
2603-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Aan: de led gaat branden
Uit: de led gaat uit.
De parkeerhulpfuncties worden weer-
gegeven op het regeldisplay.
Als de beelden van de achteruitrijca-
mera niet worden weergegeven, wijzig
dan de weergave via Toyota Supra
Command:
1 Kantel de controller indien nodig
naar links of rechts.
2 “Rear view camera ” (achteruitrij-
camera)
De beelden van de achteruitrijcamera
worden weergegeven.
De achteruitrijcamera is ingescha-
keld.
Houd het detectiegebied van de
camera vrij. Uitstekende ladingen of
dragersystemen die niet zijn aange-
sloten op een trekhaakaansluiting
kunnen het detectiebereik van de
camera beperken. Een aantal assistentiefuncties kan
gelijktijdig actief zijn.
De assistentiefuncties kunnen handma-
tig worden geactiveerd.
1
Kantel de controller indien nodig
naar links.
2 Afhankelijk van de uitrusting:
“Camera picture” (camerabeeld)
3
“Parking guide lines” (parkeerrijlij-
nen).
De koerslijnen en dr aaicirkellijnen worden
weergegeven, zie blz.
260.
“Obstacle marking” (obstakelmar-
kering).
Afhankelijk van de uitrusting worden de door
Parking Sensors gedetecteerde obstakels
weergegeven door middel van markeringen,
zie blz.
261.
■Koerslijnen
Aan de hand van de koerslijnen kunt u
de benodigde ruimte bij het parkeren en
manoeuvreren op een vlak wegdek
inschatten.
Afhankelijk van de uitrusting:
handmatig in-/uitschakelen
Druk op de toets van het Parking
Assist-systeem.
De weergave inschakelen via Toyota
Supra Command
Voorwaarden voor werking
Weergave op het regeldisplay
Algemeen
Parkeerhulplijnen
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 260 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

261
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
De koerslijnen zijn afhankelijk van de
stuurhoek en bewegen met het ver-
draaien van het stuurwiel mee.
■Draaicirkellijnen
De draaicirkellijnen kunnen alleen
samen met de koerslijnen in het came-
rabeeld worden geprojecteerd.
De draaicirkellijnen geven het verloop
van de kleinst mogelijke draaicirkel op
een vlak wegdek aan.
Als het stuurwiel verder dan een
bepaalde hoek is gedraaid, wordt
slechts één draaicirkellijn weergege-
ven.
■Inparkeren met behulp van koers-
lijnen en draaicirkellijnen
1 Stel de auto zodanig op dat de rode
draaicirkellijn binnen de grenzen
van het parkeervak uitkomt.
2 Draai het stuurwiel zo dat de groene
koerslijn samenvalt met de desbe-
treffende draaicirkellijn. Afhankelijk van de uitrusting kunnen
obstakels achter de auto worden gede-
tecteerd door Parking Sensors.
Er kunnen obstakelmarkeringen wor-
den weergeven in het beeld van de
achteruitrijcamera.
Het kleurpatroon hiervan komt overeen
met de markeringen van Parking Sen-
sors.
Bij ingeschakelde achteruitrijcamera:
1
Kantel de controller indien nodig
naar links.
2 “Camera picture” (camerabeeld)
3
“Brightness” (helderheid)
“Contrast” (contrast)
4 Stel de gewenste waarde in.
Obstakelmarkeringen
Helderheid en contrast instellen
via Toyota Supra Command
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 261 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

2623-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Voor meer informatie:
• Camera's, zie blz. 50.
Als de camera is uitgeschakeld, bijvoor-
beeld als de achterklep is geopend,
wordt het camerabeeld grijs gearceerd.
Zeer lage obstakels en uitstekende
objecten die zich hoger bevinden, zoals
uitstekende randen, kunnen niet door
het systeem worden gedetecteerd.
Afhankelijk van de uitrusting kunnen
ook andere assistentiefuncties gebruik-
maken van gegevens van Parking Sen-
sors.
Houd u aan de aanwijzingen in het
hoofdstuk over Parking Sensors.
De op het regeldisplay weergegeven
objecten kunnen dichterbij zijn dan ze
lijken te zijn. Schat de afstand tot de
objecten niet in op basis van de weer-
gave op het display.
*: indien aanwezig
Bij een onoverzichtelijke uitrit of bij het
verlaten van een parkeervak haaks op
de rijbaan kan di t systeem weggebrui-
kers die van links of rechts naderen
eerder waarnemen dan mogelijk is
vanaf de bestuurdersstoel.
Twee radarsensoren in de achterbum-
per bewaken het gebied achter de auto.
Het systeem geeft het naderen van
andere weggebruikers aan.
Beperkingen van het systeem
Systeembeperkingen van de
sensoren
Camera uitgeschakeld
Detectie van objecten
RCTA (Rear Cross Traffic
Alert)*
Principe
Algemeen
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Het systeem ontslaat u niet van uw per-
soonlijke verantwoordelijkheid om de
zichtbaarheid en verkeerssituatie goed in
te schatten. Er bestaat een kans op onge-
vallen. Pas uw rijstijl aan de omstandighe-
den op de weg aan. Houd de
verkeerssituatie in de gaten en grijp in als
de situatie dit vereist.
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 262 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

263
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Het systeem wordt geregeld door de
volgende sensoren:
• Radarsensoren opzij, achter.
Voor meer informatie:
Sensoren van de auto, zie blz. 50.
1
Druk op de toets van het Par-
king Assist-systeem.
2 Kantel de controller naar links.
3 “Settings” (instellingen)
4 “Cross-traffic alert” (waarschuwing
kruisend verkeer)
5 “Cross-traffic alert” (waarschuwing
kruisend verkeer) Of via Toyota Supra Command:
1
“My vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Parking” (parkeren)
4 “Cross-traffic alert” (waarschuwing
kruisend verkeer)
5 “Cross-traffic alert” (waarschuwing
kruisend verkeer)
Als het systeem is geactiveerd op het
regeldisplay, word t het automatisch
ingeschakeld zodra Parking Sensors of
Panorama View actief is en een ver-
snelling wordt ingeschakeld.
Het systeem wordt achter ingeschakeld
als de achteruitversnelling wordt inge-
schakeld.
Het systeem wordt automatisch uitge-
schakeld in de volgende situaties:
Als sneller dan stapvoets wordt
gereden.
Als een bepaalde afstand wordt
overschreden.
Tijdens het parkeren met het Parking
Assist-systeem.
Het regeldisplay schakelt over op de
desbetreffende weergave, er klinkt
eventueel een geluidssignaal en het
lampje in de buitenspiegel knippert.
Overzicht
Toets in de auto
Toets Parking Assist-systeem
Sensoren
In-/uitschakelen
Inschakelen/uitschakelen van het
systeem
Automatisch inschakelen
Automatisch uitschakelen
Waarschuwing
Algemeen
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 263 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

2643-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Het lampje in de buitenspiegel knippert
als tijdens het achteruitrijden andere
voertuigen worden gedetecteerd door
de sensoren achter.
In het scherm van Parking Sensors
knippert de desbetreffende zijde van de
weg rood als de sensoren voertuigen
detecteren.
Naast de optische weergave klinkt ook
een geluidssignaal wanneer uw auto in
de betreffende richting beweegt. Voor meer informatie:
• Radarsensoren, zie blz. 51.
Het systeem werkt in de volgende situ-
aties mogelijk niet optimaal, bijvoor-
beeld:
In scherpe bochten.
Als kruisende objecten zeer lang-
zaam of zeer snel bewegen.
Als de sensoren kruisend verkeer
niet kunnen detecteren doordat zich
andere objecten in het detectiebe-
reik bevinden.
Lampje in de buitenspiegel
Weergave in het scherm van Parking
Sensors
Geluidssignaal
Beperkingen van het systeem
Systeembeperkingen van de
sensoren
Functionele beperkingen
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 264 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

363
5
5-1. MOBILITEIT
MOBILITEIT
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Onder bepaalde omstandigheden wordt
mogelijk automatisch een noodoproep
geplaatst, bijvoorbeeld direct na een
ongeval dat zo zwaar is dat de airbags
zijn geactiveerd. Een automatische
noodoproep wordt niet beïnvloed door
indrukken van de toets SOS.
Als een noodoproep wordt geacti-
veerd, wordt het geluid van andere sig-
naaltonen en audiobronnen,
bijvoorbeeld Parking Sensors,
gedempt.
1
Tik op de klep.
2 Houd de toets SOS ingedrukt totdat
de led in het gedeelte met de toets
groen gaat branden.
De led brandt groen als de
noodoproep is geactiveerd.
Als een annuleringsverzoek wordt weerge-
geven op het regeldisplay kan de
noodoproep worden geannuleerd.
Wacht, als de situatie het toelaat, in de auto
totdat er een spraakverbinding tot stand is
gebracht.
De led knippert groen als de verbin-
ding met het noodnummer tot stand
is gebracht.
Bij een noodoproep worden gegevens naar
de centrale meldkamer van de hulpdiensten
gestuurd om te bepalen welke hulp geboden
moet worden. De gegevens bestaan bijvoor-
beeld uit de actuele locatie van de auto, als
deze bepaald kan worden.
Zelfs als u de centrale meldkamer van de
hulpdiensten niet meer hoort via de luidspre-
kers, hoort de meldkamer u mogelijk nog
steeds praten.
De centrale meldkamer van de hulp-
diensten beëindigt de noodoproep.
Als de Drive Ready-modus wordt inge-
schakeld, gaat de led in het gedeelte
met de toets SOS gedurende ongeveer
2 seconden branden om aan te geven
dat het noodoproep systeem gereed is
voor werking.
■Algemeen
De operationele gereedheid van het
noodoproepsysteem kan worden
gecontroleerd. Activeer geen andere
functies tijdens de controle. Houd u
indien van toepassing aan aanvullende
instructies met betrekking tot de proce-
dure via de luidsprekers van de auto.
De Toyota Supra Connect-functies zijn
na de controle mogelijk gedurende een
bepaalde tijd niet beschikbaar.
■Ve r e is t e n
De auto staat gedurende ten minste
1 minuut stil.
De standby-modus is ingeschakeld.
Er zijn geen andere diensten actief.
Dimlichten uitgeschakeld met de
lichtschakelaar
Automatisch activeren
Handmatig activeren
Operationele gereedheid
Controleren van operationele
gereedheid
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 363 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

498Alfabetische index
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Alfabetische index
A
A/C-toets, zie Koelfunctie .................... 268
Aanbevolen bandenmerken ................ 302
Aanbevolen brandstof ......................... 327
Aansluiting, diagnose .......................... 336
Aansluitingen, aansluiten van elektrische apparatuur,
zie 12V-accessoireaansluitingen ...... 275
Aansluitpunt, starthulp ........................ 366
Aanvullend tekstbericht....................... 170
Aanwijzingen ............................................ 4
Aanwijzingen voor het rijden .............. 287
ABS, antiblokkeersysteem .................. 234
ACC, zie Dynamic Radar Cruise Control ................................................ 244
Acceleratie-assistent, zie Launch control................................................. 166
Accessoires en onderdelen..................... 7
Accu....................................................... 346
Accu inleveren ...................................... 348
Achterklep ............................................. 101
Achterklep via afstandsbediening ........ 92
Achterklep, noodontgrendeling .......... 102
Achterlichten, zie Lampen en lichten ................................................. 345
Achteruitrijcamera, zonder
Surround View.................................... 259
Achteruitrijlicht, vervangen van lampen, zie Lampen en lichten ......... 345
Actieve motorkap, zie Actieve voetgangerveiligheid ......................... 210
Actieve veiligheid, zie Toyota Supra
Safety .................................................. 211
Actieve voetgangerveiligheid.............. 210
Actieve-koolstoffilter............................ 271
Adaptive Brake Assist.......................... 234
Adaptive Variable Suspension- systeem .............................................. 265
Additieven, motoroliesoorten ............. 331
Afmetingen............................................ 380
Afstandsbediening van de auto, batterij vervangen ................................ 93
Afstandsbediening, extra ...................... 94
Afstandsbediening, geïntegreerde sleutel ................................................... 95
Afstandsbediening, openen/sluiten...... 89
Afstandsbediening, storing ................... 94
Afstandsbediening, verlies.................... 94 Afstandswaarschuwing, zie Parking
Sensors .............................................. 254
Afstellen van de koplampen ............... 196
Afvoeren, koelvloeistof ....................... 333
Airbags.................................................. 198
Airbags voor ......................................... 199
Airbags, controlelampje/ waarschuwingslampje ...................... 201
Airbagschakelaar, zie Schakelaar voor het in- en uitschakelen van
de voorpassagiersairbags ................ 208
Airconditioning .................................... 266
Alarm, vals ............................................ 106
Alarmknipperlichten ............................ 357
Alarmsysteem ...................................... 104
Algemene instellingen ........................... 72
Algemene rij-informatie ....................... 287
All-seasonbanden, zie Winterbanden .................................... 303
Antiblokkeersysteem, ABS ................. 234
Antidiefstal-alarmsysteem, zie Alarmsysteem .................................... 104
Antidiefstal, wielbouten....................... 320
Antidiefstalsysteem, vergrendelen ...... 91
Antidiefstalsysteem, zie Antidiefstalwielbouten ...................... 320
Antidiefstalwielbouten......................... 320
Antiverblinding, zie Zonneklep ........... 274
Apparaten, beheren ............................... 87
Apparatenlijst weergeven ..................... 87
Apple CarPlay, verbinding maken
met de auto .......................................... 85
Aquaplaning ......................................... 289
Asbelasting, gewicht ........................... 381
Assistentiesystemen met camera's, zie Toyota Supra Safety .......................... 211
Auto stallen .......................................... 377
AUTO-programma, automatische airconditioning .................................. 269
Auto, inrijden ........................................ 286
Auto, status .......................................... 188
Auto, verzorging .................................. 373
Auto, wassen ........................................ 371
Automaat, zie Automatische transmissie ........................................ 161
Automatic High Beam-systeem .......... 194
Automatische airconditioning ............ 266
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 498 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

505Alfabetische index
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
N
Naar beneden kantelen van de spiegel aan passagierszijde, zie
Automatische parkeerfunctie ........... 119
Neksteunen voor, zie Hoofdsteunen .. 118
Neutrale reiniger, lichtmetalen
velgen ................................................. 375
Nieuwe velgen en banden ................... 302
Nooddiensten, zie Pechhulp ............... 358
Noodhulp, zie Pechhulp....................... 358
Noodontgrendeling, tankdopklep ....... 297
Noodremfunctie bij het parkeren,
Parking Sensors met noodrem-
functie ................................................. 257
Noodreservewiel................................... 323
NORMAL, zie SPORT-modus- schakelaar .......................................... 167
Nylon kabel voor slepen ...................... 369
O
OBD, diagnose...................................... 336
Obstakelmarkering, achteruitrij- camera ................................................ 260
Octaangetal, zie Benzinesoort ............ 328
Ogen, zie Sjorogen in de bagageruimte ..................................... 282
Olie......................................................... 328
Olie verversen....................................... 331
Oliesoorten motor, voor het bijvullen te gebruiken ....................................... 331
Olievulpijp ............................................. 330
Onbeladen gewicht .............................. 381
Onder water lopen ................................ 290
Onderdeel, vervangen.......................... 344
Onderdelen en accessoires..................... 7
Onderhoud ............................................ 334
Onderhoud, zie Onderhouds- vereisten ............................................. 176
Onderhoudssysteem............................ 334
Onderhoudsvereisten .......................... 176
Onderhoudsvereisten, zie Condition Based Service (CBS) ......................... 335
Ontgrendelen in noodgevallen, transmissieblokkering....................... 165
Ontgrendelen met de afstands- bediening .............................................. 90
Ontgrendelen, instellingen .................. 102 Ontgrendelen, zie Openen en sluiten... 89
Ontgrendeling, automatisch ............... 104
Ontgrendelingssignalen, zie
Bevestigingssignalen ....................... 103
Ontgrendeltoets, zie Automatische
transmissie ........................................ 161
Oog voor slepen................................... 369
Opbergmogelijkheden ......................... 279
Opbergnet, bagageruimte ................... 283
Openen en sluiten .................................. 89
Oppompen, banden ............................. 298
Oproepen stand buitenspiegels ......... 103
Oproepen stand stoelverstelling ........ 103
Oproepen stand stuurwiel- verstelling .......................................... 103
Opslag, banden .................................... 303
Oververhitting van de motor, zie Koelvloeistoftemperatuur ................. 175
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 505 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM