124
PLANCIA
E COMANDI
124
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
Zie voor het verwisselen van de velgen/banden de volgende tabel voor het juiste gebruik van het systeem:
Aanwezigheid sensor
–
NEE
NEE
JA
JA
JASignalering storing
JA
JA
JA
NEE
NEE
NEE
(*) Als alternatief vermeld in het instructieboekje en die zijn gekozen uit Lineaccessori Alfa Romeo.
(**) Niet kruiselings (de banden dienen aan dezelfde kant van de auto te blijven).
Handeling
–
Het vervangen van een wiel
door het reservewiel
Wielen vervangen door wielen
met winterbanden
Wielen vervangen door wielen
met winterbanden
Vervangen van wielen door andere
wielen met een andere
afmeting (*)
Omwisselen van de
wielen (achter/voor) (**)Optreden door
Servicenetwerk
Wendt u zich tot het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
Het repareren van een
beschadigd wiel
Wendt u zich tot het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
–
–
–
083-128 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:13 Pagina 124
125
PLANCIA
E COMANDI
125
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
BENZINEMOTOREN
Gebruik uitsluitend loodvrije benzine.
Om fouten te voorkomen is de diame-
ter van de vulopening zo klein dat het
vulpistool van een pomp met loodhou-
dende benzine niet ingestoken kan wor-
den. Het octaangetal van de gebruikte
benzine (R.O.N.) mag niet lager dan 95
te zijn.
WAARSCHUWINGEen beschadig-
de katalysator laat schadelijke stoffen
in het uitlaatgas achter, waardoor het
milieu wordt vervuild.
WAARSCHUWING Tank met de au-
to nooit, niet in noodgevallen en ook
niet een klein beetje, loodhoudende ben-
zine. U zou de katalysator onherstelbaar
beschadigen.
TANKEN MET
DE AUTO
WAARSCHUWINGTijdens het tan-
ken moet, om veiligheidsredenen, de
motor zijn uitgeschakeld. Als deze voor-
zorgsmaatregel niet in acht wordt ge-
nomen, kan de brandstofmeter perma-
nent een onjuiste waarde aangeven. Om
dit te herstellen moet bij een volgende
keer dat getankt wordt, de motor zijn
uitgeschakeld. Wendt u tot het Alfa Ro-
meo Servicenetwerk als de werking niet
wordt hersteld.
DIESELMOTOREN
Bij lage buitentemperaturen kan de vloei-
baarheid van de diesel lager worden door
de vorming van paraffine; hierdoor werkt
het brandstofsysteem niet meer op de juis-
te manier.
Om dit probleem te voorkomen wordt er,
afhankelijk van het seizoen, dieselbrand-
stof geleverd die speciaal voor de zomer,
voor de winter en voor zeer lage tempe-
raturen (bergachtige/koude gebieden) is
ontwikkeld.
Als diesel wordt getankt die niet is aan-
gepast aan de bedrijfstemperatuur, moet
de diesel gemengd worden met het vorst-
beveiligingsmiddelTUTELA DIESEL
ARTin de verhouding die in de ge-
bruiksaanwijzing van het middel is aan-
gegeven. Doe eerst het middel in de tank
en voeg daarna de diesel toe.
Als de auto lange tijd wordt gebruikt / stil-
staat in bergachtige/koude gebieden, is
het raadzaam dieselbrandstof te tanken
die ter plaatse beschikbaar is. In dat ge-
val is het bovendien raadzaam een hoe-
veelheid brandstof in de tank te houden
die groter is dan 50% van de nuttige in-
houd.
083-128 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:13 Pagina 125
131
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
VEILIGHEID
WAARSCHUWING Bij enige uit-
voeringen wordt de juiste blokkering van
de rugleuning aangegeven door het ver-
dwijnen van de “rode band” A-
fig. 3naast de hendels B. Als de “ro-
de band” zichtbaar is, is de rugleuning
niet goed vergrendeld.
WAARSCHUWINGPlaats de veilig-
heidsgordels op de juiste wijze terug als
de achterbank weer in de normale ge-
bruiksstand wordt gezet, zodat ze altijd
direct klaar voor gebruik zijn.
Controleerofderugleu-
ningaanbeidezijden
goedvergrendeldis(“rode
band”A-fig.3nietzichtbbaar)
omtevoorkome
ndatingeval
vanbruuskremmen,derugleu-
ningnaarvorenklaptendepas-
sag giersverwondt.
OPGELET
Achterpassagiersdie
geengordeldragen,
stellenzichzelfblootaangro-
tegevaren,maarvormenook k
eengevaarvoord
einzitten-
denopdevoorstoelen.
OPGELET
A0E0085mfig. 3
SBR
(Seat Belt Reminder)
De auto is uitgerust met een SBR-sys-
teem (Seat Belt Reminder), dat bestaat
uit een waarschuwingszoemer die sa-
men met het knipperende lampje
schuwt als de betreffende veiligheids-
gordel niet is omgelegd.
De zoemer kan tijdelijk op de volgende wij-
ze worden uitgeschakeld:
❒leg de veiligheidsgordels voor om;
❒plaats de elektronische sleutel in het
startsysteem;
❒wacht langer dan 20 seconden en
korter dan 1 minuut en doe een van
de gordels af.
Hierdoor blijft de zoemer uitgeschakeld,
totdat de motor wordt uitgezet.
Wendt u voor het permanent uitschake-
len van dit systeem tot het Alfa Romeo
Servicenetwerk. Het SBR-systeem kan
uitsluitend m.b.v. het Setup-menu van het
display opnieuw worden ingeschakeld
(zie de paragraaf “Instelbaar multifunc-
tioneel display” in het hoofdstuk “Dash-
board en bediening”).
129-148 Alfa 159 NL 21-10-2008 15:59 Pagina 131
132
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
132
VEILIGHEID
De gordelspanner hoeft op geen enkele
wijze te worden onderhouden of ge-
smeerd. Elke verandering van de oor-
spronkelijke staat zal de doelmatigheid
verminderen. Als de gordelspanner door
extreme natuurlijke omstandigheden
(bijv. overstromingen en vloedgolven)
met water en modder in contact is ge-
weest, dan moet de spanner worden
vervangen.GORDELSPANNERS
Voor een nog effectievere bescherming
zijn de veiligheidsgordels van de auto
voorzien van gordelspanners. Dit sys-
teem trekt bij een heftige frontale en zij-
delingse botsing de gordels voor enige
centimeters aan. Op deze wijze worden
de inzittenden veel beter op hun plaats
gehouden en wordt de voorwaartse be-
weging beperkt.
Als de gordelspanners voor hebben ge-
werkt, is de gordelsluiting naar beneden
teruggetrokken.
WAARSCHUWINGVoor een maxi-
male bescherming door de gordelspan-
ners moet de veiligheidsgordel goed
aansluiten op borst en bekken.
De gordelspanners achter werken alleen
als de veiligheidsgordels goed in de slui-
tingen vergrendeld zijn.
Tijdens de werking van de gordelspanner
kan er een beetje rook ontsnappen. De-
ze rook is niet schadelijk en duidt niet op
brand.
Degordelspannerwerkt
maaréénkeer.Alsde
gordelspannershebbenge-
werkt,moetuzichtothetAl lfa
RomeoServicenet
werkwenden
omdespannerstelatenver-
vangen.Degeldigheidvanhet
systeemsttaatvermeldopeen
plaatjedatzichinhe
tdash-
boardkastjebevindt:laathet
systeemvoorhetversstrijken
vandezetermijndoorhetAlfa
RomeoServicenetwer
kver-
vangen.
OPGELET
Werkzaamhedenwaar-
bijstoten,sterketrillin-
genofverhitting(maxi-
maal100°Cgedurendeten
hooogste6uur)optr
eden,kun-
nendegordelspannersbescha-
digenofactiveren:bijdieom-
standighed denhorenniettrillin-
gendievoor
tgebrachtworden
dooreenslechtwegdekofdoor
contactenmetkle
eineobstakels
zoalstrottoirbanden.Wendtu
altijdto
thetAlfaRomeoServi-
cenetwerk.
TREKKRACHTBEGRENZERS
Om de bescherming van de passagiers
bij een ongeval te vergroten, zijn de op-
rolautomaten van de gordels voor voor-
zien van trekkrachtbegrenzers die tij-
dens een frontale aanrijding de piekbe-
lasting op de borst en schouders beper-
ken.
129-148 Alfa 159 NL 21-10-2008 15:59 Pagina 132
146
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
146
WAARSCHUWINGDe inzittende
wordt bij een zijdelingse botsing opti-
maal door het systeem beschermd als
hij/zij in de juiste positie in de stoel zit.
Hierdoor kan de headbag op de juiste
wijze worden opgeblazen.
WAARSCHUWINGDe front- en/of
zij-airbags voor kunnen inschakelen als
de auto wordt blootgesteld aan krach-
tige stoten tegen de onderzijde van de
auto, zoals krachtige stoten tegen ver-
keersdrempels, stoepranden, vaste ob-
stakels op het wegdek of als de auto te-
recht komt in grote gaten of verzakkin-
gen in de weg.
WAARSCHUWINGAls de airbag in
werking treedt, ontsnapt een beetje
rook. Deze rook is niet schadelijk en
duidt niet op brand; bovendien kan het
oppervlak van het opgeblazen kussen
en het interieur van de auto bedekt zijn
met een laagje poeder: dit poeder kan
de huid en de ogen irriteren. Als u hier-
mee in aanraking bent gekomen, moet
u zich met neutrale zeep en water was-
sen.De levensduur en vervaldatum van de
pyrotechnische lading en die van het spi-
raalmechanisme zijn vermeld op het be-
treffende plaatje in het dashboardkast-
je. Laat voordat deze datum wordt be-
reikt het systeem door het Alfa Romeo
Servicenetwerk vervangen.
WAARSCHUWINGNa een ongeval
waarbij een of meerdere veiligheidssys-
temen zijn geactiveerd, dient u contact
op te nemen met het Alfa Romeo Ser-
vicenetwerk om de geactiveerde syste-
men te laten vervangen en de werking
van het systeem te laten controleren.
Alle controlewerkzaamheden, reparaties
en de vervanging van de airbag moeten
door het Alfa Romeo Servicenetwerk
worden uitgevoerd. Aan het einde van
de lange levensduur van uw auto, moet
u contact opnemen met het Alfa Romeo
Servicenetwerk om het systeem buiten
werking te laten stellen. Bovendien
moet bij verkoop van de auto de nieu-
we eigenaar op de hoogte gesteld wor-
den van het gebruik en de instructies,
en moet hij het instructieboekje ont-
vangen.
ZIJ-AIRBAGS VOOR
BESCHERMING VAN HET
HOOFD (HEADBAGS)
De headbag is een “gordijn”-systeem,
dat zich aan de zijkant in de hemelbe-
kledingfig. 20bevindt en dat is af-
gedekt met een afwerking. De head-
bags beschermen het hoofd van de in-
zittenden voor en achter bij een flank-
botsing, dankzij het grote oppervlak van
de kussens. Bij lichte frontale aanrijdin-
gen (waarbij de werking van de veilig-
heidsgordel voldoende is) worden de air-
bags niet geactiveerd.
Daarom moeten de veiligheidsgordels
altijd worden gedragen; ook omdat ze
bij flankbotsingen altijd zorgen dat de
inzittende in de juiste stand wordt ge-
houden en wordt voorkomen dat deze
uit de auto wordt geslingerd bij een ern-
stig ongeval.
A0E0185mfig. 20
129-148 Alfa 159 NL 21-10-2008 15:59 Pagina 146
147
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
VEILIGHEID
147
WAARSCHUWINGHet in werking
treden van de gordelspanners, de fron-
tairbags en de zij-airbags voor wordt
door de elektronische regeleenheid be-
paald, afhankelijk van het type ongeval.
Als een van deze onderdelen niet in wer-
king treedt, dan duidt dat niet op een
storing in het systeem.
Steunnietmethet
hoofd,dearmenofde
ellebogentegenhetportier,de
ruitenofinhetgebiedvannde
headbagomverwondi
ngentij-
denshetopblazentevoorko-
men.
OPGELET
Steeknooithethoofd,
dearmenofdeellebo-
genuithetraam.
OPGELET
ALGEMENE OPMERKINGEN
Alsudesleutelinhet
startsysteemwordt
geplaatstenhetlampje
¬
gaatnietbrandenofblijft
brandentijdenshetrijden(bij
enkeleuitvoeringenverschijnt
ophetdis
splayookeenbe-
ri
cht),isermogelijkeensto-
ringindeveiligheidssystemen;
indatgevalkunnenndeairbags
ofgordelspannersnietgea
c-
tiveerdwordenbijeenonge-
valof,ineenzeerbeperkt
aa antalgevallen,nietopde
juistewijzegeactiveerdwor-
den
.Voordatuverderrijdt,
dientucontacttoptenemen
methetAlfaRomeoService-
netwerkomhetsysteemdi-
recttelatenc
ontroleren.
OPGELET
Bedekderugleuning
vandezitplaatsenvoor
enachternietmethoezenof
kledendienietzijnvoorbeereid
ophetgebruikm
etSide-bags.
OPGELET
Reisnietmetvoorwer-
penopschootofvoor
deborstenhoudvooralgeen
pijp,potloodenz.indemmond.
Bijeenongevalwaa
rbijdeair-
baginwerkingtreedt,kandit
ernstigletselveroorzaken.
OPGELET
Rijdaltijdmetbeide
handenopdestuur-
wielrand,zodatbijhetinwer-
kingtredenvandeairbag,,het
systeemnietword
tgehinderd
doorobstakels.Rijdnietmet
voorovergebogenlichaam,
maargagooedrechtopzittenen
steuntegenderugle
uning.
OPGELET
Laatbijdiefstalofeen
pogingtotdiefstal,bij
beschadigingofalsdeautobij
eenoverstromingoonderwater
isgewees
t,hetairbagsysteem
doorhetAlfaRomeoService-
netwerkcontroleren.
OPGELET
129-148 Alfa 159 NL 21-10-2008 15:59 Pagina 147
WAARSCHUWINGEN
Als u tijdens het starten de motor uit
moet schakelen, is het voldoende om
voor het opnieuw starten van de motor
het koppelings- of rempedaal in te trap-
pen en vervolgens op de
START/STOP-knop te drukken.
Als het starten moeizaam verloopt, blijf
dit dan niet langdurig proberen, maar
wendt u tot het Alfa Romeo Service-
netwerk.
Als de motor draait, wordt de elektro-
nische sleutel in het startsysteem ver-
grendeld en kan deze alleen uit het
startsysteem worden verwijderd als de
motor wordt uitgeschakeld. Als de au-
to rijdt en de elektronische sleutel is ver-
grendeld, kan het startsysteem worden
beschadigd als de sleutel geforceerd
wordt verwijderd.Eventuele problemen met het startsys-
teem worden aangegeven door het bran-
den van het lampje
Yop het instru-
mentenpaneel (bij enkele uitvoeringen
verschijnt ook een bericht op het display).
Wendt u zich in dit geval tot het Alfa Ro-
meo Servicenetwerk.
Als na het indrukken van de
START/STOP-knop de motor niet
start, herhaal dan de startprocedure,
maar trap het andere pedaal in (kop-
pelings- of rempedaal). De startmotor wordt automatisch inge-
schakeld, totdat de motor is gestart.
Als de motor is uitgeschakeld en de elek-
tronische sleutel is in het startsysteem
geplaatst, dan kan de motor automatisch
worden gestart door kort op de
START/STOP-knop te drukken en het
koppelingspedaal ingetrapt te houden.
Bij zeer lage temperaturen moet u al-
tijd wachten, totdat het lampje
mis
gedoofd, voordat de motor wordt ge-
start.
WAARSCHUWINGDe motor kan
worden gestart, als alleen het rempedaal
is ingetrapt. In dat geval wordt de mo-
tor niet automatisch gestart. Druk in dat
geval de START/STOP-knop in en laat
deze los zodra de motor is gestart.
152
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
149-164 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:48 Pagina 152
162
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
Door de specifieke eigenschappen van
winterbanden zijn de prestaties onder
normale omstandigheden of als lang op
de snelweg wordt gereden, lager dan
die van de standaard gemonteerde ban-
den. Daarom moeten de banden niet ge-
bruikt worden onder omstandigheden
waarvoor ze niet zijn bestemd.
WAARSCHUWINGAls u winter-
banden gebruikt waarvan de maximum
toegestane snelheid lager is dan de top-
snelheid van de auto (met een marge
van 5%), dan dient u in het interieur van
de auto een voor de bestuurder duide-
lijk zichtbaar waarschuwingsplaatje te
plaatsen met de maximum toegestane
snelheid wanneer met die winterbanden
wordt gereden (overeenkomstig de EU-
normen).
Monteer op alle vier de wielen dezelfde
banden (zelfde merk en profieldiepte)
voor meer veiligheid tijdens het rijden
en remmen en voor een betere be-
stuurbaarheid.
Keer de draairichting van de banden niet
om.WINTERBANDEN
Gebruik winterbanden die dezelfde maat
hebben als de standaard geleverde ban-
den.
Het Alfa Romeo Servicenetwerk kan u
adviseren welke band het meest ge-
schikt is voor het doel waarvoor u de-
ze wilt gebruiken.
Houdt u voor de bandenmaat en de ban-
denspanning van de winterbanden exact
aan de aanwijzingen die staan aange-
geven in de paragraaf “Wielen” in het
hoofdstuk “Technische gegevens”.
De specifieke eigenschappen van win-
terbanden verminderen aanzienlijk als
de profieldiepte minder is dan 4 mm. In
dat geval moeten ze worden vervangen.
Demaximumsnelheid
vanwinterbandenmet
deindicatie“Q”is160km/h;
metindicatie“T”is190
km/hh;metindicatie“H”i
s
120km/h;houdtualtijdaan
degeldendeverkeerswetge-
ving.
OPGELET
149-164 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:48 Pagina 162