Page 89 of 108

Periodiek on derhoud en afstelling
6-32
6
DAU84650
De zekerin gen vervan genDe zekeringenkastjes en afzonderlijke ze-
keringen bevinden zich onder het bestuur-
derszadel (zie pagina 3-26) en achter
paneel A (zie pagina 6-9).
Om toegang te krijgen tot zekeringenkastje
1, de hoofdzekering en de ABS-motorzeke-
ring, verwijdert u het bestuurderszadel. (Zie
pagina 3-26.)
OPMERKINGOm toegang te krijgen tot de ABS-motorze-
kering verwijdert u de kap van het startmo-
torrelais door deze omhoog te trekken.
Om toegang te krijgen tot zekeringenkastje
2, zekeringenkastje 3, de remlichtzekering
en de zekering van de cruise control verwij-
dert u paneel A. (Zie pagina 6-9.)
1. Reservezekering ABS-pompmotor
2. Zekering ABS-motor
3. Zekeringenkastje 1
4. Hoofdzekering
1 2
34
1. Zekering brandstofinjectiesysteem
2. Zekering van de ABS-solenoïdeklep
3. Zekering elektronische smoorklep
4. Backup-zekering (voor klok en startblok-keersysteem)
5. Verwarmingszekering
6. Reservezekering
1234
65
1. Kap van startmotorrelais
2. Reservezekering ABS-pompmotor
3. Zekering ABS-motor
2 3
1
UB5BD1D0.book Page 32 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 90 of 108

Periodiek on derhou d en afstelling
6-33
6
Vervang een zekering als volgt als deze is
doorgebrand.
1. Schakel het contactslot uit en schakel het betreffende elektrische circuit uit.
2. Verwijder de doorgebrande zekering
en breng een nieuwe zekering met de
voorgeschreven ampèrewaarde aan.
WAARSCHUWING! Ge bruik geen zekerin
gen met een ho gere ampe-
ra ge dan aan bevolen om ernsti ge
scha de aan het elektrische systeem
en mo gelijk bran d te voorkomen.
[DWA15132]
1. Zekeringenkastje 2
2. Zekeringenkastje 3
3. Cruise-controlzekering
4. Remlichtzekering
2
3
4
1
1. Zekering signaleringssysteem
2. Zekering ABS-regeleenheid
3. Extra zekering
4. Zekering ontstekingssysteem
5. Zekering alarmverlichtingssysteem
6. Aansluitzekering 1 (voor gelijkstroom aan-
sluitcontact voor accessoires)
7. Aansluitzekering 2 (voor gelijkstroom aan- sluitcontact voor accessoires)
8. Koplampzekering
9. Zekering rechter radiatorkoelvinmotor
10.Zekering linker radiatorkoelvinmotor
11.Reservezekering
11 1
2
3
11
10 9876 5 4
Voor
geschreven zekerin gen:
Hoofdzekering: 50.0 A
Zekering ABS-motor:
30.0 A
Zekering cruise control: 1.0 A
Remlicht zekering: 1.0 A
Voor geschreven zekerin gen (zeke-
rin genkastje 1):
Zekering brandstofinjectiesysteem: 25.0 A
Zekering van de ABS-solenoïde-
klep: 20.0 A
Zekering elektronische smoorklep: 7.5 A
Backup-zekering:
7.5 A
Verwarmingszekering: 10.0 A
UB5BD1D0.book Page 33 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 91 of 108

Periodiek on derhoud en afstelling
6-34
6
3. Schakel het contactslot in en schakel
het betreffende elektrische circuit in
om te zien of de apparatuur werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te controleren.
DAU72980
Voertui gverlichtin gDit model is volledig uitgerust met lampen
van het LED-type. Er zijn geen vervangbare
gloeilampen.
Als een lampje niet gaat branden, contro-
leer dan de zekeringen en laat vervolgens
een Yamaha dealer de machine controle-
ren.LET OP
DCA16581
Plak geen kleurfolie of stickers op d e
koplamplens.
DAU25872
Prob lemen oplossenYamaha motorfietsen ondergaan een gron-
dige inspectie voordat ze vanaf de fabriek
op transport gaan, maar tijdens gebruik
kunnen toch storingen optreden. Proble-
men in de brandstof-, compressie- of ont-
stekingssystemen kunnen bijvoorbeeld de
oorzaak zijn van slecht starten of een afna-
me in motorvermogen.
In de volgende storingzoekschema’s is een
snelle en gemakkelijke werkwijze weerge-
geven om deze vitale systemen zelf te kun-
nen controleren. Ga met uw motorfiets
echter wel naar een Yamaha dealer als re-
paraties nodig zijn, hier zijn vakkundige
monteurs aanwezig die beschikken over
het benodigde gereedschap en de ervaring
en vakkennis om het nodige onderhoud
aan de motorfiets correct te verrichten.
Gebruik uitsluitend originele Yamaha ver-
vangingsonderdelen. Niet-originele onder-
delen lijken misschien op Yamaha
onderdelen maar zijn toch vaak van minde-
re kwaliteit en hebben een kortere levens-
duur, zodat dan later mogelijk toch dure
reparaties nodig zijn.
Voo r
geschreven zekerin gen (zeke-
rin genkastje 2):
Zekering signaleringssysteem: 7.5 A
Zekering ABS-regeleenheid:
5.0 A
Extra zekering: 5.0 A
Zekering ontstekingssysteem: 15.0 A
Voo r geschreven zekerin gen (zeke-
rin genkastje 3):
Circuitzekering alarmverlichtingssy-
steem:
7.5 A
Aansluitzekering 1: 2.0 A
Aansluitzekering 2: 2.0 A
Zekering radiatorkoelvin:
10.0 A × 2
Koplampzekering: 10.0 A
1. Parkeerlicht
2. Koplamp (dimlicht)
3. Koplamp (grootlicht)
1
2
3
1
2
3
UB5BD1D0.book Page 34 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 92 of 108
Periodiek on derhou d en afstelling
6-35
6
WAARSCHUWING
DWA15142
Rook niet tij dens het controleren van het
b ran dstofsysteem en let erop dat er
g een open vuur of vonken in de omg e-
vin g zijn, inclusief waakvlammen van
g eisers of ovens. Benzine en benzine-
d ampen kunnen vlam vatten of explo de-
ren, met ernsti g letsel of scha de aan
ei gen dommen tot g evolg.UB5BD1D0.book Page 35 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 93 of 108

Periodiek on derhoud en afstelling
6-36
6
DAU86350
Storingzoekschema
Controleer het
brandstofniveau in de
brandstoftank.1. Brandstof
Er is voldoende brandstof aanwezig.
Er is geen brandstof aanwezig.
Controleer de accu.
Vul brandstof bij.
De motor start niet.
Controleer de accu.
Probeer de motor te starten.4. Compressie
Er is compressie.
Er is geen compressie.
Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.De motor start niet.
Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.
De motor start niet.
Controleer de compressie.
Verwijder de bougie en
controleer de elektroden.3. Ontsteking
Veeg schoon met een droge doek en corrigeer de
elektrodenafstand of vervang de bougie(s). Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.
DroogNat
Probeer de motor te starten.
De motor start niet.
Controleer de ontsteking.
Bedien de startmotor.2. Accu
De motor draait snel rond.
De motor draait langzaam rond.
De accu is in orde.Controleer de aansluitingen van de
accukabels en laad de accu zo nodig op.
UB5BD1D0.book Page 36 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 94 of 108

Periodiek on derhou d en afstelling
6-37
6
DAU86420
Motor raakt oververhit
WAARSCHUWING
DWAT1041
Verwij der de ra diatorvul dop niet terwijl de motor en de koelvloeistofra diator no g heet zijn. Hete vloeistof en stoom kunnen
naar buiten spuiten en zo ernsti ge bran dwon den veroorzaken. Wacht tot de motor is af gekoel d.
Bren g een dikke doek, bijvoor beel d een han ddoek, aan over de rad iatorvul dop en draai deze dan lan gzaam linksom te gen
d e aanslag zodat de no g aanwezi ge druk kan ontsnappen. Druk de dop omlaa g zo dra het sis gelui d stopt en d raai deze links-
om en verwij der de dop.OPMERKINGAls geen koelvloeistof beschikbaar is, kan tijdelijk leidingwater wo rden gebruikt, maar dit moet wel zo snel mogelijk door de voorgeschre-
ven koelvloeistof worden vervangen.
Wacht tot de
motor is afgekoeld.
Controleer het
koelvloeistofniveau in het
reservoir en in de radiator.
Het koelvloeistofniveau is
in orde.
Het koelvloeistofniveau is
laag. Controleer het
koelsysteem op lekkage.
Vraag een Yamaha dealer het
koelsysteem te controleren en te
repareren.Vul koelvloeistof bij.
(Zie OPMERKING.)
Start de motor. Vraag een Yamaha dealer het koelsysteem
te controleren en te repareren als de motor opnieuw
oververhit raakt.
Er is lekkage.
Er is geen
lekkage.
UB5BD1D0.book Page 37 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 95 of 108

Verzorgin g en stallin g van de motorfiets
7-1
7
DAU37834
Matkleur, let opLET OP
DCA15193
Sommi ge mo dellen zijn uit gerust met
matkleuri ge on der delen. Raa dplee g een
Yamaha dealer voor a dvies over wat
voor prod ucten geb ruikt moeten wor den
om het voertui g te reini gen. Het g eb ruik
van een b orsteltje, chemische pro duc-
ten of reini gin gsmi ddelen tij dens het rei-
ni gen van deze on der delen kan het
oppervlak bekrassen of bescha dig en.
Ook was moet niet wor den aan geb racht
op een van de matkleuri ge on der delen.
DAU83443
On derhou dRegelmatige grondige reiniging van de ma-
chine zorgt niet alleen voor een fraaier uiter-
lijk, maar verbetert ook de prestaties van de
machine en de levensduur van veel onder-
delen. Door de machine te wassen, reini-
gen en op te poetsen kunt u ook regelmatig
de conditie ervan inspecteren. Was de ma-
chine telkens na een rit in de regen of dicht
bij de zee, aangezien zout bijtend is voor
metalen.OPMERKINGIn gebieden met vorst en sneeuwval
kan zout worden gestrooid op wegen
als middel tegen gladheid. Dit zout
kan tot in de lente op de weg blijven
liggen, dus was de onderkant en
chassisonderdelen telkens na een rit
in deze gebieden.
Originele Yamaha verzorgings- en on-
derhoudsproducten worden onder de
merknaam YAMALUBE verkocht in
vele markten wereldwijd.
Raadpleeg uw Yamaha dealer voor
extra reinigingstips.
LET OP
DCA26280
Onjuiste reinig ing kan resulteren in cos-
metische en mechanische scha de. Ge-
b ruik geen:
hoged rukreini gers of stoomreini-
g ers. Water on der ho ge druk kan
wiella gers, remmen, versnellin gs-
b akaf dichtin gen en elektrische on-
d er delen binnen drin gen en scha de
veroorzaken. Vermij d reini gin gsap-
paratuur die geb ruikmaakt van
ho ge druk, zoals autowasserettes.
ag ressieve chemische stoffen in-
clusief sterke, bijten de wielreini-
g in gsmi ddelen, vooral b ij
spaakwielen of ma gnesium wielen.
ag ressieve chemische stoffen,
schuren de reini gin gsmi ddel
en of
was op on der delen met een matte
afwerkin g. Borstels kunnen kras-
sen en b eschadig in gen veroorza-
ken op de matte afwerkin g, g eb ruik
alleen een zachte spons of han d-
d oek.
doeken, sponzen of borstels met
resten van schuren de reini gin gs-
mi ddelen of a gressieve chemische
UB5BD1D0.book Page 1 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM
Page 96 of 108

Verzorgin g en stallin g van de motorfiets
7-2
7
stoffen zoals oplosmi ddelen, benzi-
ne, roestverwijd eraars, remvloei-
stof, antivries etc.
Voor het wassen 1. Plaats de machine buiten direct zon- licht en laat deze afkoelen. Dit helpt
watervlekken te voorkomen.
2. Zorg dat alle doppen, kappen, elektri- sche koppelingen en stekkers stevig
zijn gemonteerd.
3. Dek de uitlaatdemper af met een plas- tic zak en een stevig elastiek.
4. Zet hardnekkige vlekken van bijvoor-
beeld insecten of vogelpoep enkele
minuten in de week met een natte
doek.
5. Verwijder vuil en olievlekken met een hoogwaardig ontvettingsmiddel en
een kunststof borstel of spons. LET
OP: Ge bruik geen ontvettin gsmi d-
d el op ged eelten die gesmeer d
moeten wor den, zoals af dichtin gen,
pakkin gen en wielassen. Vol g d e in-
structies bij het pro duct.
[DCA26290]
Wassen
1. Spoel eventueel ontvettingsmiddel af en spuit de machine na met een tuin-
slang. Gebruik niet meer waterdruk
dan nodig is. Spuit water niet recht- streeks in de uitlaatdemper, het in-
strumentenpaneel, de luchtinlaat of
andere binnengedeelten zoals op-
bergcompartimenten onder het zadel.
2. Was de machine met een hoogwaar-
dig autowasmiddel gemengd met
koud water en een zachte, schone
doek of spons. Gebruik een oude tan-
denborstel of kunststof borstel om op
moeilijk bereikbare plaatsen te ko-
men. LET OP: Gebruik kou d water
als het voertui g is b lootgestel d aan
zout. Warm water ver groot de bij-
ten de ei genschappen van zout.
[DCA26301]
3. Bij machines met een kuipruit: Reinig
de kuipruit met een zachte doek of
spons die is bevochtigd met water en
een pH-neutraal reinigingsmiddel. Ge-
bruik indien nodig een hoogwaardig
kuipruitreinigingsmiddel of polish voor
motorfietsen. LET OP: Gebruik nooit
a g ressieve chemicaliën om de
kuipruit te reini gen. Daarnaast kun-
nen bepaal de reini gin gsmi ddelen
voor kunststof krassen achterlaten
op de kuipruit, dus test een reini-
g in gsmi ddel altij d eerst voor dat u
het toepast.
[DCA26310]
4. Spoel vervolgens grondig na met wa-
ter. Zorg dat u alle restanten van het
reinigingsmiddel verwijdert omdat
deze schadelijk kunnen zijn voor
kunststof onderdelen.
Na het wassen 1. Droog de machine met een zeem of vochtabsorberende doek, bij voorkeur
een microvezeldoekje.
2. Voor modellen met een aandrijfket- ting: Aandrijfketting drogen en vervol-
gens smeren om roestvorming te
voorkomen.
3. Gebruik een chroompolish om ver-
chroomde, aluminium en roestvrijsta-
len delen te laten glanzen. Vaak kunt u
thermische verkleuringen op roestvrij-
stalen uitlaatsystemen verwijderen
door deze op te poetsen.
4. Breng een corrosiewerende spray aan
op alle metalen onderdelen, inclusief
verchroomde en vernikkelde opper-
vlakken. WAARSCHUWING! Bren g
g een siliconen- of oliespray aan op
za dels, han dgrepen, ru bber voet-
steunen of ban dprofielen. An ders
wor den deze on der delen gla d,
waar door u de controle over de ma-
chine kunt verliezen. Reini g d e op-
UB5BD1D0.book Page 2 Tuesday, October 15, 2019 9:17 AM