141
Accu
SNEL WEER OP WE
G
7
ACCU
Wacht 2 minuten na het uitzetten van
het contact alvorens de accu los te
koppelen.
Maak de accupoolklemmen niet los bij
draaiende motor.
Laad de accu niet op zonder de
accukabels los te nemen.
Zet, elke keer nadat de accukabels
weer zijn aangesloten, het contact
AAN en wacht 1 minuut alvorens de
motor te starten, zodat de elektronische
systemen geïnitialiseerd kunnen worden.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk
als er zich na deze handeling toch nog
problemen voordoen.
Wacht ongeveer 3 minuten na het
vervangen van een lamp alvorens de
accu aan te sluiten. Het is raadzaam de accu los te
koppelen als uw auto langer dan
een maand buiten gebruik is.
ECO-MODE
Laden met behulp van een
acculader:
- maak de accupoolklemmen los,
- volg de aanwijzingen van de
fabrikant op de acculader,
- sluit de accukabels weer aan, te
beginnen met de (-) kabel,
- controleer of de accupolen en
de klemmen schoon zijn. Indien
ze bedekt zijn met een (witte of
groene) oxidatielaag, neem dan de
accukabels los en reinig de polen
en de klemmen.
Starten met een hulpaccu:
- sluit eerst de rode kabel aan op de
(+) polen van de beide accu's,
- sluit de groene of zwarte kabel aan
op de (-) pool van de hulpaccu,
- sluit het andere uiteinde van de
groene of zwarte kabel aan op
een zo ver mogelijk van de accu
verwijderd massapunt van de te
starten auto,
- stel de startmotor in werking en laat
de motor draaien,
- wacht tot de motor stationair draait
en neem dan de kabels los. Nadat de motor is afgezet wordt bij
aangezet contact na 30 minuten een
aantal elektrische voorzieningen
(ruitenwissers, ruitbediening,
plafonniers, autoradio, enz.)
automatisch uitgeschakeld om te
voorkomen dat de accu ontladen raakt.
Op dat moment knippert het
verklikkerlampje voor het laden van de
accu en verschijnt er een melding op
het display.
Start de motor en laat deze enige
tijd draaien om de bovengenoemde
voorzieningen weer te kunnen
gebruiken.
De beschikbare tijd bedraagt het
dubbele van de tijd dat de motor heeft
gedraaid. Deze tijd zal echter altijd
tussen de 5 en 30 minuten bedragen.
Als de accu ontladen is, kan de motor
niet gestart worden.
154
Zekering vervangen
ZEKERINGEN DASHBOARD
Kantel het opbergvak omlaag om bij de
zekeringen te komen. Zekering
F
Ampère
A
Functies
1 15 Ruitenwisser achter
2 - Niet gebruikt
3 5 Airbag
4 10
Airconditioning, diagnoseaansluiting, bediening elektrisch
verstelbare buitenspiegels, draadbundel koplampen
5 30 Elektrische ruitbediening
6 30 Sloten
7 5 Plafonnier achter, kaartleeslampje vóór
8 20 Autoradio, display, controlesysteem bandenspanning,
sirene en inbraakalarm
9 30 12V-aansluiting voor en achter
10 15 Middenconsole
11 15 Contactslot circuit lage stroomsterkte
12 15 Regen-/lichtsensor, airbag
13 5 Instrumentenpaneel
14 15 Parkeerhulp, bediening automatische airconditioning,
handsfree set
15 30 Soten
16 - Niet gebruikt
17 40 Achterruitverwarming, buitenspiegelverwarming
9.3
deze uitsluitend in uw auto functioneert. Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk als u het systeem voor gebruik ineen andere auto wilt laten confi gureren.
Bepaalde functies die in dit boek
je worden beschreven,
zullen in de loop van het jaar beschikbaar zijn.
PEUGEOT CONNECT NAV
Om veiligheidsredenen mag de bestuurder handelingen
die zijn volledige aandacht vragen uitsluitend uitvoeren
bij stilstaande auto.
Na het afzetten van de motor schakelt de Peu
geotConnect Nav zichzelf tijdens de overgang naar deeco-mode uit om te voorkomen dat de accu ontladen
raakt.
RADIO MULTIMEDIA / BLUETOOTH-TELEFOON
GPS EUROPA OP SD-KAART
01 Basisfuncties
INHOUD
02 Stuurkolomschakelaars
03 Algemene werking
04 Navigatie
05 Verkeersinformatie
06 Radio
07 Mediaspelers
08 Bluetooth-telefoon
09 Configuratie
10 Boordcomputer blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
blz.
11 Menustructuur displays
Veelgestelde vragen blz.
blz. 9.4
9.5
9.6
9.9
9.17
9.19
9.20
9.23
9.25
9.26
9.27
9.31
9.4
01
1
55
101
22
334466
131
111
99
144155
77881212161
1. Motor afgezet: - Kort indrukken: aan/uit - Lang indrukken: CD pauzeren, geluidsweergaveradio onderbreken. Draaiende motor: - Kort indrukken: CD pauzeren, geluidsweergave radio onderbreken. - Lang indrukken: resetten van het systeem. 2. Volumeregeling (individueel voor iedere geluidsbron, inclusief berichten en waarschuwingen van het navigatiesysteem). 3. To egang tot het Menu "Radio". Weergave van hetzenderoverzicht.4. To egang tot het Menu "Muziek". Weergave van tracks.
5. To egang tot het Menu "SETUP". Lang indrukken: toegang tot het GPS-bereik en de demo-modus. 6. To egang tot het Menu "Telefoon". Weergave van het logboek gesprekken. 7. To egang tot het Menu "MODE". Selecteren van het achtereenvolgens weergevenvan: Radio, Kaart, NAV (tijdens navigatie), Telefoon (tijdens een gesprek), Boordcomputer. Lang indrukken: black-panelfunctie (DARK). 8. To egang tot het Menu "Navigatie". Weergave vande laatst gekozen bestemmingen. 9. To egang tot het Menu "Verkeer". Weergave vande actuele verkeersinformatie.10. ESC: huidige bewerking afbreken. 11. CD uitwerpen.
12. Selecteren van de vorige/volgende radiozender inhet overzicht. Selecteren van de vorige/volgende MP3-afspeellijst. Selecteren van het vorige/volgende pagina in eenlijst.
13. Selecteren van de vorige/volgende radiozender. Selecteren van de vorige/volgende titel van een CD of vorig/volgend MP3-bestand. gggg
Selecteren van het vorige/volgende item in een lijst.
14. Toetsen 1 t/m 6: Selecteren van een in het geheugen opgeslagenradiozender. Lang indrukken: in het geheugen opslaan van dehuidige radiozender.
15. SD-kaartlezer, uitsluitend voor navigatie.
16. Selectieknop voor de weergave op het display, afhankelijk van de context van het menu. g
Kort indrukken: contextmenu of bevestigen. Lang indrukken: specifi ek contextmenu van deweergegeven lijst.
BASISFUNCTIES
BEDIENINGSPANEEL Peugeot Connect Nav
3 - 4. Lang indrukken: toegang tot de audio-instellingen:geluidsverdeling voor/achter, links/rechts, lage-/ hogetonenregeling, sfeerinstellingen, loudness, automatische volumecorrectie, standaardinstellingen.
9.6
03 ALGEMENE WERKING
Raadpleeg het hoofdstuk "Menustructuren displays" voor een gedetailleerd overzicht van de keuzemogelijkheden binnen demenu's.
Door meerdere keren achter elkaar op de toets M
ODE te drukken, krijgt u toegang tot de volgende menu's:
Gebruik voor het schoonmaken van het display een zacht, niet-schurend doekje (bijvoorbeeld een brillendoekje) zonder schoonmaakmiddel. RADIO/ MULTIMEDIA
SPELERS
TELEFOON
(Tijdens een telefoongesprek) KAARTWEERGAVE OP
VOLLEDIG SCHERM
NAVIGATIE
(Tijdens navigatie)
SETUP :
taalkeuze * , datum en tijd *
, weergave,
parameters
van de auto * , eenheden en systeeminstellingen
"Demo-modus".
VERKEER:
TMC-informatie en berichten.
*
Afhankeli
jk van de uitvoering. BOORDCOMPUTE
R
9.16
04
5
6
3 2 1
4
NAVIGATIE-INSTELLINGEN
Selecteer "Instellen risicozones" voor
toegang tot de functies "Op kaart
weergeven", "Visuele waarschuwing" en "Akoestische waarschuwing".
Selecteer de functie "POI-categorieën op kaart" om de
POI's die standaard op de kaart
worden weergegeven in te stellen. Druk o
p de toets NAV.
Druk no
gmaals op de toets NAV of
selecteer de functie Menu Navigatieen druk op de draaiknop om tebevestigen.
Selecteer de functie "Instellin
gen" en druk op de draaiknop om tebevestigen.POI-cate
gorieën op kaart
InstellingenInstellen risicozones
Menu Navigatie
NAVIGATIE
Selecteer de functie "Navigatievolume"en draai aan de draaiknop om het
volume van de verschillende gesproken
berichttypen (verkeersinformatie,
waarschuwingsmeldingen…) in te stellen.
Navigatievolume
Het volume van de POI-waarschuwingen kan alleen tijdens het
uitzenden ervan worden aangepast.
UPDATEN RISICOZONE-POI'S (radarinformatie)
Voor het updaten van risicozone-poi's is een SDHC-compatible
speler (High Capacity) vereist.
Download het update-bestand via Internet
(www.peugeot.fr of www.peugeot.co.uk).Open dit bestand en kopiëer de uitgepakte documenten naar
de map DATABASE op de SD-kaart, waarbij de bestaande
documenten worden vervangen.
Als het navigatiesysteem is ingeschakeld en de kaart op het display wordt weergegeven,kunt u de spraakbediening in- of uitschakelen door op het knopje te drukken en
vervolgens "Gespr. instructie" te selecteren of deze selectie juist ongedaan te maken.
Gespr. instructie
9.18
05
2 1
3
2 1
BELANGRIJKSTE PICTOGRAMMEN TMC
Druk op de draaiknop als de huidige
geluidsbron op het display wordt
w
eergegeven.
Het snelkeuzemenu van de
geluidsbron verschijnt en geeft toegang tot:
Selecteer Verkeersinfo (TA) en druk
ter bevestiging op de draaiknop
voor toegang tot de desbetreffende
instellingen.
Verkeersinfo (TA)
- het station zendt verkeersinformatie uit.
VERKEERSINFORMATIE BELUISTEREN
Rood-gele driehoek: verkeersberichten, bijvoorbeeld: Zwart-blauwe driehoek: algemene in
formatie, bijvoorbeeld:
VERKEERSINFORMATIE
De functie TA (Traffi c Announcement) geeft voorrang aan het luisteren
naar de verkeersinformatie. Om te worden geactiveerd moet deze functieeen radiozender die deze berichten uitzendt, goed kunnen ontvangen. Zodra er een bericht wordt uitgezonden, wordt de geluidsbron die op dat
moment wordt weergegeven (Radio, CD, ...) automatisch onderbroken en
wordt de verkeersinformatie doorgegeven. Zodra het bericht is afgelopen,
wordt de weergave van de oorspronkelijke geluidsbron hervat.
- het station zendt geen verkeersinformatie uit.
- de weer
gave van verkeersinformatie is uitgeschakeld.
9.23
08
1
2
3
2 1 4
*
De beschikbaarheid van diensten hangt af van het gsm-netwerk, de SIM-kaart en de compatibility van de gebruikte Bluetooth apparatuur. Controleer in de gebruiksaanwijzing van uw telefoon en informeer bijuw provider welke diensten voor u toegankelijk zijn. Onze organisatie
beschikt over een lijst van mobiele telefoons met de beste aanbiedingen.
BLUETOOTH-TELEFOON
KOPPELEN VAN EEN TELEFOON
Het koppelen van de Bluetooth-telefoon aan de handsfree-set van
de PC Nav mag om veiligheidsredenen en vanwege het feit dat
deze handeling de volledige aandacht van de bestuurder vraagt,
uitsluitend worden uitgevoerd bij stilstaande auto en met aangezetcontact.
A
ctiveer de functie Bluetooth van uw telefoon.
De laatst
gekoppelde telefoon wordt automatischopnieuw gekoppeld. Voer de toe
gangscode in met de telefoon. De in te
voeren code wordt weergegeven op het display.
Dr
uk om een andere telefoon te
koppelen op de toets PHONE, selecteer vervolgens Menu Telefoon en druk op de draaiknop om tebevestigen.
Als de tele
foon is gekoppeld, kan PC Nav de contacten en de
gesprekkenlijst synchroniseren. Deze synchronisatie kan enkele
min
uten duren *
.
Selecteer "Telefoon koppelen".Selecteer de telefoon en druk op dedraaiknop om te bevestigen. De li
jst met eerder gekoppelde telefoons (maximaal 4) verschijnt
op het multifunctionele display. Selecteer de gewenste telefoon om
deze opnieuw te koppelen. Druk op de toets PH
ONE.
Selecteer als de telefoon no
g niet gekoppeld is geweest "Telefoonzoeken" en druk op de draaiknop om
te bevestigen. Selecteer vervolgens de naam van de telefoon.
Telefoon zoeken
Telefoon koppelen