Page 57 of 100
Periodiek onderhoud en afstelling
6-8
1
2
3
4
567
8
9
10
11
12
DAU72800
OPMERKING
Luchtfilter
Het luchtfilter op dit model is voorzien van een geolied papieren filterelement. Reinig dit niet met perslucht om beschadiging te
voorkomen.
Het luchtfilterelement moet u vaker vervangen als u vaak in extreem vochtige of stoffige gebieden rijdt.
Hydraulisch remsysteem
Controleer regelmatig het remvloeistofniveau en vul indien nodig bij.
Elke twee jaar moeten de inwendige onderdelen van de hoofdre mcilinders en de remklauwen worden vervangen en de remvloei-
stof worden ververst. De remslangen dienen elke vier jaar te worden vervangen, of wanneer deze zijn gescheurd of beschadigd.
BAE-9-D1.book 8 ページ 2019年8月28日 水曜日 午後1時37分
Page 58 of 100

Periodiek onderhoud en afstelling
6-9
1
2
3
4
56
7
8
9
10
11
12
DAU19653
Controleren van de bougiesBougies vormen belangrijke onderdelen
van de motor die periodiek moeten worden
gecontroleerd, bij voorkeur door een
Yamaha dealer. Omdat bougies door verhit-
ting en neerslag altijd langzaam slijten,
moeten de bougies worden verwijderd en
gecontroleerd volgens de tijden genoemd in
het periodieke smeer- en onderhoudssche-
ma. De conditie van de bougies kan daar-
naast veel duidelijk maken over de conditie
van de motor.
De porseleinen isolator rond de centrale
elektrode moet licht tot gemiddeld bruin ver-
kleurd zijn (de ideale kleur als normaal met
het voertuig wordt gereden), en alle bougies
in de motor horen dezelfde verkleuring te
hebben. Wanneer een bougie een heel an-
dere kleur vertoont, werkt de motor mogelijk
niet naar behoren. Probeer dergelijke pro-
blemen niet zelf vast te stellen. Laat in
plaats daarvan uw machine nakijken door
een Yamaha dealer.
Vervang een bougie als de elektroden blij-
ken te zijn afgesleten en als overmatige
koolaanslag of andere neerslag gevonden
wordt. Voordat een bougie wordt aangebracht
moet de elektrodenafstand met een draad-
voelmaat worden gemeten; breng indien
nodig de elektrodenafstand op specificatie.
Reinig het oppervlak van de bougiepakking
en het pasvlak en verwijder eventueel vuil
uit de schroefdraad van de bougie.
OPMERKINGAls geen momentsleutel beschikbaar is,
wordt de bougie correct vastgezet door
handvast te zetten en dan nog 1/4–1/2 slag
verder te draaien. De bougie moet echter zo
snel mogelijk naar het juiste aanhaalmo-ment worden aangedraaid.LET OP
DCA10841
Gebruik geen gereedschap om de bou-
giedop te verwijderen of aan te brengen,
om de bobinekabel niet te beschadigen.
De bougiedop is mogelijk lastig te ver-
wijderen omdat de rubber afdichting aan
het uiteinde stevig vastzit. Haal de bou-
giedop los door hem heen en weer te
draaien en tegelijkertijd los te trekken;
breng de bougiedop aan door heen en
weer te draaien en tegelijkertijd aan tedrukken.
Voorgeschreven bougie:
NGK/CPR9EA9
1. ElektrodenafstandElektrodenafstand:0.8–0.9 mm (0.031–0.035 in)
Aanhaalmoment: Bougie:13 N·m (1.3 kgf·m, 9.6 lb·ft)
BAE-9-D1.book 9 ページ 2019年8月28日 水曜日 午後1時37分
Page 59 of 100

Periodiek onderhoud en afstelling
6-10
1
2
3
4
567
8
9
10
11
12
DAU36112
FilterbusDit model is voorzien van een filterbus die
voorkomt dat brandstofdampen naar de at-
mosfeer ontsnappen. Controleer alvorens
met deze machine te rijden het volgende:
Controleer alle slangaansluitingen.
Controleer de slangen en de filterbus
op barsten of beschadiging. Vervang
indien beschadigd.
Controleer de ontluchtingsinrichting
van de filterbus op verstopping en rei-
nig deze indien nodig.
DAU1990G
MotorolieHet motorolieniveau moet regelmatig wor-
den gecontroleerd. Verder moet de olie
worden ververst en de oliefilterpatroon wor-
den vervangen volgens de intervalperioden
vermeld in het periodieke onderhoudssche-
ma.LET OP
DCA11621
Om het slippen van de koppeling te
voorkomen (de motorolie smeert
immers ook de koppeling) mogen
geen chemische additieven worden
toegevoegd. Gebruik geen oliën
met een “CD” dieselspecificatie of
oliën met een hogere kwaliteit dan
gespecificeerd. Gebruik ook geen
oliën met een “ENERGY CONSER-
VING II” of hogere aanduiding.
Zorg dat er geen verontreinigingenin het carter terecht komen. Om het motorolieniveau te controleren
1. Wacht na het opwarmen van de motor
een paar minuten om de olie tot rust te
laten komen voor een correcte afle-
zing.
2. Zet de machine op een horizontale on- dergrond en houd deze rechtop voor
een correcte aflezing.
3. Controleer het olieniveau via het kijk- glas rechts onder in het carter.
OPMERKINGHet motorolieniveau moet tussen de merk-
strepen voor minimum- en maximumniveaustaan.
4. Als de motorolie bij of onder de merk-
1. Filterbus
2. Ontluchtingsslang filterbus
1
2
Aanbevolen motorolie: Zie pagina 8-1.
Oliehoeveelheid:
Olieverversing:2.40 L (2.54 US qt, 2.11 Imp.qt)
Met verwijderen van oliefilterelement:
2.70 L (2.85 US qt, 2.38 Imp.qt)
1. Olievuldop
2. Kijkglas olieniveau
3. Merkstreep maximumniveau
4. Merkstreep minimumniveau
1
2
34
BAE-9-D1.book 10 ページ 2019年8月28日 水曜日 午後1時37分
Page 60 of 100

Periodiek onderhoud en afstelling
6-11
1
2
3
4
56
7
8
9
10
11
12
streep voor minimumniveau staat, ver-
wijder dan de olievuldop en vul olie bij.
5. Controleer de O-ring van de olie- vuldop. Vervang indien beschadigd.
6. Breng de olievuldop aan.
Vervangen van de motorolie (en filter) 1. Start de motor en laat deze enkele mi-
nuten stationair draaien om de olie op
te warmen. Zet de motor vervolgens
weer af.
2. Zet een olieopvangbak onder de motor om de gebruikte olie op te vangen.
3. Verwijder de olievuldop en vervolgens de olieaftapplug met de pakking.
OPMERKINGSla de stappen 4–6 over als de oliefilterpa-troon niet wordt vervangen.
4. Verwijder de oliefilterpatroon met een oliefiltersleutel.
OPMERKINGDe Yamaha dealer kan een oliefiltersleutelleveren.
5. Smeer een dun laagje schone motor- olie op de O-ring van de nieuwe oliefil-
terpatroon.
1. Olievuldop
2. O-ring
21
1. Olieaftapplug
2. Pakking
21
1. Oliefiltersleutel
2. Oliefilterpatroon
2
1
BAE-9-D1.book 11 ページ 2019年8月28日 水曜日 午後1時37分
Page 61 of 100

Periodiek onderhoud en afstelling
6-12
1
2
3
4
567
8
9
10
11
12
OPMERKINGZorg dat de o-ring correct aanligt. 6. Monteer de nieuwe oliefilterpatroon en zet deze vast met het voorgeschreven
aanhaalmoment. 7. Monteer de olieaftapplug met een
nieuwe pakking en zet de plug vast
met het voorgeschreven aanhaalmo-
ment.
8. Giet de voorgeschreven hoeveelheid van de aanbevolen olie in het carter.
OPMERKINGAanbevolen wordt om een trechter te ge-bruiken.
9. Controleer de O-ring van de olievuldop en breng de olievuldop vervolgens
aan.OPMERKINGVeeg eventuele gemorste olie af alvorensde motor te starten.
10. Start de motor, laat deze stationair draaien en controleer daarbij op olie-
lekkage.
OPMERKINGLaat de machine inspecteren als u olielek-ken aantreft die u niet zelf kunt verhelpen.
11. Zet de motor af en wacht een paar mi- nuten tot de olie tot rust is gekomen.
Controleer dan het olieniveau nog een
laatste keer. LET OP: Gebruik het
voertuig alleen als u weet dat het
motorolieniveau voldoende hoog
is.
[DCA10012]
1. O-ring
1. Momentsleutel
1
Aanhaalmoment: Oliefilterpatroon:17 N·m (1.7 kgf·m, 13 lb·ft)
Aanhaalmoment: Olieaftapplug:
43 N·m (4.3 kgf·m, 32 lb·ft)
BAE-9-D1.book 12 ページ 2019年8月28日 水曜日 午後1時37分
Page 62 of 100

Periodiek onderhoud en afstelling
6-13
1
2
3
4
56
7
8
9
10
11
12
DAU85450
Waarom YamalubeYAMALUBE olie is een origineel YAMAHA
onderdeel dat is ontwik keld vanuit de over-
tuiging dat motorolie een belangrijke vloei-
bare component van de motor is. Wij stellen
teams samen van spec ialisten op tech-
nisch, chemisch, elektronisch en racetest-
gebied die samen de motor en de daarin te
gebruiken olie ontwikkelen. Yamalube oliën
bestaan uit hoogwaardige basisoliën die
zijn aangevuld met specifieke additieven
die verzekeren dat het eindproduct aan
onze prestatienormen voldoet. Hierdoor
hebben de minerale, semisynthetische en
synthetische oliën van Yamalube hun eigen
karakter en toepassingsgebied. Dankzij de
enorme ervaring die Yamaha sinds de jaren
zestig met de ontwikkeling van oliën heeft
opgedaan, is Yamalube de beste keus voor
uw Yamaha motor.
DAUS1203
KoelvloeistofHet koelvloeistofniveau moet regelmatig
worden gecontroleerd. Verder moet de
koelvloeistof worden ververst volgens de in-
tervalperioden vermeld in het periodieke
onderhoudsschema.OPMERKINGAls er geen originele Yamaha koelvloeistof
beschikbaar is, gebruik dan een ethyleen-
glycol antivries met corrosieremmers voor
aluminium motoren en meng deze met ge-destilleerd water in een verhouding van 1:1.
DAU20097
Controleren van het koelvloeistofniveau
Aangezien het koelvloeistofniveau varieert
met de motortemperatuur, moet het worden
gecontroleerd met een koude motor. 1. Zet de machine op een vlakke onder-
grond. 2. Houd de machine rechtop en contro-
leer het koelvloeistofniveau in het re-
servoir.
3. Als het koelvloeistofniveau zich op of onder de merkstreep voor minimumni-
veau bevindt, open dan de reser-
voirdop. WAARSCHUWING!
Verwijder alleen de dop van het
koelvloeistofreservoir. Probeer
nooit om de radiatorvuldop te ver-
wijderen als de motor warm
is.
[DWA15162]
Aanbevolen koelvloeistof: YAMALUBE-koelvloeistof
Hoeveelheid koelvloeistof: Koelvloeistofreservoir (merkstreep
voor maximumniveau):0.25 L (0.26 US qt, 0.22 Imp.qt)
Radiator (inclusief alle leidingen): 1.93 L (2.04 US qt, 1.70 Imp.qt)
1. Koelvloeistofreservoir
2. Merkstreep maximumniveau
3. Merkstreep minimumniveau
21
3
BAE-9-D1.book 13 ページ 2019年8月28日 水曜日 午後1時37分
Page 63 of 100

Periodiek onderhoud en afstelling
6-14
1
2
3
4
567
8
9
10
11
12
4. Vul koelvloeistof bij tot de merkstreep voor maximumniveau. LET OP: Als er
geen koelvloeistof aanwezig is, ge-
bruik dan in plaats daarvan gedistil-
leerd water of onthard leidingwater.
Gebruik geen hard water of zout wa-
ter, dit is schadelijk voor de motor.
Als er in plaats van koelvloeistof
water is gebruikt, vervang dit dan
zo snel mogelijk door koelvloeistof,
anders is het systeem niet be-
schermd tegen vorst en corrosie.
Als er water aan de koelvloeistof is
toegevoegd, laat dan een Yamaha
dealer zo snel mogelijk het anti-
vriesgehalte van de koelvloeistof
controleren om te voorkomen dat
de effectiviteit van de koelvloeistof
afneemt.
[DCA10473]
5. Breng de dop van het koelvloeistofre- servoir aan.
DAU33032
De koelvloeistof verversen
De koelvloeistof moet volgens de interval-
perioden vermeld in het periodieke smeer-
en onderhoudsschema ververst worden.
Laat de koelvloeistof verversen door een
Yamaha dealer. WAARSCHUWING! Pro-
beer nooit om de radiatorvuldop te ver-
wijderen als de motor warm is.
[DWA10382] DAU36765
LuchtfilterelementHet luchtfilterelement moet worden vervan-
gen volgens de intervalperioden vermeld in
het periodieke smeer- en onderhoudssche-
ma. Vraag een Yamaha dealer het luchtfil-
terelement te vervangen.
1. Dop koelvloeistofreservoir
1
BAE-9-D1.book 14 ページ 2019年8月28日 水曜日 午後1時37分
Page 64 of 100

Periodiek onderhoud en afstelling
6-15
1
2
3
4
56
7
8
9
10
11
12
DAU44735
Stationair toerental controlerenControleer het stationair toerental en laat
het indien nodig door een Yamaha dealer
bijstellen.
DAU21386
De vrije slag van de gasgreep
controlerenMeet de vrije slag van de gasgreep zoals
getoond.
Controleer de vrije slag van de gasgreep re-
gelmatig en laat de vrije slag indien nodig
afstellen door een Yamaha dealer.
DAU21403
KlepspelingDe kleppen zijn een belangrijke motorcom-
ponent, en aangezien de klepspeling bij ge-
bruik verandert moeten ze worden
gecontroleerd en afgesteld volgens de in-
tervalperioden vermeld in het periodieke
onderhoudsschema. Niet-afgestelde klep-
pen kunnen resulteren in een onjuist
lucht-brandstofmengsel, motorgeluid en uit-
eindelijk motorschade. Laat om dit te voor-
komen de klepspeling regelmatig
controleren en afstellen door uw Yamaha
dealer.OPMERKINGDit onderhoud moet worden uitgevoerd bijeen koude motor.
Stationair toerental:
1100–1300 tpm
1. Vrije slag van gasgreepVrije slag van gasgreep: 3.0–5.0 mm (0.12–0.20 in)
1
BAE-9-D1.book 15 ページ 2019年8月28日 水曜日 午後1時37分