3935-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE)
5
Rijden
Nadat een verkeersbord door de camerasensor is herkend, wordt het
op het hoofdscherm of het multi-informatiedisplay weergegeven wan-
neer de auto het verkeersbord passeert.
●Wanneer de informatie van het
ondersteunende systeem wordt
geselecteerd op het multi-infor-
matiedisplay, kunnen er maxi-
maal 2 verkeersborden worden
weergegeven op het multi-infor-
matiedisplay. (→Blz. 215)
●
Wanneer andere informatie dan
van het ondersteunende sys-
teem wordt geselecteerd, wordt
een verkeersbord met de snel-
heidslimiet of een verkeersbord
voor einde van alle verboden
weergegeven op het hoofd-
scherm. (
→Blz. 207)
Er wordt geen verkeersbord voor
een inhaalverbod of met de snel-
heidslimiet met een aanvullend
teken weergegeven. Als er echter
andere verkeersborden dan die
met de maximaal toegestane snel-
heid worden herkend, worden deze
trapsgewijs weergegeven onder
het verkeersbord met de maxi-
maal toegestane snelheid.
Weergave op het hoofdscherm of het multi-informatiedisplay
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE).book Page 393 Wednesday, December 14, 2016 1:05 PM
3955-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE)
5
Rijden
In de volgende situaties waarschuwt het RSA-systeem de bestuurder
m.b.v. een waarschuwingsdisplay.
●Wanneer de rijsnelheid de drempelwaarde voor de snelheidswaar-
schuwing in relatie tot de maximumsnelheid op het op het hoofd-
scherm of het multi-informatiedisplay weergegeven verkeersbord
overschrijdt, verandert de kleur van het verkeersbord.
●Als wordt gesignaleerd dat uw auto een ander voertuig inhaalt ter-
wijl er een verkeersbord voor een inhaalverbod wordt weergegeven
op het multi-informatiedisplay, gaat het verkeersbord knipperen.
Afhankelijk van de situatie wordt de verkeerssituatie (richting en snel-
heid van het verkeer en hoeveelheid verkeer) mogelijk niet goed
gesignaleerd en werkt het waarschuwingsdisplay mogelijk niet goed.
■Automatisch uitschakelen van weergave verkeersborden RSA
In de volgende situaties worden een of meer verkeersborden automatisch uit-
geschakeld.
●Een nieuw verkeersbord wordt over een bepaalde afstand niet herkend.
●De weg verandert als gevolg van een afslag naar links of rechts, enz.
■Omstandigheden waaronder de functie mogelijk niet goed werkt of niet
goed signaleert
In de volgende situaties werkt de RSA niet normaal en worden verkeersbor-
den mogelijk niet herkend, worden onjuiste verkeersborden weergegeven,
enz. Dit duidt echter niet op een storing.
●De camerasensor is niet goed uitgelijnd doordat de sensor, enz. is blootge-
steld aan hevige schokken.
●Er zit(ten) vuil, sneeuw, stickers, enz. op de voorruit in de buurt van de
camerasensor.
●Onder barre weersomstandigheden, bijvoorbeeld bij zware regenval, mist,
sneeuw of zandstormen
●Licht van een tegenligger, de zon, enz. dringt de camerasensor binnen.
●Het verkeersbord is vuil, vervaagd, gekanteld of krom of, in geval van een
elektronisch verkeersbord, het contrast is slecht.
●Het verkeersbord gaat helemaal of gedeeltelijk verscholen achter boombla-
deren, een paal, o.i.d.
●Het verkeersbord is alleen korte tijd zichtbaar voor de camerasensor.
●De omgeving (bij afslaan, rijstrookwisseling, enz.) wordt onjuist beoordeeld.
●Ook wanneer een verkeersbord niet van toepassing is op de rijstrook waar
op dat moment op wordt gereden, staat dit bord wel direct na een vertakking
van de snelweg of bij een aangrenzende rijstrook net voordat rijstroken
samenkomen.
●Er zitten stickers op de achterzijde van de voorligger.
Waarschuwingsscherm
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE).book Page 395 Wednesday, December 14, 2016 1:05 PM
3965-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE)●Er wordt een verkeersbord herkend dat lijkt op een verkeersbord dat com-
patibel is met het systeem.
●Er wordt met de auto in een land gereden waar het verkeer aan de andere
kant rijdt.
●Mogelijk worden verkeersborden met de snelheidslimiet voor parallelwegen
gesignaleerd en weergegeven (wanneer deze in het zicht van de camera-
sensor staan) terwijl de auto op de hoofdweg rijdt.
●Mogelijk worden verkeersborden met de maximaal toegestane snelheid
voor afslagen van rotondes gesignaleerd en weergegeven (wanneer deze in
het zicht van de camerasensor staan) terwijl de auto op de rotonde rijdt.
●De snelheidsinformatie die op het instrumentenpaneel wordt weergegeven
verschilt mogelijk met de informatie die wordt weergegeven op het naviga-
tiesysteem als gevolg van de gebruikte kaartgegevens van het navigatie-
systeem.
■Rijden in een land met een andere eenheid voor snelheid
Aangezien de RSA verkeersborden herkent aan de hand van de ingestelde
eenheid voor snelheid, is het noodzakelijk om de ingestelde eenheid van het
instrumentenpaneel te wijzigen. Stel de ingestelde eenheid van het instru-
mentenpaneel in op de eenheid van snelheid van de verkeersborden op de
actuele locatie. (→Blz. 242)
■In-/uitschakelen van het systeem
De RSA kan worden ingeschakeld/uitgeschakeld via het scherm
(→Blz. 242) van het multi-informatiedisplay.
■Weergave verkeersbord snelheidslimiet
Als het contact de laatste keer UIT werd gezet terwijl er een verkeersbord
met de maximaal toegestane snelheid op het hoofdscherm of het multi-infor-
matiedisplay werd weergegeven, wordt datzelfde verkeersbord weer weerge-
geven wanneer het contact AAN wordt gezet.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde instellingen (bijvoorbeeld de drempelwaarde voor de waarschu-
wing voor te hard rijden) kunnen worden gewijzigd. (Systemen met mogelijk-
heden voor persoonlijke voorkeursinstellingen: →Blz. 708)
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE).book Page 396 Wednesday, December 14, 2016 1:05 PM
3995-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE)
5
Rijden
WAARSCHUWING
■Onbedoeld activeren van de Dynamic Radar Cruise Control met volledig
snelheidsbereik voorkomen
Schakel de Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik uit
met de toets ON-OFF als deze niet wordt gebruikt.
■Situaties waarin de Dynamic Radar Cruise Control met volledig
snelheidsbereik niet kan worden gebruikt
Gebruik de Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik niet
in de volgende situaties.
Als u dat wel doet, wordt de snelheid mogelijk niet goed geregeld, waardoor
een ongeval met ernstig letsel kan ontstaan.
●Op wegen met voetgangers, fietsers, enz.
●In druk verkeer
●Op wegen met scherpe bochten
●Op slingerende wegen
●Op wegen die door regen, ijs of sneeuw glad zijn
●Op steile afdalingen of bij afwisselend sterk dalende en sterk stijgende
wegen
Bij het afdalen van een helling kan de rijsnelheid de geprogrammeerde
snelheid overschrijden.
●Op invoegstroken van autowegen en snelwegen
●Als de weersomstandigheden zo slecht zijn dat ze een juiste signalering
door de sensoren onmogelijk zouden kunnen maken (mist, sneeuw, zand-
storm, zware regenval, enz.)
●Als er regen, sneeuw, enz. op de voorzijde van de radarsensor of de
camerasensor zit
●In verkeersomstandigheden waarbij herhaaldelijk accelereren en decele-
reren noodzakelijk is
●Bij het slepen in een noodgeval
●Als er vaak een naderingswaarschuwing hoorbaar is
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE).book Page 399 Wednesday, December 14, 2016 1:05 PM
4005-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE)
In deze modus registreert een radarsensor of er binnen ongeveer
100 meter voor u een voertuig rijdt. Deze sensor wordt tevens
gebruikt om de afstand tussen uw auto en de voorligger te berekenen
en een geschikte afstand tussen uw auto en de voorligger te handha-
ven.
Let erop dat de afstand tot uw voorligger kleiner wordt als u een lange hel-
ling afrijdt.
Rijden in de afstandsregelmodus
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE).book Page 400 Wednesday, December 14, 2016 1:05 PM
4075-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE)
5
Rijden
Wanneer de constante-snelheidsregeling is geselecteerd, blijft de
auto met een ingestelde snelheid rijden, zonder de tussenafstand te
regelen. Selecteer deze modus alleen wanneer de afstandsregelmo-
dus niet goed werkt als gevolg van een vuile radarsensor, enz.
Houd bij uitgeschakelde cruise
control de toets ON-OFF gedu-
rende ten minste 1,5 seconden
ingedrukt.
Direct nadat op de toets ON-OFF
is gedrukt, gaat het controlelampje
Dynamic Radar Cruise Control
branden. Vervolgens gaat het con-
trolelampje cruise control branden.
Overschakelen naar de constante-
snelheidsregelmodus is alleen
mogelijk als de hendel wordt
bediend terwijl de cruise control uit
staat.
Accelereer of decelereer met
behulp van het gaspedaal naar
de gewenste rijsnelheid (hoger
dan ongeveer 50 km/h) en druk
de hendel naar beneden om de
snelheid op te slaan.
Het controlelampje cruise control
SET gaat branden.
De rijsnelheid op het moment dat
de hendel wordt losgelaten, wordt
de ingestelde snelheid.
Wijzigen van de ingestelde snelheid: →Blz. 403
Uitschakelen en hervatten van de snelheidsregeling: →Blz. 405
Selecteren van de constante-snelheidsregelmodus
1
2
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE).book Page 407 Wednesday, December 14, 2016 1:05 PM
4085-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE)
■De Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik kan
worden gebruikt als
●Schakelstand D is geselecteerd.
●De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 50 km/h.
Als echter een voorligger wordt gesignaleerd, kan de Dynamic Radar Cruise
Control met volledig snelheidsbereik zelfs worden ingeschakeld als de rij-
snelheid ongeveer 50 km/h of lager is.
■Accelereren na het instellen van de rijsnelheid
Bedien het gaspedaal om te accelereren. Na het accelereren gaat de auto
weer rijden met de ingestelde snelheid. Als de afstandsregelmodus is inge-
schakeld, neemt de rijsnelheid echter mogelijk af tot onder de ingestelde
snelheid, zodat de afstand tot de voorligger gehandhaafd blijft.
■Automatisch uitschakelen van de afstandsregelmodus
De afstandsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de volgende
situaties.
●De werkelijke rijsnelheid zakt onder ongeveer 40 km/h en er worden geen
voorliggers gesignaleerd.
●De voorligger verlaat de rijstrook terwijl uw auto rijdt met een lagere rijsnel-
heid dan ongeveer 40 km/h. Anders kan de sensor de auto niet op de juiste
manier signaleren.
●De VSC is geactiveerd.
●De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
●Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld door de schakelaar VSC OFF
in te drukken.
●De sensor kan niet goed signaleren omdat hij ergens door bedekt is.
●Pre Crash Brake-systeem wordt ingeschakeld.
●<002c005100570048004f004f004c004a00480051005700030026004f00480044005500440051004600480003003600520051004400550003004c00560003004c00510003005a00480055004e004c0051004a00110003000b004c00510047004c0048005100
03004400440051005a0048005d004c004a000c[
●De parkeerrem is geactiveerd.
●De auto wordt door het systeem stilgezet op een steile helling.
●Als de auto door het systeem is stilgezet, wordt het volgen van de voorligger
in de volgende gevallen niet hervat:
• De bestuurder draagt geen veiligheidsgordel.
• Het bestuurdersportier wordt geopend.
• De auto staat langer dan 3 minuten stil.
In dit geval wordt mogelijk automatisch schakelstand P ingeschakeld.
(→Blz. 336)
Als de afstandsregelmodus om een andere dan de hierboven genoemde
redenen automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een storing in het systeem
aanwezig zijn. Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE).book Page 408 Wednesday, December 14, 2016 1:05 PM
4105-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE)■Omstandigheden waarin de sensor voorliggers mogelijk niet op de juiste
manier signaleert
Bedien in onderstaande gevallen en afhankelijk van de omstandigheden het
rempedaal wanneer het systeem onvoldoende decelereert of bedien het gas-
pedaal wanneer moet worden geaccelereerd.
Omdat de sensor deze voertuigen wellicht niet op de juiste manier signaleert,
wordt er geen naderingswaarschuwing (→Blz. 406) gegeven.
●Auto's die plotseling voor u invoegen
●Auto's die met lage snelheden rijden
●Auto's die niet op dezelfde rijstrook rijden
●Voertuigen met een relatief kleine achterzijde (aanhangwagens zonder
lading, enz.)
●Motorfietsen die op dezelfde rijstrook rijden
●Als door omringend verkeer opgeworpen water of sneeuw de signalering
door de sensor hindert
●Als de achterzijde van de auto ver inge-
zakt is (omdat er zware lading in de
bagageruimte vervoerd wordt, enz.)
●De voorligger heeft een extreem grote
bodemvrijheid
PRIUS PHV_OM_OM47A89E_(EE).book Page 410 Wednesday, December 14, 2016 1:05 PM