Page 32 of 177

17-02-2003
Verklikkerlampje uitschakelen airbagaan passagierszijde Het verklikkerlampje gaat
branden in combinatie met een geluidssignaal en een bericht op de
multifunctionele display. Als de airbag aan passagierszijde is uitgeschakeld, gaat het verklikker-lampje bij het aanzetten van het con-tact branden en gaat niet uit. Raadpleeg in alle gevallen dat het
lampje knippert een PEUGEOT-servicepunt.
Verklikkerlampje airbags Het verklikkerlampje gaat bij het aanzetten van het con-
tact gedurende 6 seconden branden. Als het lampje bij draaiende motor gaat branden, klinkt er tevens eengeluidssignaal en verschijnt er eenbericht op de multifunctionele displaydat aangeeft wat de oorzaak is vande storing aan de airbags voor of dezij-airbags.
Raadpleeg uw PEUGEOT-servicepunt.
* Volgens motoruitvoering.
Verklikkerlampje water in brandstoffilter
(dieselmotor ; afhankelijk van land van bestemming)
Raadpleeg zo snel mogelijk een PEUGEOT-servicepunt.
Er bestaat kans op schade aan het inspuitsysteem. Verklikkerlampje voorgloeien dieselmotorAls de temperatuur al hoog genoeg is, gaat het lampje niet branden en kunt u de motor direct starten.
Als het lampje brandt, wacht dan met het starten van de motor tot het lampje uit gaat. Verklikkerlampje zelfdiagnose motor* Gaat elke keer dat het contact wordt aangezet branden. Als dit lampje tijdens het draaien van de motor blijft branden, duidt dit op
een defect in de emissieregeling.Als het tijdens het draaien van de motor knippert, duidt dit op een storing in het injectie-/ontstekingssysteem. Er bestaat kans op grote schade aan de katalysa-tor (alleen benzinemotor).
Raadpleeg zo snel mogelijk een PEUGEOT-servicepunt. Verklikkerlampje laden van de accuGaat elke keer dat het contact wordt aangezet branden.
Als het lampje bij een draaiende motor brandt, kan dit wijzen op :
Ð een storing in het laadcircuit.
Ð loszittende aansluitingen van de accu of de startmotor.
Ð een gebroken of te slappe dynamoriem.
Ð een defecte dynamo.
Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.
UW 406 IN DETAIL
132
Page 33 of 177
17-02-2003
Verklikkerlampje geopend portierAls de motor draait, geeft het verklikkerlampje aan dateen portier niet goed geslo-ten is en dat de bagage-ruimte geopend is.
Verklikkerlampje startblokkering Geeft een defect in de wer- king van de elektronische
startblokkering aan. Raadpleeg een
PEUGEOT-servicepunt.
Verklikkerlampje brandstofreserve Als dit lampje gaat branden, kunt u nog
ongeveer 50 km met de resterendehoeveelheid brandstof rijden (tankin-
houd : ca. 70 liter). Koelvloeistoftemperatuurmeter Wijzer in zone
A, de temperatuur is
in orde.Wijzer in zone B, de temperatuur is
te hoog. Het verklikkerlampje ver-
plicht stoppen (STOP) gaat knippe-ren. Stop onmiddellijk.
Raadpleeg een PEUGEOT-service- punt.
Verklikkerlampje veiligheidsgordels Dit lampje gaat branden als de motor draait en de bestuur-der zijn veiligheidsgordel nietheeft vastgemaakt. UW 406 IN DETAIL
133
Page 34 of 177
17-02-2003
Verklikkerlampje geopend portierAls de motor draait, geeft het verklikkerlampje aan dateen portier niet goed geslo-ten is en dat de bagage-ruimte geopend is.
Verklikkerlampje startblokkering Geeft een defect in de wer- king van de elektronische
startblokkering aan. Raadpleeg een
PEUGEOT-servicepunt.
Verklikkerlampje brandstofreserve Als dit lampje gaat branden, kunt u nog
ongeveer 50 km met de resterendehoeveelheid brandstof rijden (tankin-
houd : ca. 70 liter). Koelvloeistoftemperatuurmeter Wijzer in zone
A, de temperatuur is
in orde.Wijzer in zone B, de temperatuur is
te hoog. Het verklikkerlampje ver-
plicht stoppen (STOP) gaat knippe-ren. Stop onmiddellijk.
Raadpleeg een PEUGEOT-service- punt.
Verklikkerlampje veiligheidsgordels Dit lampje gaat branden als de motor draait en de bestuur-der zijn veiligheidsgordel nietheeft vastgemaakt. UW 406 IN DETAIL
133
Page 35 of 177

17-02-2003
UITVOERING BENZINE/LPG167
Werking Bij auto's met een LPG-installatie kan gekozen worden voor het rijdenop benzine en het rijden op LPG. Druk de schakelaar 1in het midden
van de middenconsole in.
Verschillende toestanden van het verklikkerlampje 2 :
Ð knippert : LPG-systeem wordt ingeschakeld,
Ð blijft branden ; LPG ingeschakeld, Ð uit ; benzine ingeschakeld.
Starten De motor start altijd op benzine, ongeacht de stand van de schakelaar 1.
Het overschakelen op LPG gebeurt als de schakelaar 1in de stand LPGstaat.
Het verklikkerlampje LPGknippert totdat de motor voldoende op temperatuur is
gekomen. Het verklikkerlampje 2geeft aan welk brandstofsysteem is ingeschakeld.
Als het minimale LPG-niveau is bereikt, wordt dit aangegeven door het verklik- kerlampje 2. Het systeem schakelt dan automatisch over op benzine.
Het is raadzaam regelmatig op benzine te rijden om het benzine-injectie-systeem in goede staat te houden. Zet als het verklikkerlampje
2snel gaat knipperen de schakelaar 1in
de stand benzine en vervolgens weer in de stand LPG. Raadpleeg als het verklikkerlampje 2snel blijft knipperen een
PEUGEOT-servicepunt.
Page 36 of 177

17-02-2003
Dimmer dashboard-verlichting
Druk, tijdens het branden van de ver- lichting, op de knop om de sterktevan de dashboardverlichting te ver-
anderen. Als de verlichting de zwak-ste (of felste) stand heeft bereikt, laatdan de knop los en druk deze ver-volgens opnieuw in om de verlichtingweer feller (of zwakker) te maken. Laat de knop los zodra de gewenste lichtsterkte is bereikt.
Nulstelling dagteller
Druk, terwijl het con- tact aan is, de knop
in. Display op het instrumentenpaneel
Dit heeft na het aanzetten van het contact, 3 verschillende functies :
- motorolieniveaumeter,
- onderhoudsintervalindicator,
- kilometerteller. Motorolieniveaumeter Bij het aanzetten van het contact, wordt eerst het motorolieniveau gedurende ongeveer 5 seconden weergegeven en wordt vervolgens de onderhoudsinter-valindicator 5 seconden weergegeven.
Maximum Als bij controle van het olieniveau met de peilstok blijkt dat er inderdaad te veel olie aanwezig is, kan dit ernstige schade aande motor veroorzaken.
Raadpleeg snel een PEUGEOT-servicepunt. Minimum Controleer het olieniveau met de peilstok en vul zonodig olie bij. De aanwijzing is alleen betrouwbaar als de auto op een vlakke,horizontale ondergrond staat en de motor minstens 10 minutenniet heeft gedraaid.
Te laag motoroliepeil
Vul het olieniveau onmiddellijk bij. Er bestaat grote kans op ern- stige motorschade.
UW 406 IN DETAIL
134
Page 84 of 177

17-02-2003
3 - Regeling luchtverdeling
Luchtstroom naar de voorruit en de zijruiten (ontwasemen - ontdooien). Ga voor het snel ontwasemen van de voorruit en de zijruiten als volgt te
werk :
Ð Stel de temperatuur en de luchtop- brengst in op maximaal,
Ð sluit de middelste ventilatieroos- ters.
Ð druk op de toets A/C.
Luchtstroom naar de voor-
ruit en de zijruiten, de linker,rechter en middelste ventila-tieroosters en de beenruim-te van de inzittenden.
Luchtstroom naar de linker, rechter en middelste ventila-tieroosters en de beenruim-te van de inzittenden.
Deze instelling wordt aanbevolen bijeen koud klimaat.
Luchtstroom naar de mid-delste en de linker en rech-ter ventilatieroosters.
Deze instelling wordt aanbevolen bijeen warm klimaat. 4 - Luchtopbrengstrege-
ling
Draai de knop om de gewenstelucht-opbrengst te bereiken.
5 - Regeling luchttoevoer
Recirculatie van de lucht in het interieur (verklikkerlampje brandt). Deze stand dient om de toevoer van buitenlucht bij stank en stofoverlastaf te sluiten en om het verwarmenvan het interieur te versnellen. Als deze stand gebruikt wordt terwijl de airco is ingeschakeld, wordt decapaciteit van de airco en de verwar-ming vergroot. Als deze stand wordt gebruikt in een vochtig klimaat, bestaat het risico datde ruiten beslaan. Zet de knop, zodra de omstandighe- den dit toelaten, weer in de standtoevoer buitenlucht. 6 - Achterruitverwarming
Druk de schakelaar bij draaiendemotor in om de achterruitverwarmingen de verwarming van de buitenspie-gels in te schakelen. Deze gaat na ongeveer 15 minuten automatisch uit. Druk nogmaals op de schakelaar om de achterruitverwarming opnieuw inte schakelen. Door de toets nogmaals in te druk- ken is het mogelijk de achterruitver-warming eerder uit te schakelen. Belangrijke voorzorgsmaatregelen Zet de airconditioning 1 tot 2 keer per maand 5 tot 10 minuten aan om hetsysteem in perfecte staat te houden. Gebruik de airconditioning niet als deze niet koelt en laat het systeem
dan door uw PEUGEOT-servicepuntcontroleren.
Opmerking : Condensvorming in de
airconditioning kan ertoe leiden dat er zich een klein plasje water onderde auto vormt, dit is een normaalverschijnsel.
UW 406 IN DETAIL 57
Page 91 of 177

17-02-2003
Achterbank break Achterbank neerklappen :
- Verwijder de hoofdsteunen door opde pallen van de geleiders te drukken.
- Klap de zitting met de riem omhoog, tegen de rugleuning vande voorstoelen. - Steek de gespen van de veilig-
heidsgordels van de buitenstezitplaatsen in de houders ombeschadiging van de gordels bij hetneerklappen van de rugleuning tevoorkomen.
- Ontgrendel de rugleuning door op knop 1te drukken. De rode verklik-
ker Awordt nu zichtbaar.
- Klap de rugleuning voorzichtig neer om te voorkomen dat de mid-delste veiligheidsgordel geblok-keerd raakt.
Let er bij het weer rechtop plaatsenvan de rugleuning op, dat deze goedin de vergrendeling valt (rode verklik-ker Aniet meer zichtbaar). Als de achterbank slechts 1/3 wordtneergeklapt en er ook nog achter-passagiers worden vervoerd, neemdan de gesp van de middelste
veiligheidsgordel uit de houder.
UW 406 IN DETAIL
115
LET OP
Demonteer de rugleuning van de achterbank van de break niet.
Deze is voorzien van veren die verwondingen kunnen veroorzaken.
Raadpleeg uw PEUGEOT- servicepunt als u
de rugleuning wilt demonteren.
Page 98 of 177

17-02-2003
VEILIGHEIDSGORDELS Hoogteverstelling van de veiligheidsgordels v——r Druk knop 1in en verschuif het
bovenste bevestigingspunt.
Veiligheidsgordels omdoen
Trek aan de gordel en steek de gesp in de gordelsluiting. Veiligheidsgordels v——r metpyrotechnische gordelspannersen gordelkrachtbegrenzers Dankzij de toepassing van veilig- heidsgordels met gordelspanners engordelkrachtbegrenzers is de veilig-heid van de voorste inzittenden bijfrontale aanrijdingen nog verderverbeterd. De gordelspanners die-nen om, afhankelijk van de krachtvan de aanrijding, de veiligheidsgor-dels stevig tegen de lichamen van deinzittenden te trekken. De veiligheidsgordels met gordel- spanners werken alleen als hetcontact is aangezet. De gordelkrachtbegrenzer beperkt de kracht waarmee de gordel tegenhet lichaam van de inzittende getrok-ken wordt.
Veiligheidsgordels achter De zitplaatsen achter zijn voorzien van drie driepuntsgordels met oprol-automaat.
UW 406 IN DETAIL
123
De gordel heeft het meeste effect als dezestrak om het lichaamgedragen wordt.
De gordelspanners kunnen,afhankelijk van de aard en dekracht van de aanrijding, v——r enonafhankelijk van de airbagsafgaan. Het verklikkerlampje van de air- bag gaat in ieder geval branden. Laat het systeem na een aanrijding
controleren door een PEUGEOT-servicepunt. Het systeem is ontworpen om
10 jaar volledig operationeel tezijn. Laat het daarna vervangen.