311
Veiligheidssysteem van uw auto
Instapfunctie (indien van toepassing)
Het systeem beweegt de bestuurders-stoel als volgt automatisch:
Zonder Smart Key-systeem- De bestuurdersstoel beweegt naarachteren als de contactsleutel uit het
contactslot wordt verwijderd en het
bestuurdersportier wordt geopend.
- De bestuurdersstoel beweegt naar voren als de contactsleutel in het
contactslot gestoken wordt.
Met Smart Key-systeem - De bestuurdersstoel beweegt naarachteren als de toets ENGINE
START/STOP UIT wordt gezet en het
bestuurdersportier wordt geopend.
- De bestuurdersstoel beweegt naar voren als de toets ENGINE
START/STOP in stand ACC of
START wordt gezet.
U kunt deze functie activeren of
deactiveren. Zie "Gebruikersinstell" in dithoofdstuk 4. Hoofdsteun (Voorstoel)
De stoelen van de bestuurder en
voorpassagier zijn voor extra veiligheid
en comfort voorzien van een hoofdsteun.
De hoofdsteun biedt niet alleen comfort,
maar helpt tevens bij de bescherming
van hoofd en nek van de inzittenden bij
een aanrijding.
OHM038048N
WAARSCHUWING
Ga voorzichtig te werk als u
posities instelt vanuit het geheugen
als u in de auto zit. Duw de
schakelaar voor het verstellen van
de stoel onmiddellijk in de
gewenste richting als de stoel te
ver in een bepaalde richting
beweegt.
Kenmerken van uw auto
Sleutels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-5• Noteer het sleutelnummer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-5
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-5
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-6
Portiervergrendeling met afstandsbediening. . . . . 4-8 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-8
. . . . . . . . . 4-10
Smart Key . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-13 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-13
. . . . . . . . 4-15
een noodsituatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-16
Antidiefstalsysteem. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-17 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-17
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-19
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-19
Portiersloten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-20 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-20
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-21
. . . . . . . . . . . . . . . . . 4-23
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-24 Achterklep . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-25
. . . . . . . . . . . . . . 4-25
. . . . . . . . . . . . . . . 4-27
. . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-37
Ruiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-38 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-39
Motorkap. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-43 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-43
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-44
Tankdopklep . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-45 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-45
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-45
. . . . . . . . . . . . . . . . 4-47
Panoramadak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-48 . . . . . . . . 4-48
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-49
. . . . . . . . . . . 4-50
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-51
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-51
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-53
4
45
Kenmerken van uw auto
Noteer het sleutelnummerHet sleutelnummer is
ingeslagen of gedrukt inhet plaatje met desleutelcode aan uw set
sleutels.
Als u uw sleutels verloren bent,
adviseren we u contact op te nemen met
een officiële HYUNDAI-dealer. Verwijder
het plaatje met de sleutelcode en bewaar
dit op een veilige plaats. Noteer
daarnaast het nummer en bewaar dit op
een veilige plaats buiten de auto. Sleutelfuncties
Wordt gebruikt om de motor te starten.
Wordt gebruikt om de portieren te
vergrendelen en ontgrendelen.
Wordt gebruikt om het dashboardkastje te vergrendelen en
ontgrendelen.
SLEUTELS
WAARSCHUWING
Gebruik uitsluitend een originele
HYUNDAI-contactsleutel in uw
auto. Als er een imitatiesleutel
wordt gebruikt, kan het gebeurendat het contactslot na het aanslaan
van de motor niet van stand START
naar stand ON terugkeert. Hierdoor
blijft de startmotor continu draaien
en kan er schade ontstaan aan de
startmotor. Tevens kan er brand
ontstaan als gevolg van over
-verhitting in de bedrading.
WAARSCHUWING - Contactsleutel (Smart Key)
Kinderen alleen in de auto
achterlaten met de contactsleutel
(Smart Key) in de auto is gevaarlijk,
zelfs wanneer de sleutel niet in hetcontact steekt of wanneer de
startknop niet in stand ACC of ONstaat.
Kinderen doen graag volwassenen na en zouden de sleutel in hetcontact kunnen steken of op de
startknop kunnen drukken.
Met de contactsleutel (Smart Key)
is het mogelijk voor kinderen om de
elektrisch bedienbare ruiten teopenen of andere
bedieningsorganen in werking te
stellen. Het is zelfs mogelijk dat ze
de auto in beweging weten te
zetten. Dit kan ernstig lichamelijk
letsel tot gevolg hebben.
Laat kinderen nooit zonder toezicht
achter met de sleutels in de autoterwijl de motor draait.
Kenmerken van uw auto
6
4
Startblokkeersysteem
(indien van toepassing)
Uw auto kan uitgerust zijn met een
elektronisch startblokkeersysteem om de
kans op ongeoorloofd gebruik te
verminderen.
Het startblokkeersysteem bestaat uit een
kleine transponder in de sleutel en
elektronische systemen in de auto.Auto's zonder Smart Key-systeem
Wanneer u uw contactsleutel in het contactslot steekt en het contact in stand
ON zet, controleert het startblokkeer-
systeem of de sleutel geldig is.
Als de sleutel geldig is, kan de motor
worden gestart.
Als de sleutel niet geldig is, kan de motor
niet worden gestart.
Uitschakelen van het
startblokkeersysteem
Steek de sleutel in het contact en zet het contact in stand ON.
Activeren van het startblokkeersysteem
Zet het contact in de stand OFF.
Het startblokkeersysteem wordt
automatisch geactiveerd. Zonder geldige
sleutel kan de motor niet worden gestart.
Auto's met Smart Key-systeem
Wanneer u de startknop in stand ON zet,
controleert het startblokkeersysteem ofde sleutel geldig is of niet.
Als de sleutel geldig is, kan de motor
worden gestart.
Als de sleutel niet geldig is, kan de motor
niet worden gestart.
Uitschakelen van het
startblokkeersysteem
Zet de startknop in de stand ON.
Activeren van het startblokkeersysteem
Zet de startknop in de stand OFF. Het
startblokkeersysteem wordt automatisch
geactiveerd. Zonder geldige smart key
kan de motor niet worden gestart.
411
Kenmerken van uw auto
Vervangen van batterij
De batterij van een Smart Key zou een aantal jaren mee moeten gaan, maar
vervang als uw Smart Key niet correct
werkt eerst de batterij door een nieuwe.Bij vragen over het gebruik van de
afstandsbediening of over het vervangen
van de batterij, adviseren we u contact
op te nemen met een officiële HYUNDAI-
dealer.
1. Plaats een smal stukje gereedschap
in de opening en wip het dekseltje los.
2. Vervang de batterij door een nieuw exemplaar (CR2032). Let bij het
plaatsen van de nieuwe batterij op de
polariteit.
3. Plaats het deksel aan de achterzijde.
Voor vervangende afstandsbedieningen
adviseren we u contact op te nemen met
een officiële HYUNDAI-dealer.OPMERKING
Zorg ervoor dat de afstands-bediening niet nat wordt. Bescha-diging van de afstandsbediening door water of andere vloeistoffen,
valt niet onder de fabrieksgarantie.
OPMERKING
Door het aanbrengen van wijzingenen aanpassingen waarvoor geen toestemming is verleend, kunnen
de rechten van de gebruiker komente vervallen. Als de portier
-vergrendeling met afstands-bediening door wijzigingen ofaanpassingen waarvoor geentoestemming is verleend niet meer
bediend kan worden, valt dit niet onder de fabrieksgarantie.
OPMERKING
Houd de afstandsbediening uit debuurt van elektromagnetische materialen die de
elektromagnetische golven naar desleutel tegenhouden.
■ Type B OLM042302
■
Type A
OHG040009
Kenmerken van uw auto
12
4
OPMERKING
De afstandsbediening of Smart
Key is ontworpen voor jarenlang
probleemloos gebruik. Doorvocht of statische elektriciteit kande afstandsbediening echter defect raken. Bij vragen over het
gebruik van deafstandsbediening of over het vervangen van de batterij,
adviseren we u contact op tenemen met een officiëleHYUNDAI-dealer.
Door het gebruik van een verkeerde batterij kan de
afstandsbediening of Smart Key niet goed werken. Gebruik altijdde juiste batterij.
Laat de afstandsbediening of Smart Key om beschadiging te
voorkomen niet vallen en stelhem niet bloot aan vocht, hitte ofzonlicht.
OPMERKING
Een onjuist afgevoerde batterij kanschadelijk zijn voor het milieu en
voor uw gezondheid.
Zorg ervoor dat de batterij volgensde wettelijke voorschriften wordtafgevoerd.
413
Kenmerken van uw auto
Werking van de Smart Key
1. Portieren vergrendelen
2. Portieren ontgrendelen
3. Achterklep openenMet de Smart Key kunt u de portieren en
achterklep ver- en ontgrendelen en zelfs
de motor starten zonder dat u de sleutel
ergens in hoeft te steken. De toetsen op
de Smart Key werken hetzelfde als die
van de afstandsbediening. Raadpleeg
"Portiervergrendeling met afstands
-bediening" in dit hoofdstuk.
Wanneer u de Smart Key bij u hebt, kunt
u de portieren (en de achterklep)
vergrendelen en ontgrendelen. U kunt
ook de motor starten. Meer informatie
hierover vindt u in de volgende
paragraaf.
SMART KEY (STATIONWAGON) (INDIEN VAN TOEPASSING)
ODM042006
ODMECO3030
Kenmerken van uw auto
14
4
Vergrendelen
1. Zorg ervoor dat u de Smart Key bij u
heeft.
2. Sluit alle portieren.
3. Druk op de toets van de portiergreep aan de buitenzijde.
4. De alarmknipperlichten zullen één keer knipperen. (De motorkap en
achterklep dienen gesloten te zijn.)
5. Controleer of de portieren gesloten zijn door aan de portiergreep aan de
buitenzijde trekken.
✽✽AANWIJZING
De toets werkt alleen als de Smart Key zich binnen een afstand van 0,7 m van
de portiergrepen aan de buitenzijde
bevindt.
Als u op de toets in de portiergreep
aan de buitenzijde drukt, zullen in de
onderstaande gevallen de portieren
niet worden vergrendeld en zal de
waarschuwingszoemer 3 seconden
klinken:
- De Smart Key bevindt zich in deauto.
- De startknop staat in de stand ACC
of ON.
- Een portier of de achterklep
geopend wordt.
Ontgrendelen
1. Zorg ervoor dat u de Smart Key bij u heeft.
2. Druk op de toets van de portiergreep aan de buitenzijde van het voorportier.
3. Alle portieren zullen ontgrendelen en de alarmknipperlichten zullen twee
keer knipperen.
✽✽AANWIJZING
De toets werkt alleen als de Smart Key zich binnen een afstand van 0,7 m van
de portiergrepen aan de buitenzijde
bevindt.
Als de Smart Key zich binnen 0,7 m van de portiergrepen aan de
buitenzijde bevindt, kunnen ook
andere personen de portieren openen.
Na het ontgrendelen van alle portieren worden ze automatisch
vergrendeld als niet een van de
portieren geopend wordt.
Ontgrendelen van de achterklep
1. Zorg ervoor dat u de Smart Key bij u heeft.
2. Druk de schakelaar op de handgreep van de achterklep in.
3. De achterklep zal worden ontgrendeld.
✽✽AANWIJZING
Als de achterklep eenmaal geopend en gesloten wordt, zal hij automatisch
vergrendeld worden.
De toets werkt alleen als de Smart Key
zich binnen een afstand van 0,7 m van
de handgreep op de achterklep
bevindt.