45
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
SAFE LOCK-SYSTEEM
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Dit veiligheidssysteem verhindert de werking van de binnenhand-
grepen en de ver-/ontgrendelknopjes. Het is raadzaam dit systeem
iedere keer in te schakelen als u de auto parkeert.
Systeem inschakelen
Het systeem schakelt op alle portieren in als de knop Áop de sleu-
tel twee keer snel wordt ingedrukt.
Het inschakelen van het systeem wordt aangegeven door het drie
keer knipperen van de richtingaanwijzers en door het knipperen van
lampje A-fig. 19. Het systeem schakelt niet in als een of meerdere
portieren niet goed gesloten zijn.
Als het safe lock-systeem is ingeschakeld, kunnen
de portieren op geen enkele wijze van binnenuit
worden geopend. Controleer daarom, voordat u de
auto verlaat, of er geen personen meer aan boord zijn. Als
de batterij van de sleutel met afstandsbediening leeg is,
kan het systeem alleen worden uitgeschakeld door met de
metalen sleutel het slot van de portieren te bedienen.
Systeem uitschakelen
Het systeem schakelt automatisch uit:
❍als met de metalen sleutelbaard het bestuurdersportier wordt
ontgrendeld;
❍als op knop Ëvan de afstandsbediening wordt gedrukt;
❍als de contactsleutel in stand MAR wordt gedraaid.
fig. 19A0K0122m
46
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
INOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Hieronder worden alle met de sleutel in te schakelen functies samengevat (met en zonder afstandsbediening):
Type sleutel
Mechanische sleutel
Sleutel met afstandsbediening
Knipperen richtingaanwijzers
(alleen met sleutel
met afstandsbediening)
Bewakingslampje
Ontgrendelen
sloten
Sleutel linksom
draaien
(bestuurderszijde)
Sleutel linksom
draaien
(bestuurderszijde)
Knop
Ëkort
indrukken
2 x knipperen
UitschakelenSloten van buitenaf
vergrendelen
Sleutel rechtsom
draaien
(bestuurderszijde)
Sleutel rechtsom
draaien
(bestuurderszijde)
KnopÁkort
indrukken
1 x knipperen
3 seconden
continu branden
en vervolgens
knipperen
bewakingslampjeSafe Lock inschakelen
(voor bepaalde
uitvoeringen/
markten)
–
–
KnopÁtwee
keer indrukken
3 x knipperen
2 x knipperen
en vervolgens
knipperen
bewakingslampjeAchterklep
ontgrendelen
–
–
KnopRkort
indrukken
2 x knipperen
Knipperen
bewakingslampje
BELANGRIJK Het openen van de ruiten is gekoppeld aan het commando voor ontgrendeling van de portieren; het sluiten van de ruiten
is gekoppeld aan het commando voor vergrendeling van de portieren.
Ruiten openen
(voor bepaalde
uitvoeringen/
markten)
–
–
Langer indrukken
(meer dan
2 seconden)
van knop
Ë
2 x knipperen
UitschakelenRuiten sluiten
(voor bepaalde
uitvoeringen/
markten)
–
–
Langer indrukken
(meer dan
2 seconden)
van knop
Á
1 x knipperen
Knipperen
bewakingslampje
268
AUTORADIO
Geheime code invoeren
Als u de autoradio inschakelt, verschijnt, als
de code wordt gevraagd, op het display on-
geveer 2 seconden het opschrift „Radio co-
de”, gevolgd door vier streepjes „- - - -”.
De geheime code bestaat uit vier cijfers tus-
sen 1 en 6. Elk streepje staat voor een cijfer.
Druk voor het invoeren van het eerste cij-
fer op de betreffende voorkeuzetoets (tus-
sen 1 en 6). Voer op dezelfde wijze de ove-
rige cijfers van de code in.
Als de vier cijfers niet binnen 20 seconden
worden ingevoerd, verschijnt op het display
het opschrift „Enter code - - - -”. Dit wordt
niet beschouwd als het invoeren van een ver-
keerde code.Na het invoeren van het vierde cijfer (bin-
nen 20 seconden), begint de autoradio te
werken.
Als een verkeerde code wordt ingevoerd,
hoort u een akoestisch signaal en verschijnt
op het display het opschrift „Radio blocked/
wait” om aan te geven dat de juiste code
moet worden ingevoerd.
Iedere keer als een verkeerde code wordt in-
gevoerd, wordt de wachttijd waarna
opnieuw een code kan worden ingevoerd,
verhoogd (1 min, 2 min, 4 min, 8 min,
16 min, 30 min, 1 uur, 2 uur, 4 uur, 8 uur,
16 uur en 24 uur), totdat de wachttijd van
maximaal 24 uur is bereikt. De wachttijd
wordt op het display aangegeven door het
opschrift „Radio blocked/wait” weergege-
ven. Als dit opschrift is verdwenen, kan de
code opnieuw worden ingevoerd.
Code-Card
Dit document is het eigendomsbewijs van
de autoradio. Op dit document staan het mo-
del, het serienummer en de geheime code
van de autoradio aangegeven.
BELANGRIJK Bewaar de Code-Card zorgvul-
dig, zodat u bij diefstal van de autoradio
de gegevens aan de bevoegde instantie kunt
overleggen.
289
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Parkeerlichten (inschakelen) .... 74
Parkeren ................................ 153
Plafondverlichting achter ........... 83
– gloeilampen vervangen ....... 182
Plafondverlichting voor ......... 81-82
– gloeilampen vervangen ....... 182
Portieren ................................ 95
– kinderveiligheidsslot ............ 95
– noodportiervergrendeling
achter .............................. 97
– openen/sluiten met
afstandsbediening.............. 95
Portiervergrendeling ................. 86
Prestaties
(maximum snelheid)............. 237
RAB-systeem ......................... 112
Radiozendapparatuur en
mobiele telefoons .................. 124
Reinigen en onderhoud
– carrosserie........................ 221Ruitenwissers
– bediening.......................... 77
– niveau controleren ....... 208-211
– ruitensproeiers ................... 219
– wisserbladen..................... 217
Safe-lock (systeem)................ 45
SBR-systeem .......................... 133
Sensoren
– automatisch
inschakelende koplampen
(schemersensor) ................ 74
– parkeersensoren ................. 124
– regensensor ...................... 78
Setup-menu ............................ 24
Sidebag ................................. 148
Skiluik ................................... 89
Slepen van de auto .................. 196
Sleutels
– batterij vervangen van sleutel
met afstandsbediening ........ 44 – interieur............................ 223
– kunststof interieurdelen ....... 223
– leren bekleding .................. 224
– motorruimte ...................... 222
– ruiten ............................... 222
– stoelen ............................. 223
Remlichten
– gloeilampen vervangen ....... 179
Remmen
– Brake Assist ...................... 112
– handrem ........................... 153
– specificaties ....................... 231
Richtingaanwijzers
– bediening.......................... 75
– gloeilampen
vervangen .................178-179
Rim protector .......................... 233
Ruitbediening, elektrisch ........... 98
Ruiten (reinigen)..................... 221