Page 163 of 207

123) Rijd nooit met een leeg
ruitensproeierreservoir:
ruitensproeiers zijn van
fundamenteel belang voor een
goed zicht. Herhaaldelijke werking
van het systeem zonder vloeistof
kan leiden tot schade aan of
snelle verslechtering van
sommige systeemcomponenten.
124) Bepaalde in de handel
verkrijgbare additieven voor
ruitensproeiervloeistoffen zijn
ontvlambaar. De motorruimte
bevat hete onderdelen die bij
contact met de vloeistof tot brand
kunnen leiden.
125) Remvloeistof is giftig en uiterst
corrosief. Als er per ongeluk
remvloeistof gemorst wordt,
moeten de betrokken delen
onmiddellijk worden gewassen
met water en neutrale zeep.
Vervolgens met veel water
afspoelen. In geval van inslikken
onmiddellijk een arts raadplegen.
126) Het symbool
op het reservoir
geeft aan dat een synthetische
remvloeistof moet worden
gebruikt, dus geen minerale
remvloeistof. Het gebruik van
minerale vloeistoffen kan de
speciale rubbers in het
remsysteem onherstelbaar
beschadigen.
BELANGRIJK
3) Gebruikte motorolie en oliefilters
bevatten stoffen die schadelijk
zijn voor het milieu. Geadviseerd
wordt naar een speciaal Alfa
Romeo Servicepunt te gaan om de
olie en de filters te laten
vervangen.
LUCHTFILTER
Neem voor het vervangen van het filter
contact op met een speciaal Alfa
Romeo Servicepunt.
159
Page 164 of 207

ACCU
Het elektrolyt van de accu A fig. 127
hoeft niet te worden bijgevuld met
gedestilleerd water. Een periodieke
controle bij een speciaal Alfa Romeo
Servicepunt is echter noodzakelijk om
de efficiëntie te verifiëren.
ACCU VERVANGEN
127) 128) 129) 130)
27)
4)
Vervang indien nodig de accu door een
andere originele accu met dezelfde
specificaties. Volg de aanwijzingen van
de fabrikant van de accu voor het
onderhoud.NUTTIG ADVIES OM DE
LEVENSDUUR VAN DE
ACCU TE VERLENGEN
Neem de volgende aanwijzingen in acht
om het snel ontladen van de accu te
voorkomen en de levensduur te
verlengen:
❒wanneer de auto wordt geparkeerd,
controleer dan of de portieren en de
achterklep goed gesloten zijn.
Hiermee wordt voorkomen dat de
verlichting in respectievelijk het
interieur en de bagageruimte blijft
branden.
❒schakel de interieurverlichting uit; de
auto is in ieder geval uitgerust met
een systeem dat de binnenverlichting
automatisch uitschakelt;
❒houd accessoires (bijv. autoradio,
alarmknipperlichten, etc.) niet te
lang ingeschakeld wanneer de motor
is uitgezet;
❒maak voordat werkzaamheden aan
de elektrische installatie worden
uitgevoerd, de kabel van de minpool
op de accu los.BELANGRIJK Wacht, nadat de
contactsleutel naar STOP is gedraaid
en het bestuurdersportier is gesloten,
minstens één minuut alvorens de
elektrische voeding naar de accu los te
koppelen. Wanneer de elektrische
voeding naar de accu weer wordt
aangesloten, controleren of de
contactsleutel in de stand STOP staat
en of het bestuurdersportier gesloten is.
BELANGRIJK Als het ladingsniveau
gedurende langere tijd onder 50% blijft,
raakt de accu door sulfatering
beschadigd. Hierdoor verminderen de
capaciteit en het startvermogen.
De accu is in dit geval ook gevoeliger
voor bevriezing (dit kan reeds bij
temperaturen van -10°C gebeuren). Als
de auto langere tijd niet gebruikt wordt,
zie dan de paragraaf "Langdurige
stilstand van de auto” in het hoofdstuk
"Starten en rijden".
Als men na aanschaf van de auto
elektrische accessoires wil monteren
die constante voeding vereisen (alarm
enz.), of accessoires die de elektrische
installatie zwaar belasten, wordt
geadviseerd contact op te nemen met
een speciaal Alfa Romeo Servicepunt;
het gekwalificeerde personeel zal dan
het totale stroomverbruik van deze
accessoires beoordelen.
127A0L0138
160
ONDERHOUD EN ZORG
Page 165 of 207

BELANGRIJK
127) Accuvloeistof is giftig en
corrosief. Vermijd contact met
huid en ogen. Houd open vuur en
vonkvormende apparaten uit de
buurt van de accu: brand- en
explosiegevaar.
128) Als de accu met onvoldoende
vloeistof werkt, kan dit de accu
onherstelbaar beschadigen en
een explosie veroorzaken.
129) Als de auto langere tijd niet
gebruikt wordt onder extreem
koude weersomstandigheden, dan
moet de accu worden verwijderd
en op een verwarmde plaats
worden bewaard om bevriezing te
voorkomen.
130) Draag altijd een speciale bril
wanneer aan of in de buurt van
de accu wordt gewerkt.
BELANGRIJK
27) Onjuiste installatie van
elektrische en elektronische
accessoires kan ernstige schade
aan de auto toebrengen. Neem
contact op met een speciaal Alfa
Romeo Servicepunt als u, na
aanschaf van de auto, accessoires
wilt installeren (diefstalbeveiliging,
enz.). Zij kunnen de meest
geschikte apparaten aanraden en
vooral beoordelen of een accu
met grotere capaciteit nodig is.
BELANGRIJK
4) Accu’s bevatten stoffen die zeer
gevaarlijk zijn voor het milieu.
Neem voor het vervangen van de
accu contact op met een speciaal
Alfa Romeo Servicepunt.
WIELEN EN BANDEN
Controleer voor een lange reis en elke
twee weken de bandenspanning.
Controleer de bandenspanning
wanneer de banden koud zijn.
131) 132) 133) 134) 135)
Het is normaal dat de spanning tijdens
het rijden toeneemt. Zie voor de
correcte bandenspanning de paragraaf
“Wielen” in het hoofdstuk “Technische
gegevens”.
Onjuiste bandenspanning leidt tot
abnormale slijtage van de banden fig.
128:
A normale spanning: gelijkmatige
slijtage van het loopvlak;
B te lage spanning: overmatige slijtage
aan de zijkanten van het loopvlak;
128A0L0085
161
Page 168 of 207

RUITENSPROEIERS
Ruitensproeiers
De ruitensproeiers zijn verstelbaar fig.
131. Ze zijn oorspronkelijk in de fabriek
afgesteld. Neem contact op met een
speciaal Alfa Romeo Servicepunt om ze
indien nodig opnieuw af te stellen.Als de ruitensproeiers niet werken,
controleer dan eerst of er
ruitensproeiervloeistof in het reservoir zit
(zie paragraaf “Controle van
vloeistofniveaus” in dit hoofdstuk).
Controleer vervolgens of de
sproeigaatjes niet verstopt zijn. Gebruik
zo nodig een naald om ze te
ontstoppen.
BELANGRIJK
136) Rijden met een versleten
wisserblad is bijzonder gevaarlijk,
doordat het zicht onder slechte
weersomstandigheden wordt
beperkt.
BELANGRIJK
28) Schakel de ruitenwisser niet met
van de ruit opgetilde wisserbladen
in.
CARROSSERIE
BESCHERMING TEGEN
ATMOSFERISCHE
INVLOEDEN
De auto is van geavanceerde
technologische oplossingen voor een
doeltreffende bescherming van de
externe carrosserie en structuur
voorzien.
De beste producten en de beste
verfsystemen verlenen de externe
carrosserie een bijzonder hoge
weerstand tegen atmosferische
invloeden (zonnestraling, zure regen,
enz.) en grind, door een specifieke
bescherming te bieden.
Ook het chassis, dat gemaakt is van
een lichte, corrosiebestendige legering,
is behandeld om de vorming van
oppervlakteoxidatie te voorkomen.
CORROSIEGARANTIE
De auto bezit een garantie tegen
doorroesten, veroorzaakt door corrosie,
van alle originele structuurelementen.
Voor de algemene voorwaarden van
deze garantie wordt verwezen naar het
garantieboekje.
130A0L0086
131A0L0087
164
ONDERHOUD EN ZORG
Page 196 of 207

RICHTLIJNEN VOOR DE BEHANDELING VAN HET VOERTUIG AAN
HET EINDE VAN DE LEVENSDUUR
Al jaren zet Alfa Romeo zich in voor de bescherming en het respect voor het milieu door voortdurend haar productieprocessen
te verbeteren en producten te ontwikkelen die steeds milieuvriendelijker zijn. Om de klanten de best mogelijk service te
garanderen in overeenstemming met de milieuwetgeving en conform de Europese Richtlijn 2000/53/EG inzake de behandeling
van voertuigen aan het einde van hun levensduur, biedt Alfa Romeo haar klanten de mogelijkheid hun voertuigen (*) aan het
einde van hun levensduur zonder extra kosten in te leveren.
De Europese richtlijn bepaalt namelijk dat het voertuig kan worden ingeleverd zonder kosten voor de laatste houder of eigenaar
als het voertuig geen marktwaarde heeft. In bijna alle landen van de Europese Unie konden tot 1 januari 2007 alleen auto’s
kosteloos worden ingeleverd die na 1 juli 2002 op kenteken waren gezet; vanaf 2007 is het kosteloos inleveren van de auto niet
meer afhankelijk van het jaar van kentekenregistratie, als het voertuig maar de essentiële voertuigonderdelen (met name de
motor en de carrosserie) en geen extra afval bevat.
Voor de kosteloze inlevering van het voertuig aan het einde van zijn levensduur kunt u zich tot een van onze dealers of tot een
bevoegd Alfa Romeo inzamelings- en verwerkingsbedrijf wenden. Deze bedrijven zijn zorgvuldig geselecteerd en bieden
kwaliteitservice voor de inzameling, verwerking en recycling van afgedankte auto’s met respect voor het milieu.
Voor meer informatie over deze inzamelings- en verwerkingsbedrijven kunt u zich wenden tot een speciaal Alfa Romeo
Servicepunt of het gratis nummer 00800 2532 4200 bellen of de Alfa Romeo website bezoeken.
(*) Auto voor personenvervoer met maximaal negen zitplaatsen en een maximaal toelaatbaar gewicht van 3,5 t.
192
TECHNISCHE GEGEVENS
Page 197 of 207

WAT TE DOEN ALS
Storing Mogelijke oplossing
... EEN BAND LEK IS. Gebruik de Fix&Go bandenreparatiekit. Zie pag. 125.
... EEN BAND LEK IS. Herstel de bandenspanning. Zie pag. 182.
... DE ACCU LEEG IS. -Zie pag. 144 of neem
contact op met het Alfa
Romeo Servicenetwerk.
... DE PLAFONDVERLICHTING NIET
INSCHAKELT.Vervang het lampje.Zie pag. 139 of neem
contact op met een speciaal
Alfa Romeo Servicepunt.
... DE PLAFONDVERLICHTING NIET
INSCHAKELT.Vervang het lampje.Zie pag. 139 of neem
contact op met een speciaal
Alfa Romeo Servicepunt.
... EEN EXTERNE LAMP (grootlicht,
dimlicht...) NIET INSCHAKELT.-Neem contact op met het
Alfa Romeo Servicenetwerk.
Vervang het lampje.Zie pag. 136 of neem
contact op met een speciaal
Alfa Romeo Servicepunt.
... DE AFSTANDSBEDIENING NIET WERKT. Vervang de batterijen in de afstandsbediening. Zie pag. 12.
... EEN ELEKTRISCHE RUIT NIET WERKT.Controleer de betreffende veiligheidszekering.Zie pag. 140 of neem
contact op met het Alfa
Romeo Servicenetwerk.
Laat de betreffende motor voor het openen/
sluiten van de ruit controlerenNeem contact op met een
speciaal Alfa Romeo
Servicepunt.
Page 198 of 207
Storing Mogelijke oplossing
... DE MOTOR NIET START, DE
STARTMOTOR NIET DRAAIT.-Neem contact op met het
Alfa Romeo Servicenetwerk.
... DE MOTOR NIET START OF AFSLAAT
TIJDENS HET RIJDEN.Controleer of er genoeg brandstof in de tank
is; tank zo nodig bij.Zie pag. 66.
... DE MOTOR NIET START NA EEN
BOTSING.Controleer of de afsluiter van de
brandstoftoevoer in werking is getreden.Zie pag. 34.
Page 206 of 207
PARTS & SERVICES
TECHNICAL SERVICES - SERVICE ENGINEERING
Largo Senatore G. Agnelli, 3 - 10040 Volvera - Turijn (Italië)
Fiat Group Automobiles S.p.A.
Druknummer530.05.044 - 1 Editie - 10/2014
Alle rechten voorbehouden. Reproductie, ook gedeeltelijk, zonder schriftelijke toestemming
van Fiat Group Automobiles S.p.A. is verboden.