13
DS4_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed03-2015
Gegevens - Onderhoud
Brandstoftank leeg (diesel) 283
Controle niveaus
2
87-290
-
motorolie
-
remvloeistof
-
koelvloeistof
-
stuurbekrachtigingsvloeistof
-
v
loeistof ruitensproeier/
koplampsproeiers
-
b
randstofadditief (diesel met roetfilter)
Additief AdBlue
2
94-303
Lampen vervangen
2
44-252
-
vóór
-
achter Benzinemotoren
306-309
Dieselmotoren
310-313
Afmetingen
314
Identificatie
3
15
Motorkap 284
Motorruimte benzine-uitvoering
2
85
Motorruimte dieseluitvoering
2
86Controle vervangingselementen
2
91-293
-
accu
-
lu
chtfilter / interieurfilter
-
oliefilter
-
r
oetfilter (diesel)
-
re
mblokken / remschijven
Accu
259 -262
Eco-mode 263
Zekeringen motorcompartiment
25
3-254, 257-258
Overzicht
DS4_nl_Chap08_conduite_ed03-2015
Hang geen zware voor werpen aan de
sleutel of de afstandsbediening: dit kan
namelijk storingen aan het contactslot
veroorzaken.
Bovendien kunnen deze voorwerpen
bij het activeren van de airbag vóór
ernstige verwondingen veroorzaken.
Starten / Afzetten van de motor met de sleutel
Het contactslot heeft 3 standen:
- stand 1
(Stop): sleutel in het contactslot
steken en uit het contactslot verwijderen,
stuurslot vergrendeld,
-
stand 2
(Contact): stuurslot ontgrendeld,
aanzetten van het contact, voorgloeien
dieselmotor, draaien van de motor,
-
stand 3
(Star ten).
Contactslot
Stand Contact
In deze stand werkt de elektrische uitrusting
van de auto en kan externe apparatuur worden
opgeladen.
Als het laadniveau van de accu een bepaalde
minimale grenswaarde heeft bereikt, schakelt het
systeem over op de eco-mode: de elektrische
voeding wordt automatisch uitgeschakeld zodat
de accu voldoende opgeladen blijft.
Bij het afzetten van de motor is de
rembekrachtiging niet meer actief.
Diefstalbeveiliging
Elektronische startblokkering
Bij een storing in het systeem
wordt u gewaarschuwd door dit
verklikkerlampje in combinatie met
een geluidssignaal en/of een melding
(volgens uitvoering).
Bewaar de sticker die u bij de aflevering
van uw auto samen met de sleutels is
overhandigd zorgvuldig op een plaats
buiten de auto.
De auto kan dan niet gestart worden.
Raadpleeg zo snel mogelijk het CITROËN-
netwerk. In de sleutels is een chip aangebracht die over
een specifieke code beschikt. Om de motor te
kunnen starten, moet bij het aanzetten van het
contact de code van de sleutel worden herkend
door de startblokkering.
Deze elektronische startblokkering blokkeert
het motormanagementsysteem zodra het
contact wordt afgezet en voorkomt zo het
starten van de motor bij een inbraak.
DS4_nl_Chap08_conduite_ed03-2015
Sleutel vergeten
Als de sleutel onbedoeld in de
stand 2 (Contact) van het contactslot
blijft staan, zal het contact na een uur
automatisch worden afgezet.
Draai de sleutel in de stand 1
(Stop)
en vervolgens opnieuw in de
stand
2
(Contact) om het contact weer
aan te zetten.
F
B
reng de auto tot stilstand.
F
D
raai, ter wijl de motor stationair draait, de
sleutel in de stand 1 .
F
V
er wijder de sleutel uit het contactslot.
F
D
raai om het stuurslot te vergrendelen aan
het stuur wiel tot het blokkeert.
Afzetten van de motor
Zet de voor wielen in de rechtuitstand
alvorens de motor af te zetten.Dit
vergemakkelijkt het ontgrendelen van
het stuurslot. verliezen.
Als u de auto verlaat, neem dan de
sleutel mee en vergrendel de auto.
Raadpleeg voor meer informatie
de rubriek "Praktische informatie",
paragraaf "Eco-mode".
Zet nooit het contact af voordat de
auto volledig tot stilstand is gekomen.
Als de motor wordt afgezet, worden
ook de rembekrachtiging en de
stuurbekrachtiging uitgeschakeld: u zou
dan de controle over de auto kunnen Eco-mode
Na het afzetten van de motor (stand 1- Stop
)
kunt u nog gedurende maximaal dertig minuten
gebruikmaken van een aantal functies,
zoals het audio- en telematicasysteem, de
ruitenwissers, het dimlicht en de plafonniers.
F
C
ontroleer of de handrem correct is
aangetrokken, met name als de auto op
een helling staat.
191
DS4_nl_Chap08_conduite_ed03-2015
Noodprocedure voor het
afzetten van de motor
In noodgevallen kan de motor
geforceerd worden afgezet door de
knop "START/STOP" ongeveer drie
seconden ingedrukt te houden.
In dat geval wordt het stuurslot ingeschakeld
zodra de auto stilstaat.
Als de elektronische sleutel
niet wordt herkend
Als de elektronische sleutel zich niet meer in
het detectiegebied bevindt tijdens het rijden of
wanneer u (op een later moment) de motor wilt
afzetten, wordt een melding weergegeven. F
H
oud de knop "START/STOP"
ongeveer drie seconden
ingedrukt als u de motor
geforceerd wilt afzetten (let op:
zonder de sleutel kan de motor
niet meer gestar t worden) .
Contact aanzetten
(zonder te starten)
Druk, met de sleutel van het Keyless entry
and start-systeem in het interieur van de auto,
zonder een pedaal in te trappen op de knop
" START/STOP " om het contact aan te zetten.
F
D
ruk op de knop " START/STOP ":
de verlichting en lampjes van het
instrumentenpaneel gaan branden
zonder dat de motor wordt gestart.
F
D
ruk nogmaals op de knop om het
contact af te zetten en de auto te kunnen
vergrendelen.
Bij aangezet contact gaat het systeem
automatisch over op de eco-mode om
te voorkomen dat het laadniveau van
de accu te ver zakt.
Rijden
321
DS4_nl_Chap12c_SMEGplus_ed03-2015
7 inch touchscreen tablet
GPS-navigatie - Multimedia-autoradio - Bluetooth®-telefoon
Inhoud
7
inch touchscreen tablet 3 21
Basisfuncties
322
Stuurkolomschakelaars
3
24
Menu's
325
Navigatie
326
Navigatie - routebegeleiding
3
34
Verkeer
3
38
Radio Media
3
40
Radio
346
Digitale radio (DAB, Digital Audio
Broadcasting)
348
Media
350
Instellingen
354
Internetdiensten
362
Internetbrowser
363
MirrorLink
TM 366
C
arPlay® 370
T
elefoon
3
74
Veelgestelde vragen
3
82
Dit systeem is zodanig gecodeerd dat het uitsluitend in uw auto
functioneert. Om veiligheidsredenen mag de bestuurder handelingen die zijn
volledige aandacht vragen uitsluitend uitvoeren bij stilstaande
auto.
Als de melding "eco-mode" wordt weergegeven, wordt het
systeem spoedig uitgeschakeld. Zie de rubriek over de eco-
mode.
Audio en telematica
DS4_nl_Chap12c_SMEGplus_ed03-2015
VR A AGANTWOORD OPLOSSING
Er is een verschil in
geluidskwaliteit tussen
de verschillende
geluidsbronnen. Voor een optimaal luistergenot kunt u de audio-instellingen
(Volume, Lage tonen, Hoge tonen,Omgeving, Loudness) voor
elke geluidsbron afzonderlijk instellen. Hierdoor kunnen bij
het selecteren van een andere geluidsbron verschillen in de
geluidskwaliteit hoorbaar zijn. Controleer of de audio-instellingen (Volume,
Lage tonen, Hoge tonen, Omgeving,
Loudness) zijn afgestemd op de verschillende
geluidsbronnen. Het is raadzaam de
audiofuncties (Lage tonen,Hoge tonen, Balans
V-A, Balans L-R) in de middelste stand te zetten,
de klankkleur "Lineair" te selecteren en de
functie Loudness A AN te zetten als de CD-speler
is geselecteerd en UIT te zetten als de radio is
geselecteerd.
Na het afzetten van
de motor wordt het
systeem na enkele
minuten automatisch
uitgeschakeld. Als de motor is afgezet, blijft het systeem nog werken zolang de
laadtoestand van de accu dat toestaat.
Het automatisch uitschakelen duidt erop dat de eco-mode van het
systeem is geactiveerd om te voorkomen dat de accu van de auto
ontladen raakt. Start de motor om de accu op te laden.
DS4_nl_Chap12d_RD5_ed03-2015
VR A AGANTWOORD OPLOSSING
Na het afzetten
van de motor wordt
de radio na enkele
minuten automatisch
uitgeschakeld. Als de motor is afgezet, blijft de radio nog werken zolang de
laadtoestand van de accu dat toestaat.
Het uitschakelen is normaal: de eco-mode wordt automatisch
geactiveerd om te voorkomen dat de accu van de auto zo ver
ontladen raakt dat de motor niet meer gestart kan worden (zie de
rubriek "Eco-mode"). Start de motor om de accu op te laden.
De melding "het
audiosysteem is
oververhit" verschijnt op
het display. Om het audiosysteem te beschermen tegen een te hoge
omgevingstemperatuur, activeert de autoradio automatisch een
thermische beveiliging die het geluidsvolume verlaagt of de CD-
speler uitschakelt. Schakel het audiosysteem enkele minuten uit om
het systeem te laten afkoelen.