2016 YAMAHA YZF-R6 Instructieboekje (in Dutch)

Page 89 of 110

YAMAHA YZF-R6 2016  Instructieboekje (in Dutch) Periodiek on derhoud  en afstelling
6-39
6
3. Plaats een nieuwe gloeilamp in de fit-
ting, druk deze in en draai rechtsom
tot hij stuit.
4. Monteer de lamplens door de schroef aan te brengen. LET OP:

Page 90 of 110

YAMAHA YZF-R6 2016  Instructieboekje (in Dutch) Periodiek on derhou d en afstelling
6-40
6
DAU24351
On dersteunen van  de motorfietsDit model is niet voorzien van een midden-
bok, neem daarom de volgende voorzorgs-
maatregelen in acht bij het verwi

Page 91 of 110

YAMAHA YZF-R6 2016  Instructieboekje (in Dutch) Periodiek on derhoud  en afstelling
6-41
6
Aanbren gen van het voorwiel
1. Breng het wiel omhoog tussen de vorkpoten.
2. Steek de wielas naar binnen.
3. Breng de asbout aan, laat het voorwiel zover za

Page 92 of 110

YAMAHA YZF-R6 2016  Instructieboekje (in Dutch) Periodiek on derhou d en afstelling
6-42
6
13. Bekrachtig de voorrem en duw het
stuur een paar keer stevig op en neer
om te zien of de voorvork correct
werkt.
DAU25081
Achterwiel
DAU56721
Verwij deren

Page 93 of 110

YAMAHA YZF-R6 2016  Instructieboekje (in Dutch) Periodiek on derhoud  en afstelling
6-43
6
OPMERKINGAls het verwijderen van de aandrijfket-
ting problemen oplevert, verwijder
dan eerst de wielas en breng het wiel
voldoende omhoog om de ketting v

Page 94 of 110

YAMAHA YZF-R6 2016  Instructieboekje (in Dutch) Periodiek on derhou d en afstelling
6-44
6
DAU25872
Prob lemen oplossenYamaha motorfietsen ondergaan een gron-
dige inspectie voordat ze vanaf de fabriek
op transport gaan, maar tijdens gebruik
kunnen

Page 95 of 110

YAMAHA YZF-R6 2016  Instructieboekje (in Dutch) Periodiek on derhoud  en afstelling
6-45
6
DAU42505
Storingzoekschema’sStartpro blemen of slechte werkin g van  de motor
Controleer het 
brandstofniveau in de 
brandstoftank.1. Brandstof
Er is voldo

Page 96 of 110

YAMAHA YZF-R6 2016  Instructieboekje (in Dutch) Periodiek on derhou d en afstelling
6-46
6
Oververhitte motor
WAARSCHUWING
DWAT1041
 Verwij der  de ra diatorvul dop niet terwijl  de motor en  de koelvloeistofra diator no g heet zijn. Hete vloeis