Page 58 of 522

De veiligheidsgordel rolt automatisch op.
Houd de gordel vast, zodat het oprollen
rustig gebeurt.
Als er een baby- of kinderzitje wordt
geplaatst
U moet bij het plaatsen van het zitje moge-
lijk gebruikmaken van een blokkeerclip. Volg
de aanwijzingen van de fabrikant van het
baby- of kinderzitje. Als uw zitje niet over
een blokkeerclip beschikt, kunt u deze kopen
bij een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige:
blokkeerclip voor baby- of kinderzitje.
(onderdeelnr. 73119-22010)
WAARSCHUWING!
Als er een baby- of kinderzitje wordt
geplaatst
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht. Het niet in acht nemen van de
voorzorgsmaatregelen kan dodelijk of
ernstig letsel tot gevolg hebben.
• Laat kinderen niet met de
veiligheidsgordel spelen. Als de
veiligheidsgordel om de nek van het
kind draait, kan het kind stikken of
ernstig letsel oplopen. Als dit
gebeurt en de gordelsluiting niet kan
worden losgemaakt, knip de gordel
dan door met een schaar.
• Controleer of de gesp goed in de
gordelsluiting is vergrendeld en of de
veiligheidsgordel niet gedraaid is.
• Beweeg het baby- of kinderzitje naar
links en naar rechts en naar voren en
naar achteren om te controleren of
het goed is geplaatst.
• Verstel de rugleuning niet meer
nadat het baby- of kinderzitje is
geplaatst.
• Controleer als er een zitkussen
geplaatst is altijd of de
schoudergordel over het midden van
de schouder van het kind loopt. De
WAARSCHUWING!(Vervolg)
gordel mag niet langs de nek van het
kind lopen, maar mag ook niet van de
schouder van het kind vallen.
• Volg bij het plaatsen van een baby-
of kinderzitje altijd de
gebruiksaanwijzing van de fabrikant.
Baby- of kinderzitje vastgezet met een
onderste ISOfix-bevestigingspunt
Onderste ISOfix-bevestigingspunten
(ISOfix-baby- of kinderzitje)
Voor de buitenste zitplaatsen achter zijn
lage bevestigingspunten aanwezig.
(Merktekens geven aan waar de bevesti-
gingspunten zich in de stoelen bevinden.)
Plaatsing van onderste ISOfix-
bevestigingspunt (ISOfix-baby- of
kinderzitje)
Plaats het baby- of kinderzitje aan de
hand van de bijgesloten handleiding.
Als het desbetreffende baby- of kinderzitje
niet binnen de “universele” categorie valt
(of de benodigde informatie staat niet in de
tabel), raadpleeg dan de “voertuiglijst” van
de fabrikant van het baby- of kinderzitje
voor de diverse mogelijke montageposities
of doe navraag naar de compatibiliteit bij de
verkoper van het zitje. (→
Blz. 42, blz. 47,
blz. 50)
1. Verwijder indien mogelijk de
hoofdsteun indien deze de plaatsing
van het baby- of kinderzitje hindert.
Zet anders de hoofdsteun in de
hoogste stand. (→Blz. 183)
1 .2 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
56
Page 59 of 522

2. Verwijder de klepjes van de
bevestigingspunten en plaats het
baby- of kinderzitje op de stoel.
De stangen worden achter de klepjes
van de bevestigingspunten geplaatst.
3. Beweeg het baby- of kinderzitje na
het plaatsen naar achteren en naar
voren om te controleren of het goed
vastzit. (→Blz. 56)
Bij gebruik van een MIDI 2
(Latijns-Amerikaanse landen
*)
Pas de steunpoot en de ISOfix-
koppelingen als volgt aan:
1Vergrendel de ISOfix-koppelingen bij
nr. 2.
2Vergrendel de steunpoot op het punt
waar 6 openingen zichtbaar zijn.
*: Guadeloupe, Martinique en
Frans-Guyana
WAARSCHUWING!
Als er een baby- of kinderzitje wordt
geplaatst
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht. Het niet
in acht nemen van de
voorzorgsmaatregelen kan dodelijk of
ernstig letsel tot gevolg hebben.
• Verstel de rugleuning niet meer
nadat het baby- of kinderzitje is
geplaatst.
• Controleer bij het gebruik van de
onderste bevestigingspunten of er
geen vreemde voorwerpen rond de
bevestigingspunten aanwezig zijn en
of de gordel niet klem zit achter het
zitje.
• Volg bij het plaatsen van een baby-
of kinderzitje altijd de
gebruiksaanwijzing van de fabrikant.
Met een bevestigingspunt voor de
bovenste gordel
Bevestigingspunten bovenste gordel
Voor de buitenste zitplaatsen achter zijn
bevestigingspunten voor de bovenste
gordel aanwezig.
Gebruik de bevestigingspunten voor de
bovenste gordel bij het vastmaken van de
bovenste gordel.
1 .2 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
57
1
Veiligheid en beveiliging
Page 517 of 522

Als de elektronische sleutel niet
goed werkt...............478
Als een waarschuwingslampje gaat
branden of een
waarschuwingszoemer klinkt. . . .439
Als er een waarschuwingsmelding
wordt weergegeven.........446
Als het hybridesysteem niet kan
worden gestart............477
Als u denkt dat er iets mis is. . . .439
Als uw auto een lekke band heeft
(auto's met een reservewiel). . . .468
Als uw auto moet worden
gesleept................436
Als uw auto oververhit raakt. . . .484
Correctieprocedures.........485
De interieurverlichting en de
koplampen gaan niet branden of de
claxon maakt geen geluid.......477
De interieurverlichting en de
koplampen gaan zwakker branden
of de claxon maakt geen of weinig
geluid..................477
Hoorbare symptomen........439
Meldingen en waarschuwingen . .447
Merkbare symptomen........439
Noodstartfunctie...........477
Omstandigheden waaronder
u vóór het slepen contact dient
op te
nemen met de dealer........436
Onderdelen van de
bandenreparatieset.........455
Overzicht waarschuwingslampjes
en waarschuwingszoemers.....439
Plaatsen van het reservewiel. . . .473
Plaats van bandenreparatieset en
gereedschap..............452
Plaats van reservewiel, krik en
gereedschap..............468
Procedure bij slepen in een
noodgeval...............436
Reparatiemethode in
noodgevallen.............456
Slepen in een noodgeval......436
Slepen met een lepelwagen.....436
Starten van het hybridesysteem . .478
Vergrendelen en ontgrendelen
van de portieren...........478
Vervangen van een wiel met een
lekke band...............471Vervoeren op een autoambulance .436
Verwijderen van de
bandenreparatieset.........456
Verwijderen van de krik.......471
Verwijderen van het reservewiel . .471
Voor het opkrikken van de auto . .468
Vóór het repareren van de band . .451
Zichtbare symptomen........439
Tanken
Openen van de tankdop . . .229 , 230
Sluiten van de tankdop.......231
Voor het tanken............229
Ter informatie
Accessoires, onderdelen en
veranderingen aan uw Toyota.....5
Handleiding................5
Inbouw van een zend-/
ontvanginstallatie............5
Opslaan voertuiginformatie......6
Vernietigen van uw Toyota
.......6
Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
Aan/uit-schakelaar airbag*......37
Airbags voor voorpassagier
uitschakelen...............37
Baby- en kinderzitjes.........38
Baby- of kinderzitje vastgezet met
een onderste ISOfix-
bevestigingspunt............56
Baby- of kinderzitje vastgezet met
een veiligheidsgordel.........55
Bij gebruik van een baby- of
kinderzitje................40
Geschiktheid baby- en kinderzitjes
voor elke zitpositie (behalve
Réunion en Latijns-Amerikaanse
landen*).................42
Geschiktheid baby- en kinderzitjes
voor elke zitpositie (Latijns-
Amerikaanse landen*).........50
Geschiktheid baby- en kinderzitjes
voor elke zitpositie (Réunion)....47
Inhoudsopgave.............38
Met een bevestigingspunt voor de
bovenste gordel............57
Plaatsingsmethode baby- of
kinderzitje................54
Punten om rekening mee te
houden..................39
Trefwoordenlijst
515