Page 125 of 341

Instrumenten en bedieningsorganen123
Bevestig een gewenste functie of se‐
lectie door erop te tikken.
Druk op q op het display om een
menu af te sluiten zonder een instel‐
ling te wijzigen.
Druk op ; om terug te gaan naar de
startpagina.Bediening met touchpad
Schakel het display in door op X te
drukken en selecteer de startpagina
met ;.
Scrol horizontaal met de vinger door
het gewenste displaypictogram en tik
erop ter bevestiging.
Scrol met de vinger verticaal door een langere submenulijst.
Bevestig een gemarkeerde functie of
selectie door erop te tikken.
Druk op BACK om een menu af te
sluiten zonder een instelling te wijzi‐
gen.
Druk op ; om terug te gaan naar de
startpagina.
Raadpleeg de handleiding Infotain‐
mentsysteem voor nadere informatie.
Persoonlijke instellingen 3 126.
Valetmodus
Sommige functies van het Driver In‐
formation Center en het Colour-Info-
Display kunnen voor sommige be‐
stuurders beperkt zijn.
U kunt de valetmodus in- of uitscha‐
kelen in het menu Instellingen in het
menu Persoonlijke instellingen.
Persoonlijke instellingen 3 126.
Raadpleeg de handleiding Infotain‐
mentsysteem voor meer informatie.Regeleenheid smartphone
Via de regeleenheid smartphone hebt u via een smartphone toegang tot
boordgegevens via WLAN of een
Bluetooth-verbinding. Daarna kunt u deze gegevens op de smartphone
weergeven en analyseren.
Page 129 of 341

Instrumenten en bedieningsorganen127
■Valetmodus
■ Radio
■ Voertuig
■ BlueTooth
■ Spraak in-/uitvoer
■ Scherm
■ Achteruitkijkcamera
■ Terugkeren naar fabrieksinst.
■ Softwareinformatie
■ TouchPad
In de bijbehorende submenu's kunt u
de volgende instellingen veranderen:
Tijd en datum
Zie 'Klok' 3 93.
Sportmodus
U kunt de functies kiezen die in de sportmodus worden geactiveerd
3 181.
■ Achterverlichting sportmodus : Ver‐
andert de kleur van de instrumen‐
tenverlichting.
■ Motor sportmodus : Gasaanname
en schakelkarakteristieken worden
sneller.■ Sportbesturing : de stuurbekrachti‐
ging werkt minder goed.
■ Sportophanging : Demping wordt
stugger.
■ All wheel drive : Groter deel van het
motorkoppel gaat naar de achteras.
Taal (Language)
Selectie van de gewenste taal. Zie
handleiding bij het infotainment-sys‐ teem.
Valetmodus
Zie handleiding bij het infotainment-
systeem.
Radio
Zie handleiding bij het infotainment-
systeem.
Voertuig ■ Klimaat- en luchtkwaliteit
Automatische ventilatorsnelheid :
Verandert het niveau van het lucht‐
debiet van de klimaatregeling in het interieur in automatische modus.
Airconditioningmodus : Regelt de
status van de koelcompressor bij
het starten van de auto. Laatste in‐stelling (aanbevolen) of bij het star‐ ten van de auto is altijd AAN of altijd
UIT.
Automatisch ontwasemen : Onder‐
steunt het ontvochtigen van de
voorruit door het automatisch se‐
lecteren van de vereiste instellin‐
gen en de automatische aircomo‐
dus.
Automatisch ontwasemen achter :
Activeert automatisch de achter‐
ruitverwarming.
■ Bots- / detectiesystemen
Parkeersensor : activeert of deacti‐
veert de ultrasoonparkeerhulp.
Automatische voorbereiding
botsing : Activeert of deactiveert de
automatische remwerking van de
auto in geval van dreigend aanrij‐
dingsgevaar. Het volgende kan
worden geselecteerd: het systeem
neemt de remregeling over, waar‐
schuwt alleen door middel van ge‐
luidssignalen of wordt volledig ge‐
deactiveerd.
Page 131 of 341

Instrumenten en bedieningsorganen129
Ontgrendelen op afstand: veran‐
dert de configuratie om alleen het
bestuurdersportier of de hele auto
te ontgrendelen.
Open deuren op afstand
vergrendelen : activeert of deacti‐
veert de automatische hervergren‐
deling na het ontgrendelen zonder
de auto te openen.
Passieve vergrendeling : Activeert
of deactiveert de passieve vergren‐
delingsfunctie.
Waarsch. afstandsbed. nog in
auto : Activeert of deactiveert de
waarschuwingstoon wanneer de
elektronische sleutel in de auto
blijft.
BlueTooth
Zie handleiding bij het infotainment-
systeem.
Spraak in-/uitvoer
Zie handleiding bij het infotainment- systeem.
Scherm
Zie handleiding bij het infotainment-
systeem.Achteruitkijkcamera
Richtlijnen : Activeert of deactiveert de
geleidelijnen.
Hulpsymbolen achteruitpark. : Acti‐
veert of deactiveert de symbolen van
de parkeerhulp achter.
Terugkeren naar fabrieksinst.
Instellingen voertuig herstellen : stelt
alle functies opnieuw in op de stan‐
daardinstellingen.
Alle privégegevens wissen : Wist alle
persoonsgebonden gegevens uit de
auto.
Instellingen radio herstellen : Zet alle
radio-instellingen terug op de stan‐ daardwaarden. Zie handleiding bij het
infotainment-systeem.
Softwareinformatie
Zie handleiding bij het infotainment- systeem.
TouchPad
Zie handleiding bij het infotainment-
systeem.