Page 192 of 288

EEN LAMP
VERVANGEN
28)
127) 128) 129)
ALGEMENE INSTRUCTIES
❒Controleer alvorens een lamp te
vervangen of de contacten zijn
geoxideerd;
❒vervang doorgebrande lampen door
exemplaren van hetzelfde type en
vermogen;
❒controleer na vervanging van een
gloeilamp in de koplamp altijd of
de koplampafstelling goed is;
❒als een lamp niet werkt, controleer
dan of de betreffende zekering is
doorgebrand alvorens de lamp te
vervangen. Om de zekeringen te
vinden wordt verwezen naar de
paragraaf “Zekeringen vervangen” in
dit hoofdstuk;BELANGRIJK Bij een lage temperatuur
en of bij een hoge
luchtvochtigheidsgraad kan de
binnenzijde van de koplamp een beetje
beslagen zijn. Dit is geen defect maar
een natuurlijk verschijnsel dat
veroorzaakt wordt door de
temperatuur- en vochtverschillen tussen
de binnen- en buitenzijde van het glas,
en dat geen enkele nevenwerking
heeft op de normale werking van de
lichten. Deze aanslag verdwijnt
geleidelijk aan (van het midden tot de
randen) zodra de koplampen worden
ingeschakeld.
BELANGRIJK
28) Raak alleen het metalen
gedeelte van halogeenlampen
aan. Het aanraken van de bol met
de vingers kan de lichtopbrengst
en de levensduur van de lamp
reduceren. Als de bol per ongeluk
toch wordt aangeraakt,
schoonwrijven met een doekje
met alcohol en vervolgens laten
drogen.
BELANGRIJK
127) Wijzigingen of reparaties aan de
elektriische installatie die niet
correct zijn uitgevoerd en waarbij
geen rekening wordt gehouden
met de technische
systeemgegevens, kunnen
storingen in de werking en zelfs
brand tot gevolg hebben.
128) In halogeenlampen bevindt zich
gas onder druk. Als ze breken,
kunnen er glassplinters
wegschieten.
129) Wegens de hoge
voedingsspanning mogen
gasontladingslampen (Bi-Xenon)
alleen door gespecialiseerd
personeel vervangen worden:
levensgevaar! Neem contact op
met het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
188
NOODGEVALLEN
Page 200 of 288

ZEKERINGEN
VERVANGEN
ALGEMENE INFORMATIE
Het elektrische systeem wordt beveiligd
door zekeringen: bij een storing of bij
oneigenlijk gebruik van het systeem
brandt de zekering door.
Controleer eerst de toestand van de
zekering wanneer een elektrisch
onderdeel niet meer werkt: de
geleidende band A fig. 175 mag niet
onderbroken zijn.
29) 30)
Als dit wel het geval is, dan moet de
zekering worden vervangen door een
nieuw exemplaar met dezelfde
stroomsterkte (zelfde kleur).
130) 131)
132) 133) 134)
B = intacte zekering.
C = zekering met doorgebrande
geleidende band.Gebruik het tangetje A fig. 176 om het
deksel van de zekeringenkast in de
motorruimte te verwijderen om zo de
zekeringen te kunnen vervangen (zie
“Zekeringenkast motorruimte” om het
deksel te verwijderen).VERSIES MET "ALFA
TCT" AUTOMATISCHE
TRANSMISSIE
(voor bepaalde versies/markten)
De onderdelen van de ALFA TCT
transmissie worden beschermd door
speciale zekeringen. Neem contact op
met het Alfa Romeo Servicenetwerk
als een zekering vervangen moet
worden.
175A0K0523
176A0K0524
196
NOODGEVALLEN
Page 201 of 288
TOEGANG TOT DE
ZEKERINGEN
De zekeringen van het voertuig zijn in
drie zekeringenkasten opgenomen;
deze regeleenheden bevinden zich in
de motorruimte, het dashboard en in de
bagageruimte.
Zekeringenkast in de motorruimte
Deze bevindt zich naast de accu fig.
178: voor toegang tot de zekeringen,
de schroeven A fig. 177 losdraaien
en het deksel B verwijderen.
Op het deksel zijn de
identificatienummers van de elektrische
onderdelen die met de zekeringen
overeenkomen aangegeven.
Monteer, na het vervangen van de
zekering, het deksel B weer op
de zekeringenkast.
177A0K0525
F10
F87F85
F86
F19
F09
F21 F88
F20
178A0K0231
197
Page 202 of 288
Zekeringenkast in het
dashboard
Steek een hand in de behuizing A fig.
180 en breng de klep B omlaag voor
toegang tot de zekeringen fig. 179.
179A0K0527
180A0K0244
198
NOODGEVALLEN
Page 203 of 288
Zekeringenkast in de bagageruimte
De zekeringenkast (fig. 181) bevindt
zich links in de bagageruimte onder het
deksel aan de zijkant.
Neem voor toegang contact op met het
Alfa Romeo Servicenetwerk.
181A0K0529
199
Page 204 of 288
ZEKERINGENKAST IN MOTORRUIMTE
fig. 178
STROOMVERBRUIKER ZEKERING AMPÈRE
Koplampsproeierpomp F09 30
ClaxonF10 15
AircocompressorF19 7,5
Achterruitverwarming F20 30
BrandstofpompF21 15
Aansteker/stopcontact F85 20
12V-stopcontactF86 20
IBS Sensor laadtoestand accu voor Start&Stop systeem F87 5
Ontwaseming buitenspiegels F88 7,5
200
NOODGEVALLEN
Page 205 of 288
ZEKERINGENKAST INSTRUMENTENPANEEL
fig. 180
STROOMVERBRUIKER ZEKERING AMPÈRE
Rechter grootlicht F91 7,5
Linker grootlichtF90 7,5
Rechter dimlicht (versies met halogeen koplampen) F12 7,5
Linker dimlicht (versies met halogeen koplampen) F13 7,5
Rechter dimlicht (versies met Bi-Xenon koplampen) F12 15
Linker dimlicht (versies met Bi-Xenon koplampen) F13 15
Rechter mistlichtF93 7,5
Linker mistlichtF92 7,5
Bagageruimteverlichting/Zonneklepverlichting//Dashboardkastverlichting/
Plafondlichten voor en achterF32 10
Diverse voorzieningen F31 5
Elektrische ruitbediening (linksachter) F33 20
Elektrische ruitbediening (rechtsachter) F34 20
+30F36 10
Diverse voorzieningen F37 7,5
Centrale portiervergrendeling F38 20
Body ComputerF42 5
Tweeweg-ruitensproeierpomp F43 20
Elektrische ruitbediening bestuurderszijde F47 20
201
Page 206 of 288
STROOMVERBRUIKER ZEKERING AMPÈRE
Elektrische ruitbediening passagierszijde F48 20
Diverse voorzieningen F49 5
Diverse voorzieningen F50 7.5
Diverse voorzieningen F51 5
+30F53 7,5
202
NOODGEVALLEN