Rijden en bediening133De adaptieve cruise control wordt
automatisch gedeactiveerd in de
volgende situaties:
● Het rempedaal wordt bediend.
● De auto accelereert tot een snel‐
heid van meer dan 180 km/u
(handgeschakelde en automati‐
sche versnellingsbak) of remt af
tot een snelheid van minder dan 30 km/u(handgeschakelde
versnellingsbak).
● De elektrische parkeerrem wordt ingeschakeld.
● Het Traction Control-systeem of de elektronische stabiliteitsrege‐
ling is gedeactiveerd of actief.
● De keuzehendel van de automa‐ tische versnellingsbak staat nochin stand D noch in stand M.
● Er is een storing gedetecteerd in de elektronische stabiliteitsrege‐
ling of het radarsysteem.
● Onmiddellijk na het intrappen van
het koppelingspedaal of enkele
seconden na het intrappen van
het koppelingspedaal (afhanke‐
lijk van de handgeschakelde
versnellingsbak).Systeem uitschakelen
Druk op w, de adaptieve cruisecon‐
trolmodus wordt gedeactiveerd en de
aanduiding voor adaptieve cruisecon‐
trol op het Driver Information Center dooft.
Bij het indrukken van 5 om de snel‐
heidsbegrenzer in te schakelen wordt
de adaptieve cruisecontrol gedeacti‐
veerd.
Het uitschakelen van het contact wist de opgeslagen snelheidsinstelling.
Aandacht van de bestuurder ● Gebruik de adaptieve cruisecon‐ trol met beleid in bochten of opheuvelachtige wegen, het
systeem kan contact met de
voorligger verliezen en heeft tijd nodig om deze opnieuw te detec‐ teren.
● Gebruik het systeem niet op gladde wegen omdat het snelle
veranderingen in de tractie (door‐
slaan) van de banden kan
veroorzaken, waardoor u de
macht over het stuur zou kunnen verliezen.● Gebruik de adaptieve cruisecon‐ trol niet in de regen, sneeuw ofmodder, omdat de radarsensor
door waterfilm, stof, ijs of sneeuw bedekt kan worden. Het zicht
wordt dan geheel of gedeeltelijk
onderdrukt. Bij een vervuilde
sensor, de sensorafdekking reini‐
gen.
● Gebruik het systeem niet wanneer u met het reservewiel
rijdt.
Systeembeperkingen9 Waarschuwing
De automatische remkracht van
het systeem volstaat niet voor
krachtig remmen en de remwer‐
king is mogelijk onvoldoende om
een botsing te vermijden.
● Na aan plotselinge rijstrookwis‐ sel, heeft het systeem enige tijd
nodig om de volgende voorligger
te detecteren. Als dus een
231Bekerhouders .............................. 47
Bekleding .................................... 202
Beladingsinformatie .....................52
Beslagen lampglazen ..................88
Bestuurdersondersteuningssys‐ temen ...................................... 124
Beveiliging van de auto ................18
Binnenspiegels .......................21, 22
Binnenverlichting .................88, 180
Blindehoeksysteem ....................151
BlueInjection ............................... 111
Bochtverlichting ............................ 84
Bolle vorm .................................... 20
Boordgereedschap .....................184
Boordinformatie ........................... 76
Brandstof .................................... 162
Brandstofmeter ............................ 64
Brandstof voor benzinemotoren 162
Brandstof voor dieselmotoren ...163
Buitenspiegels .............................. 20
Buitentemperatuur .......................58
Buitenverlichting ........................... 81
C
Centrale vergrendeling ................11
Claxon ......................................... 56
Conformiteitsverklaring ...............218
Contactslotstanden ....................102
Controlelampen ......................63, 66
Controle over de auto ................102Controles.................................... 169
Cruise control ............................ 124
D
Dagrijlicht ..................................... 84
Dagteller ...................................... 63
Dak ............................................... 25
Dakbelasting ................................. 52
Dakdrager .................................... 51
DEF ............................................ 111
Diefstalalarmsysteem ..................18
Dieselbrandstofsysteem ontluchten .............................. 175
Dieseluitlaatvloeistof ...................111
Dimlicht ......................................... 72
Dimlicht of groot licht ....................81
Driepuntsgordel ........................... 33
Driver Information Center .............73
Drukverliesdetectiesysteem.. 71, 187
E Elektrisch bediende ruiten ...........23
Elektrische aansluitingen .............59
Elektrische handrem .............69, 119
Elektrische handrem defect ..........69
Elektrische stoelverstelling ..........29
Elektrische verstelling ..................20
Elektrisch systeem...................... 181
Elektronische rijprogramma's ....116Elektronische stabiliteitsregeling
en Traction Control-systeem ..
.......................................... 70, 122
Elektronisch klimaatregelsysteem 94
Elektronisch sleutelsysteem .........10
Erkenning van software ..............220
Event Data Recorders (EDR) .....225
F
Frontaal airbagsysteem ...............37
Frontaanrijdingswaarschuwing ...139
G Geavanceerde parkeerhulp ........147
Gebruik van deze handleiding .......3
Gedeponeerde handelsmerken ..224
Geluidssignalen ........................... 77
Gereedschap ............................. 184
Gevaar, Waarschuwing en Voorzichtig ................................. 4
Gloeilamp vervangen ................176
Gordelverklikker ........................... 66
Gordijnairbagsysteem .................. 39
Groot licht .............................. 72, 82
Grootlichtassistentie ...............72, 82
H Halogeenkoplampen .................176
Handgeschakelde versnellingsbak ......................118
Handmatige dimfunctie ................22