een storing van het Lane Departure Warning-systeem voordoet.
Neem zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
SLIJTAGE OP REMBLOKKEN
Gaat branden wanneer de remblokken hun slijtagegrens hebben bereikt.
Neem zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
BELANGRIJK Gebruik altijd originele of gelijkwaardige onderdelen omdat het Integrated Brake System (IBS) storingen kan
detecteren.
STORING AUTOMATISCHE INSCHAKELING GROOTLICHT (Automatic High Beam)
(indien aanwezig)
Het symbool gaat branden om een storing van de automatische inschakeling van het grootlicht aan te geven.
Neem zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk om de storing op te lossen.
INWERKINGTREDING BRANDSTOFAFSLUITSYSTEEM
Het symbool gaat branden in geval van de activering van de afsluiter van de brandstoftoevoer.
Zie, om het brandstofafsluitsysteem weer in te schakelen, de beschrijving in het deel "Brandstofafsluitsysteem" in het hoofdstuk
"Noodgevallen". Neem contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk als de brandstoftoevoer nog niet hersteld kan worden.
STORING PARKEERSENSOREN
Gaat branden wanneer het systeem is uitgevallen of niet beschikbaar is.
Neem contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk om de installatie te laten controleren.
64
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL

DE MOTOR STARTEN
DE MOTOR STARTEN
Alvorens de motor te starten, de stoel,
achteruitkijkspiegels, buitenspiegels
instellen en de veiligheidsriem correct
vastmaken.
Trap nooit het gaspedaal in om de motor
te starten.
Indien nodig, kunnen berichten met
aanwijzingen voor de startprocedure
weergegeven worden op het display.
102) 103) 104)
32) 33) 34)
Versies met handgeschakelde
versnellingsbak
Ga als volgt te werk:
schakel de parkeerrem in en zet de
versnelling in de vrijstand, bij
dieselversies de startinrichting op AAN
zetten, het
symbool verschijnt op
het instrumentenpaneel: wacht totdat
deze uitgaat;
trap het koppelingspedaal volledig in
zonder het gaspedaal aan te raken;
druk kort op de contactsleutel;
indien de motor niet binnen een paar
seconden start, moet u de procedure
herhalen.
als het probleem aanhoudt, contact op
nemen met het Alfa RomeoServicenetwerk.
Versies met automatische
versnellingsbak
Ga als volgt te werk:
schakel de elektrische parkeerrem in
en zet de versnellingspook in P
(Parkeren) of N (Vrijstand),
trap het rempedaal volledig in zonder
het gaspedaal aan te raken;
druk kort op de contactsleutel;
indien de motor niet binnen een paar
seconden start, moet u de procedure
herhalen.
als het probleem aanhoudt, contact op
nemen met het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
STARTPROBLEMEN
De motor starten als de batterij van de
elektronische sleutel (Keyless Start)
bijna leeg of leeg is
Als de startinrichting niet reageert
wanneer de betreffende knop wordt
ingedrukt, kan de batterij van de
elektronische sleutel leeg zijn. Daarom
herkent het systeem de aanwezigheid
van de elektronische sleutel aan boord
van het voertuig niet en wordt er een
speciaal bericht weergegeven.
AFZETTEN VAN DE MOTOR
35)
Ga als volgt te werk om de motor uit te
zetten:
parkeer het voertuig op een plaats die
niet gevaarlijk is voor tegemoetkomend
verkeer;
schakel een versnelling in (versies met
handgeschakelde versnellingsbak) of
selecteer P (Parkeren) (versies met
automatische versnellingsbak);
laat de motor stationair draaien en
druk de startknop in.
Voertuigen met elektronische sleutel
(Keyless Start)
Als de voertuigsnelheid boven de 8 km/h
is, is het nog steeds mogelijk de motor te
stoppen door het selecteren van een
andere modus dan P (Park). Om de motor
in dit geval uit te zetten, de startknop een
tijdje ingedrukt houden of binnen enkele
seconden 3 keer achtereenvolgens
indrukken.
BELANGRIJK
102)Het is gevaarlijk om de motor in
afgesloten ruimten te laten draaien. De
motor verbruikt zuurstof en produceert
kooldioxide, koolmonoxide en andere giftige
gassen.
110
STARTEN EN RIJDEN