285
Bluetooth®-audiosysteem
10
Zoeken naar de vorige/volgende “multiplex/bundel”.Lang indrukken: selecteren van de gewenste categorieën meldingen uit Transport, Actualiteiten, Entertainment en Speciale flash-meldingen (afhankelijk van de zender).
NOTIC E
Druk zodra de radiozender op het scherm wordt weergegeven op “OK” om naar het contextmenu te gaan.(Zendervolgsysteem (RDS), Volgsysteem digitale zender / FM, Zenderinfo (TXT), zenderinformatie, enz.)
Automatisch volgen
DAB-FM
NOTIC E
“DAB” is niet overal beschikbaar.Als het digitale signaal niet goed is, kunt u met “Volgsysteem digitale zender / FM” dezelfde zender blijven beluisteren doordat het systeem automatisch overschakelt op de overeenkomstige analoge FM-zender (indien beschikbaar).Als “Volgsysteem digitale zender / FM” is ingeschakeld, wordt de DAB-zender
automatisch geselecteerd.
Druk op de toets MENU.
Selecteer “Multimedia” en bevestig.
Selecteer “Volgsysteem digitale zender / FM” en bevestig.
NOTIC E
Als “Volgsysteem digitale zender / FM” is ingeschakeld, kan er sprake zijn van een vertraging van enkele seconden als het systeem overschakelt op de analoge FM-zender en kan het geluidsvolume soms veranderen.
WARNI NG
Als de “DAB”-zender waarnaar u luistert niet beschikbaar is als FM-zender (optie “DAB-FM” doorgestreept) of als “Volgsysteem digitale zender / FM” niet is geactiveerd, wordt het geluid onderbroken als het digitale signaal te zwak wordt.
Media
USB-aansluiting
Steek de USB-stick in de USB-aansluiting of sluit het USB-apparaat via een geschikte kabel (niet meegeleverd) op de USB-aansluiting aan.Het systeem schakelt automatisch over op de
audiobron “USB”.
WARNI NG
Gebruik geen USB-verdeelstekker om beschadiging van het systeem te voorkomen.
NOTIC E
Elk apparaat dat op het systeem wordt aangesloten moet compatibel zijn met de norm van het product en/of voldoen aan norm IEC 60950-1.
Het systeem maakt gebruik van afspeellijsten (in het tijdelijke geheugen). Het maken van deze lijsten kan enkele seconden of soms enkele minuten duren als het apparaat voor de eerste keer wordt aangesloten.Het verminderen van het aantal andere dan muziekbestanden en van het aantal mappen zal de wachttijd bekorten. Telkens wanneer een nieuwe USB-stick wordt aangesloten, worden de
afspeellijsten bijgewerkt.
287
Bluetooth®-audiosysteem
10
Afspelen van een
MP3-compilatie
Plaats een disc met MP3-bestanden in de CD-speler.Het audiosysteem scant de CD tot alle nummers zijn gevonden; hierdoor kan het enkele tot enkele tientallen seconden duren voordat het afspelen begint.
WARNI NG
Op een enkele disc kan de CD-speler tot 255 MP3-bestanden lezen, verspreid over 8 niveaus.Het is echter raadzaam het aantal niveaus tot twee te beperken om een lange laadtijd van de CD te voorkomen.Tijdens het afspelen wordt de mappenstructuur niet aangehouden.Alle bestanden worden op hetzelfde niveau weergegeven.
Als de CD die u wilt beluisteren reeds in het apparaat is geplaatst, druk dan herhaaldelijk op de toets SOURCE om de functie “CD” te selecteren.Druk op een van de toetsen voor het selecteren van een map op de CD.
Druk op een van de toetsen voor het selecteren van een nummer op de CD.Druk op de toets LIST voor een lijst van de beschikbare bestanden op de MP3-compilatie.
Houd een van deze toetsen ingedrukt voor snel vooruit/achteruit zoeken.
Bluetooth®-audiostreaming
Met streaming kunt u de muziek op uw telefoon via de luidsprekers van uw auto afspelen.Koppel de telefoon.(Zie het hoofdstuk “Een Bluetooth®-telefoon koppelen”.)
Activeer de streamingfunctie door op SOURCE te drukken.In bepaalde gevallen moet het afspelen van de audiobestanden vanaf het toetsenbord worden gestart.De audiobestanden kunnen worden geselecteerd met de toetsen op het bedieningspaneel van het audiosysteem en de toetsen op het stuurwiel. De bijbehorende informatie kan worden weergegeven op het scherm.Als de telefoon deze functie ondersteunt. De geluidskwaliteit is afhankelijk van de kwaliteit van de door de telefoon verzonden bestanden.
Aansluiten van een
Apple®-speler
Sluit de Apple®-speler met een geschikte kabel (niet meegeleverd) aan op de USB-aansluiting.Het afspelen begint automatisch.De bediening gebeurt via het audiosysteem van de auto.
De beschikbare indeling is die van het aangesloten apparaat (artiesten/albums/genres/afspeellijsten).De softwareversie van het audiosysteem kan incompatibel zijn met de generatie van uw Apple®-speler.
Informatie en tips
De CD-speler speelt audiobestanden af met de
extensie “.mp3”, “.wma”, “.wav” en “.aac” met een bitrate tussen 32 kbps en 320 kbps.De CD-speler is ook compatibel met de TAG-modus (ID3 tag, WMA TAG).Andere typen bestanden (“.mp4” enz.) kunnen niet worden afgespeeld.Bestanden met de extensie “.wma” moeten voldoen aan de WMA 9-standaard.De bemonsteringsfrequenties (sampling rates) zijn 11, 22, 44 en 48 kHz.Via de USB-aansluiting speelt het systeem audiobestanden af met de extensie “.mp3”, “.wma”, “.wav”, “.cbr” en “.vbr” met een bitrate\
van 32 tot 320 kbps.Andere typen bestanden (“.mp4” enz.) kunnen niet worden afgespeeld.Bestanden met de extensie “.wma” moeten voldoen aan de WMA 9-standaard.De bemonsteringsfrequenties (sampling rates) zijn 11, 22, 44 en 48 kHz.Geadviseerd wordt om voor bestandsnamen maximaal 20 karakters te gebruiken; vermijd daarbij speciale tekens (bijv.: " ? ; ù) om
288
problemen met het afspelen of de weergave te voorkomen.Om een gebrande CD-R of CD-RW te kunnen afspelen moet bij het branden bij voorkeur de standaard ISO 9660 niveau 1, 2 of Joliet zijn geselecteerd.Als de disc met een andere standaard is gebrand, kan deze mogelijk niet correct worden afgespeeld.
Gebruik bij één disc altijd dezelfde standaard voor het branden en selecteer bij het branden altijd de laagste snelheid (maximaal 4x) voor een optimale geluidskwaliteit.Voor multisessie-CD's wordt de standaard Joliet aanbevolen.Gebruik geen USB-verdeelstekker om beschadiging van het systeem te voorkomen.
WARNI NG
Gebruik uitsluitend USB-sticks die geformatteerd zijn naar FAT32 (File Allocation Table).
NOTIC E
Gebruik voor een correcte werking de originele USB-kabels van Apple®.
Telefoon
Koppelen van een
Bluetooth®-telefoon
WARNI NG
Het koppelen van een Bluetooth-telefoon met het Bluetooth handsfree-systeem van uw audiosysteem mag om veiligheidsredenen en vanwege het feit dat deze handelingen gedurende langere tijd de aandacht van de bestuurder vragen, uitsluitend worden uitgevoerd bij stilstaande auto en met het contact AAN.
NOTIC E
Activeer de Bluetooth-functie van uw telefoon en zorg ervoor dat “zichtbaar voor alle apparaten” aan staat (configuratie van de telefoon).
NOTIC E
Welke diensten beschikbaar zijn, is afhankelijk van het netwerk, de simkaart en de compatibiliteit van het gebruikte Bluetooth-toestel.Controleer de handleiding van uw telefoon en de informatie van uw provider om te kijken tot welke diensten u toegang hebt.
Procedure via de telefoon
Selecteer de naam van het systeem in de lijst van gedetecteerde apparaten.
Procedure via het systeem
Druk op de toets MENU.
Selecteer “Verbindingen”.
Bevestig met OK.
Selecteer “Extern apparaat zoeken via Bluetooth”.Bevestig met OK.
Er wordt een venster weergegeven met de melding “Bezig met zoeken”.Selecteer in de lijst van gedetecteerde apparaten de te koppelen telefoon. Er kan slechts één telefoon per keer worden gekoppeld.
289
Bluetooth®-audiosysteem
10
Voltooien van het koppelen
WARNI NG
Controleer bij het voltooien van de koppeling, ongeacht of dit vanaf de telefoon of het systeem wordt gedaan, of de code in het systeem gelijk is aan die in de telefoon.
Mocht het koppelen niet gelukt zijn, dan kunt u het nogmaals proberen. Dit kan een onbeperkt aantal keren.Op het scherm verschijnt een melding dat het koppelen is geslaagd.
Informatie en tips
Via het menu “Telefoon” hebt u onder andere toegang tot de volgende functies: “Telefoonboek”, als uw telefoon geheel compatibel is, “Oproepenlijst”, “Gekoppelde apparaten bekijken”.Afhankelijk van het type telefoon kan het nodig zijn toestemming te geven voor de toegang van het systeem tot de verschillende functies.
NOTIC E
Ga naar toyota.nl voor meer informatie (compatibiliteit, hulp, enz.).
Verbindingen beheren
NOTIC E
Als de telefoon is verbonden, kunt u handsfree bellen en gebruikmaken van audiostreaming.De mogelijkheid van het systeem om via één profiel verbinding te maken, hangt af van de telefoon. Het is mogelijk dat standaard beide profielen worden gebruikt voor de verbinding.
Druk op de toets MENU.
Selecteer “Verbindingen”.
Druk op OK om te bevestigen.
Selecteer “Bluetooth Beheer Bluetooth-verbindingen” en bevestig. De lijst van gekoppelde telefoons wordt weergegeven.Druk op OK om te bevestigen.
Geeft aan dat een apparaat is verbonden.
NOTIC E
Een cijfer geeft aan welk profiel wordt gebruikt voor de verbinding met het systeem:– 1 voor media of 1 voor telefoon.– 2 voor media en telefoon.
Geeft aan dat het audiostreaming-profiel wordt gebruikt voor de verbinding.Geeft aan dat het handsfree-telefoonprofiel wordt gebruikt voor de verbinding.Selecteer een telefoon.
Druk op OK om te bevestigen.
Selecteer en bevestig vervolgens:
– “Aansluiten telefoon”/“Telefoon afsluiten”: om alleen de telefoon of de handsfree-set te verbinden/de verbinding ervan te verbreken.– “Aansluiten mediaspeler”/“Mediaspeler afsluiten”: om alleen de streamingverbinding te realiseren/te verbreken.– “Aansluiten telefoon en mediaspeler”/“Telefoon + mediaspeler afsluiten”: om de telefoon (handsfree-set en streaming) te verbinden/de verbinding ervan te verbreken.– “Verbinding verwijderen”: om de koppeling ongedaan te maken.
NOTIC E
Als u in het systeem een koppeling ongedaan hebt gemaakt, vergeet dan niet deze
koppeling ook in uw telefoon ongedaan te maken.
290
Druk op OK om te bevestigen.
Ontvangen van een oproep
Wanneer een oproep wordt ontvangen, is dit te herkennen aan een beltoon en een pop-upvenster op het scherm.Selecteer met de toetsen het tabblad "JA" op het scherm.
Bevestig met OK.
Druk op deze stuurwieltoets om het gesprek aan te nemen.
Een gesprek tot stand
brengen
Via het menu “Telefoon”.Selecteer “Bellen”.Selecteer “Nummer kiezen”.OfSelecteer “Telefoonboek”.OfSelecteer “Logboek”.Bevestig met OK.
Houd deze toets langer dan twee seconden ingedrukt om het telefoonboek te openen. Vervolgens kunt u met de draaiknop door het telefoonboek scrollen.
Beëindigen van een oproep
Via het menu “Telefoon”.
Selecteer “Gesprek beëindigen”.Bevestig met OK om het gesprek te beëindigen.Druk tijdens een telefoongesprek langer dan twee seconden op een van deze toetsen.
NOTIC E
Afhankelijk van de compatibiliteit van de telefoon heeft het systeem toegang tot het telefoonboek van de telefoon gedurende de tijd dat de Bluetooth-verbinding actief is.
NOTIC E
Vanaf bepaalde typen gekoppelde Bluetooth-telefoons kunt u contacten vanuit de telefoon opslaan in het geheugen van het audiosysteem.De op deze manier geïmporteerde contacten worden opgeslagen in een telefoonboek dat, ongeacht welke telefoon is gekoppeld, vrij toegankelijk is.Het menu van het telefoonboek is niet beschikbaar als het telefoonboek leeg is.
Gesprekken beheren
Druk tijdens het gesprek op OK om het contextmenu te openen.
Gesprek beëindigen
Selecteer in het contextmenu “Gespr. beëindigen” om het gesprek te beëindigen.Bevestig met OK.
Microfoon uitschakelen
(zodat de gesprekspartner niet kan meeluisteren)
In het contextmenu:
– selecteer “Micro OFF” om de microfoon uit te schakelen.– deselecteer “Micro OFF” om de microfoon in te schakelen.Bevestig met OK.
Telefoonmodus
In het contextmenu:
– selecteer “Modus telefoon” om het gesprek via de telefoon voort te zetten (bijv. om tijdens het uitstappen het gesprek te kunnen vervolgen).– deselecteer “Modus telefoon” om het gesprek via de auto voort te zetten.Bevestig met OK.
Als het contact UIT is gezet, wordt de Bluetooth-verbinding automatisch weer tot stand gebracht als u in de auto stapt en wordt het geluid weer weergegeven via het systeem (afhankelijk van de specificaties van de telefoon).
291
Bluetooth®-audiosysteem
10
In sommige gevallen moet u de telefoonmodus via de telefoon activeren.
Interactieve spraakserver
Selecteer in het contextmenu “Toon DTMF” en bevestig uw keuze om het digitale toetsenbord te kunnen gebruiken om door het menu van de interactieve spraakserver te navigeren.
Bevestig met OK.
Wisselgesprek
Selecteer “Verwisselen” in het contextmenu en bevestig uw keuze om een in de wacht gezet gesprek voort te zetten.Bevestig met OK.
Telefoonboek
Houd voor toegang tot het telefoonboek SRC/TEL ingedrukt.Selecteer “Telefoonboek” om de lijst van contacten te bekijken.Bevestig met OK.
Druk om de in het systeem opgeslagen contacten te wijzigen op MENU, selecteer vervolgens “Telefoon” en bevestig.Selecteer “Beheer index” en bevestig.U kunt het volgende doen:– “Een bestand raadplegen”,– “Een bestand verwijderen”,
– “Alle bestanden verwijderen”.Afhankelijk van de compatibiliteit van de telefoon heeft het systeem toegang tot het telefoonboek van de telefoon gedurende de tijd dat de Bluetooth-verbinding actief is.Vanaf bepaalde typen gekoppelde Bluetooth-telefoons kunt u contacten vanuit de telefoon opslaan in het geheugen van het audiosysteem.
De op deze manier geïmporteerde contacten worden opgeslagen in een telefoonboek dat, ongeacht welke telefoon is gekoppeld, vrij toegankelijk is.Het menu van het telefoonboek is niet beschikbaar als het telefoonboek leeg is.
Spraakherkenning
Dankzij deze functie kunt u de spraakherkenning van uw smartphone via het systeem gebruiken.Starten van de spraakherkenning (afhankelijk van het type stuurkolomschakelaars):Houd het uiteinde van de lichtschakelaar enige tijd ingedrukt.OfDruk op deze toets.
NOTIC E
Voor de spraakherkenning is een compatibele smartphone nodig die via Bluetooth met de auto is verbonden.
Veelgestelde vragen
Hieronder vindt u de antwoorden op de meest gestelde vragen over het audiosysteem van uw auto.Wanneer de motor is uitgezet, wordt het audiosysteem na enkele minuten automatisch uitgeschakeld.Als de motor is uitgezet, werkt het audiosysteem
zolang de ladingstoestand van de accu dat toestaat.Het uitschakelen is normaal: het audiosysteem schakelt over naar de spaarstand en wordt uitgeschakeld om te voorkomen dat de accu van de auto ontladen wordt.► Start de motor om de accu bij te laden.De melding “het audiosysteem is oververhit” wordt op het scherm weergegeven.Om het systeem te beschermen wanneer de omgevingstemperatuur te hoog is, schakelt het audiosysteem over naar een automatische warmtebeschermingsmodus: het geluidsvolume wordt dan verlaagd of het afspelen van de CD wordt gestopt.► Schakel het audiosysteem gedurende enkele minuten uit om het systeem te laten afkoelen.
Radio
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen de verschillende audiobronnen (radio, CD, enz.).Voor een optimale geluidskwaliteit kunnen de geluidsinstellingen (Volume, Bass, hoge
292
tonen, Geluidseffect en Loudness) voor de verschillende audiobronnen afzonderlijk worden aangepast. Dit leidt ertoe dat bij het veranderen van de audiobron (radio, CD, enz.) verschillen hoorbaar kunnen zijn.► Controleer of de geluidsinstellingen (Volume, Bass, hoge tonen, Geluidseffect en Loudness) zijn aangepast aan de audiobronnen waarnaar wordt geluisterd. Wij adviseren
de geluidsinstellingen (Bass, hoge tonen, balans voor/achter en balans links/rechts) in de middelste stand te zetten, de geluidssfeer “Geen” te selecteren en de functie Loudness in de stand “Actief” te zetten bij gebruik van de CD-speler en in de stand “Inactief” te zetten bij gebruik van de radio.De voorkeuzezenders werken niet (geen geluid, 87,5 MHz wordt weergegeven, enz.).Het verkeerde golfbereik is geselecteerd.► Druk op de toets BAND om het golfbereik (FM, FM2, DAB, AM) te selecteren waarin de voorkeuzezenders zijn opgeslagen.De functie TA (verkeersinformatie) wordt weergegeven, maar ik ontvang geen verkeersinformatie.De geselecteerde radiozender maakt geen deel uit van het regionale netwerk van zenders die verkeersinformatie uitzenden.► Stem af op een zender die wel verkeersinformatie uitzendt.De ontvangstkwaliteit van de geselecteerde radiozender neemt geleidelijk af of de
voorkeuzezenders werken niet (geen geluid, 87,5 MHz wordt weergegeven, enz.).De auto is te ver verwijderd van het zendstation van de radiozender of er is geen zendstation in het geografische gebied.► Activeer de RDS-functie om het systeem de gelegenheid te geven om te controleren of er een sterker zendstation in de buurt is.Er kunnen storingen in de ontvangst optreden
door obstakels in de omgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.), ook als de RDS-functie is ingeschakeld.Dit is een normaal verschijnsel en duidt niet op een storing in het audiosysteem.De antenne is niet aanwezig of beschadigd (bijvoorbeeld in een wasstraat of parkeergarage).► Laat de antenne controleren door een dealer.Het geluid van de radio valt af en toe 1 tot 2 seconden weg.Tijdens deze korte onderbreking zoekt het RDS naar een frequentie die zorgt voor een betere ontvangst van de zender.► Schakel de RDS-functie uit als dit verschijnsel zich te vaak en steeds op hetzelfde traject voordoet.
Media
De Bluetooth-verbinding is verbroken.De batterij van het randapparaat is mogelijk niet voldoende geladen.► Laad de batterij van het randapparaat op.De melding “Storing USB-apparaat” wordt op het scherm weergegeven.
De USB-stick wordt niet herkend of is mogelijk defect.► Formatteer de USB-stick opnieuw.De CD wordt steeds uitgeworpen of wordt niet afgespeeld.De CD is ondersteboven in de speler geplaatst, kan niet worden gelezen, bevat geen audiobestanden of bevat audiobestanden die niet door het audiosysteem worden herkend.
De CD is voorzien van een systeem voor kopieerbeveiliging dat niet door de audiosysteem wordt herkend.► Controleer of de CD op de juiste manier in de speler is geplaatst.► Controleer de staat van de CD: de CD kan niet worden afgespeeld indien deze te ernstig is beschadigd.► Controleer de inhoud in het geval van een gebrande CD: raadpleeg de adviezen in het hoofdstuk “Audio”.Door een te slechte kwaliteit kunnen bepaalde gebrande CD's niet door het audiosysteem worden afgespeeld.Het geluid van de CD is slecht.De CD heeft krassen of is van slechte kwaliteit.► Gebruik alleen CD's van goede kwaliteit en berg ze zorgvuldig op.De audio-instellingen (lage tonen, hoge tonen, geluidssfeer) zijn ongeschikt.► Zet het niveau van de lage en hoge tonen op 0, zonder een geluidssfeer te selecteren.Ik kan de op mijn smartphone opgeslagen muziek niet afspelen via de USB-aansluiting.
293
Bluetooth®-audiosysteem
10
Afhankelijk van het type smartphone moet het audiosysteem toestemming krijgen van de smartphone voor toegang tot de muziekbestanden.► Activeer het MTP-profiel op de smartphone handmatig (menu USB-instellingen).
Telefoon
Ik heb geen toegang tot mijn voicemail.
Er zijn slechts weinig telefoons en providers die deze functionaliteit ondersteunen.► Bel via het telefoonmenu het nummer van uw voicemail dat u van uw provider hebt gekregen.Ik kan mijn telefoonboek niet openen.► Controleer of uw telefoon compatibel is.U hebt tijdens het koppelen van de telefoon het systeem geen toestemming gegeven voor toegang tot het telefoonboek.► Geef het systeem toegang tot het telefoonboek van uw telefoon.Het gesprek wordt onderbroken als ik in de auto stap.De handset-modus is ingeschakeld.► Schakel de handset-modus uit om het gesprek over te zetten naar het systeem van de auto.Het lukt niet om mijn telefoon via Bluetooth te koppelen.De koppelingsprocedure kan afhankelijk van de telefoon (model, versie van het besturingssysteem) verschillen en bepaalde telefoons zijn niet compatibel.
► Alvorens te proberen de telefoon te koppelen, moet u vanaf het systeem de huidige koppeling met de telefoon en vanaf de telefoon de koppeling met het systeem ongedaan maken om te zien of de telefoon compatibel is.