06
322
Start de koppelingsprocedure tussen de telefoon en de auto. Deze procedure kan gestart worden via het telefoonmenu van de auto of via het toetsenbord van de telefoon. Raadpleeg de eerder beschreven stappen "Koppelen van een telefoon". Tijdens de koppeling moet de auto stilstaan en het contact aanstaan.
Selecteer in het telefoonmenu de te koppelen telefoon.
Het audiosysteem wordt automatisch verbonden met de zojuist gekoppelde telefoon.
Bluetooth streaming audio *
Draadloze overdracht van muziekbestanden van de telefoon naar het audiosysteem van de auto. De telefoon moet de desbetreffende Bluetooth-profi elen (A2DP/AVRCP) kunnen ondersteunen.
* Volgens de compatibiliteit van de telefoon.
** In sommige gevallen moet het afspelen van audiobestanden via het toetsenbord worden geactiveerd.
*** Als de telefoon deze functie ondersteunt.
Activeer de bron Streaming door op de toets SOURCE ** te drukken. Via de toetsen op het bedieningspaneel van de radio en de bediening op het stuurwiel kunt u op de gebruikelijke wijze de muziekstukken aansturen *** . De informatie over de muziekstukken kan op het display worden weergegeven.
Druk gedurende het gesprek meer dan twee seconden op deze toets.
Bevestig met OK om het gesprek te beëindigen.
Een gesprek beëindigen
PEUGEOT CONNECT BLUETOOTH
07
323
MENUSTRUCTUUR/MENUSTRUCTUREN DISPLAY(S)
aanzetten/uitzetten RDS
aanzetten/uitzetten modus REG
aanzetten/uitzetten radiotext
RADIO
aanzetten/uitzetten Intro
CD/MP3-CD
aanzetten/uitzetten herhalen tracks (de hele huidige CD voor CD-speler, de hele huidige map voor MP3-CD)
aanzetten/uitzetten random play (de hele huidige CD voor CD-speler, de hele huidige map voor MP3-CD)
aanzetten/uitzetten herhalen van tracks(van de map / artiest / genre / huidige afspeellijst)
USB
aanzetten/uitzetten random play (van de map / artiest / genre / huidige afspeellijst)
1
1
1
1
1
1
1
1
DISPLAY C
Wanneer u op de toets OK drukt, komt u in de verkorte menu's terecht, afhankelijk van de weergave op het scherm:
07
324
MENUSTRUCTUUR/MENUSTRUCTUREN DISPLAY(S)
Audiofuncties
RDS-functie
inschakelen/uitschakelen
Voorkeuze FM
REG-functie
inschakelen/uitschakelen
Weergave radiotext (RDTXT)
inschakelen/uitschakelen
1
2
3
4
3
4
3
4
Afspeelmogelijkheden
RPT-functie (CD herhalen)
inschakelen/uitschakelen
RDM-functie (random)
inschakelen/uitschakelen
2
3
4
3
4
Diagnose auto
Logboek waarschuwingen
1
2
DISPLAY C Door het indrukken van de toets MENU is de volgende weergave mogelijk:
07
325
MENUSTRUCTUUR/MENUSTRUCTUREN DISPLAY(S)
Bluetooth-telefoon
Toestel aansluiten/afkoppelen
Raadplegen koppelingen
Bluetooth confi guratie
Telefoonfunctie
Audio streaming functie
Verwijderen koppeling
Zoeken via Bluetooth
Logboek van oproepen
Bellen
Index
Huidige gesprek beëindigen
Beheer van een gesprek
Inschakelen mutefunctie
1
2
3
3
3
4
4
4
2
3
4
2
3
3
Regeling weergave
Confi guratie beeldscherm
Parameters van de auto defi niëren *
Persoonlijke instellingen -
Configuratie
normale weergave
omgekeerde weergave
regeling helderheid (- +)
Datum en tijd instellen
dag/maand/jaar instellen
uren/minuten instellen
keuze cyclus 12u/24u
Keuze van eenheden
l/100 km - mpg - km/l
°Celsius / °Fahrenheit
Taalkeuze
1
2
4
3
2
4
4
3
4
4
2
3
4
4
4
* De parameters variëren afhankelijk van de auto.
326
VEELGESTELDE VRAGEN
VRAAG ANTWOORD OPLOSSING
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen de verschillende geluidsbronnen (radio, CD...).
Voor een optimaal luistergenot kunt u de audio-instellingen (volume, bassen, hoge tonen, geluidssfeer, loudness) voor elke geluidsbron afzonderlijk instellen. Hierdoor kunnen bij het selecteren van een ander\
e geluidsbron (radio, CD...) verschillen in de geluidskwaliteit hoorbaar\
zijn.
Controleer of de audio-instellingen (volume, bassen, hoge tonen, geluidssfeer, loudness) zijn afgestemd op de verschillende geluidsbronnen. Het is raadzaam de AUDIO-functies (bassen, hoge tonen, balans V-A, balans L-R) in de middelste stand te zetten, de geluidssfeer "Geen" te selecteren en de functie Loudness in de stand "Actief" te zetten als de CD-speler is geselecteerd en in de stand "Inactief" te zetten als de radio is geselecteerd.
De CD wordt steeds uitgeworpen of kan niet worden afgespeeld door de CD-speler.
De CD is ondersteboven in de speler geplaatst, kan niet worden gelezen, \
bevat geen audiobestanden of bevat audiobestanden die niet door de autoradio gelezen kunnen worden.
De CD is voorzien van een beveiligingssysteem dat niet door de autoradio wordt herkend.
- Controleer of de CD met de juiste zijde boven in de speler is geplaatst.
- Controleer de staat van de CD: de CD kan niet worden gelezen als deze te veel is beschadigd.
- Controleer de inhoud van de CD als deze zelf is gebrand: raadpleeg de tips in het hoofdstuk Audio.
- De CD-speler van de autoradio kan geen DVD's afspelen.
- De kwaliteit van sommige zelfgebrande CD's is onvoldoende om deze door de autoradio te laten afspelen.
Op het display wordt de melding "Storing USB-randapparatuur" weergegeven.
De Bluetooth-verbinding wordt onderbroken.
De batterijspanning van de randapparatuur is misschien te laag. Laad de batterij van de randapparatuur op.
De USB-stick wordt niet herkend.
De stick is misschien defect.
Formateer de stick opnieuw.
328
VEELGESTELDE VRAGEN
VRAAG ANTWOORD OPLOSSING
Het geluid van de radio valt 1 tot 2 seconden weg.
Het RDS zoekt tijdens deze korte onderbreking van het geluid naar een eventuele sterkere zender voor een betere ontvangst van het station. Schakel de RDS-functie uit als dit verschijnsel zich te vaak en steeds op hetzelfde traject voordoet.
Na het afzetten van de motor wordt de radio na enkele minuten automatisch uitgeschakeld.
Als de motor is afgezet, blijft de radio nog werken zolang de laadtoesta\
nd van de accu dat toestaat.
Het automatisch uitschakelen duidt erop dat de eco-modus van de autoradio is geactiveerd om te voorkomen dat de accu van de auto ontladen raakt.
Start de motor om de accu op te laden.
De melding "het audiosysteem is oververhit" verschijnt op het display.
Om het audiosysteem te beschermen tegen een te hoge omgevingstemperatuur, activeert de autoradio automatisch een thermische beveiliging die het geluidsvolume verlaagt of de CD-speler uitschakelt.
Schakel het audiosysteem enkele minuten uit om het systeem te laten afkoelen.
330
INDEX
Follow me home verlichting ...............93F/
H/
Geheugen instellingen bestuurder .....67
Gereedschap ........................... 168, 171
Gesproken commando's ..................214
Gewichten ................................ 201, 203
GPS ......................................... 222, 264
Grootlicht ........................... 89, 179, 180
DAB (Digital Audio Broadcasting) -
Digitale radio .................290, 314, 315
Dagrijverlichting ................................. 92
Dagteller ............................................ 37
Dashboardkastje ................................ 82
Dashboardverlichting .........................38
Datum (instellen) .........................46, 48
Derde remlicht ......................... 181, 184
Detectie te lage bandenspanning ....138
Diagnose auto ................................... 42
Diensten PEUGEOT ........................209
Dieselmotor .............151, 154, 155, 203
Dimlicht .............................. 89, 179, 180
Dimmer dashboardverlichting ............38
Display instrumentenpaneel ......22, 137
D/
Eco-mode ........................................ 175
Eco-rijden (adviezen) .........................20
Electronic Stability Program (ESC) ........................ 29,104
Elektrisch verstelbare stoelen ......65, 67
Elektronische remdrukregelaar (REF) .................103
Elektronische startblokkering .....54, 129
Elektronisch gestuurde versnellingsbak ............................... 20
ESP/ASR ......................................... 104
Extra ingang ......85, 238, 296, 317, 319E/
Identifi catie auto .............................. 206
Identifi catieplaatjes constructeur .....206
Identifi catie (stickers) ....................... 206
Indeling bagageruimte .......................87
Indeling interieur ................................ 81
Inhoud brandstoftank .......................150
Instapverlichting ........................... 79, 80
Instellen van de uitrustingen ... 24, 42, 46, 48
Instellingen bestuurder (opslaan) ......67
Instrumentenpaneel ...........................22
Instrumentenpanelen .............22, 24, 37
Intelligente tractiecontrole ................104
Interieurbekleding ............................ 197
Interieurfi lter (vervangen) ................159
Interieurverlichting .......................78, 79
ISOFIX ............................................. 126
ISOFIX (bevestigingen) ................... 125
ISOFIX kinderzitjes ................... 125-127I/
JACK-aansluiting .......85, 296, 317, 319
Jukebox (beluisteren) ......................237
Jukebox (kopie) ............................... 236J/
E/
Halogeenlampen
............................. 178
Handgeschakelde versnellingsbak ...............20, 132, 160
Handrem .................................. 130, 160
Handsfree set .......................... 278, 320
Handsfree telefoon ...................239-241
Hill-Holder ........................................ 131
Hoofdsteun achter ............................. 72
Hoogte- en diepteverstelling stuurwiel .......................................... 68
Hulpoproep ...................... 102, 207, 208
INDEX
INDEX
Make-upspiegel ................................. 82
Matte lak .......................................... 198
Matten ................................................ 86
Mat verwijderen ................................. 86
Menustructuren display ...244, 299, 323
Milieu ........................................... 20, 54
Milieubewust rijden ............................20
Mistachterlicht.................... 91, 181, 184
Monochroom display ...............312, 323
Motoren ................................... 201, 203
Motorkap .......................................... 152
Motorolieniveaumeter ................33, 156
MP3 (CD) ......................................... 316
Multifunctioneel display (met autoradio) .............42, 46, 48, 50
Multimediaspelers.................... 234, 291M/
Navigatiesysteem ....222, 261, 262, 269
Niveau brandstofadditief diesel .......158
Niveau koelvloeistof ...................33, 158
Niveau koplampsproeiervloeistof ... 98, 158
Niveau remvloeistof .........................157
Niveau ruitensproeiervloeistof ...98, 158
Niveaus controleren ..................156-158
Niveaus en controles 153, 154, 156-158
Niveau stuurbekrachtigingsvloeistof ... 157
Noodbediening portieren ...................62
Noodoproep ...................... 102, 207-209
Noodremassistentie .........................103
Nulstelling dagteller ...........................37
Nulstelling onderhoudsindicator ..........3N/
Oliefi lter (vervangen) .......................159
Olieniveau .................................. 33, 156
Oliepeilstok ................................ 33, 156
Onder de motorkap ..................153, 154
Onderhoud (adviezen) .....................197
Onderhoudscontroles ........................20
Onderhoudsindicator .........................35
Ontdooien .......................................... 77
Ontgrendelen ..................................... 51
Ontgrendelen bagageruimte ........51, 63
Ontgrendelen van binnenuit ..............61
Ontluchten brandstofsysteem ..........155
Opbergvak ......................................... 88
Opbergvakken ....................... 81, 84, 87
Opbergvakken portieren ....................81
Openen bagageruimte .................51, 63
Openen brandstofvulklep .................150
Openen motorkap ............................ 152
Openen portieren ...................51, 60, 62
Openen wegklapbaar kleurendisplay ..... 50
Opschakelindicator ..........................137
Overzicht gewichten ................201, 203
Overzicht motoren ................... 201, 203
Overzicht zekeringen .......................186O/
Laden accu ...................................... 176
Lampen (vervangen) .......................178
Lampen vervangen ..........178, 181, 184
Lekke band ...................................... 161
Lichtmetalen velgen .........................198
Lichtschakelaar .................................. 89
Logboek waarschuwingsmeldingen ...46
Lokaliseren van de auto ....................53
Luchtfi lter (vervangen) .....................159L/
Kaartleeslampjes ............................... 78
Kentekenplaatverlichting .........181, 184
Kilometerteller.................................... 37
Kinderen ........................... 118, 124-128
Kinderzitjes ...............118, 119, 124, 128
Kleurcode lak ................................... 206
Kleurendisplay 16/9 .................217, 244
Kleurendisplay met kaartweergave DT .................259, 299
Klokje ................................................. 38
Klokje (instellen) ....................38, 46, 48
Koelvloeistoftemperatuur ...................33
Koelvloeistoftemperatuurmeter ..........33
Kofferdeksel sluiten .....................52, 63
Koplampen ...................................... 197
Koplampsproeiers .............................. 98
Koplampverstelling ............................95K/