
22-09-2003
UW 307 CC IN DETAIL107
Af te leggen afstand
Dit is de afstand tot de eindbestemming. Deze afstand wordt op elk moment tij-dens het navigeren berekend of wordt
ingevoerd door de gebruiker, met aftrekvan de kilometers die sinds het invoerenzijn afgelegd.
Opmerking:
Bij het ontbreken van
de afstand verschijnen er streepjesin plaats van cijfers. Gemiddelde snelheid Dit is de gemiddelde snelheid sinds de laatste nulstelling van de boord-computer (contact aan). Logboek waarschuwingsmeldingen Deze functie herhaalt de actieve waar- schuwingsmeldingen door ze achter-eenvolgend op het multifunctionele dis-play te laten verschijnen.
Waarschuwing te hoge snelheid*
Deze functie waarschuwt bij overschrij-ding van een vooraf ingestelde snelheiddoor weergave van de melding "Te hoge
snelheid" op het multifunctionele display,
in combinatie met een geluidssignaal.
Inschakelen Druk lang op de schakelaar totdat de melding "Waarschuwing te hoge
snelheid AAN" verschijnt.
* In de loop van het jaar.
Actieradius In deze stand geeft de computer aan hoeveel kilometer u nog met deresterende hoeveelheid brandstofkunt rijden. Opmerking:
Dit getal kan verhoogd
worden door een verandering in de rijstijl of van het landschap, die eenaanzienlijke verlaging van hetmomentele verbruik tot gevolg heeft.
Raadpleeg een PEUGEOT-service- punt wanneer er tijdens het rijdenhorizontale streepjes in plaats vancijfers op het display verschijnen. Momenteel verbruik Dit is het verbruik dat geregistreerd is tijdens de laatste seconden. Deze informatie verschijnt alleen als er met een snelheid van meer dan30 km/h wordt gereden. Gemiddeld verbruik Dit is het gemiddelde verbruik sinds de laatse nulstelling van de boord-
computer. Afgelegde afstand In deze stand geeft de boordcompu- ter de afgelegde afstand sinds delaatste nulstelling aan. Programmeren
Druk kort op de schakelaar.
Trap het gaspedaal in tot de gewen- ste snelheid is bereikt. Druk lang op de schakelaar om de snelheid op te slaan. Uitschakelen Druk lang op de schakelaar totdat de melding
"Waarschuwing te hoge
snelheid UIT" verschijnt.
De trajecten De trajecten "1" en "2" zijn onafhan-
kelijk en hebben dezelfde eigen- schappen.
Traject "1"kan bijvoorbeeld gebruikt
worden voor een dagelijks verbruik en traject "2"voor een maandelijks
verbruik.

22-09-2003
UW 307 CC IN DETAIL
110
BUITENSPIEGELS
Elektrisch verstelbare buitenspiegels
Ð Zet de knop
Anaar links of rechts
om de desbetreffende spiegel te selecteren.
Ð Duw de knop Bin de 4 richtingen
om de spiegel af te stellen.
Ð Zet de knop Aweer in het midden.
Tijdens het parkeren kunnen de bui- tenspiegels door aan de knop Ate
trekken, of automatisch bij het ver-grendelen van de auto, ingeklaptworden.
De buitenspiegels kunnen worden uit- geklapt door het contact aan te zetten.
Opmerking: Het automatisch
inklappen van de buitenspiegels bijhet vergrendelen kan uitgeschakeld
worden. Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.
GELIJKTIJDIG BEDIENEN
VAN DE 4 RUITEN Met de schakelaar 6kunnen alle rui-
ten gelijktijdig worden geopend en gesloten. Druk op de schakelaar 5om met de
schakelaar 6alleen de portierruiten
te bedienen.
Het gelijktijdig bedienen van alle ruiten is volledigvoor eigen risico van de
bestuurder.
Neem bij het verlaten van de auto, zelfs voor eenkorte periode, altijd desleutel uit het contact.
Wanneer tijdens het bedienen vande ruit iets tussen de ruit en desponning bekneld raakt, moet deruit weer worden geopend. Drukdaarvoor op de desbetreffende
schakelaar.
Wanneer de bestuurder de ruit aanpassagierszijde bedient, moet dezeervan verzekerd zijn dat niets het cor-recte sluiten van de ruit verhindert.
De bestuurder moet ervan verze-kerd zijn dat de passagiers op dejuiste manier gebruik maken van deelektrische ruitbediening. Zorg ervoor dat kinderen zich tij- dens het bedienen van de ruit nietkunnen bezeren.
HERPROGRAMMEREN
VAN DE RUITBEDIENING Laat nadat de accukabels los zijn geweest of bij een storing de schake-laar los en trek hem opnieuw omhoogtotdat de ruit volledig is gesloten.Houd de schakelaar na het sluitennog ongeveer 1 seconde vast.

22-09-2003
UW 307 CC IN DETAIL119
Loszetten
Trek aan de hefboom, druk de knop in en duw de handrem geheel omlaag.
Als dit verklikkerlampje enhet verklikkerlampje STOP
branden in combinatie meteen geluidssignaal (bij rij-dende auto) en de melding
"Handrem aangetrokken" op het
multifunctionele display, geeft dit aandat de handrem nog (iets) is aange-trokken.
Storing Een storing wordt aangegeven door een geluidssignaal, de melding"Storing automatische transmis-sie"
en de weergave van "Ð"op het
multifunctionele display en het knip-peren van de verklikkerlampjesSport en Sneeuw op het instrumen-tenpaneel. In dit geval werkt de versnellingsbak met een noodprogramma (blokke-ring in de 3 e
versnelling). U kunt dan
een hevige schok waarnemen bij hetselecteren van Rvanuit de stand P,
of Rvanuit de stand N, (zonder
gevaar voor de versnellingsbak).
Rijd niet harder dan 100 km/h (afhankelijk van de geldende snel-heidslimiet). Raadpleeg zo snel mogelijk een
PEUGEOT-servicepunt. HANDREM Aantrekken
Trek, als de auto volledig stilstaat, de handrem aan. Let op:
Als de auto stilstaat op een
helling, draai dan de wielen richting trottoir en trek de handrem aan.
Als de accu geen stroom levert en de selectiehendelin de stand Pstaat, is het
onmogelijk om naar eenandere stand te schakelen.

22-09-2003
UW 307 CC IN DETAIL119
Loszetten
Trek aan de hefboom, druk de knop in en duw de handrem geheel omlaag.
Als dit verklikkerlampje enhet verklikkerlampje STOP
branden in combinatie meteen geluidssignaal (bij rij-dende auto) en de melding
"Handrem aangetrokken" op het
multifunctionele display, geeft dit aandat de handrem nog (iets) is aange-trokken.
Storing Een storing wordt aangegeven door een geluidssignaal, de melding"Storing automatische transmis-sie"
en de weergave van "Ð"op het
multifunctionele display en het knip-peren van de verklikkerlampjesSport en Sneeuw op het instrumen-tenpaneel. In dit geval werkt de versnellingsbak met een noodprogramma (blokke-ring in de 3 e
versnelling). U kunt dan
een hevige schok waarnemen bij hetselecteren van Rvanuit de stand P,
of Rvanuit de stand N, (zonder
gevaar voor de versnellingsbak).
Rijd niet harder dan 100 km/h (afhankelijk van de geldende snel-heidslimiet). Raadpleeg zo snel mogelijk een
PEUGEOT-servicepunt. HANDREM Aantrekken
Trek, als de auto volledig stilstaat, de handrem aan. Let op:
Als de auto stilstaat op een
helling, draai dan de wielen richting trottoir en trek de handrem aan.
Als de accu geen stroom levert en de selectiehendelin de stand Pstaat, is het
onmogelijk om naar eenandere stand te schakelen.

22-09-2003
UW 307 CC IN DETAIL
120
ANTIBLOKKEERSYSTEEM (ABS) EN ELEKTRONISCHEREMDRUKREGELAAR (REF) Met gehomologeerde wielen (banden en velgen) die in goede staat verkeren,zorgt het antiblokkeersysteem samenmet de elektronische remdrukregelaartijdens het remmen voor een betere sta-biliteit en bestuurbaarheid van uw auto,vooral op een slecht of glad wegdek. Opmerking:
Zorg er bij vervanging
van de wielen (banden en velgen) voor dat er gehomologeerde wielenworden gemonteerd. Het antiblokkeersysteem treedt auto- matisch in werking zodra ŽŽn van dewielen dreigt te blokkeren.
De normale werking van het anti-blokkeersysteem kan merkbaar zijndoor het trillen van het rempedaal.
Trap het rempedaal bij een noodstop krachtig en volledigin en laat het niet los.NOODREMASSISTENTIE Dit systeem zorgt ervoor dat in nood- gevallen de optimale remdruk snellerwordt bereikt, zodat de remafstandkleiner wordt. Het systeem wordt ingeschakeld als de snelheid waarmee het rempedaalwordt ingedrukt groot is en zorgtervoor dat de benodigde bedienings-
kracht minder wordt en dat de effecti-viteit van het remmen wordt vergroot.
Als dit verklikkerlampje gaatbranden in combinatie metde verklikkerlampjes ver-plicht stoppen
STOPen
ABS , een geluidssignaal en
de melding "Storing remsysteem"
op het multifunctionele display, duidtdit op een storing in de elektronische
remdrukregelaar. Door deze storingzou u tijdens het remmen de contro-le over uw auto kunnen verliezen. Stop onmiddellijk. Raadpleeg in beide gevallen een
PEUGEOT-servicepunt.
of
Als dit verklikkerlampje gaat branden in combinatie met een geluidssignaal ende melding "Storing ABS" , duidt dit op
een storing in het ABS systeem,waardoor u tijdens het remmen decontrole over uw auto zou kunnenverliezen.

22-09-2003
UW 307 CC IN DETAIL121
ANTISPIN REGELING (ASR) EN ELEKTRONISCH
STABILITEITS PROGRAMMA(ESP) Deze systemen staan in verbinding
met het ABS en zijn hier een aanvul-ling op.
Het ASR-systeem past de aandrijf- kracht aan om het doorspinnen van dewielen te voorkomen via de remmenvan de aangedreven wielen en de
motor. De ASR zorgt ook voor meerkoersstabiliteit bij het accelereren. Het ESP-systeem grijpt automatisch via het remsysteem en de motor inals de koers van de auto afwijkt vande door de bestuurder gewensterichting.Uitschakelen van de
systemen ASR en ESP In bijzondere omstandigheden (als de
auto vastzit in de modder, sneeuw, inmulle grond, ...) kan het nuttig zijn hetASR- en ESP-systeem uit te schake-len, zodat de wielen kunnen spinnenen weer grip kunnen krijgen.
Druk op de schakelaar "ESP
OFF" , die zich in het midden van
het dashboard bevindt.
Het verklikkerlampje van de schakelaar en het pictogramgaan branden: de systemenASR en ESP-systeem is uit-geschakeld.
Het systeem wordt opnieuw: automatisch ingeschakeld als het contact wordt afgezet.
automatisch ingeschakeld vanaf50 km/h.
handmatig ingeschakeld doornogmaals op de schakelaar tedrukken.
Werking van het ASR- en ESP-systeem
Als het ASR- of ESP- systeem is ingeschakeld,
knippert het desbetreffendepictogram.Controle van werking
Bij een storing in de syste- men zal het verklikkerlampjevan de schakelaar gaanknipperen en het pictogramverschijnen in combinatie
met een geluidssignaal en de mel-ding "ESP/ASR buiten werking" op
het multifunctionele display.
Raadpleeg een PEUGEOT-service- punt om het systeem te laten contro-leren.
De systemen ASR en
ESP zorgen voor meerveiligheid tijdens het rij-den. De bestuurder magzich echter nooit laten ver-
leiden tot het nemen van meer risi-co's of het te hard rijden. De goede werking van de syste- men wordt verzekerd door de nale-ving van de voorschriften van deconstructeur op het gebied vanwielen (banden en velgen), onder-delen van het remsysteem,elektronische onderdelen alsmedede montageprocedure en het uit-voeren van werkzaamheden door
een PEUGEOT-servicepunt. Laat het systeem na een aanrijding
controleren door een PEUGEOT-servicepunt.

22-09-2003
UW 307 CC IN DETAIL
124
AIRBAGS De airbags zijn speciaal ontworpen voor een betere veiligheid van deinzittenden bij ernstige aanrijdingen:ze vormen een aanvulling op de wer-king van de veiligheidsgordels metgordelkrachtbegrenzers. De elektro-nische schoksensors registreren eenplotselinge vertraging van de auto:als de drempelwaarde voor het inwerking treden wordt overschreden,worden de airbags onmiddellijkopgeblazen en beschermen de inzit-tenden van de auto. Direct na de aanrijding ontsnapt het gas zodat noch het zicht, noch heteventueel verlaten van de auto doorde inzittenden wordt belemmerd. De airbags treden niet in werking bij lichte aanrijdingen waarbij de veilig-heidsgordels zorgen voor eenafdoende bescherming; de krachtvan de aanrijding is afhankelijk vanhet soort obstakel en de snelheidvan de auto op dat moment. De airbags werken alleen als het contact aan is. Opmerking:
Het uit het kussen ont-
snappende gas kan enigszins irriteren. AIRBAGS VOOR Deze zijn voor de bestuurder in het midden van het stuurwiel en voor depassagier in het dashboard aange-bracht. Ze worden tegelijkertijd geac-tiveerd (behalve als de airbag aanpassagierszijde is uitgeschakeld). Storing airbag voor
Als dit verklikkerlampje gaat branden in combinatie meteen geluidssignaal en demelding "Storing Airbag"
op het multifunctionele dis-
play, raadpleeg dan een PEUGEOT-servicepunt om het systeem te latencontroleren. Uitschakelen airbag aan passagierszijde* Schakel voor de veiligheid van uw kind de airbag aan passagierszijdealtijd uit als u een kinderzitje metde rug in de rijrichting op de voor-
stoel plaatst. Anders kan een kindbij het afgaan van de airbaglevensgevaarlijk gewond raken.
Zet het contact uit , steek de
sleutel in de schakelaar voor uit- schakelen van de airbag aanpassagierszijde 1, draai deze in
de stand "OFF"en verwijder de
sleutel zonder de stand van deschakelaar te veranderen.
Het verklikkerlampje op het instru-mentenpaneel brandt zolang de air-bag is uitgeschakeld.
* Volgens land van bestemming.

22-09-2003
UW 307 CC IN DETAIL125
In de stand
"OFF"werkt de airbag
aan passagierszijde bij een eventuele aanrijding niet. Als u het kinderzitje heeft verwijderd, zet dan de schakelaar weer op "ON"
om de airbag opnieuw in te schake-len en zo de veiligheid van uw pas-sagier te garanderen.
Controle uitschakeling Het goed functioneren van het systeem wordt aangegeven door een pictogramop het instrumentenpaneel in combina-tie met een geluidssignaal en een mel-
ding op het multifunctionele display. Als bij aangezet contact (2 e
stand), dit pictogram op hetinstrumentenpaneel ver-schijnt in combinatie met eengeluidssignaal en de mel-
ding "Airbag passagierszijde uitge-
schakeld" op het multifunctionele
display, betekent dit dat de airbag aanpassagierszijde is uitgeschakeld(stand "OFF"). ZIJ-AIRBAGS De zij-airbags zijn aan de zijde van de portieren in de rugleuningen vande voorstoelen aangebracht. Ze worden aan de zijde waar de aan- rijding plaatsvindt opgeblazen. Controle van werking Het goed functioneren van het systeem wordt aangegeven dooreen pictogram in combinatie met eengeluidssignaal en een melding op
het multifunctionele display.
Als dit pictogram verschijntin combinatie met eengeluidssignaal en de mel-ding "Storing airbag(s)" op
het multifunctionele display,
raadpleeg dan een PEUGEOT-servicepunt om het systeem te latencontroleren.