
1121-4. Antidiefstalsysteem
■De inbraaksensor en de helling-
sensor uitschakelen
Als u huisdieren of bewegende voor-
werpen in de auto ac hterlaat, moet u
ervoor zorgen dat u de inbraaksensor
en de hellingsensor uitschakelt voordat
u het alarm instelt, omdat deze senso-
ren reageren op bewegingen binnen in
de auto.
1 Zet het contact UIT.
2 Druk op de uitschakeltoets van de
inbraaksensor en hellingsensor.
Druk opnieuw op de toets om de inbraak-
sensor en de hellingsens or weer in te scha-
kelen.
Telkens wanneer de inbraaksensor en de
hellingsensor worden uitgeschakeld/inge-
schakeld, wordt er een melding weergege-
ven op het multi-informatiedisplay.
■Uitschakelen en automatisch weer
inschakelen van de inbraaksensor en
hellingsensor
●Het alarm wordt ingeschakeld zelfs wan-
neer de inbraaksensor en de hellingsensor
zijn uitgeschakeld.
●Auto's zonder Smart entry-systeem en
startknop: Nadat de inbraaksensor en hel-
lingsensor zijn uitgeschakeld, kunnen deze
opnieuw worden ingeschakeld door het
contact AAN te zetten of door de portieren
met de afstandsbediening te ontgrendelen.
●Auto's met Smart entry-systeem en start-
knop: Nadat de inbraaksensor en de hel-
lingsensor uitgeschakeld zijn, worden deze
opnieuw ingeschakeld door op de start-
knop te drukken of de portieren te ontgren- delen met de instapfunctie (indien
aanwezig) of de afstandsbediening.
●De inbraaksensor en de hellingsensor zul-
len automatisch weer worden ingescha-
keld wanneer het alarmsysteem weer
wordt ingeschakeld.
■Informatie over de inbraaksensor
De sensor activeert in de volgende gevallen
mogelijk het alarm:
●Er bevinden zich nog personen of huisdie-
ren in de auto.
●Een zijruit, het schuifdak (indien aanwezig)
of het panoramadak (indien aanwezig) is
open.
In dit geval registreert de sensor mogelijk het
volgende:
• Wind of beweging van voorwerpen, zoals bladeren en insecten, in de auto
• Ultrasoongolven van apparaten, zoals de inbraaksensoren van andere auto's
• Het bewegen van mensen buiten de auto
●Er bevinden zich onstabiele voorwerpen,
zoals loshangende accessoires of kleding
aan kledinghaakjes, in de auto.
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 112 Monday, October 7, 2019 3:26 PM

113
1
1-4. Antidiefstalsysteem
Veiligheid en beveiliging
●De auto is geparkeerd op een plek waar
extreme trillingen of geluiden optreden,
zoals in een parkeergarage.
●Er wordt ijs of sneeuw van de auto verwij-
derd, waardoor de auto herhaaldelijk wordt
blootgesteld aan sc
hokken of trillingen.
●De auto staat in een wasstraat of een
hogedruk-wasinstallatie.
●De auto is blootgesteld aan schokken die
het gevolg zijn van hagel, onweer of
andere van buitenaf komende herhaalde
schokken of trillingen.
■Informatie over de hellingsensor
De sensor activeert in de volgende gevallen
mogelijk het alarm:
●De auto wordt vervoerd per boot, aanhang-
wagen, trein, enz.
●De auto staat geparkeerd in een parkeer-
garage.
●De auto bevindt zich in een wasstraat
waarin de auto verplaatst wordt.
●Een van de banden verl iest zijn spanning.
●De auto wordt opgekrikt.
●Er doet zich een aardbeving of wegverzak-
king voor.
OPMERKING
■Ervoor zorgen dat de inbraaksensor
goed werkt
●Raak de sensoren niet aan en bedek ze
ook niet, omdat hierdoor de werking van
de sensoren in negatieve zin beïnvloed
kan worden.
●Spuit geen luchtverfrisser of andere pro-
ducten rechtstreeks in de openingen
van de sensoren.
●Als u andere accessoires installeert dan
originele Toyota-onderdelen of wanneer
u voorwerpen achterlaat tussen de
bestuurdersstoel en de stoel van de
voorpassagier, werkt de inbraaksensor
mogelijk minder goed.
●Auto's met Smart entry-systeem en
startknop: De werking van de inbraak-
sensor wordt mogelijk gestopt wanneer
de elektronische sleutel zich in de buurt
van de auto bevindt.
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 113 Monday, October 7, 2019 3:26 PM

1182-1. Instrumentenpaneel
Waarschuwingslampjes informeren de
bestuurder over storingen in de aange-
geven systemen van de auto.
*1: Deze lampjes gaan branden wanneer het contact AAN wordt gezet om aan te
geven dat er een systeemcontrole wordt
uitgevoerd. Ze doven nadat de motor is
aangeslagen of nadat er enkele secon-
Waarschuwingslampjes
(Rood) Waarschuwingslampje rem-
systeem
*1 (
Blz. 630)
(Geel) Waarschuwingslampje rem-
systeem
*1 (
Blz. 630)
Laadstroomcontrole-
lampje
*1 ( Blz. 631)
Waarschuwingslampje hoge
koelvloeistoftemperatuur
*2
( Blz. 631)
Waarschuwingslampje lage
oliedruk
*2 ( Blz. 631)
Motorcontrolelampje
*1
( Blz. 631)
Waarschuwingslampje
SRS
*1 ( Blz. 632)
Waarschuwingslampje
ABS
*1 ( Blz. 632)
(Rood/geel) Waarschuwingslampje elek-
trische stuurbekrachtiging
*1
( Blz. 632)
(Geel) Controlelampje iMT
*1
(indien aanwezig)
( Blz. 632)
(Knippert of brandt) Waarschuwingslampje
PCS
*1 (indien aanwezig)
( Blz. 633)
(Oranje) Controlelampje LTA (indien
aanwezig) (
Blz. 633)
Controlelampje LDA (indien
aanwezig) ( Blz. 633)
(Knippert) Controlelampje uitgescha-
keld Stop & Start-systeem
*1
(indien aanwezig)
( Blz. 633)
(Knippert) Controlelampje Toyota Par-
king Assist-sensor OFF
*3
(indien aanwezig)
( Blz. 634)
(Knippert) Controlelampje PKSB
OFF
*1 (indien aanwezig)
( Blz. 634)
(Knippert) Controlelampje RCTA
OFF
*1 (indien aanwezig)
( Blz. 635)
Controlelampje Traction
Control
*1 ( Blz. 635)
Waarschuwingslampje
Brake Override-sys-
teem/wegrijregeling (indien
aanwezig)/PKSB (indien
aanwezig)
*2 ( Blz. 636)
(Knippert) Controlelampje Brake Hold-
systeem in werking
*1
( Blz. 636)
(Knippert) Waarschuwingslampje par-
keerrem (
Blz. 637)
Waarschuwingslampje lage
bandenspanning
*1 (indien
aanwezig) ( Blz. 637)
Waarschuwingslampje laag
brandstofniveau
( Blz. 637)
Controlelampje bestuurders-
en voorpassagiersgordel
( Blz. 638)
Controlelampje achterpas-
sagiersgordel (indien aan-
wezig) ( Blz. 638)
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 118 Monday, October 7, 2019 3:26 PM

119
2
2-1. Instrumentenpaneel
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
den verstreken zijn. Er kan een storing in
een systeem aanwezig zijn als het lampje
niet gaat branden of uitgaat. Laat de auto
controleren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
*2: Dit lampje brandt op het multi-informatie-
display en er wordt een melding weerge-
geven.
*3: Het controlelampje Toyota Parking
Assist-sensor OFF gaat branden wan-
neer het contact AAN wordt gezet, terwijl
de Toyota Parking A ssist-sensor is inge-
schakeld. Het gaat na enkele seconden
uit.
De controlelampjes informeren de
bestuurder over de bedrijfsstatus van
de verschillende syst emen van de auto.
WAARSCHUWING
■Als een waarschuwingslampje van
een veiligheidssysteem niet gaat
branden
Als een lampje van een veiligheidssys-
teem zoals het ABS of het waarschu-
wingslampje SRS niet gaan branden als u
de motor start, kan dat betekenen dat
deze systemen niet beschikbaar zijn om u
te beschermen in geval van een ongeval,
waardoor ernstig letsel zou kunnen ont-
staan. Laat, als dit gebeurt, de auto onmid-
dellijk nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
Controlelampjes
Controlelampje richting-
aanwijzers ( Blz. 316)
Controlelampje achterlicht
( Blz. 322)
Controlelampje grootlicht
( Blz. 324)
Controlelampje Automatic
High Beam-systeem
(indien aanwezig)
( Blz. 325)
Controlelampje mistlampen
voor (indien aanwezig)
( Blz. 328)
Controlelampje mistachter-
licht (indien aanwezig)
( Blz. 328)
Controlelampje Smart
entry-systeem met start-
knop
*1 (indien aanwezig)
( Blz. 300)
(Groen) Controlelampje iMT (indien
aanwezig) (
Blz. 314)
Schakeladviesindicator
(indien aanwezig)
( Blz. 315)
Controlelampje cruise con-
trol ( Blz. 376, 388, 399)
Controlelampje Dynamic
Radar Cruise Control
(indien aanwezig)
( Blz. 376, 388)
Controlelampje cruise con-
trol SET ( Blz. 376, 388,
399)
Controlelampje snelheids-
begrenzer (indien aanwe-
zig) ( Blz. 402)
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 119 Monday, October 7, 2019 3:26 PM

1202-1. Instrumentenpaneel
*1: Dit lampje brandt op het multi-informatie-display en er wordt een melding weerge-
geven.
*2: Deze lampjes gaan branden wanneer het contact AAN wordt gezet om aan te
geven dat er een systeemcontrole wordt
uitgevoerd. Ze doven nadat de motor is
aangeslagen of nadat er enkele secon-
den verstreken zijn. Er kan een storing in
een systeem aanwezig zijn als de lamp-
jes niet gaan branden of niet uitgaan.
Laat de auto controleren door een
Controlelampje LTA
*3
(indien aanwezig)
( Blz. 360)
Controlelampje LDA
*3
(indien aanwezig)
( Blz. 369)
Controlelampje Toyota Par-
king Assist-sensor OFF
*4, 5
(indien aanwezig)
( Blz. 420)
Controlelampje PKSB
OFF
*2, 4 (indien aanwezig)
( Blz. 428)
(Knippert) Controlelampje Traction
Control
*2 (
Blz. 459)
Controlelampje VSC
OFF
*2, 4 ( Blz. 459)
Waarschuwingslampje
PCS
*2, 4 (indien aanwezig)
( Blz. 349)
BSM-indicatoren in de bui-
tenspiegels
*2, 6 (indien
aanwezig) ( Blz. 404)
Controlelampje BSM
(indien aanwezig)
( Blz. 404)
Controlelampje RCTA
OFF
*2, 4 (indien aanwezig)
( Blz. 404)
Controlelampje Stop &
Start-systeem
*2 (indien
aanwezig) ( Blz. 441)
Controlelampje uitgescha-
keld Stop & Start-sys-
teem
*2, 4 (indien aanwezig)
( Blz. 443)
Controlelampje stand-bys-
tand Brake Hold-sys-
teem
*2 ( Blz. 320)
Controlelampje Brake
Hold-systeem in werking
*2
( Blz. 320)
Controlelampje antidiefstal-
systeem ( Blz. 84, 110)
Controlelampje lage bui-
tentemperatuur
*7
( Blz. 123, 128)
ECO-controlelampje
*2
(indien aanwezig)
( Blz. 134)
Waarschuwingslampje par-
keerrem ( Blz. 317)
Controlelampje automati-
sche EPB OFF
*2, 4 (indien
aanwezig) ( Blz. 317)
Controlelampje ECO-rijmo-
dus ( Blz. 449)
Controlelampje SPORT-
modus ( Blz. 449)
Controlelampje modus
MUD & SAND (indien aan-
wezig) ( Blz. 451)
Controlelampje modus
ROCK & DIRT (indien aan-
wezig) ( Blz. 451)
Controlelampje SNOW-
modus (indien aanwezig)
( Blz. 454)
Controlelampje Downhill
Assist Control
*2 (indien
aanwezig) ( Blz. 455)
Controlelampje PASSEN-
GER AIR BAG
*2, 8 (indien
aanwezig) ( Blz. 48)
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 120 Monday, October 7, 2019 3:26 PM

121
2
2-1. Instrumentenpaneel
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
*3: Afhankelijk van de bedr
ijfscondities wijzi-
gen de kleur en de status (branden/knip-
peren) van het controlelampje.
*4: Het lampje gaat branden wanneer het systeem wordt uitgeschakeld.
*5: Het controlelampje Toyota Parking Assist-sensor OFF gaat branden wan-
neer het contact AAN wordt gezet, terwijl
de Toyota Parking A ssist-sensor is inge-
schakeld. Het gaat na enkele seconden
uit.
*6: Dit lampje gaat branden in de buitenspie- gels.
*7: Wanneer de buitentemperatuur ongeveer 3°C of lager is, gaat het controlelampje
gedurende 10 seconden knipperen en
blijft daarna branden.
*8: Dit lampje brandt in het centrale paneel.
■BSM-indicatoren (Blind Spot Monitor) in
de buitenspiegels (indien aanwezig)
Om aan te geven dat het systeem werkt,
gaan de BSM-indicatoren in de buitenspie-
gels in de volgende situaties branden:
●Wanneer het contact AAN is gezet terwijl
de BSM-functie is ingeschakeld op het
scherm op het multi-informatiedisplay.
●Wanneer de BSM-functie is ingeschakeld
op het scherm op het multi-informatie-
display terwijl het contact AAN staat.
Wanneer het systeem correct werkt, gaan de
BSM-indicatoren in de buitenspiegels na
enkele seconden uit.
Wanneer de BSM-indicatoren in de buiten-
spiegels niet gaan branden of niet uitgaan,
kan er een storing in het systeem aanwezig
zijn.
Laat, als dit gebeurt, de auto nakijken door
een erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 121 Monday, October 7, 2019 3:26 PM

137
2
2-1. Instrumentenpaneel
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
■ LTA (Lane Tracing Assist)
(indien aanwezig) ( Blz. 355)
Hiermee kunt u de volgende zaken
instellen.
“Lane Center” (midden rijstrook)
Hiermee kunt u de Lane Centering-functie
in- of uitschakelen.
“Steering Assist” (stuurassistentie)
Hiermee kan de stuurassistentie worden in-
of uitgeschakeld.
“Sensitivity” (gevoeligheid)
Hiermee kunt u de gevoeligheid van de Lane
Departure Alert instellen.
“Sway Warning” (waarschuwing voor
slingeren)
Hiermee kunt u de waarschuwing voor slin-
geren in- of uitschakelen.
“Sway Sensitivity” (gevoeligheid
waarschuwing voor slingeren)
Hiermee kunt u de gevoeligheid van de
waarschuwing voor slingeren instellen.
■ LDA (Lane Departure Alert
met stuurregeling) (indien aanwe-
zig) ( Blz. 364)
Hiermee kunt u de volgende zaken
instellen.
“Steering Assist” (stuurassistentie)
Hiermee kan de stuurassistentie worden in-
of uitgeschakeld.
“Sensitivity” (gevoeligheid)
Hiermee kunt u de gevoeligheid van de
waarschuwing instellen.
“Sway Warning” (waarschuwing voor
slingeren)
Hiermee kunt u de waarschuwing voor slin-
geren in- of uitschakelen.
“Sway Sensitivity” (gevoeligheid
waarschuwing voor slingeren)
Hiermee kunt u de gevoeligheid van de
waarschuwing voor slingeren instellen.
■ PCS (Pre-Crash Safety-sys-
teem) (indien aanwezig)
(Blz. 347)
Hiermee kunt u de volgende zaken
instellen.
PCS aan/uit
Hiermee kunt u het P re-Collision-systeem
in- of uitschakelen.
“Sensitivity” (gevoeligheid)
Hiermee kunt u het waarschuwingstijdstip
van het Pre-Crash Safety-systeem wijzigen.
■ BSM (Blind Spot Monitor)
(indien aanwezig) ( Blz. 404)
Hiermee kunt u de volgende zaken
instellen.
BSM (Blind Spot Monitor) aan/uit
Hiermee kunt u het BSM-systeem in- of uit-
schakelen.
“Brightness” (helderheid)
Hiermee kunt u de helderheid van de indica-
toren in de buitenspiegels wijzigen.
( Blz. 404)
“Sensitivity” (gevoeligheid)
Hiermee kunt u de timing van de waarschu-
wing voor een naderend voertuig wijzigen.
■ (Toyota Parking Assist-sen-
sor) (indien aanwezig) ( Blz. 419)
Hiermee kunt u de volgende zaken
instellen.
Toyota Parking Assist-sensor aan/uit
Hiermee kan de Toyota Parking Assist-sen-
sor worden in- of uitgeschakeld.
“Volume”
Hiermee kunt u het volume van de zoemer
die bij het bedienen van de Toyota Parking
Assist-sensor klinkt instellen.
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 137 Monday, October 7, 2019 3:26 PM

1382-1. Instrumentenpaneel
■RCTA (Rear Crossing Traffic Alert)
(indien aanwezig) (Blz. 404)
RCTA (Rear Crossing Traffic Alert)
aan/uit
Hiermee kunt u het RCTA-systeem in- of uit-
schakelen.
“Volume”
Hiermee kunt u het volume van de RCTA-
zoemer wijzigen.
■ PKSB (Parking Support
Brake System) (indien aanwezig)
(Blz. 427)
Hiermee kunt u de Parking Support
Brake-functie in- of uitschakelen.
■ RSA (Road Sign Assist)
(indien aanwezig) ( Blz. 372)
Hiermee kunt u de volgende zaken
instellen.
Road Sign Assist aan/uit
Hiermee kunt u het RSA-systeem in- of uit-
schakelen.
“Notification method” (meldingsme-
thode)
Hiermee kunt u elke meldingsmethode die
wordt gebruikt om de bestuurder te waar-
schuwen wanneer het systeem een te hoge
snelheid, een verkeersbord voor een inhaal-
verbod of een verkeersbord voor verboden
in te rijden signaleert, wijzigen.
“Notification Level” (meldingsniveau)
Hiermee kunt u elk meldingsniveau dat
wordt gebruikt om de bestuurder te waar-
schuwen wanneer het systeem een ver-
keersbord met een snelheidslimiet
signaleert, wijzigen.
■DRCC (RSA) (ind ien aanwezig)
(Blz. 385)
Hiermee kunt u de Dynamic Radar
Cruise Control met Road Sign Assist in-
of uitschakelen.
■ Voertuiginstellingen
PBD (elektrisch bedienbare
achterklep) (indien aanwezig)
(Blz. 181)
Hiermee kunt u de volgende zaken instellen.
• Systeeminstellingen
Hiermee kan de functie elektrisch bedien-
bare achterklep worden in- of uitgeschakeld.
• “Kick Sensor” (sens or regeling voetbedie-
ning)
*
Hiermee kunt u de sensor regeling voetbe-
diening in- of uitschakelen.
• “Opening Adjustment” (aanpassen ope- ning)
Selecteer de positie openen wanneer de
elektrisch bedienbare achterklep geheel is
geopend.
•“Volume”
Hiermee kunt u het volume instellen van de
zoemer die klinkt wanneer de elektrisch
bedienbare achterklep in werking is.
*: Auto's met handsfree elektrisch bedien- bare achterklep
(Stop & Start-sy steem) (indien
aanwezig) ( Blz. 441)
Hiermee kunt u de werkingsduur van het
Stop & Start-systeem instellen als de aircon-
ditioning is ingeschak eld met de aircoscha-
kelaar.
“TPWS” (bandenspanningswaar-
schuwingssysteem) (indien aanwe-
zig) ( Blz. 581)
• “Set Pressure” (stel bandenspanning in)
Hiermee kan het bandenspanningswaar-
schuwingssysteem worden geïnitialiseerd.
• “Change Wheel” (wielen wijzigen)
Hiermee kunt u de ingestelde identificatie-
code van de sensor van het bandenspan-
ningswaarschuwingssysteem wijzigen. Om
deze functie te kunnen inschakelen moet een
tweede set identificatiecodes van de senso-
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 138 Monday, October 7, 2019 3:26 PM