Page 57 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-3
6
DAU46861
OPMERKING
De jaarlijkse controles horen eenmaal per jaar te worden uitgevoerd, behalve wanneer in plaats daarvan een onder-
houdsbeurt op kilometerbasis of, voor Groot-Brittannië, op mijlbasis wordt verricht.
Herhaal de onderhoudsintervallen vanaf 50000 km (30000 mi), beginnend vanaf 10000 km (6000 mi).
Werkzaamheden gemarkeerd met een asterisk horen te worden uitgevoerd door een Yamaha dealer, omdat hiertoe speciaal gereed-
schap, technische gegevens en vakmanschap vereist zijn.
DAU46910
Periodiek onderhoudsschema voor het uitstootcontrolesysteem NR. ITEMCONTROLE OF ONDER-
HOUDSBEURTKILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-
TROLE 1000 km
(600 mi)10000 km
(6000 mi)20000 km
(12000 mi)30000 km
(18000 mi)40000 km
(24000 mi)
1*BrandstofleidingControleer de brandstofslangen
op scheurtjes of beschadigingen.√√√√√
2*BougiesControleer de conditie.
Reinigen en elektrodenafstand af-
stellen.√√
Vervangen.√√
3*Ve n ti e le nControleer de klepspeling.
Afstellen.Elke 40000 km (24000 mi)
4*Brandstofinjectie-
systeemStel de synchronisatie af.√√√√√
5*Uitlaatdemper en
uitlaatpijpControleer of de schroef-
klem(men) goed vastzit(ten).√√√√√
U14BD1D0.book Page 3 Friday, July 24, 2009 11:45 AM
Page 58 of 110
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-4
6
6*LuchtinlaatsysteemControleer de luchtafsluitklep, de
membraanklep en de slang op be-
schadiging.
Vervang beschadigde onderde-
len indien nodig.√√√√√ NR. ITEMCONTROLE OF ONDER-
HOUDSBEURTKILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-
TROLE 1000 km
(600 mi)10000 km
(6000 mi)20000 km
(12000 mi)30000 km
(18000 mi)40000 km
(24000 mi)
U14BD1D0.book Page 4 Friday, July 24, 2009 11:45 AM
Page 59 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-5
6
DAU1770C
Algemeen smeer- en onderhoudsschema NR. ITEMCONTROLE OF ONDER-
HOUDSBEURTKILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-
TROLE 1000 km
(600 mi)10000 km
(6000 mi)20000 km
(12000 mi)30000 km
(18000 mi)40000 km
(24000 mi)
1*LuchtfilterelementVervangen.√
2 KoppelingControleer de werking.
Afstellen.√√√√√
3*VoorremControleer de werking en het
vloeistofniveau en controleer de
machine op vloeistoflekkage.√√√√√√
Vervang de remblokken. Wanneer de slijtagelimiet is bereikt
4*AchterremControleer de werking en het
vloeistofniveau en controleer de
machine op vloeistoflekkage.√√√√√√
Vervang de remblokken. Wanneer de slijtagelimiet is bereikt
5*RemslangenControleer op scheurtjes en be-
schadigingen.√√√√√
Vervangen. Elke 4 jaar
6*WielenControleer de speling en contro-
leer op beschadigingen.√√√√
7*BandenControleer op slijtage en bescha-
digingen.
Vervang indien nodig.
Controleer de bandspanning.
Corrigeer indien nodig.√√√√√
8*WiellagersControleer op speling of bescha-
digingen.√√√√
U14BD1D0.book Page 5 Friday, July 24, 2009 11:45 AM
Page 60 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-6
6
9*AchterbrugControleer op een correcte wer-
king en overmatige speling.√√√√
Smeren met lithiumvet. Elke 50000 km (30000 mi)
10 AandrijfkettingControleer de spanning, uitlijning
en conditie van de aandrijfketting.
Stel de ketting af en smeer deze
grondig met een speciale smering
voor o-ringkettingen. Elke 800 km (500 mi) en na elke wasbeurt, rit in de regen of in vochtige gebie-
den
11*BalhoofdlagersControleer de lagers op speling
en oppervlakteruwheid.√√√√√
Smeren met lithiumvet. Elke 20000 km (12000 mi)
12*StuurdemperControleer op een correcte wer-
king en olielekkage.√√√√
13*Framebevestigin-
genControleer of alle moeren, bouten
en schroeven stevig zijn vastge-
zet.√√√√√
14Scharnieras van
remhendelSmeren met siliconenvet.√√√√√
15Scharnieras van
rempedaalSmeren met lithiumvet.√√√√√
16Scharnieras van
koppelingshendelSmeren met lithiumvet.√√√√√
17Scharnieras van
schakelpedaalSmeren met lithiumvet.√√√√√
18 ZijstandaardControleer de werking.
Smeren.√√√√√ NR. ITEMCONTROLE OF ONDER-
HOUDSBEURTKILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-
TROLE 1000 km
(600 mi)10000 km
(6000 mi)20000 km
(12000 mi)30000 km
(18000 mi)40000 km
(24000 mi)
U14BD1D0.book Page 6 Friday, July 24, 2009 11:45 AM
Page 61 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-7
6
19*Zijstandaardscha-
kelaarControleer de werking.√√√√√√
20*Vo o r v o r kControleer op een correcte wer-
king en olielekkage.√√√√
21*SchokdemperunitControleer op een correcte wer-
king en olielekkage.√√√√
22*Relaisarm achter-
wielophanging en
scharnierpunten
verbindingsarmControleer de werking.√√√√
23 MotorolieVerversen.
Controleer het olieniveau en con-
troleer de machine op olielekka-
ge.√√√√√√
24 OliefilterpatroonVervangen.√√√
25*KoelsysteemControleer het koelvloeistofniveau
en controleer de machine op
vloeistoflekkage.√√√√√
Verversen. Elke 3 jaar
26*Voor- en achterrem-
schakelaarControleer de werking.√√√√√√
27Bewegende delen
en kabelsSmeren.√√√√√
28*Gaskabelhuis en
gaskabelControleer de werking en speling.
Stel indien nodig de speling af.
Smeer het gaskabelhuis en de
gaskabel.√√√√√ NR. ITEMCONTROLE OF ONDER-
HOUDSBEURTKILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-
TROLE 1000 km
(600 mi)10000 km
(6000 mi)20000 km
(12000 mi)30000 km
(18000 mi)40000 km
(24000 mi)
U14BD1D0.book Page 7 Friday, July 24, 2009 11:45 AM
Page 62 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-8
6
DAU18680
OPMERKIN
G
Luchtfilter
Het luchtfilter op dit model is voorzien van een geolied papieren filterelement. Reinig dit niet met perslucht, om het niet te bescha-
digen.
Het luchtfilterelement moet u vaker vervangen als u vaak in extreem vochtige of stoffige gebieden rijdt.
Hydraulisch remsysteem
Controleer regelmatig het remvloeistofniveau en vul indien nodig bij.
Elke twee jaar moeten de inwendige onderdelen van de hoofdremcilinders en de remklauwen worden vervangen en de remvloei-
stof worden ververst.
De remslangen dienen elke vier jaar te worden vervangen, of wanneer deze zijn gescheurd of beschadigd.
29*Lampen, richtin-
gaanwijzers en
schakelaarsControleer de werking.
Stel de koplamplichtbundel af.√√√√√√ NR. ITEMCONTROLE OF ONDER-
HOUDSBEURTKILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-
TROLE 1000 km
(600 mi)10000 km
(6000 mi)20000 km
(12000 mi)30000 km
(18000 mi)40000 km
(24000 mi)U14BD1D0.book Page 8 Friday, July 24, 2009 11:45 AM
Page 63 of 110
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-9
6
DAU18712
Stroomlijn- en framepanelen ver-
wijderen en aanbrengen Bij het uitvoeren van sommige onder-
houdswerkzaamheden beschreven in dit
hoofdstuk moeten de afgebeelde stroom-
lijn- en framepanelen worden verwijderd.
Neem deze paragraaf door wanneer een
stroomlijn- of framepaneel moet worden
verwijderd of aangebracht.
DAU47251
Stroomlijnpanelen A en B
Verwijderen van een stroomlijnpaneel1. Verwijder de snelsluitschroeven en de
drukclips en haal dan het stroomlijnpa-
neel los.
2. Maak de kabelstekker van de richtin-
gaanwijzer los.
1. Paneel A
2. Stroomlijnpaneel A
3. Stroomlijnpaneel C1
2
3
1. Paneel B
2. Stroomlijnpaneel B
3. Stroomlijnpaneel D
1
2
3
1. Snelsluitschroef
1. Stroomlijnpaneel A
2. Stroomlijnpaneel B
3. Drukclip1
1
1
3
2
3
U14BD1D0.book Page 9 Friday, July 24, 2009 11:45 AM
Page 64 of 110
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-10
6
Aanbrengen van het stroomlijnpaneel1. Sluit de kabelstekker van de richtin-
gaanwijzer aan.
2. Steek de uitsteeksels van het stroom-
lijnpaneel in de gleuven, zie de afbeel-
ding.3. Breng de drukclips en de snelsluit-
schroeven aan.
DAU47242
Stroomlijnpanelen C en D
Verwijderen van een stroomlijnpaneel1. Verwijder stroomlijnpaneel A (bij het
verwijderen van stroomlijnpaneel C) of
stroomlijnpaneel B (bij het verwijderen
van stroomlijnpaneel D). (Zie pagina
6-9.)
2. Verwijder de snelsluitschroeven.3. Schuif het stroomlijnpaneel naar voren
om het uitsteeksel uit de gleuf te haken
en neem het paneel daarna weg.
1. Kabelboomstekker richtingaanwijzer
1. Sleuf
2. Uitsteeksel
1
2
1
1. Sleuf
2. Uitsteeksel
1
2
1. Stroomlijnpaneel C
2. Snelsluitschroef
1. Sleuf
2. Uitsteeksel
22
2 2
1
1
2
U14BD1D0.book Page 10 Friday, July 24, 2009 11:45 AM