2. Selecteerofom over te schakelen naar de USB modus. De volgende
pictogrammen worden getoond op het onderste gedeelte van de middendisplay.
Pictogram Functie
Toont het Amusementmenu. Gebruik dit voor het overschakelen naar een andere audiobron.
De lijst met categorieën wordt getoond.
De huidige sporenlijst wordt getoond.
Selecteer een gewenst spoor om dit af te spelen.
Speelt het huidige spoor bij herhaling af.
Selecteer dit nogmaals om de sporen in de huidige sporenlijst bij herhaling af te spelen.
Wanneer dit nogmaals wordt geselecteerd, wordt de functie geannuleerd.
Sporen in de huidige sporenlijst worden in willekeurige volgorde afgespeeld.
Selecteer het muziekstuk nogmaals om dit te annuleren.
Start met de weergave van een spoor dat soortgelijk is aan het huidige spoor met behulp van
Gracenote's More Like This™.
Selecteer voor het annuleren van More Like This™het gewenste muziekstuk uit de
categorielijst.
Als dit binnen enkele seconden vanaf het begin van een muziekstuk dat met afspelen is
begonnen wordt geselecteerd, wordt het eerdere muziekstuk geselecteerd.
Als meer dan een paar seconden zijn verstreken, wordt het muziekstuk dat op het huidige
moment wordt afgespeeld opnieuw vanaf het begin afgespeeld.
Lang indrukken voor snelterugspoelen. Deze stopt wanneer u uw hand van het pictogram of
de commanderknop wegneemt.
Spoor wordt afgespeeld. Wanneer dit opnieuw wordt geselecteerd, wordt de weergave
tijdelijk stopgezet.
Gaat verder naar het begin van het volgende muziekstuk.
Lang indrukken voor snelvooruitspoelen.
Toont de geluidsinstellingen voor het afstellen van het audiokwaliteitsniveau.
Zie Volume/Display/Geluidsregelaars op pagina 5-53.
OPMERKING
lVerplaats de schuifregelaar die de afspeeltijd aangeeft om over te gaan naar de
gewenste lokatie op het spoor.
lHet aanzicht van de pictogrammen voor herhalen en shuffle veranderen afhankelijk
van de soort bedieningsopdracht waarbij de functie wordt gebruikt.
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
5-89
Categorielijst
Selecteer het
pictogram om de volgende categorielijst te tonen.
Selecteer een gewenste categorie en item.
Categorie Functie
Afspeellijst Toont de playlists op het apparaat.
ArtiestToont de artiestnaamlijst.
Alle sporen of de sporen van elk album van de geselecteerde artiest kunnen worden
afgespeeld.
Album Toont de albumnaamlijst.
Muziek Alle sporen in het apparaat worden getoond.
GenreToont de genrelijst.
Alle sporen of sporen per album of artiest in het geselecteerde genre kunnen worden
afgespeeld.
AudioboekToont de audioboeklijst.
Hoofdstukken kunnen worden geselecteerd en afgespeeld.
PodcastToont de Podcast lijst.
Episoden kunnen worden geselecteerd en afgespeeld.
(Speciale dienst voor bepaalde Apple apparatuur.)
Map Toont de lijst met mappen/bestanden.
Voorbeeld van gebruik (afspelen van
alle sporen in een USB apparaat)
(Methode 1)
1. Selecteer
voor het tonen van de
categorielijst.
2. Selecteer
.
Alle sporen in het USB apparaat
worden getoond.
3. Selecteer een gewenst spoor.
Het geselecteerde spoor wordt
afgespeeld. Alle sporen in het USB
apparaat kunnen worden afgespeeld
door continue weergave.
OPMERKING
Alleen de sporen in de gewenste
categorie geselecteerd in stap 2 worden
afgespeeld.(Methode 2)
*1
1. Selecteervoor het tonen van de
categorielijst.
2. Selecteer
.
Alle mappen in het USB apparaat
worden getoond.
3. Selecteer
.
Alle sporen in het USB apparaat
worden getoond.
4. Selecteer een gewenst spoor.
Het geselecteerde spoor wordt
afgespeeld. Alle sporen in het USB
apparaat kunnen worden afgespeeld
door continue weergave.
*1 Kan gebruikt worden met behulp van
een Android™apparaat of een USB
flash-geheugen.
5-90
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
OPMERKING
Alleen de sporen in de gewenste map
geselecteerd in stap 3 worden
afgespeeld.
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
5-91
qGracenote Database (Type C/Type D)
Wanneer een USB apparaat op dit apparaat wordt aangesloten en audio wordt
weergegeven, wordt de albumnaam, artiestnaam, het genre en de titelinformatie
automatisch getoond als er een overeenkomst is tussen de databasecompilatie van het
voertuig en de muziek die wordt afgespeeld. De informatie die in dit apparaat is opgeslagen
maakt gebruik van de databaseinformatie in de Gracenote-muziekherkenningservice.
OPGELET
Ga naar de Mazda Handsfree website voor informatie die verband houdt met de meest
recente Gracenote database en hoe u deze moet installeren:
http://www.mazdahandsfree.com
Inleiding
Muziekherkenningstechnologie en verband houdende gegevens worden geleverd door
Gracenote
®. Gracenote is de industriestandaard in muziekherkenningstechnologie en de
levering van verband houdende gegevens. Zie voor meer informatie www.gracenote.com.
Gegevens verband houdend met CD en muziek van Gracenote, Inc., copyright © 2000 tot
thans Gracenote.
Gracenote Software, copyright © 2000 tot thans Gracenote. Eén of meer patenten in
eigendom van Gracenote zijn van toepassing op dit product en service. Zie de Gracenote
website voor een niet-limitatieve lijst van Gracenote patenten die van toepassing zijn.
Gracenote, CDDB, MusicID, MediaVOCS, het Gracenote logo en logotype en het
“Powered by Gracenote”logo zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van
Gracenote in de Verenigde Staten en/of overige landen.
5-92
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Bluetooth®í
Beschrijving van Bluetooth®handsfree
Wanneer Bluetooth
®apparatuur (mobiele telefoon) op de Bluetooth®eenheid van de auto
wordt aangesloten via draadloze verbinding, is het mogelijk telefoongesprekken te voeren
of te ontvangen met behulp van de sprekentoets, opneemtoets, ophangtoets op de
audiobedieningsschakelaar of door bediening van de middendisplay. Als bijvoorbeeld de
apparatuur (mobiele telefoon) zich in uw jaszak bevindt, kunt u bellen zonder de
apparatuur (mobiele telefoon) uit uw zak te hoeven nemen en deze rechtstreeks te
bedienen.
Beschrijving van Bluetooth®audio
Wanneer draagbare audioapparatuur welke uitgerust is met de Bluetooth
®
communicatiefunctie met de auto wordt gepaard, kunt u via de luidsprekers van de auto
luisteren naar muziek welke op de gepaarde draagbare audioapparatuur is opgeslagen. Het
is niet nodig de draagbare audioapparatuur aan te sluiten op de ingangsaansluiting voor
externe apparatuur van de auto. Gebruik na het programmeren het audiobedieningspaneel
van de auto om audio af te spelen/stop te zetten.
OPMERKING
lVoor uw veiligheid kan apparatuur enkel gepaard worden wanneer de auto geparkeerd
is. Als de auto in beweging komt zal de paringprocedure beëindigd worden. Parkeer
de auto op een veilige plaats alvorens de apparatuur te paren.
lHet communicatiebereik van apparatuur welke met Bluetooth®is uitgerust is
ongeveer 10 m of minder.
lOok al is Bluetooth®niet aangesloten, is basisbediening van de audio-installatie
mogelijk door middel van spraakopdrachten.
lOm veiligheidsredenen is tijdens het rijden bediening van de middendisplay
uitgeschakeld. Echter items die niet in grijs worden getoond kunnen tijdens het rijden
bediend worden met behulp van de commanderschakelaar.
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
5-95íBepaalde modellen.
qOnderdelen
Sprekentoets, opnementoets en ophangentoets
Microfoon Sprekentoets
Ophangentoets Opnementoets
Audio-installatie
Type B Type C/Type D
Microfoon
Microfoon (Handsfree)
De microfoon wordt gebruikt voor het inspreken van spraakopdrachten of voor het houden
van een handsfree-telefoongesprek.
Sprekentoets, opneemtoets en ophangtoets (handsfree)
De basisfuncties van Bluetooth
®handsfree kunnen worden gebruikt voor bijvoorbeeld
bellen of ophangen via het gebruik van de spreken-, opneem- en ophangtoetsen op het
stuurwiel.
Commanderschakelaar (Type C/Type D)
De commanderschakelaar wordt gebruikt voor afstelling van het volume en bediening van
de display. Kantel of draai de commanderknop voor het verplaatsen van de cursor. Druk op
de commanderknop voor het selecteren van het pictogram.
Afstelling van het volume
De aan/uit/volume regelknop van de audio-installatie
*1of de volumeregelknop van de
commanderschakelaar*2wordt gebruikt voor het afstellen van het volume. Draai de
regelknop rechtsom om het volume te verhogen en linksom om het volume te verlagen.
Het volume kan ook worden afgesteld met behulp van de volumetoets op het stuurwiel.
*1 Type B
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
5-97
*2 Type C/Type D
OPMERKING
Als het volume lager is vergeleken met andere audiomodi, het volume aan de
apparatuurzijde verhogen.
(Type C/Type D)
Het gespreksvolume en het volume van de gesproken begeleiding en de beltoon kunnen elk
van te voren worden ingesteld.
1. Selecteer het
pictogram op het thuisscherm en toon het Communicatiescherm.
2. Selecteer
.
3. Stel de
en deaf met behulp van de schuifregelaar.
qGereed maken van Bluetooth®
(Type B audio)
Gereed maken van
Bluetooth®handsfree
Instelling van de paringcode
De 4-cijferige paringcode voor de
registratie van uw mobiele telefoon
(paring) kan tevoren worden ingesteld.
OPMERKING
De standaard ingestelde waarde is
“0000”.
1. Druk de opnementoets of sprekentoets
kort in.
2.Zeg:[Geluidssignaal]“Setup”
3.Prompt:“Selecteer één van de
volgende Koppelingsopties,
Bevestiging Prompts, Taal,
Wachtwoord, Selecteer Telefoon, of
Selecteer muziekspeler .”
4.Zeg:[Geluidssignaal]“Koppel opties”5.Prompt:“Selecteer één van de
volgende opties: koppelen, bewerken,
wissen, lijst weergeven, of pincode
instellen.”
6.Zeg:[Geluidssignaal]“Pincode
instellen.”
7.Prompt:“Uw huidige PIN-code is
XXXX. Wilt u het wijzigen naar een
andere koppelingspincode?”
8.Zeg:[Geluidssignaal]“Ja”
9.Prompt:“Spreek een 4-cijferige
koppelingscode in.”
10.Zeg:[Geluidssignaal]“YYYY”
11.Prompt:“YYYY is dit nummer
correct?”
12.Zeg:[Geluidssignaal]“Ja”of“Nee”
13. In geval van“Ja”, doorgaan naar stap
14. Bij“Nee”keert de procedure
terug naar stap 9.
5-98
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
14.Prompt:“Uw nieuwe
koppelingspincode is YYYY. Gebruik
deze pincode voor het koppelen van
apparaten aan het handsfree-systeem.
Wilt u nu een apparaat koppelen?”
15.Zeg:[Geluidssignaal]“Ja”of“Nee”.
16. In geval van“Ja”schakelt het
systeem over naar de
apparatuurregistratiemodus. Als
“Nee”, keert het systeem terug naar
de standby-stand.
Paren van apparatuur
Voor het gebruik van Bluetooth
®
handsfree moet de apparatuur uitgerust
met Bluetooth®aan de hand van de
volgende procedure met de Bluetooth®
eenheid gepaard worden.
Maximaal zeven stuks apparatuur
waaronder handsfree mobiele telefoons en
Bluetooth
®audioapparatuur kunnen met
één auto gepaard worden.
OPMERKING
lApparatuur kan enkel gepaard
worden wanneer de auto geparkeerd
is. Als de auto in beweging komt zal
de paringprocedure beëindigd
worden. Paren tijdens het rijden is
gevaarlijk - paar uw apparatuur
alvorens u begint te rijden. Parkeer
de auto op een veilige plaats alvorens
het paren uit te voeren.
OPMERKING
lAls Bluetooth®apparatuur reeds met
de auto is gepaard als Bluetooth®
audioapparatuur, hoeft deze niet
nogmaals gepaard te worden
wanneer de apparatuur als een
handsfree mobiele telefoon gebruikt
wordt. Omgekeerd hoeft de
apparatuur niet nogmaals gepaard te
worden als Bluetooth
®
audioapparatuur als deze reeds als
een handsfree mobiele telefoon
gepaard is.
lAangezien het communicatiebereik
van met Bluetooth®uitgeruste
apparatuur ongeveer 10 meter is,
bestaat de kans dat wanneer
apparatuur binnen een straal van 10
meter van de auto geplaatst wordt,
deze onbedoeld opgespoord/gepaard
wordt terwijl andere apparatuur
gepaard wordt.
1. Activeer de Bluetooth® toepassing van
de apparatuur.
OPMERKING
Zie voor bediening van de apparatuur
de bijbehorende gebruikershandleiding.
2. Druk de opnementoets of sprekentoets
kort in.
3.Zeg:[Geluidssignaal]“Setup”
4. Prompt:“Selecteer één van de
volgende Koppelingsopties,
Bevestiging Prompts, Taal,
Wachtwoord, Selecteer Telefoon, of
Selecteer muziekspeler .”
5.Zeg:[Geluidssignaal]“Koppel opties”
Interieurvoorzieningen
Bluetooth®
5-99