Page 9 of 93

Inleiding9Het hoofdscherm is een overzichts‐
scherm dat in meerdere delen is
gesplitst. Het toont informatie over de
audio die u op dat moment beluistert,
de telefoonstatus en een smalle
uitvoering van de navigatiekaart.
Door op een van deze delen van het
hoofdscherm te tikken wordt de
desbetreffende app geopend. U kunt
sommige functies, zoals het afspelen van het volgende audionummer en
zoomen van de navigatiekaart, op het hoofdscherm bedienen.
Let op
U kunt een routebegeleiding alleen
in de navigatie-app, niet op het
hoofdscherm starten.
U gaat naar het hoofdscherm door op
het startscherm naar rechts te vegen.
Onderste balk
De onderste balk op het scherm geeft de volgende informatie weer:
● tijd
● temperatuur
● verbindingsstatusDaarbij bevat de onderste balk picto‐
grammen voor snelle toegang tot het
startscherm en de belangrijkste apps.
Uitgebreid statusscherm
Het uitgebreide statusscherm is
toegankelijk door het middelste deel
van de onderste balk aan te raken en bevat de volgende informatie:
● belangrijke meldingen
● datum, tijd, temperatuur
● het momenteel actieve profiel ● status van netwerk en Wi-Fi- verbinding
Page 10 of 93
10BasisbedieningBasisbediening
Bediening via het scherm Het display van het Infotainmentsys‐
teem heeft een aanraakgevoelig
oppervlak voor rechtstreekse interac‐ tie met de getoonde menubedie‐
ningselementen.Voorzichtig
Gebruik geen puntige of harde
voorwerpen zoals balpennen,
potloden en dergelijke voor het aanraakscherm.
Gebruik de volgende vingerbewegin‐
gen voor bedienen van het Infotain‐
mentsysteem.
Aantikken
Via aantikken selecteert u een picto‐
gram of optie, activeert u een app of
wijzigt u de locatie op een kaart.
Lang aantikken
Door lang aantikken kunt u een app
verplaatsen en radiozenders opslaan onder de voorkeuzetoetsen.
Page 11 of 93

Basisbediening11Slepen
Met slepen kunt u apps op het start‐
scherm verplaatsen, een lijst doorbla‐
deren of de kaart verschuiven. U
sleept een item door het aangetikt te
houden en over het display naar de
nieuwe locatie te verplaatsen.
Terug naar vorige menu
Als u terug wilt gaan naar het voor‐
gaande menu, dan tikt u op < in de
linker bovenhoek van het scherm.
Terug naar hoofdscherm van huidige
app
Als u terug wilt gaan naar het hoofd‐
scherm van de huidige app, dan tikt u op & in de rechter bovenhoek van
het scherm.
Teruggaan naar het startscherm
Tik om terug te gaan naar het start‐
scherm op !.
Wi-Fi-verbinding Het Infotainmentsysteem kan worden
verbonden met een Wi-Fi-netwerk,
bijv. de hotspot van een mobiele tele‐
foon of een mobiele Wi-Fi-stick.
Verbinden met een Wi-Fi-netwerk
Als u verbinding met een Wi-Fi-
netwerk wilt maken, gaat u naar het
startscherm en selecteert u
Instellingen I Systeem I Wi-Fi
netwerken .
Er verschijnt een lijst met alle
beschikbare Wi-Fi-netwerken. Na het
kiezen van een Wi-Fi-netwerk moet u
zich mogelijk aanmelden door invoe‐ren van het juiste wachtwoord op het Info-Display. In dat geval verschijnt er een bijbehorend venster.
Instellingen
Ga voor het menu Systeeminstellin‐
gen naar het startscherm en selec‐
teer Instellingen . De instellingen zijn
opgesplitst over vier tabbladen:
Systeem , Apps , Voertuig en
Persoonlijk .
De volgende instellingen zijn te wijzi‐
gen in het tabblad Systeem:
● Tijd/datum
● Taal (Language)
● Telefoons : Verbonden/niet
verbonden telefoons weergeven of telefoon toevoegen.
● Wi-Fi netwerken : Verbinden met
een beschikbaar Wi-Fi-netwerk.
● Privacy : Locatieservices en data‐
services activeren/deactiveren.
● Weergave : Weergavemodus
selecteren, aanraakscherm kali‐
breren en display uitzetten.
Page 12 of 93

12Basisbediening●Geluiden : Maximaal volume bij
starten instellen, geluidssignalen
en aanraakgeluidssignalen acti‐
veren/deactiveren.
● Spraak : Lengte van aanwijzin‐
gen, snelheid van gesproken
feedback instellen en leerpro‐ grammamodus activeren/deacti‐
veren (Multimedia Navi Pro).
● Favorieten : Favorieten beheren
en aantal audiofavorieten instel‐ len.
● Info : Informatie over open
source-software en apparaatre‐
gistratie weergeven.
● Actieve toepassingen : Apps, bijv.
Klimaat of Gebruikers , stoppen.
● Fabrieksinstellingen herstellen :
Boordinstellingen terugzetten, instellingen en persoonlijke
gegevens verwijderen en stan‐ daardapps wissen
De volgende instellingen zijn te wijzi‐
gen in het tabblad Apps:
● Android Auto : Android Auto app
activeren/deactiveren.
● Apple CarPlay : Apple CarPlay
app activeren/deactiveren.● Audio (opties hangen af van
huidige audiobron): Geluidsin‐
stellingen, automatisch volume
wijzigen, verkeersinformatie
(Multimedia Navi Pro), koppeling
DAB-FM, DAB-berichten, enz.
activeren/deactiveren.
● Klimaat : Klimaatinstellingen
wijzigen.
De klimaatinstellingen staan
beschreven in de Gebruikers‐
handleiding.
● Navigatie : Navigatie-instellingen
wijzigen (Multimedia Navi Pro).
● Telefoon : Contacten sorteren,
contacten hersynchroniseren, alle contacten uit auto verwijde‐
ren, enz.
De volgende voertuitginstellingen zijn te wijzigen in het tabblad Voertuig. De
Auto-instellingen staan beschreven in
de Gebruikershandleiding.
De profielinstellingen zijn te wijzigen
in het tabblad Persoonlijk (Multimedia
Navi Pro).
Page 13 of 93

Profielen13ProfielenDeze app werkt alleen bij Multimedia
Navi Pro.
Tik op Gebruikers op het startscherm
om een lijst met alle beschikbare
profielen weer te geven.
Vanwege de opties voor het aanma‐
ken van profielen kan het Infotain‐
mentsysteem voor diverse bestuur‐
ders geschikt worden gemaakt.
Verschillende instellingen en favo‐
riete radiozenders en bestemmingen
worden gekoppeld aan een specifiek
profiel. Zo hoeven de instellingen en
favorieten bij een andere bestuurder
van de auto niet steeds te worden
aangepast.
Een profiel kan aan een specifieke
autosleutel worden gekoppeld. Bij het starten van de auto wordt het bijbe‐
horende profiel geactiveerd.
Profiel aanmaken 1. Selecteer Gebruikers op het start‐
scherm.
2. Selecteer, indien van toepassing, Gebruikersprofiel toevoegen .3. Selecteer Profiel aanmaken .
4. Voer een profielnaam in en selec‐
teer Volgende .
5. Kies desgewenst een profielfoto en selecteer Volgende. Selecteer
anders Overslaan .
6. Kies desgewenst een autosleutel die u aan het profiel wilt gaan
koppelen en selecteer Volgende.
Selecteer anders Overslaan.
7. Selecteer Gereed.
Er wordt een nieuw profiel aange‐ maakt. De profielinstellingen zijn op
ieder moment te wijzigen.
Let op
Bij het aanmaken van een nieuw
profiel of het overgaan naar een
ander profiel wordt de audio-app
gepauzeerd en opnieuw gestart.
PIN voor profiel aanmaken
U kunt elk aangemaakt profiel bevei‐
ligen met een pincode. Na het inscha‐
kelen van de auto moet de pincode
worden ingevoerd.Als u een pincode wilt aanmaken,
gaat u naar het startscherm en selec‐
teert u Instellingen I Persoonlijk I
Security .
Het Gast -profiel kan niet worden
beveiligd met een pincode.
Naar ander profiel gaan Er zijn twee manieren om naar een
ander profiel te gaan:
● Selecteer Gebruikers op het
startscherm en selecteer het
gewenste profiel.
● Als het profiel Gast niet actief is:
Ga naar het startscherm en
selecteer Instellingen I
Persoonlijk I Gebr. wisselen .
Selecteer het gewenste profiel.
Profiel bewerken Alleen het momenteel actieve profiel
kan worden bewerkt. Er zijn twee
manieren om een profiel te bewerken:
● Ga naar het startscherm en selecteer Gebruikers I / .
● Ga naar het startscherm en selecteer Instellingen I
Persoonlijk .
Page 14 of 93
14ProfielenAlle profielinstellingen, bijv. naam,
profielfoto, gekoppelde autosleutel,
kunnen worden gewijzigd.
Profiel verwijderen
Selecteer voor verwijderen van een profiel f naast het bijbehorende
profiel. Het profiel Gast kan niet
worden verwijderd.
Het profiel Gast is een standaardpro‐
fiel. Het is actief wanneer er geen
ander profiel is aangemaakt of actief
is.
Page 15 of 93

Audio15AudioOverzichtInstellen:Voorkeuzetoets. Vast‐
houden om actieve radio‐
zender als favoriet op te
slaan.c:Andere voorkeuzetoetsen
weergeven.b:Geluidsinstellingen
aanpassen.a:Zenderlijst/mappen weer‐
geven.g:Aantikken om naar de
volgende zender/song te
gaan of vinger erop
houden voor snel vooruit‐
spoelen._:Een frequentie invoeren.f:Aantikken om naar de
vorige zender/song te
gaan of vinger erop
houden voor achteruit‐
spoelen.::(Multimedia Navi Pro)
Audiobron selecteren.Meer:(Multimedia) Audiobron
selecteren.
Bronnen
Tik op : en selecteer de gewenste
audiobron.
De laatste drie geselecteerde bron‐
nen worden aangegeven boven :
op het scherm. Als een van de laatste
drie geselecteerde audiobronnen een extern apparaat is, wordt het nog
steeds aangegeven hoewel het appa‐
raat niet meer is verbonden.
Bij het verbinden van een extern
apparaat schakelt het Infotainment‐
systeem niet automatisch over naar
het externe apparaat. Het externe
apparaat moet worden geselecteerd
als audiobron. Bij het ontkoppelen
van het externe apparaat moet er een andere audiobron worden geselec‐
teerd.
Externe apparaten
Er zitten twee USB-poorten voor
aansluiting van externe apparaten
onder de opklapbare armsteun.
Wanneer een externe audiobron (via
USB of Bluetooth) wordt verbonden en wordt geselecteerd als audiobron
verschijnen de volgende extra
symbolen op het audioscherm:&:Afspelen onderbreken of
hervatten.2:Tracks in willekeurige volg‐
orde afspelen.
Audiobestanden
De afspeelbare audiobestandsinde‐ lingen zijn MPEG-4 (AAC LC, HE
AAC, ALAC), FLAC, MP3, Vorbis,
PCM/WAVE, SBC.
Favorieten opslaan
Er zijn twee manieren om een radio‐
zender op te slaan als favoriet:
● Houd uw vinger op een van de voorkeuzetoetsen totdat er eenbijbehorend bericht verschijnt.
De momenteel actieve radiozen‐
der wordt nu opgeslagen als
Page 16 of 93

16Audiofavoriet en kan worden opge‐
vraagd door op de desbetref‐
fende voorkeuzetoets te tikken.
● Tik op a en daarna op het
symbool ; naast de desbetref‐
fende radiozender. De radiozen‐
der wordt opgeslagen als favoriet
wanneer het symbool ; groen
is.
Verkeersinformatie
Verkeersinformatie is een service van FM-radiozenders. Bij het activeren
van verkeersinformatie wordt de
momenteel beluisterde audiobron
onderbroken wanneer een FM-radio‐
zender verkeersberichten uitzendt.
Na afloop van de verkeersberichten
klinkt de audiobron weer. Tijdens het
uitzenden van verkeersberichten
staat het volume hoger.Er zijn twee manieren om verkeersin‐ formatie te activeren of te deactive‐
ren:
● Ga naar het startscherm en selecteer Instellingen I Apps I
Audio .
● Wanneer FM de actieve audio‐ bron is, verschijnt er een knop
TP op het audioscherm.
Verkeersinformatie wordt door
aantikken van TP geactiveerd of
gedeactiveerd. Een gele lijn geeft aan dat verkeersinformatie geac‐
tiveerd is.
DAB-berichten DAB-berichten zijn een service van
DAB-radiozenders. DAB-berichten
worden verdeeld in verschillende
categorieën zoals verkeer, nieuws,
weer, enz.
Als u de DAB-berichten wilt activeren of deactiveren, gaat u naar het start‐
scherm en selecteert u Instellingen I
Apps I Audio I DAB berichten .Het menu DAB berichten is alleen
beschikbaar wanneer DAB de
momenteel geselecteerde audiobron is.
Let op
Tijdens DAB-berichten staat het
volume niet harder.
Koppeling DAB-DAB
Als deze functie geactiveerd is, scha‐
kelt het systeem over op dezelfde
service van een ander DAB-ensem‐
ble (indien beschikbaar) als het DAB-
signaal te zwak is om door de radio te worden opgevangen.
Als u de koppeling DAB-DAB wilt acti‐ veren of deactiveren, gaat u naar het
startscherm en selecteert u
Instellingen I Apps I Audio .
Koppeling DAB-FM
Deze functie maakt het mogelijk om
over te schakelen van een DAB-
zender op een FM-zender of
andersom.