Onderhoud bandenOnderhoud banden
7.6GEBRUIKERSHANDLEIDING MODEL S
Lekke band
Controleer de bandenspanning regelmatig om te voorkomen dat u onderweg met een lekke band wordt geconfronteerd. Laat een lekke band zo snel mogelijk repareren of vervangen. Rijd niet door met een lekke band, ook niet als de band niet helemaal is leeggelopen. Een lekke band kan opeens helemaal leegraken.
Tu b e l e s s b a n d e n k u n n e n n i e t z o m a a r l e k r a k e n , tenminste zolang het object dat het gaatje veroorzaakt (bijv. een spijker) maar in het rubber blijft zitten. Als u onder het rijden plotseling een sterke trilling voelt of vermoedt dat er een band beschadigd is, verminder dan direct uw snelheid. Rijd langzaam, vermijd sterk remmen en sturen en stop op een veilige plaats. Laat uw auto naar een Tesla Servicecentrum of een bandenspecialist brengen.
In sommige gevallen kunt u kleine gaatjes (minder dan 6 mm) repareren met een bandenreparatiesetje dat optioneel verkrijgbaar is bij Tesla. Dan kunt u met een aangepaste snelheid zelf naar een Tesla Servicecentrum of een bandenspecialist rijden (zie blz 7.10).
WA A R S C H U W I N G : R i j d n i e t d o o r m e t een lekke band. Ook niet als de band niet helemaal is leeggelopen, een lekke band kan op elk willekeurig moment ineens helemaal leegraken.
Vlakke kanten
Als de auto gedurende lange tijd heeft stilgestaan, kunnen er vlakke kanten op de banden ontstaan. Deze vlakke kanten zullen een trilling veroorzaken, dit verdwijnt vanzelf als de banden warm worden en hun oorspronkelijke vorm weer aannemen.
U kunt de banden op de maximale spanning brengen (zie bandensticker) om het ontstaan van vlakke kanten tegen te gaan maar vergeet niet om de banden eerst weer op de normale spanning te brengen voordat u met de auto gaat rijden.
Rijden in koude gebieden
Banden presteren minder goed in erg koude gebieden, dat betekent minder grip en een grotere kans op ongelukken. Banden worden stug als ze erg koud worden, daardoor kunnen ze de eerste kilometers tijdens het opwarmen rumoerig zijn. Neem contact op met Tesla voor advies over het gebruik van winterbanden.
Onderhoud banden
ONDERHOUD7.9
TPMS-storing
Als er een storing in het TPMS wordt geconstateerd, wordt de bestuurder gewaarschuwd dat het systeem niet naar behoren functioneert.
Het TPMS-controlelampje heeft daarvoor een extra functie, naast het melden van een te lage bandenspanning. Als er een storing in het systeem wordt geconstateerd, knippert het TPMS-controlelampje gedurende één minuut tijdens het starten en blijft dan constant branden. Dit blijft zich herhalen zolang de storing blijft bestaan.
Als het TPMS-controlelampje constant brandt, kan het zijn dat het systeem de bandenspanning niet kan controleren. Storingen met betrekking tot bandenspanningcontrole kunnen allerlei oorzaken hebben, waaronder het monteren van andere banden of wielen waardoor het systeem niet goed meer werkt. Controleer na het vervangen van een of meer banden en/of wielen door andere dan de originele exemplaren aan de hand van het TPMS-controlelampje of het systeem nog steeds goed werkt.
OPMERKING: Als een band vervangen is of gerepareerd werd met een ander vulmiddel dan dat van Tesla en er wordt een waarschuwing voor een te lage bandenspanning gegeven, dan kan het zijn dat de bandensensor beschadigd is. Neem contact op met een Tesla Servicecentrum om dit zo snel mogelijk te laten verhelpen.
Bandenspanningsensor vervangen
Neem contact op met een Tesla Servicecentrum als het TPMS-controlelampje regelmatig brandt om te laten controleren of er een bandenspanningsensor vervangen moet worden. Laat een bandenspanningsensor uitsluitend door een Tesla-technicus vervangen, hij kan een korte setup-procedure uitvoeren. Als een ander bedrijf de band vervangt of repareert, zal de bandenspanningsensor niet werken tot de setup-procedure door Tesla is gedaan.
VloeistofreservoirsVloeistofreservoirs
7.18GEBRUIKERSHANDLEIDING MODEL S
Vloeistofrese rvoirsAfdekplaat servicecompartiment
verwijderen
Ve r w i j d e r d e a f d e k p l a a t v a n h e t servicecompartiment om bij de zekeringen te komen en om de vloeistofniveaus te kunnen controleren:
1.Tr e k d e a f d e k p l a a t a a n d e a c h t e r z i j d e omhoog en neem het los uit de 5 klemmen.
2.Beweeg de plaat in de richting van de voorruit om deze te verwijderen.
AANWIJZING: De afdekplaat van het servicecompartiment voorkomt dat er water in de bagageruimte voorin komt. Zorg dat de afdekplaat overal goed sluit als u deze weer monteert.
Koelvloeistof batterij controleren
Als het vloeistofniveau te laag is, gaat er een controlelampje op het instrumentenpaneel branden. Stop zo snel mogelijk op een veilige plaats en neem contact op met Tesla Assistance om de auto naar een Tesla Servicecentrum te laten brengen.
Controle vloeistofniveau
Het niveau van de koelvloeistof voor de batterij wordt tijdens de reguliere onderhoudsbeurten door Tesla gecontroleerd. Als u dit zelf wilt doen, zet dan de auto op een vlakke ondergrond. Laat de auto afkoelen en verwijder dan de afdekplaat van het servicecompartiment (zie blz 7.18).
Controleer het vloeistofniveau aan de hand van de merktekens op de buitenkant van het reservoir. VERWIJDER DE VULDOP NOOIT EN VUL NOOIT VLOEISTOF BIJ. Dit kan tot schade leiden die niet onder garantie valt.
Het niveau moet tussen de merktekens MIN en MAX staan. Neem contact op met Tesla als u merkt dat het niveau daalt.
Koelvloeistof batterij bijvullen
Bijvullen van de koelvloeistof voor de batterij is onder geen enkele voorwaarde toegestaan. Neem direct contact op met Tesla als het controlelampje op het instrumentenpaneel waarschuwt dat het niveau te laag is.
Vo o r o p t i m a l e p re s t a t i e s e n e e n l a n g e levensduur van de batterij wordt er gebruik gemaakt van een speciale koelvloeistof, type G-48 ethyleen-glycol (HOAT). Neem contact op met Tesla voor meer informatie over deze koelvloeistof.
Vloeistofreservoirs
ONDERHOUD7.19
Remvloeistof
WA A R S C H U W I N G : N e e m o n m i d d e l l i j k contact op met Tesla als u merkt dat de slag van het rempedaal duidelijk verandert of als u merkt dat het remvloeistofniveau sterk is gedaald. Dit kan leiden tot een langere remweg en zelfs tot het wegvallen van de remmen.
Het controlelampje op het instrumentenpaneel waarschuwt de bestuurder als het remvloeistofniveau tot beneden het minimumniveau daalt. Als het lampje onder het rijden gaat branden, stop dan zo snel mogelijk op een veilige plaats en rem daarbij zo zacht mogelijk. Rijd niet verder! Neem direct contact op met Tesla voor hulp.
Controle vloeistofniveau
Het remvloeistofniveau wordt tijdens de reguliere onderhoudsbeurten door Tesla gecontroleerd. Als u dit zelf wilt doen, zet dan de auto op een vlakke ondergrond. Laat de auto afkoelen en verwijder dan de afdekplaat van het servicecompartiment (zie blz 7.18).
Controleer het vloeistofniveau aan de hand van de merktekens op de buitenkant van het reservoir zonder de vuldop te verwijderen.
Het niveau moet tussen de merktekens MIN en MAX staan.
OPMERKING: Tijdens het normale gebruik van de auto kan het vloeistofniveau door slijtage van de remblokken enigszins dalen, maar het niveau mag nooit beneden het merkteken MIN komen.
Remvloeistof bijvullen
Vul zelf geen remvloeistof bij. Tesla doet dit als u de auto brengt voor het reguliere onderhoud. De onderstaande instructies dienen uitsluitend ter informatie en als referentie:
1.Reinig de vuldop van het reservoir voordat u deze verwijdert, om te voorkomen dat er vuil in het reservoir komt.
2.Draai de vuldop los en verwijder deze.
3.Vul het reservoir met schone remvloeistof met de specificatie DOT3 of DOT4 bij tot het merkteken MAX.
4.Monteer de vuldop.
WA A R S C H U W I N G : G e b r u i k u i t s l u i t e n d nieuwe remvloeistof uit een ongeopende. luchtdichte container. Gebruik geen remvloeistof die al eerder werd gebruikt of remvloeistof uit een geopende container—de vloeistof is vochtabsorberend waardoor de capaciteit van het remsysteem sterk kan dalen.
WA A R S C H U W I N G : R e m v l o e i s t o f i s g i f t i g . Houd containers dicht en buiten bereik van kinderen. Neem direct op met een arts als iemand remvloeistof binnenkrijgt.
AANWIJZING: Remvloeistof tast de lak van de auto aan. Verwijder gemorste remvloeistof onmiddellijk met een absorberende doek en reinig het oppervlak met een mengsel van water en een autoshampoo.
VloeistofreservoirsVloeistofreservoirs
7.20GEBRUIKERSHANDLEIDING MODEL S
Ruitensproeiervloeistof bijvullen
De Model S heeft maar één reservoir dat u kunt bijvullen. Dat is het ruitensproeierreservoir onder de bagageruimte voorin. Als het vloeistofniveau laag is, verschijnt er een waarschuwing op het instrumentenpaneel. Vul het reservoir bij tot de vloeistof zichtbaar is in de vulpijp.
Gebruik geen kant-en-klare vloeistoffen waar middelen tegen insecten aan zijn toegevoegd. Deze middelen kunnen een folie op de ruit achterlaten waardoor het zicht belemmerd wordt of waardoor vervelende bijgeluiden kunnen optreden
Gebruik de ruitensproeiers af en toe om te controleren of de sproeiers juist zijn afgesteld en of ze niet verstopt zijn.
Ruitensproeiervloeistof bijvullen:
1.Reinig de vuldop van het reservoir voordat u deze verwijdert, om te voorkomen dat er vuil in het reservoir komt.
2.Open de vuldop.
3.Vul het reservoir bij tot de vloeistof zichtbaar is in de vulpijp.
4.Monteer de vuldop.
OPMERKING: In sommige landen gelden beperkingen ten aanzien van het gebruik van Vo l a t i l e O r g a n i c C o m p o u n d s ( VO C ' s ) . VO C ' s worden doorgaans gebruikt als antivries in ruitensproeiervloeistof. Gebruik een ruitensproeiervloeistof met VOC's alleen als ze voldoende bescherming bieden in het klimaat waar u met de auto rijdt.
AANWIJZING: Andere vloeistofreservoirs hoeven niet gecontroleerd of bijgevuld te worden. Naast het ruitensproeierreservoir bevinden zich nog twee extra reservoirs, onder de afdekplaat van het servicecompartiment. In het onwaarschijnlijke geval dat u een melding op het instrumentenpaneel krijgt dat een van deze reservoirs leeg zou zijn, stop dan op een veilige plaats en neem contact op met Tesla.
AANWIJZING: Mors geen ruitensproeiervloeistof op carrosseriedelen. Het negeren van deze aanwijzing kan schade veroorzaken. Veeg gemorste vloeistof direct af en was het bevuilde oppervlak met water.
WA A R S C H U W I N G : G e b r u i k e e n sproeiervloeistof met antivries bij temperaturen onder 4°C. Het gebruik van sproeiervloeistof zonder antivries bij koud weer kan het zicht ernstig belemmeren.
Zekeringen
ONDERHOUD7.21
Zekerin ge nPlaats van zekeringkasten
Er zijn drie zekeringkasten in het servicecompartiment in de bagageruimte voorin. Kijk voor meer informatie over het verwijderen van de afdekplaat van het servicecompartiment op blz 7.18.
1.Zekeringkast 1 (zie blz 7.22). Vervang deze zekeringen NIET. Neem contact op met Te s l a a l s e e n v a n d e z e z e k e r i n g e n d e f e c t i s .
2.Zekeringkast 2. (zie blz 7.23).
3.Zekeringkast 3 (zie blz 7.24).
Als uw auto is uitgerust met het optionele Cold We a t h e r - p a k ke t i s e r n o g e e n ex t ra zekeringkast (4) onder het zijpaneel aan bestuurderszijde aangebracht.
Zekering vervangen
Druk op de plastic lippen a a n d e z i j k a n t o m e e n zekeringkast te openen.
Zoek de zekering van het uitgevallen circuit. Zoek de zekering van het uitgevallen circuit aan de hand van het label aan de binnenzijde van de zekeringkast of aan de hand van de tabel op de volgende bladzijde.
Tr e k a a n d e z e k e r i n g o m d e z e t e v e r w i j d e r e n . Een gebroken draad in de zekering betekent dat de zekering is doorgebrand.
OPMERKING: Vervang de zekeringen in zekeringkast 1 en 4 niet en vervang of verplaats ook geen relais. Neem contact op met Tesla als een van deze zekeringen of relais defect is.
WA A R S C H U W I N G : S c h a k e l d e a u t o handmatig helemaal uit helemaal uit voordat u een zekering vervangt (zie blz 4.7).
AANWIJZING: Gebruik bij vervanging alleen door Tesla goedgekeurde zekeringen met dezelfde stroomsterkte en dezelfde specificaties. Het gebruik van een verkeerde zekering kan leiden tot schade aan het elektrische systeem en kan brand veroorzaken.
AANWIJZING: Als een zekering na vervanging opnieuw doorbrandt, neem dan contact op met Tesla om het elektrische systeem van de auto te laten controleren.
ZekeringenZekeringen
7.22GEBRUIKERSHANDLEIDING MODEL S
Zekeringkast 1
Om bij zekeringkast 1 te kunnen komen, moeten er onderdelen verwijderd worden wat alleen door Te s l a - t e c h n i c i g e d a a n m a g w o r d e n . De onderstaande lijst dient alleen o m u te h e l p e n o m te b e p a l e n of een zekering vervangen moet worden. Neem contact op met een Tesla Servicecentrum als een van deze zekeringen vervangen moet worden.
Zekering AmpèrageCircuit
OPMERKING: DEZE ZEKERINGEN MOETEN DOOR EEN TESLA-TECHNICUS VERVANGEN WORDEN15 AAccessoiresensor, radio, USB-hub25 AKoplamphoogteverstelling (EU/China alleen auto's met schroefveren)35 AVerlichting make-upspiegels, achteruitkijkspiegel430 AStoelverwarming buitenste stoelen achterin (alleen Cold We a t h e r - o p t i e)515 AStoelverwarming (bestuurdersstoel)620 AStandaard audioversterker715 AStoelverwarming (passagiersstoel)820 APremium audioversterker925 AOpen dak10 5 A Passieve veiligheidsvoorzieningen11 5 A Bedieningsorganen stuurkolom12 5 A Slingersensor (Stabiliteit/Traction Control)13 15 A Ruststand ruitenwisser14 5 A Omvormer aandrijving15 20 A Elektrische parkeerrem16 5 A Parkeer-/dode-hoeksensoren17 20 A Elektrische parkeerrem18 5 A Niet in gebruik19 5 A HVAC-sensor20 5 A Interieurverwarming21 15 A Pomp 1 koelvloeistof batterij22 5 A Servo's luchttoevoer23 15 A Koelvloeistofpomp aandrijflijn24 5 A Climate control25 15 A Pomp 2 koelvloeistof batterij26 - Niet in gebruik27 10 A Thermische beveiliging
Zekeringen
ONDERHOUD7.25
Zekeringkast 4
Als uw auto is uitgerust met het optionele Cold Weather-pakket is er nog een extra zekeringkast (4) onder het zijpaneel aan bestuurderszijde aangebracht. Om bij zekeringkast 4 te kunnen komen, moeten er onderdelen verwijderd worden wat alleen door Tesla-technici gedaan mag worden. De onderstaande lijst dient alleen om u te helpen om te bepalen of een zekering vervangen moet worden. Neem contact op met een Tesla Servicecentrum als een van deze zekeringen vervangen moet worden.
Zekering AmpèrageCircuit
OPMERKING: DEZE ZEKERINGEN MOETEN DOOR EEN TESLA-TECHNICUS VERVANGEN WORDEN
101 15 A Stoelverwarming linksachter
102 15 A Stoelverwarming rechtsachter
103 15 A Bediening stoelverwarming middenachter
104 15 A Stoelverwarming middenachter
105 15 A Verwarming ruitenwissers
106 - Niet in gebruik