3–7
Alvorens te gaan rijden
Sleutels
Wanneer de toetsen worden ingedrukt,
gaat het bedrijfsindicatielampje knipperen.
Vergrendeltoets
Druk voor het vergrendelen van
de portieren en de achterklep/het
kofferdeksel op de vergrendeltoets en
de waarschuwingsknipperlichten zullen
eenmaal knipperen.
(Met geavanceerde afstandbediende
portiervergrendelingsfunctie (Behalve
Europese modellen))
Er wordt eenmaal een pieptoon gegeven.
OPMERKING
(Europees model) De portieren en de achterklep/het
kofferdeksel kunnen niet vergrendeld
worden door het indrukken van
de vergrendeltoets terwijl een
ander portier open staat. De
waarschuwingsknipperlichten zullen
eveneens niet knipperen.
(Behalve Europese modellen) De portieren en de achterklep/
het kofferdeksel kunnen niet
vergrendeld worden door het
indrukken van de vergrendeltoets
wanneer een van de andere portieren
of de achterklep geopend is. De
waarschuwingsknipperlichten zullen
eveneens niet knipperen.
OPMERKING
(Met i-stop functie (Europese
modellen))
Wanneer de sleutel uit de auto
wordt verwijderd, alle portieren
gesloten worden en de LOCK
toets op de sleutel wordt ingedrukt
terwijl de i-stop functie in werking
is (motor is stopgezet), zal het
contact uitgeschakeld worden en
zullen alle portieren vergrendeld
worden (stuurwiel wordt eveneens
vergrendeld).
Zie i-stop op pagina 4-15 . Controleer of na het indrukken
van de toets alle portieren en
de achterklep/het kofferdeksel
vergrendeld zijn.
(Met dubbel
portiervergrendelingssysteem)
Door de vergrendeltoets
binnen 3 seconden tweemaal
in te drukken wordt het dubbel
portiervergrendelingssysteem
geactiveerd.
Zie Dubbel
portiervergrendelingssysteem op
pagina 3-15 .
(Met anti-diefstal
beveiligingssysteem)
Wanneer de portieren vergrendeld
worden door het indrukken van de
vergrendeltoets op de sleutel terwijl
het anti-diefstalbeveiligingssysteem
in staat van paraatheid is, zullen
de waarschuwingsknipperlichten
eenmaal knipperen om aan te
geven dat het systeem in staat van
paraatheid is.