48
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0N0022mfig. 46F0N0024mfig. 47
Elektrisch verstelbare spiegels fig. 47
De elektrische verstelling is alleen mogelijk met de
contactsleutel in stand MAR.
SPIEGELS
BINNENSPIEGEL fig. 46
De binnenspiegel is voorzien van een beveiligingsmechanisme,
waardoor de spiegel bij een krachtig contact met een
inzittende losschiet.
Met het hendeltje A kan de spiegel in twee standen worden
gezet: normale of anti-verblindingsstand.
BUITENSPIEGELS
Handmatig verstelbare spiegels
De spiegels kunnen worden afgesteld door elk van de twee
spiegelglazen van de spiegel met de hand te verplaatsen.
De spiegel aan de bestuurderszijde is bol,
waardoor de afstandswaarneming in het
spiegelbeeld iets wordt beïnvloed.
Bovendien is het onderste spiegelglas van de
buitenspiegels parabolisch voor een groter
gezichtsveld. Hierdoor lijkt de omvang van de
objecten die men in de spiegel ziet, kleiner en
ontstaat de indruk dat deze objecten verder
verwijderd zijn dan in werkelijkheid.
ATTENTIE!
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:39 PM Page 48
Elektrisch verstelbare spiegels inklappen
fig. 48-49 (voor bepaalde uitvoeringen/markten)
De spiegels kunnen (bijv. bij nauwe doorgangen of in
wastunnels) zowel elektrisch als met de hand van stand 1-fig.
48 in stand 2 worden geklapt. U kunt de spiegels verstellen door de knop B in een van de
vier standen te draaien: ÿ1 spiegel links,
⁄2 spiegel rechts, ¤3 groothoekspiegel links,
Ÿ4 groothoekspiegel rechts.
Nadat met knop B de gewenste spiegel is gekozen, kunt u het
gekozen spiegelglas afstellen door de knop in de richting van
de pijlen te drukken.
Handmatig verstelbare spiegels inklappen
fig. 48
De spiegels kunnen (bijv. bij nauwe doorgangen of in
wastunnels) met de hand van stand 1 in stand 2 worden
geklapt.
Als de spiegel per ongeluk naar voren is doorgeklapt (in stand
3), bijvoorbeeld als er tegen wordt gestoten, dan moet de
spiegel met de hand weer in stand 1 worden gezet.
49
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTERTijdens het rijden moeten de spiegels altijd
in stand 1 staan.
ATTENTIE!
F0N0023mfig. 48F0N0159mfig. 49
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:39 PM Page 49
Om de spiegels elektrisch in de rijstand te klappen moet
eerst op zijde 2 van de tuimelschakelaar A-fig. 49 worden
gedrukt totdat een “klik” van de vergrendeling wordt
gehoord, en vervolgens op zijde 1 van deze schakelaar
worden gedrukt.
BELANGRIJK Als de spiegels per ongeluk met de hand in
stand 3-fig. 48 zijn gezet, dan blijft de spiegel in een
tussenstand staan. In dit geval moet de spiegel met de hand in
stand 1 worden gezet, vervolgens op zijde 2 van de
tuimelschakelaar A-fig. 49 worden gedrukt om de spiegel in
stand 2 te zetten totdat een klik wordt gehoord en
vervolgens op zijde 1 van de schakelaar worden gedrukt om
de spiegel in stand 1 te zetten.
Ontwaseming/ontdooiing
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
De buitenspiegels zijn voorzien van verwarmingselementen
die worden ingeschakeld als de achterruitverwarming wordt
ingeschakeld (door op de knop
(te drukken).
BELANGRIJK De functie is voorzien van een tijdschakeling,
waardoor de functie na enige minuten automatisch wordt
uitgeschakeld. Elektrisch inklappen
Druk om de spiegels elektrisch in te klappen op zijde 2 van
de tuimelschakelaar A-fig. 49. Druk om de spiegels weer uit
te klappen, op zijde 1 van de tuimelschakelaar.
BELANGRIJK Als de spiegels elektrisch zijn ingeklapt, dan
moeten ze ook weer elektrisch worden uitgeklapt: probeer
de spiegels niet met de hand weer in de rijstand uit te
klappen.
Handmatig inklappen
De spiegels kunnen met de hand van stand 1-fig. 48 in stand 2
worden geklapt. Als de spiegels met de hand zijn ingeklapt,
kunnen ze zowel met de hand als elektrisch weer in de
rijstand worden uitgeklapt.
BELANGRIJK Om de spiegels elektrisch uit te klappen moet
eerst op zijde 2 van de tuimelschakelaar A-fig. 49 worden
gedrukt totdat een “klik” van de vergrendeling wordt
gehoord, en vervolgens op zijde 1 van deze schakelaar
worden gedrukt.
Naar voren klappen
De spiegels kunnen met de hand naar voren (stand 3-fig. 48)
geklapt zijn en met de hand weer worden teruggezet in de
rijstand 2 als ze per ongeluk naar voren zijn geklapt
(bijvoorbeeld als er tegen wordt gestoten).
Als de spiegels met de hand of na er tegen stoten, naar voren
geklapt zijn, dan kunnen ze zowel met de hand als elektrisch
in de rijstand worden teruggezet.
50
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:39 PM Page 50
54
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0N0185mfig. 54
Beslaan van de ruiten voorkomen
Als het buiten extreem vochtig is en/of bij regen en/of bij grote
verschillen in interieur- en buitentemperatuur, raden wij u de
volgende procedure aan om het beslaan van de ruiten te
voorkomen:
❒draai de ring A in het rode vlak;
❒schakel de luchtrecirculatie uit door de knop D in stand
Úte zetten;
❒draai de ring C in stand – met de mogelijkheid stand
®in te schakelen als de ruiten niet beslaan;
❒draai de knop B in de 2e snelheid.
ONTWASEMING/ONTDOOIING ACHTERRUIT
EN BUITENSPIEGELS fig. 55
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Druk op de knop A voor het inschakelen van deze functie: als
deze functie wordt ingeschakeld, gaat het lampje op de knop
branden.
De functie is voorzien van een tijdschakeling, waardoor de
functie na 20 minuten automatisch wordt uitgeschakeld.
U kunt de verwarming eerder uitschakelen door nogmaals de
knop A in te drukken.
BELANGRIJK Plak geen stickers of andere plaatjes op de
elektrische weerstandsdraden aan de binnenzijde van de
achterruit, om beschadiging van de achterruitverwarming te
voorkomen. SNELLE ONTWASEMING/ONTDOOIING VAN DE
RUITEN VOOR (VOORRUIT EN ZIJRUITEN)
Ga als volgt te werk:
❒draai de ring A in het rode vlak;
❒schakel de luchtrecirculatie uit door de knop D in stand
Úte zetten;
❒draai de ring C in stand
-;
❒draai de knop B in stand 4
-(maximale
aanjagersnelheid).
BELANGRIJK Voor een snelle ontwaseming/
ontdooiing moet, als er een extra verwarming aanwezig is
(onder de zitplaats voor of achter bij Panorama- en Combi-
uitvoeringen), deze verwarming, indien ingeschakeld, worden
uitgeschakeld door op de knop F (lampje gedoofd) op het
schakelaarpaneel fig. 54 te drukken.
Nadat de ruiten ontwasemd zijn, kan een stand gekozen
worden waarbij het comfort optimaal blijft.
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:39 PM Page 54
59
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0N0043mfig. 58
LUCHTRECIRCULATIE INSCHAKELEN
Draai de knop D in stand
Ò.
Het verdient aanbeveling om de luchtrecirculatie in te
schakelen in de file of in tunnels. Hiermee wordt voorkomen
dat vervuilde lucht het interieur bereikt. Het is niet raadzaam
dit systeem langdurig te laten werken, omdat anders, vooral
als u met meerdere personen in de auto zit, de kans
aanzienlijk toeneemt dat de ruiten beslaan.
BELANGRIJK Met de recirculatiefunctie kunnen, afhankelijk
van de werking van het systeem (“verwarming” of “koeling”),
de gewenste omstandigheden sneller bereikt worden.
Het is echter niet raadzaam deze functie in te schakelen op
regenachtige of koude dagen, omdat dan de ruiten aan de
binnenzijde aanzienlijk sneller kunnen beslaan.
ONDERHOUD VAN HET SYSTEEM
Schakel in de winter de airconditioning 1 keer per maand
gedurende 10 minuten in. Laat voor het zomerseizoen de
werking van de airconditioning door het Fiat Servicenetwerk
controleren. ONTWASEMING/ONTDOOIING ACHTERRUIT
EN BUITENSPIEGELS fig. 58
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Druk op de knop A voor het inschakelen van deze functie: als
deze functie wordt ingeschakeld, gaat het lampje op de knop
branden.
De functie is voorzien van een tijdschakeling, waardoor de
functie na 20 minuten automatisch wordt uitgeschakeld.
U kunt de verwarming eerder uitschakelen door nogmaals de
knop A in te drukken.
BELANGRIJK Plak geen stickers of andere plaatjes op de
elektrische weerstandsdraden aan de binnenzijde van de
achterruit, om beschadiging van de achterruitverwarming te
voorkomen.
De airconditioning maakt gebruik van het
koelmiddel R134a. Bij lekkage is dit middel
niet schadelijk voor het milieu. Gebruik in
geen geval andere middelen, zoals R12,
omdat anders de componenten van het systeem
beschadigd kunnen worden.
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:39 PM Page 59
61
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
E Knop voor uitschakelen systeem.
F Knop voor in-/uitschakeling compressor.
G Drukknop voor luchtrecirculatie.
H Drukknoppen voor verlagen/verhogen aanjagersnelheid.
I Draaiknop voor verlagen/verhogen temperatuur.
GEBRUIK VAN DE KLIMAATREGELING
Het systeem kan op verschillende manieren worden
ingeschakeld, maar het is raadzaam te beginnen met het
indrukken van de knop AUTO en vervolgens de draaiknop te
draaien om op het display de gewenste temperatuur in te
stellen. Op deze wijze begint het systeem geheel automatisch
te werken, zodat zo snel mogelijk de ingestelde temperatuur
wordt bereikt. Het systeem regelt de temperatuur, de
luchthoeveelheid, de luchtverdeling in het interieur, de
recirculatiefunctie en het inschakelen van de
aircocompressor. Tijdens de volledig automatische werking
van het systeem, moeten alleen de volgende functies
eventueel handmatig worden ingeschakeld:
❒Òluchtrecirculatie, om de recirculatie altijd in- of
uitgeschakeld te houden;
❒Zvoor een snelle ontwaseming/ontdooiing van de ruiten
voor, de achterruit en de buitenspiegels.Tijdens de volledig automatische werking van het systeem
kunt u op ieder moment de ingestelde temperatuur, de
luchtverdeling en de aanjagersnelheid wijzigen m.b.v. de
desbetreffende knoppen: het systeem zal automatisch de
eigen instellingen wijzigen en aanpassen aan de nieuwe
instellingen. Als tijdens de volledig automatische werking
(FULL AUTO) de luchtverdeling en/of de luchtopbrengst
gewijzigd worden en/of de inschakeling van de compressor
en/of de recirculatie, dan verdwijnt het opschrift FULL.
Op deze manier worden de functies niet meer automatisch
maar handmatig geregeld, totdat opnieuw knop AUTO wordt
ingedrukt. Als een of meer functies handmatig zijn aangepast,
dan blijft de regeling van de luchttemperatuur automatisch
plaatsvinden, behalve als de compressor is uitgeschakeld: als
de compressor is uitgeschakeld, dan kan er geen lucht in het
interieur worden gevoerd waarvan de temperatuur lager is
dan de buitentemperatuur.
BEDIENINGSKNOPPEN
Draaiknop voor regeling
luchttemperatuur (I)
Als u de draaiknop rechts- of linksom draait,
wordt de gewenste interieurtemperatuur
verhoogd of verlaagd.
De ingestelde temperatuur wordt op het display
weergegeven.
Als u de knop helemaal naar rechts of helemaal naar links
draait, tot aan de uiterste waarden HI of LO, wordt
respectievelijk de functie van de maximale verwarming of de
maximale koeling ingeschakeld:
❒Functie HI (maximale verwarming):
wordt ingeschakeld als de draaiknop van de temperatuur naar
rechts wordt gedraaid, voorbij de maximale waarde (32 °C).
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:39 PM Page 61
Uitschakelen fig. 77
Zet de hendel in stand B of draai de contactsleutel in stand
STOP. Als de motor daarna wordt gestart (sleutel in stand
MAR), schakelt de regensensor niet weer in, ook niet als de
hendel in stand B is blijven staan. Voor het inschakelen van de
regensensor moet de hendel in stand A of C worden gezet
en daarna in stand B of de knop voor het instellen van de
gevoeligheid worden gedraaid. Als de regensensor op deze
wijze opnieuw wordt ingeschakeld, maken de ruitenwissers
ten minste 1 slag, ook bij een droge ruit.
De regensensor is in staat om de volgende omstandigheden
te herkennen en zijn gevoeligheid hieraan aan te passen. REGENSENSOR
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
De regensensor bevindt zich achter de binnenspiegel en staat
in contact met de voorruit. De sensor zorgt ervoor dat de
frequentie van de slagen van de ruitenwissers, tijdens het
wissen met interval, automatisch wordt aangepast aan de
hoeveelheid regen op de ruit.
BELANGRIJK Houd de ruit in de omgeving van de sensor
schoon.
Inschakelen fig. 77
Plaats de rechter hendel een stand naar beneden (stand B).
Als de regensensor wordt ingeschakeld, maken de
ruitenwissers 1 slag.
Als u de draaiknop F draait, kunt u de gevoeligheid van de
regensensor verhogen.
Als de gevoeligheid van de regensensor verhoogd wordt,
maken de ruitenwissers 1 slag.
Als de ruitensproeiers worden bediend bij ingeschakelde
regensensor, werkt het normale reinigingsprogramma.
Daarna hervat de regensensor zijn normale automatische
werking.
79
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
KOPLAMPSPROEIERS
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
De “verzonken” koplampsproeiers zijn in de voorbumper van
de auto gemonteerd en treden in werking als u, bij
ingeschakeld dimlicht, de ruitensproeiers inschakelt.
BELANGRIJK Controleer regelmatig of de koplampsproeiers
schoon en in goede staat zijn.
Door waterstrepen kunnen de ruitenwissers
ongewenst inschakelen.
ATTENTIE!
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:39 PM Page 79
F0N0057mfig. 106F0N0056mfig. 105
ZONNEKLEPPEN fig. 105
De zonnekleppen zitten aan beide zijden naast de
binnenspiegel.
Ze kunnen voor de voorruit of voor de zijruit worden
gedraaid.
95
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
STEKKERDOOS fig. 106
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
De stekkerdoos bevindt zich in het midden op het
dashboard, naast de aansteker.
Open voor gebruik de dop A.
037-128 DUCATO LUM NL 7ed 6/22/10 2:39 PM Page 95