128Rijden en bediening
■ Vergrendel de auto.
■ Diefstalalarmsysteem inschakelen.
■ Koelventilatoren kunnen ook na het
afzetten van de motor in werking treden 3 156.
■ Na een rit waarbij met hoge motor‐ toerentallen of met hoge motorbe‐
lasting werd gereden, de motor
vóór het afzetten gedurende een
korte tijd met lage belasting laten
draaien of gedurende ca.
30 seconden stationair laten
draaien om de turbolader te be‐
schermen.
Let op
Bij een ongeval waarbij airbags wor‐
den geactiveerd, wordt de motor au‐ tomatisch uitgeschakeld als het
voertuig binnen een bepaalde tijd tot
stilstand komt.Uitlaatgassen9 Gevaar
Motoruitlaatgassen bevatten het
giftige en bovendien kleur- en
geurloze koolmonoxide dat bij in‐
ademen levensgevaarlijk kan zijn.
Wanneer uitlaatgassen in de pas‐
sagiersruimte dringen, de ruiten openen. Oorzaak van de storing
door een werkplaats laten verhel‐
pen.
Niet met een geopende achterklep
rijden, aangezien er dan uitlaat‐
gassen de passagiersruimte bin‐
nen kunnen dringen.
Katalysator
De katalysator vermindert de hoe‐
veelheid schadelijke stoffen in de uit‐
laatgassen.
Voorzichtig
Het gebruik van andere brandstof‐ kwaliteiten dan die genoemd op
pagina 3 148, 3 213 kan aanlei‐
ding geven tot schade aan de ka‐
talysator en elektronische onder‐
delen.
Onverbrande benzine kan leiden
tot oververhitting van en schade
aan de katalysator. Daarom de startmotor niet onnodig lang laten
draaien, de tank niet leegrijden en
de motor niet door duwen of sle‐
pen proberen te starten.
Bij overslag, een onregelmatige mo‐
torloop, beperkingen van het motor‐
vermogen of andere ongewone sto‐
ringen, de oorzaak van de storing
meteen door een werkplaats laten
verhelpen. In noodgevallen kan er
korte tijd met matige snelheid en laag
motortoerental verder worden gere‐
den.
222TrefwoordenlijstAAanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen ..............206, 210
Aanduidingen op banden ..........179
Aansteker .................................... 79
Accessoires en modificaties van auto ........................................ 155
Accu ........................................... 160
Achterlichten .............................. 167
Achterruitverwarming ................... 30
Achteruitrijlichten .......................109
Afmetingen auto ........................216
Airbag deactiveren ....................... 45 Airbag-deactivering ...................... 86
Airbag en gordelspanners ...........86
Airbaglabel.................................... 40
Airbagsysteem ............................. 40
Airconditioning ........................... 114
Airconditioning regelmatig aanzetten ............................... 122
Alarmknipperlichten ...................107
Algemene richtlijnen voor het rijden ....................................... 123
Andere auto slepen ...................200
Antiblokkeersysteem .................129
Antiblokkeersysteem (ABS) .........87
Asbakken ..................................... 79
Autogegevens ............................ 210
Autokrik....................................... 177Automatische dimfunctie .............28
Automatische verlichting ............ 106
Automatisch vergrendelen ...........23
Auto ontgrendelen .........................6
Auto slepen ................................ 198
Auto stallen ................................. 155
B Bagageruimte ........................ 24, 64
Bagageruimte-afdekking .............65
Bandenreparatieset ...................185
Bandenspanning .......................179
Bandenspanningscontrolesys‐ teem .................................. 88, 180
Bandenspanningswaarden ........218
Batterijspanning .........................100
Bedieningsorganen ......................72
Bekerhouders .............................. 52
Bekleding .................................... 204
Beladingsinformatie .....................70
Beslagen lampglazen ................109
Bestuurdersondersteuningssys‐ temen ...................................... 134
Beveiliging van de auto ................25
Binnenspiegels ............................. 28
Binnenverlichting ...............109, 171
Blindehoeksysteem ....................146
Bolle vorm .................................... 27
Boordgereedschap .....................177
Boordinformatie ........................... 97