282
PEUGEOT Connect Nav
USB-lader die is aangesloten op de 12
V-aansluiting.
Er kunnen storingen in de ontvangst optreden
door obstakels in de omgeving (bergen,
gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.),
ook als de RDS-functie is ingeschakeld. Dit
fenomeen is heel normaal bij de transmissie van
radiogolven, en geven in geen geval een defect
van het audiosysteem aan.
Een zender opslaan
Selecteer een zender of een frequentie.
(zie de desbetreffende rubriek).
Druk op "Voorkeuzezenders".
Houd de toets waaronder u de zender wilt opslaan lang ingedrukt.
De frequentieband wijzigen
Druk op Radio Media om het beginscherm weer te geven.
Druk, om de frequentieband te wijzigen, op "Band…"
rechtsboven op het scherm.
RDS inschakelen/uitschakelen
Als de RDS-functie is ingeschakeld, zoekt de radio
steeds naar de sterkste frequentie van een zender,
zodat u ernaar kunt blijven luisteren.
Druk op Radio Media om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het vervolgscherm
weer te geven.
Selecteer "Radioinstellingen".
Selecteer "Algemeen".
Schakel "Volgen van zenders" in of uit.
Druk op "OK" om te bevestigen.
Het kan zijn dat het volgen van een
RDS-zender niet in het hele land
beschikbaar is, omdat veel radiozenders geen
dekking hebben in het hele land. Daardoor kan
de zender tijdens het rijden wegvallen.
Tekstberichten weergeven
De functie "Radio-tekstberichten" toont informatie
die door de radiozender wordt uitgezonden en die
betrekking heeft op de zender, of op het nummer
wat op dat moment wordt afgespeeld.
Druk op Radio Media om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het vervolgscherm
weer te geven.
Selecteer "Radioinstellingen".
Selecteer "Algemeen".
Schakel "Weergeven radiotekst" in of uit.
Druk op "OK" om te bevestigen.
Verkeersinformatie (TA)
beluisteren
De functie TA (Traffic Announcement) geeft
voorrang aan het luisteren naar berichten met
TA-verkeersinformatie. Voor een correcte werking
van deze functie is een goede ontvangst van een
radiozender nodig die deze berichten uitzendt. Zodra
een verkeersinformatiebericht wordt uitgezonden,
wordt de huidige geluidsbron automatisch
onderbroken voor het TA-verkeersinformatiebericht.
Zodra dit bericht is afgelopen, wordt het afspelen
van de vorige media hervat.
Selecteer "Berichten".
Schakel "Verkeersinfo" in of uit.
Druk op "OK" om te bevestigen.
Digitale radio (DAB, Digital
Audio Broadcasting)
Digitale radio
Digitale radio biedt een betere geluidskwaliteit.
De verschillende "multiplex/bundels" bieden keuze
uit radiozenders die op alfabetische volgorde zijn
gerangschikt.
Druk op Radio Media om het beginscherm
weer te geven.
Druk rechtsboven op het scherm op "Band…" om de
" DAB"-frequentieband weer te geven.
283
PEUGEOT Connect Nav
12FM-DAB volgen
"DAB" is niet overal beschikbaar.
Als het digitale signaal niet goed is, kunt u met
"FM-DAB automatisch volgen" dezelfde zender
blijven beluisteren doordat het systeem automatisch
overschakelt op de betreffende analoge FM-zender
(indien beschikbaar).
Druk op Radio Media om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om de tweede pagina
weer te geven.
Selecteer "Radioinstellingen".
Selecteer "Algemeen".
Schakel "FM-DAB" in of uit.
Schakel "Volgen van zenders" in of uit.
Druk op "OK".
Als "FM-DAB automatisch volgen" is
ingeschakeld, kan er een onderbreking van
een paar seconden zijn wanneer het systeem
overschakelt naar analoge "FM"-radio en soms
kan het volume veranderen.
Wanneer de kwaliteit van het digitale signaal
weer goed is, schakelt het systeem automatisch
weer over op "DAB".
U kunt deze vertraging minimaliseren door
radiozenders op de frequentieband "DAB" op te
slaan.
Als de "DAB"-zender waarnaar u luistert niet beschikbaar is als FM-zender (de optie
" FM-DAB" wordt grijs weergegeven) of als "DAB/
FM automatisch volgen" niet is ingeschakeld,
wordt het geluid onderbroken als het digitale
signaal te zwak wordt.
Media
USB-poort
Steek de USB-geheugenstick in de USB-poort, of sluit het USB-apparaat via een
kabel (niet meegeleverd) op de USB-poort aan.
Gebruik geen USB-verdeelstekker, om beschadiging van het systeem te
voorkomen.
Het systeem maakt afspeellijsten aan (in het
tijdelijke geheugen). Het aanmaken van deze lijsten
kan enkele seconden of soms enkele minuten
duren nadat het apparaat voor de eerste keer is
aangesloten.
Verminder het aantal niet-muziekbestanden en het
aantal mappen om de wachttijd te verkorten.
Elke keer wanneer het contact wordt ingeschakeld
of wanneer er een USB-geheugenstick wordt
ingestoken, worden de afspeellijsten bijgewerkt.
Het audiosysteem slaat deze lijsten op, zodat deze
sneller worden geladen wanneer ze niet gewijzigd
zijn.
AUX-aansluiting (AUX)
Afhankelijk van de uitrustingSluit een draagbaar apparaat (MP3-speler, enz.) met een audiokabel (niet meegeleverd)
aan op de jack-aansluiting.
Deze geluidsbron is uitsluitend beschikbaar
als "Extra ingang" in de audio-instellingen is
geselecteerd.
Stel eerst het volume van het draagbare apparaat
af (op een hoog geluidsniveau). Stel dan het
geluidsvolume van het audiosysteem in.
De bediening vindt plaats via het draagbare
apparaat.
Geluidsbron selecteren
Druk op Radio Media om het beginscherm weer te geven.
Selecteer "BRONNEN".
Selecteer de geluidsbron.
Een video bekijken
Afhankelijk van de uitrusting/afhankelijk van de
uitvoering/afhankelijk van het land.
Steek een USB-geheugenstick in de USB-poort.
De video kan alleen via het touchscreen worden bediend.
Druk op Radio Media om het beginscherm weer te geven.
Selecteer "BRONNEN".
Selecteer Video om de video te starten.
290
PEUGEOT Connect Nav
Het systeem biedt geleide navigatie, maar kondigt
ook alle "Gevarenzones" aan. Deze worden
met een driehoek vóór het pictogram van de
auto weergegeven. Het kan zijn dat het systeem
waarschuwt voor "Gevarenzones" op dichtstbijzijnde
of parallelwegen.
►
Zoom in op de kaart om de precies locatie van
de "Gevarenzone" te bekijken. U kunt "Op de route"
selecteren zodat u geen waarschuwingen meer
ontvangt. Ook kunt u de duur van de waarschuwing
beperken.
Sommige files op de route worden niet direct
gemeld.
Na het opstarten kan het een paar minuten duren
voordat het systeem verkeersinformatie ontvangt.
►
W
acht totdat de verkeersinformatie goed is
ontvangen (op de kaart worden pictogrammen met
verkeersinformatie weergegeven).
In bepaalde landen is verkeersinformatie alleen voor
de hoofdwegen (autosnelwegen, enz.) beschikbaar.
Dit is volkomen normaal. Het systeem is afhankelijk
van de beschikbare verkeersinformatie.
De hoogteligging wordt niet weergegeven.
Na het opstarten kan de initialisatie van het GPS tot
3 minuten duren voordat er meer dan 4 satellieten
correct worden ontvangen.
►
W
acht tot het systeem volledig is opgestart
zodat het signaal van ten minste 4 satellieten wordt
ontvangen.
De kwaliteit van de GPS-ontvangst kan worden
beïnvloed door de omgeving (tunnel, enz.) en het
weer. Dit is een normaal verschijnsel. De werking van het
systeem is afhankelijk van de ontvangst van het
GPS-signaal.
De verbinding van de online navigatie is
verbroken.
Tijdens het opstarten en in bepaalde gebieden kan
het zijn dat er geen verbinding beschikbaar is.
►
Controleer of de online diensten zijn geactiveerd
(instellingen, contract).
Radio
De ontvangstkwaliteit van de beluisterde
radiozender neemt geleidelijk af of de
voorkeuzezenders kunnen niet worden
ontvangen (bijvoorbeeld geen geluid of 87,5 Mhz
wordt weergegeven).
De auto is te ver verwijderd van het zendstation, of
er is geen zendstation aanwezig in het geografische
gebied.
►
Activeer de functie "RDS" via het snelmenu
om het systeem te laten zoeken naar een sterkere
zender in het geografisch gebied.
De antenne is niet aanwezig of is beschadigd
(bijvoorbeeld in een wasstraat of parkeergarage).
►
Laat de antenne controleren door een dealer
.
Het omliggende gebied (bijvoorbeeld heuvels,
tunnel of ondergrondse parkeergarage) blokkeert de
ontvangst, waaronder de RDS-volgmodus.
Dit fenomeen is heel normaal, en geeft geen defect
van het audiosysteem aan.
Ik kan sommige opgeslagen zenders uit de lijst
niet ontvangen.
De naam van de zender verandert. De zender wordt niet meer ontvangen, of de naam
van de zender in de lijst is veranderd.
Sommige zenders sturen in plaats van een naam
andere informatie mee (bijv. titel van het afgespeelde
nummer).
Het systeem interpreteert deze informatie als de
naam van de zender.
►
Druk op "Lijst bijwerken" in het secundaire menu
"Zenderlijst".
Media
Het afspelen van de muziek op mijn USB-
geheugenstick begint pas na lang wachten
(ongeveer 2 tot 3 minuten).
Door bepaalde bestanden die standaard op een
USB-geheugenstick staan, kan het erg lang duren
tot de muziek op de USB-geheugenstick wordt
afgespeeld (tot 10 keer de fabrieksopgave).
►
Wis de bestanden die standaard op de USB-
geheugenstick staan, en beperk het aantal
submappen in de mappenstructuur van de
USB-geheugenstick.
Na het insteken van een USB-geheugenstick kan
het even duren voordat deze wordt afgespeeld.
Het systeem leest verschillende data (map, titel,
artiest, enz.). Dit kan een paar seconden duren,
maar ook een paar minuten.
Dit is volkomen normaal.
Het kan zijn dat sommige informatietekens in
de huidige afspeelmedia niet correct worden
weergegeven.
Het audiosysteem kan bepaalde typen tekens niet
verwerken.
292
PEUGEOT Connect Nav
wordt geluisterd. Het is raadzaam om de
geluidsinstellingen (Bass, Treble, Balans) in de
middelste stand te zetten, om de geluidssfeer op
"Geen" te zetten en om de correctie van het volume
in de USB-modus op "Actief" en in de Radiomodus
op "Niet actief" te zetten.
►
Pas, in alle gevallen, nadat u de
geluidsinstellingen heeft ingesteld, het
geluidsvolume op het draagbare apparaat eerst aan
(op hoog zetten). Stel dan het geluidsvolume van
het audiosysteem in.
Na het afzetten van de motor, wordt het systeem
na enkele minuten automatisch uitgeschakeld.
Als de motor is afgezet, blijft het audiosysteem nog
werken zolang de laadtoestand van de accu dat
toestaat.
In de normale uitgeschakelde stand, gaat het
systeem na een bepaalde tijd automatisch over op
de eco-modus om de accu niet te ontladen.
►
Start de auto om de laadstroom van de accu te
verhogen.
Ik kan de datum en tijd niet instellen.
U kunt de tijd en de datum alleen instellen wanneer
satellietsynchronisatie is uitgeschakeld.
►
Menu Instellingen
/ Opties/ Datum en tijd
instellen. Selecteer het tabblad "Tijd" en schakel
"gps-synchronisatie" (UTC) uit.
296
Trefwoordenregister
12V-accu 193, 202, 221–222, 221–224
A
Aanhanger 101, 195
Aanhangergewichten
233–237, 241
Aansluiten MirrorLink
261
Aansluiting 12 V
62, 64
Aansluiting 220 V
64
ABS
99
Accessoires
96
Accu laden
223–224
Achterbank
58, 60
Achterdeuren
39–40
Achterklep
39, 41
Achterlichten
220
Achterportierruiten
51
Achterruitverwarming
55, 81
Achteruitrijcamera
145, 169, 173–174
Achteruitrijlicht
220
Actieradius AdBlue®
202
Active Safety Brake
158, 160
Adaptieve cruise control met Stop-functie
148
Adaptieve snelheidsregelaar
153
AdBlue®
204
AdBlue® bijvullen
205
AdBlue®-reservoir
205
Advanced Grip Control
101–102
Afmetingen
228
Afstandsbediening
33–37, 39–40, 124
Afstellen van de koplamphoogte
92
Afzetten van de motor 124, 126–127
Airbags
108, 110, 112
Airbags vóór
108, 110, 113
Airconditioning
76, 79
Airconditioning (handbediend)
77–78
Airconditioning met gescheiden regeling
81
Alarmknipperlichten
70, 98
Alarmsysteem
47–48
Algemeen menu
31
Allesdragers
197–198
Android Auto verbinding
279
Antiblokkeersysteem (ABS)
99
Antidiefstalsysteem/Startblokkering
34
Antispinregeling (ASR) ~ Antislipregeling
100, 102
Apple®-speler
247, 259, 284
Apple CarPlay verbinding
260, 279
Apps
280
Armleuning
53
Armleuning vóór
62
Audiokabel
283
Automatische airconditioning (met display)
82
Automatische airconditioning met gescheiden
regeling
78–79
Automatische ruitenwissers
94–95
Automatische transmissie ~ Versnellingsbak,
automatische
131, 133–138, 203, 223
Automatisch inschakelen verlichting
89–90
Automatisch noodremsysteem
158, 160
AUX-aansluiting
247, 259, 283B
Bagageafdekking 68
Bagageafdekscherm
68–69
Bagagenet voor hoge belading
67
Banden
203, 242
Banden oppompen
203, 242
Bandenreparatieset
210
Bandenspanning
203, 213, 216, 242
Bandenspanningscontrole (met set)
211–212
Bandenspanning te laag (detectie)
142
Batterij afstandsbediening ~ Afstandsbediening,
batterij
42, 84
Batterij afstandsbediening vervangen ~
Afstandsbediening, batterij vervangen
42
Bediening autoradio aan stuurkolom ~ Autoradio,
bedieningen aan stuurkolom
243–244, 254, 268
Bekerhouder
62
Beladen
70, 197
Benzinemotor
199, 233–234
Bijvullen AdBlue®
202, 205
Binnenspiegel
56
BlueHDi
202, 209
Bluetooth audiosysteem met touchscreen
29
Bluetooth (handsfree set)
248–249, 261–262, 284–285
Bluetooth (telefoon)
248–249, 261–262, 284–286
Bluetooth-verbinding
248–249, 261–262,
280, 284–286
Boordcomputer
28–29
Boordgereedschap
209–210
Brandstof
8, 180
297
Trefwoordenregister
Brandstofadditief 201–202
Brandstofniveaumeter
180–181
Brandstoftank
180–181, 180–182
Brandstof tanken
180–181
Brandstoftank leeg (diesel)
209
Brandstofverbruik
8
Brandstofvuldop ~ Brandstoftankdop
180–181
Brandstofvulklep ~ Brandstoftankklep
180–181
Buitenspiegels
55–56, 81, 164
Buitenverlichting
90
C
Carrosserie 207
Carrosserie-onderhoud
207
CD
247
CD MP3
247
Centrale vergrendeling
33, 39
Claxon
99
Configuratie van de auto
30–31
Connectiviteit
279
Contact
126–127, 286
Contact aangezet
127
Controlelampjes
14
Controlepaneel
185–186
Controles
199, 202–203
D
DAB (Digital Audio Broadcasting) - Digitale
radio
246, 258, 282–283
Dak
63
Dakklep
46
Dashboardkastje
62
Datum (instellen)
264, 288
Datum instellen
264, 288
Detectie obstakels
167
Detectie te lage bandenspanning ~
Bandenspanning, detectie
142–143, 213
De tractiebatterij laden
186
Dieselmotor
180, 199, 209, 235–237, 241
Digitaal instrumentenpaneel
12–13
Digitale radio - DAB (Digital Audio
Broadcasting)
246, 258, 282–283
Dimlicht
87, 217–218
Display instrumentenpaneel
10
Dodehoekbewaking
164
Draadloze lader
65
Dynamische noodrem
129–131
E
Eco-mode ~ Eco-modus 193
Eco-rijden (adviezen)
8
ECO-stand
140
Eendelige vaste bank
60
Electronic Stability Program (ESC)
100, 102
Elektrisch bedienbare schuifdeur
39, 46
Elektrisch bediende handrem ~ Handrem,
elektrisch bediend
129–131, 203
Elektrische ruitbediening
49–50
Elektromotor
6, 9, 31, 127, 182, 196,
200, 222, 225, 241
Elektronische remdrukregelaar (REF)
99
Elektronische remdrukregelaar (REF) ~ Electronic
Brake Force Distribution (EBD)
99
Elektronische sleutel
33, 128
Elektronische startblokkering ~ Startblokkering,
elektronische
124
Elektronisch Stabiliteits Programma (ESP)
99,
101–102
Energiestromen
31
ESP (Elektronisch Stabiliteits Programma)
99
Etiketten
6, 60
Extra verwarming
48, 82–83
F
Flacon AdBlue® 205
Flessenhouder
62
Follow me home-verlichting
34
Follow me home verlichting ~ Follow-me-home-
verlichting
90
Frequentie (radio)
282
G
Gekoppeld navigatiesysteem 276–278
300
Trefwoordenregister
Op afstand bedienbare functies
(elektrische auto)
84, 192
Opbergvak boven voorruit
62
Opbergvakken
62–63, 66
Openbaar snellaadpunt
185, 191
Openen bagageruimte ~ Bagageruimte
openen
33–34
Openen motorkap ~ Motorkap, openen
198
Openen portieren ~ Portieren openen
33–34
Opladen via normaal stopcontact
(elektrische auto)
191–192, 241
Opschakelindicator
140
Overzicht motoren ~ Motorenoverzicht
241
Overzicht van het verbruik
32
P
Park Assist 175
Parkeerhulp achter
167
Parkeerhulp achter met grafische weergave en
geluidssignalen
167
Parkeerhulpsystemen (algemene adviezen)
144
Parkeerhulp vóór
168
Parkeerhulp zijkant
168
Parkeerlichten
87–89, 88, 217–218
Passagiersairbag
73
Persoonlijke instellingen
13
Plafonnier
85
Plafonnier achter
86
Plafonniers
86
Plafonnier voor
86
Portieren sluiten 33, 39
Profielen
263, 287
Programmeerbare snelheidsregelaar
151
Programmeerbare verwarming
48, 82–84
Pyrotechnische gordelspanners
107
R
Radar (waarschuwingen) 144
Radio
245–247, 256–257, 281–282
Radiozender
245–246, 256–257, 281–282
RDS
246, 257, 282
Recuperatief remmen (vertragen door
remmen op de motor)
138–139
Regeling luchtopbrengst ~ Aanjager,
regeling
78–79
Regeling luchtverdeling ~ Luchtverdeling
78–79
Regelmatige controles ~ Controles
202–203
Regelmatig onderhoud
145, 202
Regeneratie roetfilter
202
Reinigen (adviezen)
183, 207–208
Rembekrachtigingsysteem
99–100
Remblokken
203
Remlichten
220
Remmen
139, 203
Remschijven
203
Remvloeistof
201
Reservewiel
143, 203, 209–210, 213, 216
Reservoir ruitensproeiers ~
Ruitensproeierreservoir
201
Resetten bandenspanningscontrolesysteem
143
Richtingaanwijzers 88, 217, 219–220, 220
Rijadviezen
8, 122–123
Rijden
122–123
Rijhulpcamera (waarschuwingen)
145
Rijhulpsystemen (algemene adviezen)
144
Rijstanden
139–140
Rijstrookcontrolesystemen
99
Rijverlichting
87, 90
Roetfilter
201–202
Ruitensproeier achter
93
Ruitensproeiers
93
Ruitensproeiers vóór
93
Ruitenwisser achter
93
Ruitenwisserbladen (vervangen)
93–94
Ruitenwisserbladen vervangen
93–94
Ruitenwissers
92, 95
Ruitenwisserschakelaar
92–95
Ruitenwissers vóór
92, 94
S
Schakelaars stoelverwarming ~
Stoelverwarming, schakelaars
54–55
Schuifdeuren
45
SCR (Selective Catalytic Reduction)
204
SCR-systeem
204
Selectiehendel
136–138
Selectiehendel automatische transmissie ~
Schakelen automatische versnellingsbak
133–135
Selectiehendel (elektrische auto)
138, 203