Page 57 of 182

Ventilatie
55
3
ERGONOMIE EN COMFOR
T
EXTRA VERWARMINGSSYSTEMEN
Extra verwarmingsunit
Bij de uitvoering met 2-3 zitplaatsen bevindt
deze zich onder de bestuurdersstoel en
wordt de lucht naar voren geblazen.
VERWARMING EN/OFAIRCONDITIONING ACHTER
Afhankelijk van de uitvoering
kan uw auto zijn voorzien van
een extra airconditioningsunit
achter in de auto: het
luchtverdelingskanaal in het dak
en de afzonderlijke uitstroomopeningen
zorgen voor een perfecte regeling van de
verdeling van koele lucht in de auto.
De over de vloer verspreide warme lucht
wordt vanuit de airconditiningsunit vóór
verdeeld ter hoogte van de voetenruimte van
de passagiers op zitrij 2 en 3.
Op de wielkast links achter bevindt
zich een uitstroomopening voor de
verwarming van de voetenruimte van de
passagiers op zitrij 3.
Extra verwarming
Dit is een extra verwarming van het interieur
als aanvulling op de standaarduitrusting.
De werking is onafhankelijk van de motor.
Standkachel of aanvullende programmeerbare verwarming
Dit is een aanvullend, programmeerbaar
en afzonderlijk systeem dat het korte
koelvloeistofcircuit van de dieselmotor
opwarmt om het starten te vergemakkelijken.
Het systeem verbetert de prestaties van
het ontdooien, ontwasemen en (volgens
uitvoering) de stoelverwarming.
Het opwarmen van het interieur kan sneller
plaatsvinden.
Het systeem kan geprogrammeerd worden
om te worden ingeschakeld voordat u in de
auto stapt. Bij de uitvoering met 5-
9 zitplaatsen bevindt deze
zich achter in de auto.
Afhankelijk van de uitvoering
wordt de lucht rechtstreeks
vanaf de verwarmingsunit of via de
uitstroomopeningen onder de twee zitrijen
het interieur in geblazen.
Druk op deze schakelaar om de
verwarming in of uit te schakelen.
Het lampje brandt als de
verwarming is ingeschakeld. Zet
de schakelaar uit wanneer u de ruiten snel
wilt ontdooien of ontwasemen.
Page 58 of 182
Ventilatie
56
Inschakelen/uitschakelen
Met behulp van deze schakelaar
op het bedieningspaneel uiterst
links op het dashboard kan de
bestuurder de bediening achter in
de auto in- of uitschakelen.
Eén keer indrukken: inschakelen (lampje
brandt).
Twee keer indrukken: uitschakelen
(lampje uit). Zet de knop in de stand 0 om de aanjager
uit te schakelen. Om condens te voorkomen, zorgt een
veiligheidssysteem echter automatisch voor
de ventilatie achter, ook als de schakelaar in
de stand 0 staat.
Luchtopbrengst
De kracht van de luchttoevoer via
de ventilatieroosters varieert van
1 tot 4.
Zet de knop in de gewenste stand
voor een optimaal comfort.
Instellen comfortwaarde
- van blauw (toevoer van koude
lucht),
- tot rood (toevoer van warme
lucht).
De functie kan worden uitgeschakeld
met de schakelaar OFF van het centrale
"Monozone" bedieningspaneel. Zet de knop in de gewenste stand:
Page 59 of 182
Ventilatie
57
3
ERGONOMIE EN COMFOR
T
PROGRAMMEERBARE
STANDKACHEL
De programmeerbare standkachel (volgens
uitvoering) zorgt voor een geleidelijke
voorverwarming van het koelcircuit, zodat de
motor beter op temperatuur is bij het starten. Met behulp van de tijdschakelaar kunt u
het gewenste inschakeltijdstip kiezen. Het
systeem zorgt ervoor dat het interieur sneller
wordt opgewarmd. Pictogram verwarmingscyclus
Digitale programmering
Het bedieningspaneel van de standkachel
bevindt zich links onder op het dashboard. Verlichting display
Weergave nummer
geselecteerd programma
Toets weergave tijd
Toetsen instellen tijd
Selectie opgeslagen programma
Toets voor direct inschakelen
verwarming
Pictogram instellen en
weergave tijd
Page 60 of 182

Ventilatie
58
Instellen van de tijdschakelaar
Zet voordat u de standkachel programmeert
de klok van de tijdschakelaar gelijk.
Direct inschakelen van de standkachel
Controleer voor het inschakelen van de
standkachel of:
- de knop van de temperatuurregeling in
de stand "warme lucht" (rood) staat.
- de knop van de luchtopbrengstregeling
in de stand 2 staat. Dit symbool of de eerder ingestelde tijd
en het voorkeuzenummer (bijv. 1) worden
gedurende 10 seconden weergegeven.
Opmerking: druk om de overige
voorkeuze-instellingen weer te geven
binnen 10 seconden herhaaldelijk op de
toets SET. Druk op deze toets.
Het display wordt verlicht en het
pictogram verschijnt.
Druk binnen 10 seconden op een van de
twee toetsen voor het instellen van de tijd
tot de juiste tijd wordt weergegeven.
Druk op ">" om de klok vooruit te
zetten of op "<" om de klok terug
te zetten.
Druk lang op de toets om de klok
sneller vooruit of terug te zetten.
Weergeven van de tijd
Druk op deze toets.
Het pictogram verschijnt
en gedurende ongeveer
10 seconden wordt de tijd
weergegeven. Druk op deze toets.
Het display wordt verlicht en het
pictogram verwarmingscyclus
verschijnt en wordt weergegeven
zolang de standkachel in werking is.
Uitgestelde inschakeling van de
standkachel
Het inschakelen van de standkachel kan
tussen 1 minuut en 24 uur van tevoren
geprogrammeerd worden.
U kunt drie verschillende tijdschakelingen
opslaan en een uitgestelde inschakeling
programmeren.
Opmerking: wanneer u de standkachel
dagelijks op dezelfde tijd wilt inschakelen,
hoeft u alleen de opgeslagen tijdschakeling
elke dag opnieuw te programmeren.
Druk op deze toets om het
display te verlichten. Druk binnen 10 seconden op de
twee toetsen voor het instellen
van de tijd om de inschakeltijd in
te stellen.
De programmering wordt
opgeslagen als de inschakeltijd
en het voorkeuzenummer (bijv. 1)
verdwijnen en de verlichting van
het display wordt uitgeschakeld.
Page 61 of 182

Ventilatie
59
3
ERGONOMIE EN COMFOR
T
Annuleren van de programmering
Druk kort op deze toets om een
geprogrammeerde inschakeltijd
te wissen.
De verlichting van het
display wordt uitgeschakeld en het
voorkeuzenummer (bijv. 1) verdwijnt.
Gebruiksvoorschrift
Gebruik om koolmonoxidevergiftiging
te voorkomen de standkachel nooit in
afgesloten ruimten zoals een garage of
werkplaats zonder afzuiginstallatie.
De standkachel wordt gevoed door brandstof
uit de brandstoftank van de auto. Controleer,
voordat u de standkachel programmeert of
inschakelt, of er nog voldoende brandstof in
de tank aanwezig is.
Schakel de standkachel bij het tanken
altijd uit om brand- en explosiegevaar te
voorkomen.
Parkeer om brandgevaar te voorkomen de
auto niet op een brandbare ondergrond
(dor gras, dode bladeren, papier...).
De temperatuur rondom de standkachel
mag niet hoger zijn dan 120°C. Een hogere
temperatuur (bijv. in een oven van een
spuiterij) kan het elektrische circuit van de
auto beschadigen.
De standkachel is voorzien van een
thermische beveiliging die in het geval
van oververhitting als gevolg van een
gebrek aan koelvloeistof de verbranding
onderbreekt. Vul in dat geval koelvloeistof
bij en druk op de programmaselectieknop
alvorens de verwarming in te schakelen. Laat de standkachel ten minste 1 keer
per jaar aan het einde van de herfst
controleren. Onderhoud en reparaties
aan het systeem mogen alleen worden
uitgevoerd door het CITROËN-netwerk.
Gebruik uitsluitend originele
vervangingsonderdelen.
Oproepen van een programmering
Druk herhaaldelijk op deze toets
tot het voorkeuzenummer (bijv. 2)
van de gewenste inschakeltijd
verschijnt.
Na 10 seconden verdwijnt de
tijd van het display, dat echter blijft branden
en het voorkeuzenummer (bijv. 2) blijft
weergeven.
Uitschakelen van de standkachel
Druk op deze toets.
Het pictogram verwarmingscyclus
verdwijnt en de verlichting van
het display gaat uit.
Twee verschillende functies
De standkachel is een afzonderlijk systeem
dat geprogrammeerd kan worden. Voordat
het interieur wordt opgewarmd, verwarmt
de standkachel geleidelijk de motor om
het starten te vergemakkelijken. Het
opwarmen van interieur en het ontdooien en
ontwasemen van de ruiten kan vervolgens
sneller plaatsvinden.
De extra verwarming is een systeem dat
een aanvulling is op de standaarduitrusting.
Het systeem kan onafhankelijk van de motor
werken. Het inschakelen van de verwarming
kan worden geprogrammeerd.
Page 62 of 182
Stoelen
60
BESTUURDERSSTOEL STOELEN
Hoofdsteun
Druk op de lip om de hoofdsteun hoger of
lager te zetten.
Druk om de hoofdsteun te verwijderen op de
lippen en trek de hoofdsteun omhoog.
Verstelbare armleuning
Draai aan de knop op het uiteinde van de
armleuning.
Page 63 of 182
Stoelen
61
3
ERGONOMIE EN COMFOR
T
Lendensteun
Draai aan de knop.
Hoogteverstelling van de zitting
Trek aan de hendel 1
om de voorzijde van
de zitting
te verhogen of verlagen.
Trek aan de hendel 2
om de achterzijde van
de zitting
te verhogen of verlagen.
Stoelverwarming
Druk op deze schakelaar om de
stoelverwarming in of uit te schakelen.
Stoel met variabele demping
Draai aan de knop om de demping van de
stoel (volgens uitvoering) aan te passen aan
het gewicht van de bestuurder.
Rugleuningverstelling
Draai aan de knop om de hoek van de
rugleuning te verstellen.
Verstellen in lengterichting
Til de beugel aan de onderzijde van de stoel
op en schuif de stoel in de gewenste stand.
Draaistoel
Druk, volgens uitvoering, op de knop om de
stoel 180° te draaien.
Page 64 of 182
Stoelen
62
TWEEZITSBANK VÓÓR
De tweezitsbank is voorzien van twee
veiligheidsgordels.
Handgreep
Deze bevindt zich aan de achterzijde van de
middelste zitplaats.
Schrijftafel
De rugleuning van de middelste zitplaats
kan worden neergeklapt om te worden
gebruikt als schrijftafel.
Trek aan de handgreep aan de bovenzijde
van de rugleuning.