28
Controle tijdens het rijden
308_nl_Chap01_controle de marche_ed02-2013
De afstand tot de eerstvolgende beurt is overschreden Als het contact wordt aangezet, gaat gedurende 5 seconden de sleutel knipperen om aan te geven dat de onderhoudswerkzaamheden zo spoedig mogelijk uitgevoerd moeten worden. Voorbeeld: u hebt de afstand tot de eerstvolgende mogelijk uitgevoerd moeten worden. u hebt de afstand tot de eerstvolgende mogelijk uitgevoerd moeten worden.
onderhoudsbeurt met 300 km overschreden. Als het contact wordt aangezet, geeft het display gedurende 5 seconden het volgende aan:
De sleutel kan gaan branden als het interval in tijd sinds de laatste onderhoudsbeurt, zoals vermeld in het garantie- en onderhoudsboekje, is overschreden. Bij de Blue HDi-uitvoeringen met dieselmotor kan de sleutel afhankelijk van de mate van vervuiling van de motorolie ook eerder gaan branden, wat afhankelijk is van de rijomstandigheden van de auto.
5 seconden na het aanzetten van het contact treedt de kilometerteller weer in werking en blijft de sleutel branden . Bij de Blue HDi-uitvoeringen met dieselmotor gaat bij het aanzetten van het contact ook het verklikkerlampje Service branden.
Op 0 zetten van de onderhoudsindicator
Als u na deze handeling de accu wilt
loskoppelen, vergrendel dan de auto en wacht minimaal 5 minuten. Het op 0 zetten van de onderhoudsindicator zal anders niet worden opgeslagen.
Opnieuw weergeven van de onderhoudsinformatie
U kunt op elk moment de onderhoudsinformatie weergeven. Druk op de knop voor nulstelling van de dagteller. De onderhoudsinformatie wordt enkele seconden weergegeven en verdwijnt vervolgens weer.
De onderhoudsindicator moet na elke onderhoudsbeurt op 0 gezet worden. Als u zelf het onderhoud van uw auto uitvoert: zet het contact af, druk op de resetknop van de dagteller en houd deze ingedrukt, zet het contact aan; de kilometerteller begint terug te tellen, laat de knop los als het display "=0"aangeeft; de sleutel verdwijnt.
192
Veiligheid
308_nl_Chap06_securite_ed02-2013
Druk met aangezet contact en stilstaande auto gedurende ongeveer drie seconden op deze knop en laat de knop vervolgens los; het resetten wordt bevestigd door een geluidssignaal.
Display A Storing
Als het waarschuwingslampje te lage bandenspanning gaat knipperen en vervolgens blijft branden in combinatie met het lampje "service", wijst dit op een storing in het systeem.
In dat geval werkt de bandenspanningscontrole mogelijk niet goed. Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
Controleer na werkzaamheden aan het systeem altijd de spanning van de vier banden en reset het systeem vervolgens.
Druk op de toets " " of " " om het menu Configuratie auto instellen te selecteren en bevestig uw keuze door op de toets OKte drukken.
Druk op de toets " " of " " om het menu Rijhulpsysteem , het menu Bandenspanning en vervolgens het menu Resetten te selecteren en bevestig uw keuzes door op de toets OK te drukken. Het resetten wordt bevestigd door een geluidssignaal.
Display A (zonder autoradio)