353
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
WAARSCHUWING
●Als de banden erg versleten zijn of als
de bandenspanning te laag is.
●Als er een andere maat banden dan
voorgeschreven is gemonteerd
●Er wordt gereden op andere wegen dan
autowegen en snelwegen.
●Bij het rijden met een aanhangwagen*
of tijdens het slepen in een noodgeval
*: Auto's die een aanhangwagen kunnen
trekken. ( →Blz. 294)
■Voorkomen van storingen in het LTA-
systeem en onbedoeld uitgevoerde
handelingen
●Breng geen wijzigingen aan de koplam-
pen aan en plak geen stickers op het
lampglas.
●Breng geen wijzigingen aan de wielop-
hanging, enz. aan. Als onderdelen van
de wielophanging moeten worden ver-
vangen, neem dan contact op met een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
●Monteer of plaats geen voorwerpen op
de motorkap of de grille. Monteer ook
geen accessoires aan de voorzijde van
de auto (bullbars, enz.).
●Als uw voorruit gerepareerd moet wor-
den, neem dan contact op met een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
■Omstandigheden waaronder de func-
ties mogelijk niet goed werken
In de volgende situaties werken de func-
ties mogelijk niet goed, waardoor de auto
zijn rijstrook zou kunnen verlaten. Houd
om veilig te rijden de omgeving steeds
goed in de gaten, bedien het stuurwiel om
de rijrichting van de auto te corrigeren en
vertrouw niet uitsluitend op de werking van
het systeem.
●Wanneer het display voor rijden met de
volgregeling wordt weergegeven
( → Blz. 357) en de voorligger van rij-
strook wisselt. (Uw auto volgt mogelijk
de voorligger en wisselt ook van rij-
strook.)
●Wanneer het display voor rijden met de
volgregeling wordt weergegeven
( → Blz. 357) en de voorligger slingert.
(Mogelijk gaat uw auto dienovereen-
komstig ook slingeren en verlaat moge-
lijk de rijstrook.)
●Wanneer het display voor rijden met de
volgregeling wordt weergegeven
( → Blz. 357) en de voorligger zijn rij-
strook verlaat. (Uw auto volgt mogelijk
de voorligger en verlaat mogelijk de rij-
strook.)
●Wanneer het display voor rijden met de
volgregeling wordt weergegeven
( → Blz. 357) en de voorligger zeer dicht
op de rijstrookmarkering links/rechts
rijdt. (Uw auto volgt mogelijk de voorlig-
ger en verlaat mogelijk de rijstrook.)
●Er wordt gereden in een scherpe bocht.
●Er bevinden zich naast de weg objecten
die onterecht kunnen worden aangezien
voor witte (gele) lijnen (vangrails, reflec-
terende palen, enz.).
pM_RAV4-HV_OM_OM42C86E_(EE).boo k Page 353 Wednesday, October 9, 2019 11:15 AM
355
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Lane Departure Alert-functie
Wanneer het systeem vaststelt dat de
auto de rijstrook of de rijbaan
* dreigt te
verlaten, wordt er een waarschuwing
weergegeven op het m ulti-informatie-
display en klinkt er een waarschuwings-
zoemer om de bestuurder te
waarschuwen.
Wanneer de waarschuwingszoemer klinkt,
controleer dan het gebied rondom uw auto
en stuur de auto voorzichtig terug naar het
midden van de rijstrook.
Auto's met Blind Spot Monitor: Wanneer het
systeem vaststelt dat de auto de rijstrook
dreigt te verlaten en dat de kans op een aan-
rijding met een inhalende auto in de naast-
gelegen rijstrook groot is, treedt de Lane
Departure Alert in werking, zelfs wanneer de
richtingaanwijzers zijn ingeschakeld.
*: De grens tussen asfalt en de kant van de weg, zoals gras, grond of een stoeprand
■Stuurassistentiefunctie
Wanneer het systeem vaststelt dat de
auto de rijstrook of de rijbaan
* dreigt te
verlaten, helpt het systeem voor zover
nodig om de auto in de rijstrook te hou-
den door kortstondig h et stuurwiel licht
te bedienen.
Als het systeem signaleert dat het stuurwiel
een bepaalde periode niet bediend is of dat
het stuurwiel niet stevig wordt vastgehou-
den, wordt een waarschuwing weergegeven
op het multi-informatiedisplay en wordt de
functie tijdelij k uitgeschakeld.
Auto's met Blind Spot Monitor: Wanneer het
systeem vaststelt dat de auto de rijstrook
dreigt te verlaten en dat de kans op een aan-
rijding met een inhalende auto in de naast-
gelegen rijstrook groot is, treedt de
stuurassistentie in werking, zelfs wanneer
de richtingaanwijzers zijn ingeschakeld.
*: De grens tussen asfalt en de kant van de weg, zoals gras, grond of een stoeprand
WAARSCHUWING
●Wanneer u met uitgeschakelde koplam-
pen in een tunnel of in het donker rijdt of
wanneer een koplamp gedimd wordt
doordat het lampglas vuil of niet goed
uitgelijnd is.
●De auto heeft last van zijwind.
●De auto krijgt een windstoot door een
passerend voertuig op een naastgele-
gen rijstrook.
●De auto is net van rijstrook gewisseld of
een kruising overgestoken.
●Er worden banden gebruikt met ver-
schillende structuren of profielen of van
verschillende fabrikanten of merken.
●Er zijn winterbanden, enz. gemonteerd.
●Er wordt gereden met extreem hoge
snelheden
Functies die zijn opgenomen in
het LTA-systeem
pM_RAV4-HV_OM_OM42C86E_(EE).boo k Page 355 Wednesday, October 9, 2019 11:15 AM
4766-1. Onderhoud en verzorging
OPMERKING
●Verwijder vuil van de velgen en berg ze
op een droge plaats op om te voorko-
men dat de velgen tijdens de opslag
gaan corroderen.
■Schoonmaken van de verlichting aan
de buitenzijde
●Was deze met de nodige voorzichtig-
heid. Gebruik geen organische oplos-
middelen en borstel ze ook niet af met
een harde borstel.
Dit kan het oppervlak van de lampen
beschadigen.
●Breng geen was aan op de lenzen.
Was kan het lampglas beschadigen.
■Wassen in een wasstraat (auto's met
ruitenwissers met regensensor)
Zet de ruitenwisserschakelaar in stand
OFF.
Als de ruitenwissers chakelaar in stand
AUTO staat, kunnen de ruitenwissers in
werking treden waardoor de ruitenwisser-
bladen beschadigd kunnen raken.
■Reinigen met een hogedrukreiniger
●Stel de camera (indien aanwezig) of de
omgeving ervan tijdens het wassen van
de auto niet bloot aan sterke waterstra-
len uit de hogedrukreiniger. Door de
kracht van de waterstralen werkt het
apparaat mogelijk niet normaal.
●Houd de sproeierkop uit de buurt van
hoezen (rubberen of kunststof afdekkin-
gen), stekkers en de volgende onderde-
len.
Wanneer onderdelen in aanraking
komen met sterke waterstralen, kunnen
ze beschadigd raken.
• Aan tractie gerelateerde onderdelen
• Onderdelen stuurinrichting
• Onderdelen wielophanging
• Onderdelen remsysteem
●Reinig de onderzijde van de auto niet
met een hogedrukreiniger.
●Houd de sproeierkop op ten minste 30
cm van de carrosserie. Anders kunnen
kunststof delen, zoals lijsten en bum-
pers, vervormd of beschadigd raken.
Houd de sproeierkop ook niet de hele
tijd op dezelfde plek.
●Spuit niet continu met water op het
onderste gedeelte van de voorruit. Daar
bevindt zich de luchtinlaatopening voor
de airconditioning en als daar water
doorheen komt, werkt de airconditioning
mogelijk niet goed.
pM_RAV4-HV_OM_OM42C86E_(EE).boo k Page 476 Wednesday, October 9, 2019 11:15 AM
527
6
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
Remlichten
Mistachterlicht (indien aanwezig)
Derde remlicht
Kentekenplaatverlichting
■Ledlampen
Behalve de onderstaande lampen zijn de
lampen voorzien van een aantal leds. Laat
een defecte led vervangen door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
●Richtingaanwijzers voor
●Mistlampen voor (indien aanwezig)
●Richtingaanwijzers achter
●Achteruitrijlichten
●Instapverlichting spiegelvoet (indien aan-
wezig)
■Condensvorming aan de binnenzijde
van het lampglas
Het tijdelijk beslaan v an de binnenzijde van
het koplampglas is normaal. Neem in de vol-
gende gevallen contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige voor meer informatie:
●Als er erg veel condens aan de binnenzijde
van het koplampglas zit.
●Als de binnenzijde van de koplamp nat is
en blijft.
■Richtingaanwijzers voor (type A)
1 Draai de lamphouder linksom.
2 Verwijder de lamp.
3 Plaats een nieuwe lamp en vervol-
gens de lamphouder in de lichtunit
door de lamphouder erin te steken
en deze rechtsom te draaien.
Lampen vervangen
pM_RAV4-HV_OM_OM42C86E_(EE).boo k Page 527 Wednesday, October 9, 2019 11:15 AM
535
6
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
12
Sluit de stekkers van de spiegel
aan.
13 Lijn de lippen uit en bevestig het
spiegelglas door de lippen in diago-
nale paren naar binnen te drukken.
Zorg ervoor dat u de lippen in de volgorde
zoals in de afbeelding is aangegeven plaatst
en druk ze naar binnen totdat u een klikge-
luid hoort.
Hoort u geen klikgeluid, forceer de lippen
dan niet verder. Verwijder het spiegelglas en
controleer of de lippen goed zijn uitgelijnd.
WAARSCHUWING
■Lampen vervangen
●Schakel de verlichting uit. Wacht na het
uitschakelen van de verlichting tot de
lamp is afgekoeld.
De lamp kan erg heet worden en brand-
wonden veroorzaken.
●Raak het glas van de lamp niet aan met
blote handen. Als u het glas van de
lamp toch moet vastpakken, gebruik
daarvoor dan een schone droge doek,
om te voorkomen dat er vocht of olie op
de lamp komt.
Als de lamp een kras heeft of is geval-
len, kan deze defect raken of breken.
●Zorg ervoor dat de lamp en overige
onderdelen goed vastzitten. Anders kan
de lamp door oververhitting beschadigd
raken, kan brand ontstaan of kan water
binnendringen in de l ichtunit. Hierdoor
kan de lamp beschadigd raken en kan
condensvorming in het lampglas optre-
den.
●Probeer lampen, stekkers, elektrische
circuits of andere onderdelen van de
verlichting niet te repareren of uit elkaar
te halen.
Als u dat wel doet, kunt u een elektri-
sche schok krijgen en ernstig letsel
oplopen.
■Voorkomen van schade en brand
●Controleer of de lamp goed vastzit.
●Controleer het vermogen van de lamp
voordat deze wordt geplaatst om
beschadiging door hitte te voorkomen.
pM_RAV4-HV_OM_OM42C86E_(EE).boo k Page 535 Wednesday, October 9, 2019 11:15 AM
6088-2. Persoonlijke voorkeursinstellingen
Sommige voorkeursinstellingen zijn van invloed op de instelling en van andere func-
ties. Neem voor meer informatie contact op met een erkende Toyo ta-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Auto's met navigatiesysteem o f multimediasysteem: Instellingen die u met het
scherm van het navigatiesysteem o f multimediasysteem kunt wijzigen
Instellingen die u met behulp van het multi-informatiedisplay kunt wijzigen
Instellingen die door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren ge kwalificeerde en uitgeruste deskundige ku nnen worden
gewijzigd
Definitie van symbolen: O = beschikbaar, – = niet beschikbaar
■Alarm ( →Blz. 118)
*: Indien aanwezig
■Meters, tellers en multi-informatiedisplay ( →Blz. 130, 134, 140)
Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke
voorkeursinstellingen
FunctieStandaard-
instelling Persoonlijke
voorkeursinstelling
Aanpassen van de gevoeligheid van
de inbraaksensor wanneer een ruit
is geopend
*StandaardLaag––O
Schakelt het alarm uit wanneer de
portieren worden ontgrendeld met
de mechanische sleutel
UitAan––O
Functie*1Standaard-
instelling Persoonlijke
voorkeursinstelling
Klok (instellen tijd)⎯⎯OO*2–
Klok (displaytype)*312-uurs weergave24-uurs weergaveOO*2–
Taal*3“English” (Engels)Behalve Engels*4–O–
Eenheden*3km (l/100 km)km (km/liter)–O–mijlen (MPG)*5
Weergave snelheidsmeter*6AnaloogDigitaal–O–
EV-controlelampjeAanUit–O–
“ECO Guidance” ( begeleiding mili-
eubewust bedienen gaspedaal)AanUit–O–
A
B
C
ABC
ABC
pM_RAV4-HV_OM_OM42C86E_(EE).boo k Page 608 Wednesday, October 9, 2019 11:15 AM