38Externe apparaten
Verbind een iPod als volgt:1. Verbind één uiteinde van de stan‐
daard iPod USB-kabel met de
dockconnector van de iPod.
2. Sluit het andere uiteinde aan op de USB-poort in de middencon‐
sole.
Informatie over de muziek op de iPod
verschijnt op het display van het Info‐ tainmentsysteem en de muziek wordt
afgespeeld via het audiosysteem van
de auto.
De batterij van de iPod herlaadt auto‐
matisch wanneer het voertuig is inge‐
schakeld. De iPod sluit af en stopt met opladen wanneer de auto wordt afge‐ sloten.
Als uw iPod niet wordt ondersteund,
kunt u de muziek erop nog steeds be‐
luisteren door de iPod aan te sluiten
op de AUX-ingang met een standaard
stereokabel van 3,5 mm.iPod-menu
Gebruik iPod-menu voor selecteren
van:
Door elkaar : druk hierop om de titels
in willekeurige volgorde af te spelen.
Druk opnieuw om willekeurige volg‐
orde te stoppen.
Vergelijkbare nummers afspelen :
Hiermee kan het Infotainmentsys‐
teem afspeellijsten aanmaken met
songs/tracks die op de nu beluisterde
lijken. Het Infotainmentsysteem
creëert een afspeellijst met maximaal 30 gelijksoortige songs. De afspeel‐
lijst verschijnt in de Afspeellijsten-ca‐
tegorie van het menu voor later be‐
luisteren.
1. Druk hierop voor automatisch cre‐
eren van een afspeellijst voor
songs die op de nu beluisterde lij‐
ken.
2. Op het display verschijnt "Afspeellijst succesvol
aangemaakt " en het systeem blijft
de huidige song afspelen.
Afspeellijst verwijderen : druk hierop
om een nieuw aangemaakte afspeel‐
lijst te wissen.
Afspeellijsten :
1. Druk op deze toets om de afspeel‐
lijsten op het apparaat te bekijken.
2. Selecteer de naam van een af‐ speellijst om een lijst met alle mu‐
zieknummers uit de afspeellijst te
bekijken.
3. Selecteer een muzieknummer uit de lijst om het afspelen te begin‐
nen.
Navigatie43NavigatieGebruik........................................ 43
Kaarten ........................................ 45
Symbolenoverzicht ......................47
Bestemming ................................. 50
Globaal Positioning System
(gps) ............................................. 58
Problemen met
routebegeleiding ..........................59Gebruik
Gebruik de toets NAV op de console
of de schermtoets Navigatie op de
Homepage om naar de navigatiekaart
te gaan. Druk nogmaals op de toets
NAV om af te wisselen tussen de nor‐
maal gedeelde en de volledige kaart‐ weergave.
Navigatiemenu
Met de schermtoets Menu rechtson‐
der op het display gaat u naar
Navigatiemenu .
De beschikbare tiptoetsen zijn:
Bestemming invoeren / Routemenu
Druk hierop om naar het Bestemming
invoeren -scherm te gaan om een be‐
stemming in te voeren wanneer de
begeleiding niet werkt.
Druk hierop om naar Routemenu te
gaan om de huidige route te wijzigen, de bestemming te annuleren of een
viapunt toe te voegen wanneer de be‐
geleiding werkt.
54Navigatie
Favoriete routes
Een favoriete route toevoegen:1. Druk op de schermtoets Bestemming op de Homepage
om de schermtoets voor
Favoriete routes weer te geven.
2. Druk op de schermtoets Favoriete
routes om de lijst met favoriete
routes weer te geven.
3. Selecteer Nieuwe favoriete route
en voer een naam van een favo‐
riete route in.
4. Druk op OK en het display gaat
terug naar de lijst met favoriete routes.
5. Selecteer de favoriete route en voeg een viapunt toe met een van
de bestemmingsmethodes, zoals
adresinvoer, POI-invoer, enz.
Een favoriete route selecteren:
1. Druk op de schermtoets Bestemming op de Homepage
om de schermtoets voor Favoriete routes weer te geven.
2. Druk op de schermtoets Favoriete
routes om een lijst met beschik‐
bare favoriete routes weer te ge‐ ven.
3. Blader naar en selecteer een fa‐ voriete route.
4. Druk op de toets Begeleiding
starten . De route wordt berekend.
Een favoriete route wissen: 1. Druk op de schermtoets Bestemming op de Homepage
om de schermtoets voor
Favoriete routes weer te geven.
2. Scrol naar en selecteer de te wis‐
sen route.
3. Bewerken indrukken.
4. Favoriete route verwijderen in‐
drukken.Naam van route wijzigen:
1. Druk op de schermtoets Bestemming op de Homepage
om de schermtoets voor
Favoriete routes weer te geven.
2. Druk op de toets Bewerken.
3. Selecteer Naam bew..
4. Voer de naam in met het toetsen‐
blok.
5. Druk op de toets Klaar. De nieuwe
naam verschijnt in het menu
Favoriete routes .
My Home
Als er geen thuisbestemming is inge‐
voerd, sla dan een bestemming op
door op de toets Homepage
Bestemming te drukken. Voer een
bestemming met een van de bestem‐
mingsinvoermethoden in (o.a. Adres
72Telefoon
1. Druk op :. Het systeem rea‐
geert met " Geef een commando. ",
gevolgd door een toon.
2. Zeg Apparatenlijst .
Gekoppelde telefoon verwijderen
Zie als de naam van de te wissen te‐
lefoon onbekend is "Alle gekoppelde
en verbonden telefoons in een lijst
weergeven".
1. Druk op :. Het systeem rea‐
geert met " Geef een commando. ",
gevolgd door een toon.
2. Zeg Apparatenlijst .
3. Zeg " Apparaat wissen ".
4. Het systeem reageert met: " Om
een apparaat te verwijderen,
selecteer dan de naam uit de lijst. "
Annuleer dit commando door op x /n op de stuurbedieningsknoppen
of de toets 9 BACK op het Infotain‐
mentsysteem te drukken.
Verbinden met andere telefoon
Bij het verbinden met een andere mo‐
biele telefoon zoekt het systeem naar de volgende beschikbare mobiele te‐lefoon. Afhankelijk van de te verbin‐
den mobiele telefoon moet dit com‐
mando wellicht worden herhaald.
1. Druk op :. Het systeem rea‐
geert met " Geef een commando. ",
gevolgd door een toon.
2. Zeg " Toestel kiezen | Toestel
selecteren | Apparaat kiezen |
Apparaat selecteren ".
◆ Selecteer een apparaat door op
het display op de naam ervan te
drukken.
◆ Als er geen andere mobiele te‐ lefoon wordt gevonden, blijft de
oorspronkelijke telefoon ver‐
bonden.
Gesprek voeren met
contactenlijst en bedieningsorganen
Infotainment Bij mobiele telefoons met contacten‐
lijstfunctie kan het Bluetooth-systeem
de contactpersonen op de mobiele te‐
lefoon gebruiken om gesprekken te
voeren. Raadpleeg de gebruikshand‐
leiding van de fabrikant van de mo‐biele telefoon of neem contact op met de draadloze provider om te zien of
deze functie wordt ondersteund.
Wanneer een mobiele telefoon on‐
dersteuning biedt voor de telefoon‐
boekfunctie, worden de menu's
Telefoonboek en Gesprekslijsten au‐
tomatisch beschikbaar.
Met het menu Telefoonboek kunt u
het telefoonboek op uw mobiele tele‐
foon gebruiken om een gesprek te
voeren.
Via het menu Gesprekslijsten hebt u
toegang tot de telefoonnummers van‐
uit de verschillende gesprekslijstme‐
nu's op de mobiele telefoon om te
kunnen bellen.
Het Infotainmentsysteem toont de
eerste 1.000 contactpersonen en de
telefoonnummers voor elke contact‐
persoon inclusief thuis, op het werk ,
op cel en op overige .
81
DDisplay-instellingen................. 18, 41
DTMF-tonen (Dual Tone Multi- Frequency-tonen) ......................68
E Een cd laden................................. 29
Een cd verwijderen .......................29
Een gesprek aanvaarden of weigeren.................................... 68
Een gesprek al dan niet dempen ..68
Een gesprek beëindigen ...............68
Een gesprek ontvangen ...............68
Een gesprek voeren .....................68
Een route afleggen .......................47
Een station zoeken .......................22
Een telefoon koppelen ..................68
Een telefoon verbinden ................68
F
Favoriete route ............................. 50
FM ................................................ 27
G Gebruik ......................................... 43
AUX ........................................... 32
iPod ........................................... 32
USB ........................................... 32
Gebruik van mobiele telefoon .......27
Gedetailleerde gebieden ..............45Geluidsinstellingen .......................17
Gemengde voorkeuzes ................22
Gesprek in wachtstand .................68
Gesproken feedback ....................68
Globaal Positioning System (gps) 58
Gracenote ..................................... 32
H Het systeem wissen...................... 68
Hulp voor stemherkenning ...........61
I
Inleiding ......................................... 4
iPhone, audio via iPod ..................36
iPod Algemene aanwijzingen ............32
Apparaat aansluiten ..................32
iPod-menu ................................. 36
K Kaarten ........................................ 45
Kaartgegevensupdates ................45
Kiezen op kaart............................. 50
Klok instellen ................................ 18
L Lengte/breedtecoördinaten ..........50
Luisteren naar radio .....................22M
Menu-toets.................................... 50
Multibandantenne .........................28
N Navigatie-instellingen ...................18
Navigatiesymbolen .......................47
Navigatiesysteem gebruiken ........43
Navigatiesysteem, het systeem gebruiken .................................. 43
Nuttige hints voor gesproken commando's .............................. 61
O Onderhoud aan het navigatiesysteem ......................59
Overzicht bedieningselementen .....5
P
Personaliseren.............................. 18
Problemen met routebegeleiding. 59
Problemen oplossen met iPhone, iPod Touch en iPad .....36
Q
Quickinfo....................................... 13
R Radio Data System (RDS) ........... 24
Radio-instellingen .........................18