69
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Druk op de toets.
De functie wordt direct uitgevoerd.
Wanneer u bijvoorbeeld een telefoon-
nummer hebt geselecteerd, wordt het
nummer direct gebeld.
Raak de toets met uw vinger aan.
Draag geen handschoenen en raak het
scherm niet met voorwerpen aan.
De toewijzing van de toets wordt
bovenaan het scherm weergegeven.
1 Houd toets 1 en 8 gedurende onge-
veer 5 seconden gelijktijdig inge-
drukt.
2 OK
Met het spraakcommandosysteem kun-
nen de meeste op het regeldisplay
weergegeven functies door middel van
spraakcommando's worden bediend.
Het systeem ondersteunt u bij de invoer
met gesproken aanwijzingen.
• Functies die alleen bij stilstaande auto kunnen worden gebruikt, kun-
nen slechts beperkt via het spraak- commandosysteem worden
bediend.
• Het systeem is voorzien van een speciale microfoon aan de bestuur-
derszijde.
• ›...‹ geeft in de handleiding de spraakcommando's aan.
• Er moet in Toyota Supra Command een taal zijn ingesteld die wordt
ondersteund door het spraakcom-
mandosysteem. Zie blz. 72 voor het
selecteren van de taal.
• Spreek de spraakcommando's altijd uit in de taal van het spraakcomman-
dosysteem.
1 Druk op de toets op het
stuurwiel.
2 Wacht op het geluidssignaal.
3 Spreek het commando uit.
Het is mogelijk dat er geen verdere
spraakcommando's beschikbaar zijn.
Gebruik in dat geval Toyota Supra
Command om de functie te bedienen.
Een functie uitvoeren
De toewijzing van de toets
weergeven
De toewijzing van de toets
wissen
Bediening via spraakbediening
Principe
Algemeen
Voorwaarden voor werking
Spraakcommandosysteem
inschakelen
Dit symbool geeft aan dat het
spraakcommandosysteem actief
is.
Spraakcommandosysteem
uitschakelen
Druk op de toets op het stuurwiel
of zeg ›Cancel‹ (annuleren).
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page
69 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
703-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
De meeste menu-items op het regeldis-
play kunnen als commando worden uit-
gesproken.
Functies van andere menu's kunnen
ook als commando's worden uitgespro-
ken.
Bepaalde items uit een lijst, zoals tele-
foonboekcontacten, kunnen ook wor-
den geselecteerd met het
spraakcommandosystee m. Spreek de
items daarbij exact uit zoals ze in de
desbetreffende lijst worden weergege-
ven.
Het volgende wordt weergegeven
bovenaan het regeldisplay:
• Bepaalde mogelijke commando's voor het weergegeven menu.
• Bepaalde mogelijke commando's uit andere menu's.
• Spraakherkenningstatus.
• Versleutelde verbinding niet beschikbaar.
De commando's voor de menu-items
worden uitgesproken zodra ze worden
geselecteerd met de controller.
1 Schakel indien nodig de geluids-
weergave van het entertain-
mentsysteem in. 2
Druk op de toets op het
stuurwiel.
3 ›Media and radio‹ (media en radio)
4 ›Sound‹ (geluid)
• Om spraakcommando's te laten voorlezen zegt u: ›Voice commands‹
(spraakcommando's).
• Informatie over het spraakcomman- dosysteem laten voorlezen: ›Gene-
ral information on voice control‹
(algemene informatie over spraak-
bediening).
• Instructies voor het weergegeven
menu laten voorlezen: ›Help‹.
Gebruik het spraakcommandosysteem
niet voor noodopr oepen. Een stresssi-
tuatie kan gevolgen hebben voor de uit-
spraak en het stemniveau van een
persoon. Daardoor kan het maken van
de telefoonverbinding meer tijd kosten
dan nodig is.
Gebruik in plaats daarvan de toets SOS
bij de binnenspiegel, zie blz. 359.
U kunt instellen of het systeem de stan-
daard systeemmeldingen of een korte
variant daarvan gebruikt.
Als de korte variant is geselecteerd,
worden de systeemmeldingen beknopt
weergegeven.
Mogelijke commando's
Algemeen
Mogelijke commando's weergeven
Voorbeeld: oproepen van geluidsin-
stellingen
Hulp bij het spra akcommandosysteem
Informatie voor noodoproepen Instellingen
Instellen van de spraakdialoog
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 70 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
743-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Als de volgfunctie is geactiveerd, wordt
de actuele locatie van de auto weerge-
geven in de Toyota Supra Apps.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Vehicle tracking” (volgfunctie)
4 “Vehicle tracking” (volgfunctie)
Voor bepaalde functies worden auto-
matisch informatievensters op het
regeldisplay weergegeven. Enkele van
deze informatieven sters kunnen wor-
den ingeschakeld of uitgeschakeld.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Pop-ups” (pop-upvensters)
4 Selecteer de gewenste instelling.
De instelling wordt opgeslagen voor het
op dat moment gebr uikte bestuurders-
profiel. Via Toyota Supra Command:
1
“My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Displays” (weergaven)
4 “Control display” (regeldisplay)
5 “Brightness at night” (helderheid in
het donker)
6 Draai aan de controller tot de
gewenste helderheid is verkregen.
7 Druk op de controller.
De instelling wordt opgeslagen voor het
op dat moment gebruikte bestuurders-
profiel.
Afhankelijk van de hoeveelheid licht in
de omgeving is het effect van de inge-
stelde helderheid niet altijd direct zicht-
baar.
Bij bepaalde menu-items van het
hoofdmenu kan de weergegeven con-
tent worden geselecteerd.
1 Druk op de toets.
2 “Contents of main menu” (content
hoofdmenu)
3 Selecteer het gewenste menu en de
gewenste content.
De instelling wordt opgeslagen voor het
op dat moment gebruikte bestuurders-
profiel.
De weergave van de actuele
locatie van de auto
inschakelen/uitschakelen
Principe
Inschakelen/uitschakelen
Informatievensters
inschakelen/uitschakelen
Regeldisplay
Helderheid
De content van het hoofdmenu
selecteren
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 74 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
763-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Dit hoofdstuk beschrijft alle standaard,
landspecifieke en speciale uitrusting
die beschikbaar is voor de modelserie.
Er kan dan ook uitrusting worden
beschreven die niet in uw auto aanwe-
zig is, bijvoorbeeld vanwege de gese-
lecteerde speciale uitrusting of de
landenspecificatie. Dit geldt ook voor
functies en systemen met betrekking tot
veiligheid. Houd u bij het gebruik van
de bijbehorende functies en systemen
aan de desbetreffende wet- en regelge-
ving.
Voor het gebruik van verschillende
functies van de auto is gegevensover-
dracht naar Toyota of een dienstverle-
ner noodzakelijk. Bij bepaalde functies
is het mogelijk om de gegevensover-
dracht uit te schakelen.
Als de gegevensoverdracht van een
functie is uitgeschakeld, kan deze func-
tie niet worden gebruikt.
Voer instellingen uitsluitend uit bij stil-
staande auto. Volg de instructies op het regeldisplay.
Via Toyota Supra Command:
1
“My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Data privacy” (gegevensbescher-
ming)
4 Selecteer de gewenste instelling.
Afhankelijk van het gebruik kunnen per-
soonlijke gegevens in de auto worden
opgeslagen, zoals voorkeuzezenders
van de radio. Deze persoonlijke gege-
vens kunnen permanent worden gewist
met behulp van Toyota Supra Com-
mand.
Afhankelijk van de uitrusting van uw
auto kunnen de volgende gegevens
worden gewist:
• Instellingen bestuurdersprofiel.
• Voorkeuzezenders radio.
• Onder de voorkeuzetoetsen opge- slagen gegevens.
• Waarden van de dagteller en boord-
computer.
• Muziekharddisk.
• Navigatiegegevens, zoals opgesla-
gen bestemmingen.
• Telefoonboek.
• Onlinegegevens, zoals favorieten en
cookies.
Persoonlijke instellingen
Uitrusting
Gegevensbescherming
Gegevensoverdracht
Principe
Algemeen
Inschakelen/uitschakelen
In de auto opgeslagen
persoonlijke gegevens wissen
Principe
Algemeen
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 76 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
77
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
• Agendagegevens, zoals gesproken
herinneringen.
• Inloggegevens.
Het wissen van gegevens kan maxi-
maal 15 minuten duren.
Het wissen van gegevens is uitsluitend
mogelijk bij stilstaande auto.
Volg de instructies op het regeldisplay.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Data privacy” (gegevensbescher-
ming)
4 “Delete personal data” (persoon-
lijke gegevens wissen)
5 “Delete personal data” (persoon-
lijke gegevens wissen)
6 OK
7 Verlaat en vergrendel de auto.
Het wissen is na 15 minuten voltooid.
Als niet alle gegevens zijn gewist, her-
haal dan indien nodig de wisprocedure.
Schakel de Drive Ready-modus in om
het wissen van de gegevens af te bre-
ken. In de bestuurdersprofielen kunnen per-
soonlijke instellingen van verschillende
bestuurders worden opgeslagen en
desgewenst worden opgeroepen.
Er zijn drie profielen beschikbaar
waarin persoonlijke voorkeursinstellin-
gen voor de auto kunnen worden opge-
slagen. Elke afstandsbediening is
gekoppeld aan één van deze bestuur-
dersprofielen.
Wanneer de auto wordt ontgrendeld
met een afstandsbediening, wordt het
daaraan toegewezen bestuurderspro-
fiel geactiveerd. Alle
in het bestuurders-
profiel opgeslagen instellingen worden
automatisch toegepast.
Als er meerdere bestuurders met een
eigen afstandsbediening zijn, wordt de
auto bij het ontgrendelen ingesteld op
hun persoonlijke instellingen. Deze
instellingen worden ook hersteld nadat
de auto is gebruikt door iemand met
een andere afstandsbediening.
Wijzigingen in instellingen worden auto-
matisch opgeslagen in het op dat
moment gebruikte bestuurdersprofiel.
Als een ander bestuurdersprofiel wordt
geselecteerd via Toyota Supra Com-
mand, worden de daarin opgeslagen
instellingen automatisch toegepast. Het
nieuwe bestuurdersprofiel wordt toege-
wezen aan de afstandsbediening die
momenteel wordt gebruikt.
Voorwaarden voor werking
Gegevens wissen
Het wissen afbrekenBestuurdersprofielen
Principe
Algemeen
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page
77 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
783-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Er is ook een gastprofiel beschikbaar
dat niet is toegewezen aan een
afstandsbediening. Dit kan worden
gebruikt om instellingen van de auto te
wijzigen zonder de persoonlijke
bestuurdersprofielen te veranderen.
Om ervoor te zorgen dat het juiste
bestuurdersprofiel kan worden inge-
steld, moet het s ysteem de gedetec-
teerde afstandsbediening uitsluitend
aan de bestuurder kunnen toekennen.
Daarvoor moet aan de volgende voor-
waarden worden voldaan:
• De bestuurder heeft alleen zijn eigen
afstandsbediening bij zich.
• De bestuurder ontgrendelt de auto.
• De bestuurder stapt in via het
bestuurdersportier.
De naam van het op dat moment
gebruikte bestuurdersprofiel wordt
weergegeven als het regeldisplay wordt
ingeschakeld.
Selecteer een bestuurdersprofiel, zie
blz. 78.
Zodra de motor wordt gestart of op een
toets wordt gedrukt, wordt het laatst
geselecteerde display weergegeven op
het regeldisplay.
Annuleren van het welkomstscherm via
Toyota Supra Command: OK De instellingen voor de volgende syste-
men en functies worden opgeslagen in
het op dat moment gebruikte bestuur-
dersprofiel. Het is afhankelijk van het
land en de uitrusting welke instellingen
kunnen worden opgeslagen.
• Ontgrendelen en vergrendelen.
• Verlichting.
• Airconditioning.
•Radio.
• Instrumentenpaneel.
• Voorkeuzetoetsen.
• Geluidsvolumes.
• Regeldisplay.
• Parking Sensors.
• Achteruitrijcamera.
• Head-up display.
• SPORT-modusschakelaar.
• Zitpositie, stand van de buitenspie-
gels.
De via het stoelverstellingsgeheugen inge-
stelde posities en de laatste positie worden
opgeslagen.
• Cruise control.
• Toyota Supra Safety.
Ongeacht de gebruikte afstandsbedie-
ning kan een ander bestuurdersprofiel
worden opgeroepen. Dit geeft de
bestuurder de mogelijkheid zijn per-
soonlijke voorkeursinstellingen op te
roepen, ook al heeft hij de auto ont-
grendeld met de afstandsbediening van
een andere bestuurder.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
Voorwaarden voor werking
Momenteel gebruikt bestuur-
dersprofiel
Instellingen
Profielbeheer
Een bestuurdersprofiel selecteren
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 78 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
81
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Dit hoofdstuk beschrijft alle standaard,
landspecifieke en speciale uitrusting
die beschikbaar is voor de modelserie.
Er kan dan ook uitrusting worden
beschreven die niet in uw auto aanwe-
zig is, bijvoorbeeld vanwege de gese-
lecteerde speciale uitrusting of de
landenspecificatie. Dit geldt ook voor
functies en systemen
met betrekking tot
veiligheid. Houd u bij het gebruik van
de bijbehorende functies en systemen
aan de desbetreffende wet- en regelge-
ving.
Er zijn in de auto verschillende vormen
van connectiviteit beschikbaar voor het
gebruik van mobiele apparaten. Het te
selecteren type connectiviteit is afhan-
kelijk van het mobiele apparaat en de
functie die u wilt gebruiken.
In het volgende overzicht ziet u de
mogelijke functies en de daarvoor
beschikbare typen connectiviteit. De
beschikbaarheid van functies is afhan-
kelijk van het mobiele apparaat. Het gebruik van de volgende typen
connectiviteit vereist een eenmalige
koppeling met de auto:
•Bluetooth.
• Apple CarPlay.
• Screen Mirroring.
De gekoppelde apparaten worden ver-
volgens automatisch herkend en ver-
bonden met de auto.
Connectiviteit
Uitrusting
Principe
Algemeen
FunctieType
connectiviteit
Bellen via het hands-
free-systeem.
Bedienen van telefoon-
functies via Toyota Supra
Command.
De agendafuncties van de
smartphone gebruiken.
Bluetooth.
Muziek vanaf een smart-
phone of audiospeler
afspelen.Bluetooth of
USB.
Compatibele apps bedie-
nen via Toyota Supra
Command.Bluetooth of
USB.
USB-opslagmedium:
Exporteren en importeren
van bestuurdersprofielen.
Importeren en exporteren
van opgeslagen routes.
Muziek afspelen.
USB.
Video's vanaf een smart-
phone of USB-apparaat
afspelen.
USB.
Apple CarPlay-apps
bedienen via Toyota Supra
Command en via spraak-
commando's.
Bluetooth en
WLAN.
Screen Mirroring: het
scherm van de smart-
phone weergeven op het
regeldisplay.
WLAN.
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page
81 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
83
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Via Toyota Supra Command:
1
“My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Mobile devices” (mobiele appara-
ten)
4 “Connect new device” (verbind
nieuw apparaat)
5 Selecteer de volgende functies:
• “Telephone” (telefoon)
• “Bluetooth audio”
• “Apps”
• “Apple CarPlay”
• “Screen Mirroring”
De Bluetooth-naam van de auto wordt weer-
gegeven op het regeldisplay.
6 Zoek op het mobiele apparaat naar
Bluetooth-apparaten in de omge-
ving.
De Bluetooth-naam van de auto wordt weer-
gegeven op het scherm van het mobiele
apparaat.
Selecteer de Bluetooth-naam van de auto.
7Afhankelijk van het mobiele appa-
raat wordt een controlenummer
weergegeven of moet u zelf het
controlenummer invoeren.
• Vergelijk het controlenummer dat op
het regeldisplay wordt weergegeven
met het controlenummer op het
scherm van het apparaat.
Bevestig het controlenummer op het appa-
raat en op het regeldisplay.
• Voer hetzelfde controlenummer in op het apparaat en via Toyota Supra
Command en bevestig vervolgens.
Het apparaat is verbonden en wordt weerge-
geven in de apparatenlijst, zie blz. 87
Er kunnen zich gevallen voordoen
waarin het mobiele apparaat niet functi-
oneert zoals verwacht, hoewel aan alle
voorwaarden is voldaan en alle nood-
zakelijke stappen in de juiste volgorde
zijn uitgevoerd. Desalniettemin functio-
neert het mobiele apparaat niet zoals
verwacht.
In dergelijke gevallen kan de volgende
uitleg hulp bieden:
Waarom kan de mobiele telefoon niet
worden gekoppeld of verbonden?
• Er zijn te veel Bluetooth-apparaten gekoppeld aan de mobiele telefoon
of de auto.
Verwijder in de auto de Bluetooth-koppelin-
gen met andere apparaten.
Verwijder alle bekende Bluetooth-koppelin-
gen uit de apparatenlijst op de mobiele tele-
foon en laat deze vervolgens naar nieuwe
apparaten zoeken.
• De mobiele telefoon bevindt zich in de energiebesparingsmodus of de
batterij is bijna leeg.
Laad de mobiele telefoon op.
Waarom reageert de mobiele telefoon
niet meer?
• De applicaties op de mobiele tele-foon werken niet meer.
Schakel de mobiele telefoon uit en weer in.
• Omgevingstemperatuur te hoog of te laag om de mobiele telefoon te
bedienen.
Stel de mobiele telefoon niet bloot aan
extreme omgevingsomstandigheden.
Het mobiele apparaat koppelen
aan de autoVeelgestelde vragen
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 83 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM