3234-2. Rijprocedures
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E
■Werking van parkeerrem
●Als het contact niet AAN staat, kunt u de parkeerrem niet met de schakelaar deacti-
veren.
● Als het contact niet AAN staat, is de automatische modus (automatische activering
en deactivering) niet beschikbaar.
■ Automatisch deactiveren
De parkeerrem wordt automatisch gedeactiveerd wanneer u het gaspedaal langzaam
intrapt.
De parkeerrem wordt in de volgende situaties automatisch gedeactiveerd:
●Het bestuurdersportier is gesloten.
● De veiligheidsgordel van de bestuurder is vastgemaakt.
● Zet de selectiehendel in een vooruit- of achteruitversnelling.
● Het motorcontrolelampje of het waarsch uwingslampje van het remsysteem brandt
niet.
Als de functie voor het automatisch deactiveren niet werkt, deactiveer de parkeerrem
dan handmatig.
■ Als “EPB Frequently Operated, Wait a Minute.” (EPB veelvuldig bediend. Wacht
even.) op het multi-informatiedisplay wordt weergegeven
Als de parkeerrem herhaaldelijk gedurende korte tijd bediend wordt, zal het systeem
de werking beperken om oververhitting te voorkomen. Gebruik de parkeerrem niet als
dit gebeurt. Na ongeveer 1 minuut zal de werking weer normaal zijn.
■ Als “EPB Activation Incomplete.” (activering EPB niet voltooid) of “EPB
Unavailable” (EPB niet besch ikbaar) op het multi-informatiedisplay wordt weer-
gegeven
Bedien de parkeerremschakelaar. Als de melding niet verdwijnt nadat de schakelaar
een aantal keer is bediend, zit er moge lijk een storing in het systeem. Laat de auto
onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Geluid parkeerrem
Wanneer de parkeerrem geactiveerd is, kan het geluid van een elektromotor (zoe-
mend geluid) hoorbaar zijn. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 32 3 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
3244-2. Rijprocedures
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E■
Waarschuwingslampje parkee rrem en lampje parkeerrem
● Afhankelijk van de stand van het contact gaan het waarschuwingslampje van de par-
keerrem en het lampje van de parkeerrem branden en blijven ze branden zoals hier-
onder beschreven:
AAN: Gaat branden totdat de parkeerrem wordt gedeactiveerd.
Niet AAN: Blijft gedurende ongeveer 15 seconden branden.
● Wanneer het contact UIT wordt gezet en de parkeerrem geactiveerd is, zullen het
waarschuwingslampje van de parkeerrem en het lampje van de parkeerrem gedu-
rende ongeveer 15 seconden blijven branden. Dit is normaal en duidt niet op een sto-
ring.
■ Wijzigen van de modus
Wanneer de automatische modus aan/uit wordt gezet, wordt de melding op het multi-
informatiedisplay weergegeven en klinkt de zoemer.
■ Parkeren van de auto
Blz. 281
■ Waarschuwingszoemer g eactiveerde parkeerrem
De zoemer klinkt als er met de auto wordt gereden terwijl de parkeerrem is geacti-
veerd. “EPB Applied.” (EPB geactiveerd) wordt weergegeven op het multi-informatie-
display.
■ Waarschuwingsmeldin gen en zoemers
Waarschuwingsmeldingen en zoemers wo rden gebruikt om een systeemstoring aan te
geven of om de bestuurder te informeren dat hij extra moet opletten. Lees de op het
multi-informatiedisplay weergegeven waarschuwingsmelding en volg de aanwijzingen
op.
■ Als het waarschuwingslampje van het remsysteem gaat branden
Blz. 686
■ Gebruik in de winter
Blz. 546
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 32 4 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
3264-2. Rijprocedures
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E
Brake Hold-systeem
Activeert het Brake Hold-systeem
Het controlelampje voor de stand-bys-
tand van het Brake Hold-systeem
(groen) gaat branden. Als het systeem
de remmen vasthoudt, gaat het contro-
lelampje Brake Hold-systeem in wer-
king (geel) branden.
■Voorwaarden voor werking Brake Hold-systeem
Het Brake Hold-systeem kan onder de volgende omstandigheden niet geactiveerd
worden:
● Het bestuurdersportier is niet gesloten.
● De bestuurder draagt geen veiligheidsgordel.
Als onder een van de bovenstaande omstandigheden het Brake Hold-systeem is inge-
schakeld, wordt het systeem uitgeschakeld en gaat het controlelampje voor de stand-
bystand van het Brake Hold-systeem uit. Wanneer een van deze omstandigheden zich
voordoet terwijl het systeem de remmen vasthoudt, klinkt een waarschuwingszoemer
en wordt een melding weergegeven op het multi-informatiedisplay. De parkeerrem
wordt dan automatisch geactiveerd.
Het Brake Hold-systeem houdt na activering de remmen vast wanneer
de selectiehendel in stand D, S (M20A-F XS motor) of N staat en het rem-
pedaal ingetrapt werd om de auto tot stilstand te brengen. Het systeem
laat de rem los wanneer het gasped aal ingetrapt wordt en de selectie-
hendel in stand D of S (M20A-FXS mo tor) staat om zo voor soepel weg-
rijden te zorgen.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 32 6 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
3274-2. Rijprocedures
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E■
Brake Hold-functie
●Nadat het systeem ongeveer 3 minuten de remmen heeft vastgehouden en het rem-
pedaal niet ingetrapt wordt, wordt automatisch de parkeerrem geactiveerd. In dat
geval klinkt een zoemer en verschijnt er een waarschuwingsmelding op het multi-
informatiedisplay.
● Trap het rempedaal krachtig in en druk opnieuw op de schakelaar om het systeem te
deactiveren.
● De Brake Hold-functie kan de auto mogelijk niet stilhouden op een steile helling. In
deze situatie kan het nodig zijn dat de bestuurder zelf het rempedaal ingetrapt houdt.
Er klinkt een waarschuwingszoemer en het multi-informatiedisplay zal de bestuurder
over de situatie informeren. Lees de op het multi-informatiedisplay weergegeven
waarschuwingsmelding en volg de aanwijzingen op.
■ Wanneer de parkeerrem automatisch geac tiveerd wordt terwijl het systeem de
remmen vasthoudt
Voer een van de volgende handelingen uit om de parkeerrem te deactiveren.
● Trap het gaspedaal in. (De parkeerrem zal niet automatisch gedeactiveerd worden
als de veiligheidsgordel niet is vastgemaakt.)
● Bedien de parkeerremschakelaar terwijl u het rempedaal intrapt. Controleer of het
waarschuwingslampje van de parkeerrem uitgaat. ( Blz. 321)
■ Wanneer een controle door uw Toyota-dealer nodig is
Als het controlelampje stand-bystand Brak e Hold-systeem (groen) niet brandt terwijl
de Brake Hold-schakelaar wordt ingedrukt en aan de werkingsvoorwaarden van het
Brake Hold-systeem is voldaan, is het systeem mogelijk defect. Laat de auto nakijken
door een erkende Toyota-dealer of herste ller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Als “Brake Hold Fault Depr ess Brake to Deactivate Visit Your Dealer” (Fout in
Brake Hold-functie. Trap rempedaal in om te deactiveren. Ga naar uw dealer) op
het multi-informatiedisplay wordt weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem aanwezig. Laat de auto onmiddellijk nakijken
door een erkende Toyota-dealer of herste ller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Waarschuwingsmeldin gen en zoemers
Waarschuwingsmeldingen en zoemers wo rden gebruikt om een systeemstoring aan te
geven of om de bestuurder te informeren dat hij extra moet opletten. Lees de op het
multi-informatiedisplay weergegeven waarschuwingsmelding en volg de aanwijzingen
op.
■ Als het controlelampje Brake Hold -systeem in werking knippert
Blz. 686
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 32 7 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
3334-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E■
Automatische verticale koplampverstellin g (auto's zonder draaiknop koplamp-
verstelling)
De koplamphoogte wordt automatisch geregeld op basis van het aantal passagiers in
de auto en de mate van belading om verblinding van andere weggebruikers door de
koplampen te voorkomen.
■ Energiebesparende functie 12V-accu
Onder de volgende omstandigheden gaat de overige verlichting na 20 minuten auto-
matisch uit om te voorkomen dat de 12V-accu ontladen raakt:
● De koplampen en/of achterlichten branden.
● Het contact wordt in stand ACC of UIT gezet.
● De lichtschakelaar staat in stand of .
Deze functie wordt onder de volgende omstandigheden uitgeschakeld:
● Wanneer het contact AAN wordt gezet.
● Wanneer de lichtschakelaar wordt bediend.
● Wanneer een portier wordt geopend of gesloten.
■ Als “Headlight System Malfun ction Visit Your Dealer” (Storing in koplampsys-
teem. Ga naar uw dealer) op het mu lti-informatiedisplay wordt weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem aanwezig. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repar ateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijv. gevoeligheid lichtsensor) kunnen worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen: Blz. 781)
OPMERKING
■ Voorkomen van ontlading van de 12V-accu
Laat de verlichting niet langer ingeschakeld dan noodzakelijk is als het hybridesys-
teem niet is ingeschakeld.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 33 3 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
3384-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E●
In de onderstaande situaties kan het systeem de helderheid van het omgevingslicht
mogelijk niet juist signaleren. Hierdoor blijven de dimlichten mogelijk branden of
zorgt het grootlicht mogelijk voor problemen bij voetgangers, tegenliggers of voorlig-
gers of anderen. In dergelijke gevallen moet handmatig worden geschakeld tussen
grootlicht en dimlicht.
• Bij slecht weer (regen, sneeuw, mist, zandstormen, enz.)
• Het zicht door de voorruit wordt belemmerd door damp, wasem, ijs, vuil, enz.
• De voorruit is gebarsten of beschadigd.
• De camera voor is vervormd of vuil.
• De temperatuur van de camera voor is extreem hoog.
• De helderheid van het omgevingslicht komt overeen met die van koplampen, ach- terlichten of mistlampen.
• Tegenliggers hebben de koplampen niet ingeschakeld of de koplampen zijn vuil,
hebben een andere kleur of zijn niet correct afgesteld.
• In gebieden waar lichte en donkere stukken elkaar afwisselen.
• Als geregeld en herhaaldelijk over stijgende en dalende wegen wordt gereden, of over wegen met een slecht of oneffen wegdek (zoals klinkerwegen en zandwe-
gen).
• Als geregeld en herhaaldelijk over bochtige wegen wordt gereden.
• Er bevindt zich een sterk spiegelend voorwerp, zoals een spiegel, voor de auto.
• De achterzijde van een voorligger is sterk spiegelend, zoals een container op een truck.
• De koplampen van de auto zijn beschadigd of vuil.
• De auto helt naar één kant over door bijvoorbeeld een lekke band of ligt aan de achterzijde wat lager doordat een aanhangwagen is aangekoppeld.
• Er wordt herhaaldelijk en op een abnormale manier geschakeld tussen dimlicht en grootlicht.
• De bestuurder meent dat andere bestuurders of voetgangers last hebben van het grootlicht.
■ Als “Headlight System Malfunction. Visi t Your Dealer” (Storing in koplampsys-
teem. Ga naar uw dealer) op het mu lti-informatiedisplay wordt weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem aanwezig. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repar ateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 33 8 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
3674-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E■
Pre-Crash-waarschuwing
Wanneer het systeem oordeelt dat
een aanrijding aan de voorzijde
waarschijnlijk is, klinkt er een zoe-
mer en wordt er een waarschu-
wingsmelding weergegeven op het
multi-informatiedisplay om de
bestuurder aan te sporen om uit te
wijken.
■Pre-Crash Brake Assist
Wanneer het systeem oordeelt dat een aanrijding aan de voorzijde waar-
schijnlijk is, past het een grotere remkracht toe in relatie tot de kracht
waarmee het rempedaal wordt ingetrapt.
■Pre-Crash Brake-functie
Wanneer het systeem oordeelt dat de kans op een frontale aanrijding zeer
groot is, worden de remmen automatisch bekrachtigd om te helpen een
aanrijding te voorkomen of de snelheid van de aanrijding te verlagen.
■Emergency Steering Assist (regio A)
Wanneer het systeem oordeelt dat een aanrijding met een voetganger
zeer waarschijnlijk is, de auto voldoende ruimte heeft op zijn rijstrook en de
bestuurder bezig is een uitwijk- of stuurmanoeuvre uit te voeren, helpt de
Emergency Steering Assist bij het sturen. Op die manier wordt gezorgd
voor een betere voertuigstabiliteit en wordt er voorkomen dat de rijstrook
wordt verlaten.
Systeemfuncties
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 36
7 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
3714-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E■
In-/uitschakelen van het Pre-Crash Safety-systeem
Het Pre-Crash Safety-systeem kan worden ingeschakeld/uitgeschakeld
via (
Blz. 787) van het multi-informatiedisplay.
Het systeem wordt automatisch ingeschak eld telkens wanneer het contact AAN
wordt gezet.
Als het systeem wordt uitgescha-
keld, gaat het waarschuwings-
lampje PCS branden en wordt er
een melding weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
WAARSCHUWING
● Als de banden zeer versleten zijn
● Als er een andere maat banden dan voorgeschreven is gemonteerd
● Als er sneeuwkettingen zijn aangebracht
● Wanneer er een compact reservewiel is gemonteerd of een bandenreparatieset is
gebruikt
● Als er tijdelijk uitrusting (sneeuwploeg, enz.) die de radarsensor of de camera voor
kan hinderen op de auto is geplaatst
Wijzigen van instellingen van het Pre-Crash Safety-systeem
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 37 1 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM