Page 25 of 108

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-10
3
DAU85711
Multifunctionele meter
WAARSCHUWING
DWA12423
Zor g d at de machine stilstaat voor dat u
wijzi gin gen in d e instellin gen van de
multifunctionele meter g aat aanbren-
g en. Het aan bren gen van wijzi gin gen tij-
d ens het rij den kan u aflei den en
ver groot het risico op een on geval.
De multifunctionele meter biedt de volgen-
de voorzieningen:
snelheidsmeter
toerenteller
klok
brandstofniveaumeter
eco-controlelampje
aanduiding ingeschakelde versnelling
rijmodusweergave
TCS-weergave
QS-indicator
scherm handvatverwarming
multifunctioneel display
regelmodus van helderheid en scha-
kellampjeOPMERKINGDe multifunctionele meter kan worden in-
gesteld op kilometers of mijlen. Stel om te
wisselen tussen kilometers en mijlen de
multifunctionele meter in op de kilometer-
teller en houd dan de “RESET”-toets een
seconde lang ingedrukt.
1. “TCS”-toets
2. “RESET”-toets
1
2
1. Aanduiding ingeschakelde versnelling
2. QS-indicator
3. Toerenteller
4. Snelheidsmeter
5. Brandstofniveaumeter
6. Eco-controlelampje “ECO”
7. Multifunctioneel display
8. Klok
9. TCS-weergave
10.Rijmodusweergave
11.Scherm hand vatverwarming
3
4
5
12
6
7
8
9
10
11
UB5BD1D0.book Page 10 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 26 of 108

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-11
3
Snelhei dsmeter
De snelheidsmeter toont de rijsnelheid.
Toerenteller
De toerenteller toont het motortoerental.
LET OP
DCA10032
Laat de motor niet draaien terwijl de toe-
renteller in de ro de zone wijst.
Ro de zone: 11200 tpm en ho gerKlok
De klok maakt gebruik van een 12-uursy-
steem.
De klok instellen1. Schakel de machine in.
2. Houd de “MENU”-schakelaar een se-
conde lang ingedrukt en de urenaan-
duiding zal gaan knipperen.
3. Druk de “SELECT”-schakelaar om- hoog of omlaag om de uren in te stel-
len. 4. Druk op de “MENU”-schakelaar en de
minutenaanduiding zal gaan knippe-
ren.
5. Druk de “SELECT”-schakelaar om- hoog of omlaag om de minuten in te
stellen.
6. Druk op de “MENU”-schakelaar om de klok aan te zetten.
Bran dstofniveaumeter
De brandstofniveaumeter geeft aan hoe-
veel brandstof in de tank aanwezig is. De
displaysegmenten van de brandstofniveau-
meter verdwijnen van “F” (vol) naar “E”
(leeg) naarmate het brandstofniveau verder
daalt. Als het laatste segment begint te
knipperen, is er nog ca. 4.0 L (1.06 US gal,
0.88 Imp.gal) brandstof over. Vul zo snel
mogelijk brandstof bij.
1. Snelheidsmeter
1. Toerenteller
2. Rode zone toerenteller
1
1
2
1. Klok
1
1. Brandstofniveaumeter
1
UB5BD1D0.book Page 11 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 27 of 108

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-12
3
OPMERKINGAls er een probleem wordt gedetecteerd in
het elektrische circuit, gaan de segmenten
van de brandstofniveaumeter knipperen.
Als dit zich voordoet, vraag dan een
Yamaha-dealer de mach ine te controleren.Eco-controlelampje
Dit controlelampje gaat aan wanneer de
machine wordt gebruikt op een milieuvrien-
delijke, energiezuinige manier. Het contro-
lelampje gaat uit als u de machine stopt.OPMERKINGHierna volgen enkele tips om het brand-
stofverbruik te verlagen:
Voer het motortoerental tijdens acce-
lereren niet te hoog op.
Rijd met een constante snelheid.
Selecteer de versnelling die geschikt
is voor de snelheid van de machine.
Aan dui din g in geschakel de versnellin g
Deze aanduiding geeft aan welke versnel-
ling is ingeschakeld. De vrijstand wordt
aangegeven door “N” en het vrijstandcon-
trolelampje. Rijmo
dusweer gave
Deze weergave geeft aan welke rijmodus is
geselecteerd: “1”, “2” of “3”. Zie pagina
3-18 voor meer informatie over de modi en
hoe u deze kunt selecteren.
TCS-weer gave
1. Eco-controlelampje “ECO”
1
1. Vrijstandcontrolelampje “ ”
2. Aanduiding ingeschakelde versnelling
1
2
1. Rijmodusweergave
1. TCS-weergave
1
1
UB5BD1D0.book Page 12 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 28 of 108

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-13
3
Deze weergave geeft aan welke instelling
van de tractieregeling is geselecteerd: “1”,
“2” of “OFF”. Zie voor meer informatie over
de TCS-instellingen en hoe u deze kunt se-
lecteren pagina 3-21.
QS-in dicator
Deze indicator gaat branden als het snel-
schakelsysteem (pagina 3-19) wordt inge-
schakeld. Scherm han
dvatverwarmin g
De handvatverwarming kan worden ge-
bruikt wanneer de motor draait. Er zijn 4 in-
stellingen voor handvatverwarming en
10 temperatuurniveaus.
Om de handvatverwarmingsinstellingen te
wijzigen1. Schakel de machine in. 2. Druk op de schakelaar “MENU” om
het scherm voor handvatverwarming
te selecteren, waarna verdwijnt.
3. Druk de schakelaar “SELECT” om- hoog of omlaag om het instelniveau te
wijzigen.
4. Druk op de schakelaar “MENU”.
OPMERKINGDe huidige instelling voor handvatverwar-
ming wordt opgeslagen wanneer de machi-
ne wordt uitgeschakeld.LET OP
DCA17932
Draa g hand schoenen wanneer u de
hand vatverwarmin g g eb ruikt.
Gebruik de han dvatverwarmin g niet
b ij warm weer.
Als het stuurhan dvat of d e gashen-
d el versleten of beschad igd is, ge-
b ruik de han dvatverwarmin g dan
niet meer en vervan g han dvat en
hend el.Om de temperatuurniveaus van de hand-vatverwarming in te stellen1. Schakel de machine in.
2. Druk op de schakelaar “MENU” om
het scherm voor handvatverwarming
te selecteren, waarna verdwijnt.
1. QS-indicator1
1. Scherm handvatverwarming
Wee rgave Instellin g
Uit
Laag
Middel Hoog
1
UB5BD1D0.book Page 13 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 29 of 108

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-14
3
3. Houd de schakelaar “MENU” een se-
conde lang ingedrukt, waarna het
scherm voor handvatverwarming en
het multifunctionele display gaan
knipperen.
4. Druk op de schakelaar “MENU” om het instelniveau te wijzigen.
5. Druk de schakelaar “SELECT” om-
hoog of omlaag om het temperatuur-
niveau in te stellen.
6. Houd de schakelaar “MENU” een se-
conde lang ingedrukt.
Multifunctioneel display
Het multifunctionele display toont de vol-
gende voorzieningen: kilometerteller (ODO)
twee rittellers (TRIP 1 en TRIP 2)
een brandstofreserve-ritteller (TRIP F)
huidig brandstofverbruik
gemiddeld brandstofverbruik
koelvloeistoftemperatuur
luchttemperatuur
OPMERKINGDe kilometerteller wordt vergrendeld
bij 999999.
De rittellers worden teruggesteld en
gaan door met tellen nadat 9999.9 is
bereikt.Druk op de “SELECT”-schakelaar om te
wisselen tussen de kilometertellerweerga-
ve “ODO”, de rittellers “TRIP 1” en “TRIP
2”, de weergave van het huidige brandstof-
verbruik “km/L”, “L/100 km” of “MPG” en
de weergave van het gemiddelde brand-
stofverbruik “AVE – –.– km/L”, “AVE – –.–
L/100 km” of “AVE – –.– MPG”, koelvloei- stoftemperatuur “°C” en luchttemperatuur
“°C Air”. Als op “ ” wordt gedrukt, wis-
selt de weergave in de onderstaande volg-
orde.
ODO
→ TRIP 1 → TRIP 2 → km/L,
L/100 km of MPG → AVE – –.– km/L, AVE
– –.– L/100 km of AVE – –.– MPG → °C
(koelvloeistof) → °C Air → ODO
Als het laatste segment van de brandstofni-
veaumeter begint te knipperen, wisselt de
weergave naar de brandstofreserve-ritteller
“TRIP F” en wordt de afgelegde afstand
vanaf dat punt aangegeven. Druk in dat ge-
val op “ ” om de weergave te wisselen in
de onderstaande volgorde.
TRIP F → km/L, L/100 km of MPG → AVE
– –.– km/L, AVE – –.– L/100 km of AVE – –.–
MPG → °C (koelvloeistof) → °C Air → ODO
→ TRIP 1 → TRIP 2 → TRIP F
OPMERKINGDruk op “ ” om de weergave in de
omgekeerde volgorde te wisselen.
Houd de “RESET”-toets een seconde
lang ingedrukt om een ritteller terug te
stellen.
1. Multifunctioneel display
1
1. “SELECT”-schakelaar
1
UB5BD1D0.book Page 14 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 30 of 108

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-15
3
U kunt de brandstofreserve-ritteller
handmatig terugstellen, maar deze
wordt ook automatisch teruggesteld
zodra u na het tanken ca. 5 km (3 mi)
hebt gereden.Hui dig b ran dstofver bruik
De weergave van het huidige brandstofver-
bruik kan worden ingesteld op “km/L”,
“L/100 km” of “MPG”. “km/L”: de afstand die kan worden af-
gelegd op 1.0 L brandstof
“L/100 km”: de hoeveelheid brandstof
die nodig is om 100 km af te leggen
“MPG”: de afstand die kan worden af-
gelegd op 1.0 Imp.gal brandstof
OPMERKINGHoud om te wisselen tussen “km/L”,
“L/100 km” en “MPG” de “RESET”-
toets een seconde lang ingedrukt.
Bij snelheden onder 10 km/h (6 mi/h)
wordt “– –.–” weergegeven.Gemi ddeld b ran dstofverb ruik
De weergave van het gemiddelde brand-
stofverbruik kan worden ingesteld op “AVE
– –.– km/L”, “AVE – –.– L/100 km” of “AVE
– –.– MPG”. “AVE – –.– km/L”: de gemiddelde af-
stand die kan worden afgelegd op
1.0 L brandstof
“AVE – –.– L/100 km”: de gemiddelde
hoeveelheid brandstof die nodig is om
100 km af te leggen
“AVE – –.– MPG”: de gemiddelde af-
stand die kan worden afgelegd op
1.0 Imp.gal brandstof
OPMERKINGOm de weergave van het gemiddelde
brandstofverbruik terug te stellen,
houdt u de “RESET”-toets een secon-
de lang ingedrukt.
Na terugstellen wordt “– –.–” weerge-
geven totdat voldoende afstand met
de machine is afgelegd.
In deze modus kunnen de weergave-
eenheden niet worden gewisseld tus-
sen “km/L”, “L/100 km” en “MPG”;
wissel eerst naar de weergave van het
huidige brandstofverbruik.Koelvloeistoftemperatuur
1. Weergave huidig brandstofverbruik
1
1. Weergave gemiddeld brandstofverbruik
1
1. Weergave koelvloeistoftemperatuur
1
UB5BD1D0.book Page 15 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 31 of 108

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-16
3
De motorkoelvloeistoftemperatuur wordt
van 40 °C tot 124 °C weergegeven in stap-
pen van 1 °C.
Als de melding “Hi” knippert, stop dan de
machine, stop vervolgens de motor en laat
deze afkoelen. (Zie pagina 6-37.)OPMERKING Als de koelvloeistoftemperatuur lager
is dan 40 °C, wordt “Lo” weergege-
ven.
De koelvloeistoftemperatuur is afhan-
kelijk van de weersomstandigheden
en de motorbelasting.Luchttemperatuur De temperatuur van de lucht die het lucht-
inlaatsysteem wordt binnengezogen wordt
van –9 °C tot 50 °C weergegeven in stap-
pen van 1 °C.
OPMERKING
Ook als de luchttemperatuur lager dan
–9 °C is, wordt –9 °C weergegeven.
De weergegeven temperatuur kan af-
wijken van de werkelijke omgevings-
temperatuur.Regelmo dus van hel derhei d en schakel-
lampje
Deze instelfunctie schakelt door vijf regel-
functies heen in de onderstaande volgorde.
Displayhelderheid
Schakellampje aan / knipperen / uit
Toerental schakellampje aan
Toerental schakellampje uit
Helderheid van schakellampje
OPMERKINGDe weergave van het helderheidsniveau
toont het geselecteerde helderheidsniveau.De displayhelderheid instellen1. Draai de sleutel naar “OFF”.
2. Houd de “MENU”-schakelaar inge-
drukt.
3. Draai de sleutel naar “ON”, wacht vijf seconden en laat dan de “MENU”-
schakelaar los.
4. Druk de “SELECT”-schakelaar om- hoog of omlaag om het gewenste hel-
derheidsniveau te selecteren.
5. Druk op de “MENU”-schakelaar om het geselecteerde helderheidsniveau
te bevestigen. De regelmodus gaat
over naar de instelfunctie voor scha-
kellampje aan / knipperen / uit.
Schakellampje aan / kn ipperen / uit instel-len1. Druk de “SELECT”-schakelaar om-
hoog of omlaag om een van de vol-
gende stijlen in te stellen:
Aan: het schakellampje gaat
branden als het ingestelde mo-
tortoerental wordt bereikt. Deze
1. Luchttemperatuurweergave
1
1. Weergave helderheidsniveau
1
UB5BD1D0.book Page 16 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 32 of 108

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-17
3
instelling is geselecteerd wan-
neer het controlelampje doorlo-
pend brandt.
Knipperen: het schakellampje
gaat knipperen als het ingestelde
motortoerental wordt bereikt.
Deze instelling is geselecteerd
wanneer het controlelampje vier
keer per seconde knippert.
Uit: het schakellampje is gedeac-
tiveerd. Deze instelling is gese-
lecteerd wanneer het
controlelampje één keer per
twee seconden knippert.
2. Druk op de “MENU”-schakelaar om de selectie te bevestigen. De regelmo-
dus gaat over naar de functie toerental
voor activering van het schakellampje.
Het toerental voor activering van het scha-
kellampje instellenHet schakellampje kan worden ingesteld
tussen 6000 tpm en 12000 tpm in stappen
van 200 tpm. 1. Druk de “SELECT”-schakelaar om- hoog of omlaag om het motortoeren-
tal in te stellen waarbij u het
controlelampje wilt laten activeren. 2. Druk op de “MENU”-schakelaar om
het geselecteerde motortoerental te
bevestigen. De regelmodus gaat over
naar de functie toerental voor deacti-
vering van het schakellampje.
Het toerental voor deactivering van het
schakellampje instellenHet schakellampje kan worden ingesteld
tussen 6000 tpm en 12000 tpm in stappen
van 200 tpm. Denk eraan dat het deactive-
ringspunt op een hoger toerental moet wor-
den ingesteld dan het activeringspunt,
anders zal het schakellampje niet gaan
branden. 1. Druk de “SELECT”-schakelaar om- hoog of omlaag om het motortoeren-
tal in te stellen waarbij u het
controlelampje wilt laten deactiveren.
2. Druk op de “MENU”-schakelaar om het geselecteerde motortoerental te
bevestigen. De regelmodus gaat over
naar de functie helderheid van het
schakellampje.
De helderheid van het schakellampje instel-len1. Druk de “SELECT”-schakelaar om- hoog of omlaag om het gewenste hel-
derheidsniveau van het schakellampje
te selecteren. 2. Druk op de “MENU”-schakelaar om
het geselecteerde helderheidsniveau
te bevestigen en de regelmodus te
verlaten.
UB5BD1D0.book Page 17 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM