14
Eerste kennismaking
Comfortabel zitten
Buitenspiegels
A.
Selecteren van de te verstellen
buitenspiegel.
B.
Verstellen van de spiegel in vier richtingen.
C.
Inklappen/uitklappen.
Binnenspiegel
Handmatig verstellen
1.
Selecteren van de dagstand van de spiegel.
2.
Verstellen van de binnenspiegel.
Automatische binnenspiegel
A.
Lichtsterktesensor van de automatische
"dag-/nachtstand".
B.
Verstellen van de binnenspiegel.
1.
Vastmaken van de gesp.
2.
In hoogte verstellen.
Veiligheidsgordels vóór
87- 88
89
152
1
27
Controle tijdens het rijden
Controlelampje
brandt
Oorzaak
Acties / Opmerkingen
Laadstroom
accu
*
permanent. Er is een storing in het
laadstroomcircuit van de accu
(vervuilde of losgeraakte
accuklemmen, aandrijfriem dynamo
niet correct gespannen of gebroken...). Het lampje moet bij het starten van de motor uitgaan.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats als dit niet het geval is.
Antiblokkeersysteem
(ABS)
permanent. Er is een storing in het
antiblokkeersysteem. De normale remwerking blijft behouden.
Rijd voorzichtig met lage snelheid en raadpleeg
zo snel mogelijk het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Veiligheidsgordel
vóór losgemaakt/
niet vastgemaakt Permanent, en
knippert vervolgens
in combinatie met een
geluidssignaal. De bestuurder heeft zijn
veiligheidsgordel losgemaakt of niet
vastgemaakt. Doe de gordel om en steek de gesp in de
gordelsluiting.
*
Volgens land van bestemming.
Airbags en
gordelspanners
tijdelijk. Als u het contact aanzet, gaat dit
lampje een paar seconden branden
en gaat ver volgens uit. Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats als het lampje blijft
branden.
permanent. Er is een storing in een van de
airbags of de pyrotechnische
gordelspanners. Laat dit controleren door het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
1
51
Controle tijdens het rijden
Als u de parameter "- - -" selecteert,
worden er in het geval van een melding
geen schermteksten weergegeven.
Als de accukabels worden losgenomen,
wordt het geheugen van de parameter
gewist en wordt automatisch de
standaardtaal ingesteld (ENGLISH).
)
druk op de knop INFO
om de talen elkaar
te laten opvolgen (Japans, English,
Deutsch, Français, Espanol, Italiano,
Russisch, "- - -" en RETURN),
)
druk op de knop INFO
en houd deze
gedurende enkele seconden ingedrukt om
uw selectie te bevestigen.
Taalkeuze (LANGUAGE)
In het menuscherm:
)
druk op de knop INFO
om "LANGUAGE"
te selecteren:
)
druk op de knop INFO
en houd deze
gedurende enkele seconden ingedrukt om
het scherm "LANGUAGE"
weer te geven:
58
Controle tijdens het rijden
Scherm van het Audio-/telematicasysteem met touchscreen
Algemene werking
Gebruik de toetsen links en rechts van het
scherm of raak met uw vingers de op het
scherm weergegeven knoppen aan om het
systeem te bedienen.
1.
PWR/VOL
: inschakelen/uitschakelen
van het audiosysteem, instellen van het
geluidsvolume.
2.
AUDIO
: weergeven van de laatst gebruikte
audiobron.
3.
SEEK TRACK
: veranderen van
geluidsbron, snel vooruit of achteruit
spoelen, automatisch zoeken van
radiofrequenties.
4.
MODE
: selecteren van een audiobron.
5.
OPEN
: toegang tot de CD-/DVD-speler.
6.
SETTINGS
: toegang tot de
systeeminstellingen.
7.
INFO
: toegang tot de informatie (kalender,
gesproken commando's enz.).
8.
NAVI MENU
: toegang tot de instellingen
van het navigatiesysteem.
9.
FOLDER / TUNE SOUND
: selecteren van
een map of zoeken van een radiozender.
10.
MAP
: op de kaart weergeven van de
huidige locatie van de auto.
11.
ZOOM
: in- of uitzoomen op de kaart.
12 .
Toegang tot de navigatieparameters en de
keuze voor de bestemming.
13.
Dag-/nachtstand. Dit scherm is verbonden met het Audio-/
telematicasysteem met touchscreen en kan de
volgende informatie weergeven:
- de tijd,
- de informatie met betrekking tot de
autoradio en het navigatiesysteem.
(Zie de rubriek "Audio en
datacommunicatie").
152
Veiligheid
Veiligheidsgordels
Veiligheidsgordels vóór
De veiligheidsgordels vóór zijn voorzien van
een pyrotechnische gordelspanner en een
spankrachtbegrenzer.
Deze systemen zorgen voor extra
bescherming van de bestuurder en passagier
bij frontale en zijdelingse aanrijdingen.
Bij een krachtige aanrijding zorgen de
pyrotechnische gordelspanners er voor dat de
veiligheidsgordels stevig tegen de lichamen
van de inzittenden worden getrokken.
De pyrotechnische gordelspanners zijn actief
zodra het contact wordt aangezet.
De spankrachtbegrenzer beperkt de kracht
waarmee de gordel tegen het lichaam van
de inzittenden getrokken wordt en bevordert
daarmee de veiligheid.
Omdoen
)
Trek aan de gordel en steek de gesp in de
gordelsluiting A
.
)
Controleer of de gordel goed is
vastgemaakt door even aan de riem te
trekken.
Losmaken
)
Druk op de rode knop van de
gordelsluiting A
.
Hoogteverstelling
)
Druk op de knop B
en schuif de
gordelbevestiging C
naar beneden om het
bevestigingspunt lager te plaatsen.
)
Druk op de knop B
en schuif de
gordelbevestiging C
naar boven om het
bevestigingspunt hoger te plaatsen.
154
Veiligheid
Veiligheidsgordel middelste
zitplaats achter
De veiligheidsgordel van de middelste zitplaats
achter is in de hemelbekleding geïntegreerd.
Het is een driepuntsgordel met oprolautomaat.
Vast maken
)
Trek de gordel naar buiten en voer hem
door de gordelgeleider A
.
)
Trek aan de gordel en steek de gesp B
in
de gordelsluiting.
)
Steek de gesp C
in de rechter
gordelsluiting.
)
Controleer of elke gesp correct is
vergrendeld door aan de riem te trekken.
Losmaken en opbergen
)
Druk op de rode knop van de gordelsluiting
C
en ver volgens op die van gordelsluiting B
.
)
Houd de gordel vast ter wijl deze zich oprolt
en voer de gordel door de gordelgeleider A
.
)
Berg de gesp C
op in de bovenste opening
D
en de gesp B
in de onderste opening E
.
Veiligheidsgordels links- en
rechtsachter
De buitenste zitplaatsen achter zijn voorzien
van driepuntsgordels met oprolautomaat.
Gordel vastmaken
)
Trek aan de gordel en steek ver volgens de
gesp in de gordelsluiting.
)
Controleer of de gesp goed vergrendeld is
door even aan de riem te trekken.
Gordel losmaken
)
Druk op de rode knop van de gordelsluiting.
155
6
Veiligheid
Alvorens te gaan rijden dient de bestuurder
te controleren of alle passagiers hun
veiligheidsgordel goed hebben omgedaan
en vastgemaakt.
Zorg er voor dat alle inzittenden tijdens het
rijden hun veiligheidsgordel dragen, ook al
betreft het een korte rit.
Draai de gespen van de veiligheidsgordels
niet om; de gordels zijn dan niet voldoende
effectief.
De veiligheidsgordels zijn voorzien van een
oprolautomaat die er voor zorgt dat de lengte
van de gordel automatisch wordt aangepast
aan de lichaamsbouw van de gebruiker. De
gordel wordt automatisch opgerold als deze
niet wordt gebruikt.
Controleer zowel voor en na het gebruik van
de gordel of deze goed is opgerold.
De heupgordel moet zo laag mogelijk op het
bekken worden geplaatst.
De schoudergordel moet langs het holle
gedeelte van de schouder worden geplaatst.
De oprolautomaten zijn voorzien van
een automatische blokkeerinrichting die
in werking treedt bij een aanrijding, een
noodstop of het over de kop slaan van
de auto. U kunt de blokkeerinrichting
deblokkeren door stevig aan de riem te
trekken en deze weer los te laten, zodat de
riem weer een stukje wordt opgerold.
Voorschriften voor kinderen
Maak voor kinderen tot 12 jaar of kleiner dan
1,50 m gebruik van een geschikt kinderzitje.
De veiligheidsgordel mag door niet meer dan
één persoon gedragen worden.
Laat nooit een kind op schoot zitten tijdens
het rijden. Voor een effectieve werking van de
veiligheidsgordel:
- dient deze strak om het lichaam te
worden gedragen,
- moet deze in een vloeiende beweging
naar voren worden getrokken, zonder dat
de gordel gedraaid raakt,
- mag deze door niet meer dan één
persoon worden gedragen,
- mag deze geen beschadigingen of rafels
ver tonen,
- mag er om te voorkomen dat de gordel
niet goed werkt, niets aan worden
gewijzigd.
Bij aanrijdingen
De gordelspanners kunnen, afhankelijk van
de aard en de kracht van de aanrijding
,
vóór en onafhankelijk van de airbags afgaan.
Het activeren van de gordelspanners gaat
gepaard met wat onschadelijke rook en een
knal, als gevolg van de activering van de
pyrotechnische lading die in het systeem is
geïntegreerd.
In alle gevallen gaat het verklikkerlampje van
de airbag branden.
Laat het systeem na een aanrijding
controleren en eventueel ver vangen door het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Vanwege de wettelijke veiligheidsvoorschriften
moeten werkzaamheden en controles aan de
veiligheidsgordels worden uitgevoerd door het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats, die tevens voor de garantie
zorgt en de werkzaamheden volgens de
voorschriften uitvoert.
Laat de veiligheidsgordels van uw auto
regelmatig controleren door het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats,
vooral als de gordels beschadigingen
ver tonen.
Reinig de veiligheidsgordels met zeepsop of
een reinigingsmiddel voor textiel, verkrijgbaar
bij het CITROËN-netwerk.
Controleer na het neerklappen of verstellen
van een stoel of de achterbank of de gordel
zich op de juiste plaats bevindt en goed is
opgerold.
164
AR
BG
НИКОГА НЕ инсталирайте детско столче на седалка с АКТИВИРАНА предна ВЪЗДУШНА ВЪЗГЛАВНИЦА. То в а можеда причини
СМЪРТ или СЕРИОЗНО НАРАНЯВАНЕ на детето.
CSNIKDY neumisťujte dětské zádržné zařízení orientované směrem dozadu na sedadlo chráněné AKTIVOVANÝM čelním AIRBAGEM. Hrozí
nebezpečí SMRTI DÍTĚTE nebo VÁ ŽNÉHO ZR ANĚNÍ.
DABrug aldrig en bagudvendt barnestol på et sæde der er beskyttet af en aktiv airbag. Død eller alvorlig skade på barnet kan forekomme.
DEVer wenden Sie NIEMALS einen Kindersitz oder Babyschale gegen die Fahr trichtung bei AKTIVIERTEM Airbag, TOD oder ERNSTHAFTE
VERLETZUNGEN können die Folge sein.
ELΜη χρησιμοποιείτε ΠΟΤΕ παιδικό κάθισμα με την πλάτη του προς το εμπρός μέρος του αυτοκινήτου, σε μια θέση που προστατεύεται από
ΜΕΤΩΠΙΚΟ αερόσακο που είναι ΕΝΕΡΓΟΣ. Αυτό μπορεί να έχει σαν συνέπεια το ΘΑΝΑΤΟ ή το ΣΟΒΑΡΟ ΤΡΑΥΜΑΤΙΣΜΟ του ΠΑΙΔΙΟΥ
ENNEVER use a rear ward facing child restraint on a seat protected by an ACTIVE AIRBAG in front of it, DEATH or SERIOUS INJURY to the
CHILD can occur
ESNO INSTAL AR NUNCA EL SISTEMA DE RETENCIÓN PAR A NIÑOS DE ESPALDAS AL SENTIDO DE L A CIRCUL ACIÓN SOBRE UN
ASIENTO PROTEGIDO CON UN COJÍN INFL ABLE FRONTAL ( AIRBAG ) ACTIVADO. ESTO PUEDE CAUSAR L A MUERTE DEL BEBE
O HERIRLO GR AVEMENTE.
ETÄrge kasutage kunagi lapse tur vatooli seljaga sõidusuunas sõiduki istmel mis on kaitstud AKTIVEERITUD TURVAPADJAGA. See võib
põhjustada lapsele R ASKEID VIGASTUSI või SURMA.
FIÄLÄ KOSK A AN aseta lapsen tur vaistuinta selkä ajosuuntaan istuimelle, jonka edessä suojana on käyttöön aktivoitu TURVAT Y YNY. Sen
laukeaminen voi aiheuttaa LAPSEN KUOLEMAN tai VAK AVAN LOUKK A ANTUMISEN.
FRNE JAMAIS installer de système de retenue pour enfants faisant face vers l’arrière sur un siège protégé par un COUSSIN GONFLABLE
frontal ACTIVÉ.
Cela peut provoquer la MORT de l’ENFANT ou le BLESSER GR AVEMENT
HRNIK ADA ne postavljati dječju sjedalicu leđima u smjeru vožnje na sjedalo zaštićeno UKLJUČENIM prednjim ZR AČNIM JASTUKOM. To bi
moglo uzrokovati SMRT ili TEŠKU OZLJEDU djeteta.
HUSOHA ne használjon menetiránynak háttal beszerelt gyermekülést olyan ülésen, amely AKTIVÁLT ÁLL APOTÚ (BEK APCSOLT)
FRONTLÉGZSÁKK AL van védve. Ez a gyermek halálát vagy súlyos sérülését okozhatja.
ITNON installare MAI seggiolini per bambini posizionati in senso contrario a quello di marcia su un sedile protetto da un AIRBAG frontale
ATTIVATO. Ciò potrebbe provocare la MORTE o FERITE GR AVI al bambino.
Veiligheid