klemmetjes en draait u de afstandsbediening vervol-
gens weer omhoog op zijn plaats in de twee andere
klemmetjes.(afb. 108)
De afstandsbediening vergrendelen
Alle functies van de afstandsbediening kunnen uitge-
schakeld als kinderslot.
Om de afstandsbediening uit te schakelen zodat hiermee geen wijzigingen kunnen worden aange-
bracht, drukt u op de toets voor het videoslot en
volgt u de instructies van de radio (menu selecteren,
VES achterin, vergrendelen). Als de auto niet is uit-
gerust met een dvd-speler, volgt dan de aanwijzingen
van de radio om het videoslot in te schakelen. De radio en de beeldschermen geven aan of het video-
slot actief is.
Als de toets voor het videoslot nogmaals wordt ingedrukt of de motor wordt uitgezet, wordt het
videoslot uitgeschakeld en is bediening van het
VES™ met de afstandsbediening weer mogelijk.
Batterijen van de afstandsbediening vervangen
De afstandsbediening werkt op twee batterijen van het
type AAA. Vervangen van de batterijen:
Schuif het klepje van het batterijvak aan de achter- kant van de afstandsbediening omlaag.
Vervang de batterijen en breng ze aan in de richting die staat aangegeven aan de binnenkant van het vak.
Breng het klepje van het batterijvak weer aan.
Gebruik van hoofdtelefoons
De hoofdtelefoons ontvangen twee aparte audiokana-
len via een infraroodzender van het beeldscherm.
Als u geen geluid hoort nadat het volume is verhoogd,
controleer dan of het scherm is ingeschakeld en omlaag
is gezet. Controleer ook of het kanaal niet gedempt is
en de keuzeschakelaar voor het kanaal van de hoofdte-
lefoon op het gewenste kanaal staat. Indien u nog
steeds niets hoort, controleer dan of de batterijen in
de hoofdtelefoons niet leeg zijn. (afb. 109)(afb. 108)
De afstandsbediening opbergen
169
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Bedieningselementen
Het voedingslampje en de bedieningselementen van de
hoofdtelefoon bevinden zich op de rechter oorschelp.
OPMERKING:Het videosysteem achterin moet
zijn ingeschakeld om geluid te kunnen horen via de
hoofdtelefoons. Om de batterijstroom te besparen
worden de hoofdtelefoons automatisch uitgeschakeld
na ongeveer drie minuten nadat het videosysteem
achterin is uitgeschakeld.
De audiomodus veranderen voor de hoofdtele-
foons 1. Controleer of de keuzeschakelaar voor kanaal/
scherm van de afstandsbediening in dezelfde stand
staat als de keuzeschakelaar van de hoofdtelefoon.
OPMERKING:
Als beide schakelaars op kanaal 1 staan, regelt de afstandsbediening kanaal 1 en worden de hoofdtele-
foons op het geluid van kanaal 1 van het VES™
afgestemd.
Als beide schakelaars op kanaal 2 staan, regelt de afstandsbediening kanaal 2 en worden de hoofdtele-
foons op het geluid van kanaal 2 van het VES™
afgestemd.
2. Druk op de toets MODE van de afstandsbediening.
3. Als het videoscherm een video toont (bijvoorbeeld een dvd-video), verschijnt de status in een balk
onderaan in het scherm wanneer u op STATUS
drukt. Als u nogmaals op de toets MODE drukt,
wordt de volgende modus geactiveerd. Als een
modus actief is met alleen een audiobron (bijvoor-
beeld FM), verschijnt het menu Mode Selection
(Modus kiezen) op het scherm.
4. Wanneer het menu Mode Selection (Modus kiezen) op het scherm verschijnt, kunt u met de cursortoet-
sen op de afstandsbediening naar de beschikbare
modi navigeren en drukt u op de toets ENTER om
de nieuwe modus te selecteren.(afb. 109)1. Volumeregeling
2. Aan/uit-toets
3. Kanaalkeuzeschakelaar
4. Voedingslampje
170
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
wordt kort aan de onderkant van het scherm getoond
over het videobeeld heen en het toont elke verande-
ring in de status van kanaal 2.
Als kanaal 2 zich in een videomodus bevindt, wordt het
beeld getoond op het scherm van de tweede stoel
achterin als een beeld op het hele scherm. Een balk
wordt kort over het videobeeld heen aan de onderkant
van het scherm getoond en het toont elke verandering
in de status van kanaal 1.
Een cd of dvd afspelen op het VES™
Het volgende gebeurt automatisch als een disk in de
radio wordt gestoken bij een systeem met één scherm
en in de dvd-speler met afstandsbediening bij een
systeem met twee schermen:
Als het beeldscherm open staat (het LCD-scherm iszichtbaar), worden het scherm en de zender van de
draadloze hoofdtelefoon ingeschakeld. Als het video-
scherm gesloten is, moet de zender voor de draad-
loze hoofdtelefoon ingeschakeld worden door mid-
del van de aan/uit-knop op de afstandsbediening
(hoofdtelefoons ontvangen alleen audiosignalen als
de stroom naar de hoofdtelefoon is ingeschakeld).
Nadat de disk is geplaatst, wordt de inhoud ervan afgespeeld door de autoluidsprekers, de draadloze
hoofdtelefoons en de beeldschermen achterin. Gedeelde modi
Het VES™ en de radio kunnen met elkaar communi-
ceren. Daardoor kan het VES™ de radio ontvangen via
de hoofdtelefoons en kan de radio de audio van het
VES™ ontvangen via de autoluidsprekers. Als de radio
en het VES™ in dezelfde (gedeelde) modus staan, is
een VES™ pictogram zichtbaar op het weergaveven-
ster van de radio en zal het pictogram voor gedeelde
modus te zien zijn op het VES™ scherm. In de gedeelde
modus is dezelfde audiobron tegelijkertijd te horen in
de hoofdtelefoon en de autoluidsprekers.
Als de radiofuncties (FM, AM of SAT) zich in de ge-
deelde modus met VES™ bevinden, kan alleen de radio
de radiofuncties regelen. In dat geval kan VES™ de
radiomodus delen, maar niet van zender veranderen
totdat de radiomodus veranderd is in een modus die
anders is dan de in VES™ gekozen radiomodus. Bij
deling heeft de radio voorrang boven VES™ of alle
radiomodi (FM, AM en SAT). Het VES™ kan de tuner
(AM/FM/MW/LW), SEEK, TUNE (zoeken, afstemmen)
omschakelen en vooraf ingestelde radiomodi terugroe-
pen zolang het systeem niet in de gedeelde modus
staat.
173
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Wanneer de videomodus zich in gedeelde disk of
satellietvideomodus bevindt, hebben zowel de radio en
het VES™ controle over de videofuncties. VES™ kan
de volgende videomodi regelen:
1. CD: mogelijkheid vooruit te spoelen, terug te spoe-len en volgende/vorige nummer.
2. Cd-wisselaar (in radio): mogelijkheid disk verder/ terug en programmeren van alle vermelde cd-
bedieningsmogelijkheden (snel vooruit spoelen, te-
rugspoelen, nummer verder/terug).
VES™ kan zelfs de radio- of videomodi regelen wan-
neer de radio is uitgeschakeld. VES™ heeft toegang tot
de radio- of diskmodi door naar die modi te navigeren
op VES™ en een radio- of diskmodus te activeren.
Scherm Informatiemodus
(afb. 111)
Als de informatiemodus actief is, wordt de huidige
modusinstelling voor beide geluidskanalen weergege-
ven. Behalve de met een getal aangegeven punten geeft
de resterende informatie de huidige status van de bron
aan (bijv. frequentie, naam, nummer voorinstelling of
muzieknummer, muziektitel, naam artiest, albumtitel
enz.).
1. Modus kanaal 1 – Geeft de huidige bron voor kanaal 1 weer. 2. Kanaal 1 Alleen audio/Geluid uit — Audio: Het
pictogram "Alleen audio" wordt niet gebruikt op
kanaal 1 in een systeem met slechts één scherm.
Mute (geluid uit): als het pictogram "Mute" ver-
schijnt, is het geluid voor kanaal 1 gedempt met
behulp van de MUTE-toets op de afstandsbediening.
3. Kanaal 2 Alleen audio/Geluid uit — Audio: Alleen in een systeem met slechts één scherm: Het picto-
gram "Alleen audio" wordt getoond op kanaal 2
wanneer kanaal 1 in de videomodus staat. Mute
(geluid uit): als het pictogram "Mute" verschijnt, is
het geluid voor kanaal 2 gedempt met behulp van de
MUTE-toets op de afstandsbediening.
(afb. 111)Weergave van de informatiemodus op het beeldscherm
174
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
4. Modus kanaal 2 – Geeft de huidige bron voor kanaal2 weer.
5. Actie van knop ENTER kanaal 2 – Als de knop ENTER op de afstandsbediening wordt ingedrukt
terwijl de toets "INPUT FILE #" (bestandnummer
invoeren) te zien is op het scherm, toont het
scherm een numeriek toetsenbord waarmee u een
specifiek muzieknummer op gegevens-cd's en een
harde schijf kunt invoeren (zie het hoofdstuk "Menu
numeriek toetsenbord" van deze handleiding). An-
dere actie van knop ENTER – "INPUT TRK #" om
een specifiek muzieknummer op audio-cd's in te
voeren.
6. Afstandsbediening vergrendeld — Als het picto- gram verschijnt, is de werking van de afstandsbedie-
ning uitgeschakeld.
7. Klok — Toont de tijd.
8. Gedeelde status kanaal 1 – Als dit pictogram ver- schijnt, is het geluid voor kanaal 1 ook te horen op
de radio en door de luidsprekers van de auto.
Menu Selecteren modus
(afb. 112)
Nadat de eerste keer op de MODE-toets is gedrukt,
wordt het menu Mode Selection (Modus kiezen) op
het scherm weergegeven. De huidige modus is altijd de
standaardkeuze. De modus kan met behulp van de afstandsbediening worden gewijzigd in kanaal/scherm 1
of kanaal/scherm 2.
Met de navigatietoetsen (▴,
▾,▸,◂) van de afstandsbe-
diening navigeert u door de beschikbare modi en drukt
u vervolgens op de ENTER-toets van de afstandsbedie-
ning om de modus te selecteren. Er is ook een andere
manier om de modus te wijzigen: druk meermaals op
de MODE-toets tot de gewenste modus wordt aange-
geven en druk vervolgens op de ENTER-toets van de
afstandsbediening om de modus te selecteren.
Als in een systeem met één scherm een videomodus
(bijv. DVD-video, Aux-video etc.) actief is en kanaal/
scherm 1 wordt geselecteerd met de keuzeschakelaar
van de afstandsbediening, wordt het menu Selecteren
(afb. 112) Menu Selecteren modus
175
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
omstandigheden niet nodig is deze instellingen te wij-
zigen.
Om de instellingen te wijzigen drukt u op de navigatie-
toetsen van de afstandsbediening (▴,▾) om een optie te
selecteren en drukt u vervolgens op de navigatietoet-
sen van de afstandsbediening (▸, ◂) om de waarde van
de geselecteerde optie te wijzigen. Om alle standaard-
waarden van de instellingen te herstellen, kiest u de
menuoptie Default Settings (Standaardinstellingen) en
drukt u op de ENTER-toets van de afstandsbediening.
De diskfuncties regelen de instellingen van de externe
dvd-speler (voor bepaalde uitvoeringen/landen) voor
de dvd die in de externe speler wordt bekeken. Luisteren naar audio met gesloten scherm
Alleen luisteren naar het audiodeel van het kanaal, met
het scherm gesloten:
Stel het geluid in op de gewenste bron en het ge-
wenste kanaal.
Sluit het beeldscherm.
Om de huidige audiomodus te wijzigen drukt u op de toets MODE van de afstandsbediening. Hierdoor
wordt automatisch de volgende beschikbare audio-
modus geselecteerd zonder het menu Mode Select
(Modus kiezen) te gebruiken.
Als het scherm weer wordt geopend, gaat het beeld- scherm automatisch aan en wordt het juiste scherm-
menu of medium weergegeven.
Als het scherm is gesloten en u geen geluid hoort,
controleer dan of hoofdtelefoon is ingeschakeld (het
lampje ON brandt) en de keuzeschakelaar van de
hoofdtelefoon op het gewenste kanaal staat. Wanneer
de hoofdtelefoon is ingeschakeld, druk dan op de aan/
uit-toets van de afstandsbediening om het geluid in te
schakelen. Indien u nog steeds niets hoort, controleer
dan of de batterijen in de hoofdtelefoons niet leeg zijn.
Waarom verandert de modus van het scherm
automatisch?
Om de bediening van het VES™ zo eenvoudig mogelijk
te houden en de bestuurder zo weinig mogelijk af te(afb. 114) Weergave-instellingen van het beeldscherm
177
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
leiden, zijn er bepaalde momenten waarop het scherm
(de schermen) automatisch overschakelt (overschake-
len) naar de dvd-modus. Dit gebeurt wanneer:
er een disk in de dvd-speler (indien aanwezig) wordtgeplaatst
de knop PLAY op het front van de dvd-speler wordt ingedrukt nadat de stop- of pauze-toets is ingedrukt,
of bij
AM/FM-selectie via radio.
Indien de auto geen aparte dvd-speler heeft, schakelt
(schakelen) het scherm (de schermen) in de volgende
gevallen automatisch over naar de diskmodus van de
radio.
Een disk plaatsen in de radio-cd/dvd-speler
AM/FM-selectie via radio
AUX-aansluitingen
Voor elk beeldscherm is er een hulpingang (Aux-
aansluiting) die men kan gebruiken om meegebrachte
geluids- of beeldapparatuur op het VES™ aan te slui-
ten. Apparaten die op de Aux-ingangen kunnen wor-
den aangesloten, zijn bijv. draagbare muziekspelers,
videocamera's, videorecorders, spelcomputers en an-
dere apparaten met audio en/of video-uitgangen. De
Aux-aansluitingen bevinden zich normaal op de achter- kant van de middenconsole of in één van de zijpanelen
achter in de auto.
(afb. 115)
Als een extern apparaat op de AUX-ingang wordt
aangesloten, dient u rekening te houden met de stan-
daard kleurencode voor de aansluitingen van VES™:
1. Video in (geel)
2. Linker audio in (wit)
3. Rechter audio in (rood)
(afb. 115)
178
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Ingangen voor audio- en video-apparatuur
(AUX) gebruiken
Doe het scherm omlaag en druk vervolgens op deknop POWER van de afstandsbediening om het
scherm in te schakelen.
Steek de geluids- en/of video-uitgangen van het ex- terne apparaat met het volume op hard, in de ingang
voor randapparatuur (AUX) (let erop dat u de kleu-
rencodes correct gebruikt: video is geel, linker audio
is wit en rechter audio is rood). Navigeer vervolgens
naar de modus VES AUX1 of VES AUX2 in het
scherm Selecteren modus.
Om de AUX-modus te verlaten, gebruikt u de knop MODE op de afstandsbediening. (Raadpleeg de in-
structies in hoofdstuk "Menu Selecteren modus" van
deze handleiding.) BEDIENING VAN iPod®/USB/MP3
(voor bepaalde uitvoeringen/
landen)
Deze voorziening maakt het mogelijk een iPod
®
of
extern USB-apparaat aan te sluiten op de USB-poort.
iPod
®
bediening is compatibel met iPod
®
Mini, 4G,
Photo, Nano, 5G en iPhone
®
apparaten. Sommige
versies van de iPod
®software zijn mogelijk niet volle-
dig compatibel met de functies van de iPod
®bediening.
Bezoek in dat geval de website van Apple om de
nieuwste softwareversies te downloaden.
Raadpleeg de gebruikershandleiding van Uconnect
Touch™ voor meer informatie hierover.
179
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD