56
 Het  airconditioningssysteem  
is chloorvrij en is niet schade-
lijk voor de ozonlaag.          GEBRUIKSADVIEZEN VOOR DE VERWARMING, VENTILATIE EN AIRCONDITIONING 
 Neem voor een optimale werking van de verwarming, ventilatie en airconditio-
ning de volgende gebruiksadviezen in acht:  
   
     Als de binnentemperatuur zeer hoog blijft nadat de auto  lang in de zon heeft 
gestaan, kunt u het passagierscompartiment kort ventileren.  
  Zet de knop van de luchtopbrengst  zodanig dat de interieu rlucht goed ver-
verst wordt. 
  
     Let erop dat voor een gelijkmatige verdeling van de lucht  naar het interieur 
de uitstroomopening onder de voorruit, de verschillende luchtkan alen, ven-
tilatieroosters en overige uitstroomopeningen en de ventilati eopening in de 
bagageruimte vrij blijven. 
  
     Kies onder normale omstandigheden altijd voor de toevoer van  buitenlucht; 
bij langdurig gebruik van de luchtrecirculatie in het interie ur kunnen de voor-
ruit en de zijruiten beslaan. 
  
     Let  erop  dat  de  zonnesensor  op  het  dashboard  niet  wordt  a fgedekt.  Deze 
sensor dient voor de regeling van de automatische airconditioni ng. 
  
     Zet de airconditioning 1 tot 2 keer per maand 5 tot 10  minuten aan om het 
systeem in perfecte staat te houden. 
  
        C o n t r o l e e r   r e g e l m a t i g   d e   s t a a t   v a n   h e t   i n t e r i e u r fi   l t e r   e n    l a a t   d e   fi   l t e r e l e m e n -
ten periodiek vervangen (zie het hoofdstuk "Controles").  
      W i j   r a d e n   u   e e n   g e c o m b i n e e r d    i n t e r i e u r fi   l t e r   a a n .   D a n k z i j    h e t   s p e c i a l e   t o e -
 g e v o e g d e    a c t i e v e    fi   l t e r    d r a a g t    h e t    b i j    t o t    e e n    g e z u i v e r d e    l  u c h t    v o o r    d e    i n -
zittenden  en  een  schoon  interieur  (vermindering  van  allergische  re acties, 
stank en vetaanslag). 
  
     Laat  de  airconditioning  regelmatig  controleren  om  het  systee m  in  perfecte 
staat te houden. 
  
     Gebruik  de  airconditioning  niet  als  deze  niet  koelt  en  ra adpleeg  het 
PEUGEOT-netwerk.  
 Bij een zware belasting van de motor (trekken van een aanhange r op een steile 
helling  bij  een  hoge  buitentemperatuur)  kan  de  airconditio ning  tijdelijk  worden 
uitgeschakeld voor een optimale trekkracht van de motor. 
 Condensvorming  in  de  airconditioning  kan  ertoe  leiden  dat  er  zich  een  klein 
plasje water onder de auto vormt. Dit is een normaal verschijnsel .