Page 15 of 341
Kort en bondig13
28Ontgrendelingshandgreep
motorkap ............................ 234
29 Opbergvak ............................ 73
Zekeringenkast ..................256Rijverlichting
Automatisch dimlicht
AUTO=Automatische verlichting:
rijverlichting wordt automa‐
tisch in- en uitgeschakeldm=Activering of deactivering
van de automatische ver‐
lichting8=Zijmarkeringslichten9=Dimlicht of grootlicht
Mistlampen
>=Mistlampenr=Mistachterlicht
Verlichting 3 130.
Lichtsignaal, grootlicht en
dimlichtLichtsignaal=Hendel naar u toe
trekkenGrootlicht=Hendel van u af
duwenDimlicht=Hendel van u af
duwen of naar u
toe trekken
Automatische verlichting 3 131,
Grootlicht 3 131, Grootlichtassisten‐
tie 3 131, Lichtsignaal 3 132, Adap‐
tief rijlicht (AFL) 3 134.
Page 241 of 341

Verzorging van de auto239AccuAuto's zonder stop-startsysteem zijn
uitgerust met een loodzuuraccu. Au‐
to's met stop-startsysteem zijn uitge‐
rust met een AGM-accu die geen loodzuuraccu is.
De accu van de auto is onderhouds‐
vrij als het rijgedrag zodanig is dat
deze voldoende wordt opgeladen.
Door korte ritten en vaak starten kan
de accu ontladen raken. Vermijd het
gebruik van onnodige elektrische ver‐
bruikers.
Batterijen horen niet in het huisvuil
thuis. Ze moeten via speciale inza‐
melpunten gerecycled worden.
Wanneer de auto meer dan 4 weken
achtereen stilstaat, kan de accu ont‐
laden raken. Poolklem van de min‐
pool van de accu loskoppelen.
Accu van de auto alleen bij uitgescha‐
kelde ontsteking aansluiten en los‐
koppelen.
Ontlaadbeveiliging van accu 3 141.
Accu vervangen Let op
Elke afwijking van de in deze para‐ graaf gegeven instructies kan leiden tot een tijdelijke uitschakeling van
het stop-startsysteem.
De accu van de auto is afgedekt. Ver‐
wijder de afdekking om de accu te
vervangen. Til de afdekking achter‐
aan op en ontgrendel deze vooraan.
Bij het vervangen van de accu, erop
letten dat er bij de pluspool geen ven‐
tilatieopeningen open zijn. Als er in dit gebied een ventilatieopening open is,
moet deze met een afdekkap worden afgesloten en moet de ventilatie bij de
minpool worden geopend.
Uitsluitend accu's gebruiken waarbij
de zekeringenkast boven de accu kan
worden gemonteerd.
Zorg bij auto's met een stop-startsys‐ teem dat de AGM-accu (Absorptive
Glass Mat) weer wordt vervangen
door een AGM-accu.
Page 254 of 341
252Verzorging van de auto
Bagageruimteverlichting
1. Lampelement met schroeven‐draaier loswerken.
2. Gloeilamp voorzichtig in de rich‐ting van de veerklem drukken en
verwijderen.
3. Nieuwe gloeilamp plaatsen.
4. Lampelement aanbrengen.
Instrumentenverlichting
Gloeilampen door een werkplaats la‐
ten vervangen.Elektrisch systeem
Zekeringen
Controleren of het opschrift op de ver‐ vangende zekering overeenkomt met
dat op de defecte zekering.
Er zitten drie zekeringenkasten in de
auto:
■ linksvoor in de motorruimte
■ bij auto's met het stuur links, in het interieur achter het opbergvak, of
bij auto's met het stuur rechts, ach‐
ter het handschoenenkastje
■ achter een deksel aan de linkerkant
van de bagageruimte
Alvorens een zekering te vervangen,
de desbetreffende schakelaar en de
ontsteking uitschakelen.
Page 255 of 341
Verzorging van de auto253
Er zitten verschillende soorten zeke‐
ringen in de auto.
Afhankelijk van het type zekering is
een doorgebrande zekering herken‐
baar aan de gesmolten draad. Zeke‐
ring pas vervangen wanneer de oor‐
zaak van de storing verholpen is.
Sommige functies worden door meer‐ dere zekeringen beveiligd.
Er kunnen zekeringen aanwezig zijn
die geen functie hebben.
Zekeringtrekker In de zekeringenkast in de motor‐
ruimte zit mogelijk een zekeringtrek‐
ker.
Zekeringtrekker van bovenaf of van
opzij op zekering steken en zekering
lostrekken.
Page 256 of 341
254Verzorging van de autoZekeringenkast in
motorruimte
De zekeringenkast zit linksvoor in de
motorruimte.
Maak het deksel los, til het op en ver‐
wijder het.
Nr.Stroomkring1Transmissieregelmodule2Motorregelmodule3–4–5Ontsteking/transmissieregelmo‐
dule/motorregelmodule6Voorruitwissers7–8Brandstofinspuiting/ontste‐
kingssysteem9Brandstofinspuiting/ontste‐
kingssysteem10Motorregelmodule11Lambdasonde12Startmotor13Sensor gasklepverwarming14Verlichting15Achterruitwisser16Vacuümpomp/luchtmassa‐
meter/water-in-brandstof‐
sensor/gelijkstroomomvormer
Page 258 of 341
256Verzorging van de auto
Nr.Stroomkring69Accusensor70Regensensor71Accusensor
Sluit de klep van de zekeringhouder
na het vervangen van doorgebrande
zekeringen en klik deze dicht.
Wanneer u de klep van de zekering‐
houder niet goed sluit, kunnen er sto‐ ringen optreden.
Zekeringenkast
instrumentenpaneel
Bij auto's met het stuurwiel links zit
het zekeringenkastje achter het op‐
bergvak in het instrumentenbord.
Open het opbergvak, druk de borglip‐
pen in, klap het opbergvak omlaag en
verwijder het.
Bij rechtsgestuurde auto's zit de ze‐
keringenkast achter een deksel in het
handschoenenkastje. Open het
handschoenenkastje en verwijder het deksel.
Nr.Stroomkring1Infotainmentsysteem/Info-
display2Carrosserieregelmodule3Carrosserieregelmodule4Infotainmentsysteem/Info-
display5Infotainmentsysteem/Info-
display6Aansteker7Stekkerdoos8Carrosserieregelmodule
Page 259 of 341
Verzorging van de auto257
Nr.Stroomkring9Carrosserieregelmodule10Carrosserieregelmodule11Aanjager12–13–14Diagnosestekker15Airbag16Centrale vergrendeling/achter‐
klep17Airconditioning18Transportzekering19Geheugen20–21Instrumentengroep22Ontsteking23Carrosserieregelmodule24Carrosserieregelmodule25–26Stekkerdoos bagageruimteDe nummers 12 en 13 van de elek‐
trisch verstelbare stoelen zijn bevei‐
ligd tegen overbelasting. Na afkoelen wordt het circuit weer gesloten.
Zekeringenkast in
bagageruimte
De zekeringenkast zit links in de ba‐
gageruimte achter een deksel. Ver‐
wijder het deksel.
Page 340 of 341

338
T
Tanken ....................................... 222
Te laag brandstofpeil .................112
Toerenteller ............................... 103
Top-Tether-bevestigingsogen ......71
Traction Control .........................179
Traction Control-systeem uit....... 111 Trekhaak .................................... 229
Trekstang.................................... 228
Typeplaatje ................................ 285
U Uitlaatgassen ............................. 166
Uitrol-brandstofafsluiter .............163
Uitstapverlichting .......................140
Ultrasoonparkeerhulp ................110
Uw autogegevens ..........................3
V Valetmodus................................. 121Variabele stuurbekrachtiging ......110
Vaste luchtroosters ....................156
Veiligheidsgordel ...........................9
Veiligheidsgordels .......................56
Veiligheidsnet .............................. 82
Velgen en banden .....................259
Ventilatie ............................... 56, 143
Ventilatieopeningen ....................155
Verbanddoos ............................... 85
Vergrendelingssysteem ...............35Verkeersbordherkenning ....114, 214
Verlichting middenconsole ........140
Verlichtingsfuncties..................... 140
Verlichting zonneklep ................140
Versnellingsbak ........................... 17
Versnellingsbakdisplay ..............170
Verstelbare luchtroosters ........... 155
Vertraagde uitschakeling stroom 161
Verwarmde spiegels ....................40
Verwarmd stuurwiel .....................89
Verwarming ................................. 55
Verwerking van sloopauto .........233
Verzorging .................................. 279
Verzorging exterieur ..................279
Verzorging interieur ...................281
Vloerafdekking bagageruimte ......78
Voertuiggewicht .........................296
Voertuigidentificatienummer ......285
Voordat u wegrijdt ........................ 18 Voorligger gedetecteerd .............113
Voorruit ......................................... 41
Voorstoelen .................................. 49
Voorverwarming ........................111
W
Waarschuwing kruisend verkeer achter ...................................... 212
Waarschuwingslichten ................102
Waarschuwing wisselen van rijstrook.................................... 209Werkzaamheden uitvoeren .......233
Wieldoppen ................................ 264
Wiel verwisselen ........................268
Winterbanden ............................ 259
Wis-/wasinstallatie .......................15
Wis-/wasinstallatie achterruit .......92
Wis-/wasinstallatie voorruit ..........90
Wisserblad vervangen ...............241
X
Xenonkoplampen ......................245
Z
Zekeringen ................................. 252 Zekeringenkast in bagageruimte 257
Zekeringenkast in motorruimte ..254
Zekeringenkast instrumentenpaneel ...............256
Zitplaatsen achterin ......................56
Zonnedak ..................................... 44
Zonnekleppen .............................. 44
Zijdelings airbagsysteem .............64
Zijmarkeringslichten.................... 130
Zijrichtingaanwijzers ..................250