SERVICE EN ONDERHOUD
282
Kunststoflenzen van instrumentengroep
reinigen
De lenzen voor de instrumenten in deze auto
zijn gemaakt van doorzichtige kunststof.
Wees bij het reinigen van deze lenzen extra
voorzichtig om krassen te voorkomen.
1. Reinig met een vochtige, zachte doek.Eventueel kan een zachte zeepoplossing
worden gebruikt, maar gebruik in geen
geval reinigingsalcohol of bijtende of
schurende reinigingsmiddelen. Verwijder
de zeep met een schone, vochtige doek.
2. Drogen met een zachte doek.
Lederen onderdelen
De kwaliteit van lederen bekleding blijft het
best behouden door deze te reinigen met een
zachte, vochtige doek. Stofdeeltjes of vuil
kunnen een schurend effect hebben en de
lederen bekleding beschadigen. Verwijder
deze daarom direct met een vochtige doek.
Voorkom dat lederen bekleding wordt door -
drenkt met welke vloeistof dan ook. Reinig
uw lederen bekleding nooit met polish, olie,
reinigingsvloeistoffen, oplosmiddelen,
afwasmiddelen of schoonmaakmiddelen op
ammoniakbasis. Het gebruik van speciale
onderhoudsmiddelen voor leder is niet
vereist om de originele kwaliteit te
behouden.
OPMERKING:
Lichtgekleurde lederen bekleding is besmet -
telijker voor vreemd materiaal, vuil en
afgeven van weefselkleurstof dan donkere
kleuren. Het leer is ontworpen voor eenvou -
dige reiniging.
Ruitoppervlakken
Alle ruiten behoren regelmatig met een
normale glasreiniger te worden gereinigd.
Gebruik nooit schurende reinigingsmid -
delen. Wees voorzichtig bij het reinigen van
de binnenkant van de achterruit, die is voor -
zien van achterruitverwarming of ruiten die
zijn voorzien van een radioantenne. Gebruik
geen schrapers of andere scherpe voor -
werpen die de elementen kunnen bescha -
digen.
Wanneer u de binnenspiegel schoonmaakt,
moet u reinigingsmiddel op de gebruikte
doek spuiten. Spuit de reinigingsvloeistof
niet rechtstreeks op de spiegel.
Schade veroorzaakt door dit type
producten wordt mogelijk niet gedekt
door de standaardgarantie van een nieuw
voertuig.
LET OP! (Vervolgd) LET OP!
Gebruik geen alcohol en
reinigingsmiddelen op basis van alcohol of
keton om lederen bekleding te reinigen
omdat dergelijke middelen de bekleding
kunnen beschadigen.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 282
TECHNISCHE SPECIFICATIES
284
Trek de wielmoeren/-bouten in stervolgorde
aan totdat iedere moer/bout twee keer aange-
trokken is. Zorg ervoor dat de dop volledig
over de wielmoer/-bout zit (niet half
plaatsen).
OPMERKING:
Als u twijfelt of de moeren goed zijn vast -
gezet, laat dit dan bij een erkende dealer of
servicecenter controleren met een moments -
leutel.
Aanhaalpatroon Controleer na 25 mijl (40 km) het aanhaal
-
moment van de wielmoeren/-bouten om er
zeker van te zijn dat alle wielmoeren/-bouten
goed tegen het wiel aanliggen.WIELEN
Raadpleeg de paragraaf "Banden" in het
hoofdstuk "Service en onderhoud" voor meer
informatie.
OPMERKING:
Als er verschillen zijn tussen de gegevens
van de eigenaar en het registratiedocument,
ga dan uit van de informatie in het registra -
tiedocument. Voor veilig rijden moeten alle
wielen zijn voorzien van banden van
hetzelfde merk en type.
WAARSCHUWING!
Om te voorkomen dat de auto door de op
de krik uitgeoefende kracht verschuift,
mogen de wielmoeren/-bouten pas
definitief worden vastgezet als de auto
weer vast op de grond staat. Als u deze
waarschuwing niet opvolgt, kan dit ernstig
letsel tot gevolg hebben.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 284
MULTIMEDIA
310
Apps — indien aanwezig
Voor toegang tot Apps drukt u op de scherm-
toets "Uconnect Apps" om door de lijst met
toepassingen te bladeren:
Apple CarPlay®
Android Auto™ en nog veel meer.
UCONNECT 4C/4C NAV MET
8,4-INCH DISPLAY
Overzicht Uconnect 4C/4C NAV
Scherm Uconnect 4C/4C NAV Radio OPMERKING:
Uconnect schermafbeeldingen zijn uitslui
-
tend ter illustratie en geven de software van
uw voertuig mogelijk niet exact weer.
De tijd instellenModel 4C NAV synchroniseert de tijd auto-
matisch via GPS, dus het instellen van de
tijd zou hierbij niet nodig moeten zijn. Als
u de tijd handmatig moet instellen, volgt u de onderstaande instructies voor model 4C
NAV.
Voor model 4C schakelt u de eenheid in en
drukt u op de tijdweergave boven in het
scherm. Druk op "Yes" (ja).
Als de tijd niet bovenaan in het scherm
wordt weergegeven, kiest u de scherm
-
toets "Settings" (instellingen). Druk in het
scherm Settings (instellingen) op de
schermtoets "Clock" (klok) en vink deze
optie aan of uit.
Druk op "+" of "–" naast "Set Time Hours"
(uren instellen) en "Set Time Minutes"
(minuten instellen) om de tijd in te
stellen.
Als deze functies niet beschikbaar zijn,
schakelt u het vakje "Sync Time" (tijdsaan -
duiding synchroniseren) uit.
Druk op "X" om uw instellingen op te slaan
en het scherm Clock Setting (klok
instellen) af te sluiten.
WAARSCHUWING!
Rijd ALTIJD veilig met beide handen aan
het stuurwiel. U bent volledig
verantwoordelijk voor en draagt alle risico's
met betrekking tot het gebruik van de
Uconnect functies, inclusief DAB, en
toepassingen in deze auto. Gebruik de
functies en services van Uconnect alleen
wanneer dat veilig is. Anders bestaat er
een risico op een ongeval en ernstig of
zelfs dodelijk letsel.
LET OP!
Bevestig GEEN voorwerpen aan het
aanraakscherm. Anders kan het scherm
beschadigd raken.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 310
MULTIMEDIA
312
Radio
Uconnect 4C NAV RadioOm naar de radiomodus te gaan, kiest u de
schermtoets "Radio".
Radiozenders kiezen
Kies de schermtoets met de gewenste
radiofrequentieband (AM, FM of DAB).
Zenders zoeken
Druk gedurende minder dan twee
seconden op de pijltoets Vooruit zoeken of
Achteruit zoeken op het aanraakscherm
om de radiozenders te doorzoeken.
Houd een van deze twee pijltoetsen op het
aanraakscherm langer dan twee seconden
ingedrukt om zenders over te slaan zonder
te stoppen. De radio stopt bij de volgende zender die kan worden beluisterd zodra de
pijltoets op het aanraakscherm wordt
losgelaten.
Direct afstemmen
Stem direct af op een radiozender de
schermtoets "Tune" (afstemmen) te
drukken en het nummer van de gewenste
zender in te voeren.
Voorkeurzenders handmatig opslaan
In uw radio kunnen in totaal 36 voorkeurzen -
ders worden opgeslagen, 12 voorkeurzenders
per band (AM, FM en DAB). Ze worden
bovenaan in het radioscherm weergegeven.
Als u de 12 voorkeurzenders per band wilt
weergeven, drukt u op de pijltoets in de rech -
terbovenhoek van het scherm om te scha -
kelen tussen de twee sets voorkeurzenders.
Volg de onderstaande stappen om een voor -
keurzender handmatig op te slaan:
1. Stem af op de gewenste zender.
2. Houd de schermtoets met het gewenste cijfer langer dan twee seconden inge -
drukt of tot u een bevestigingstoon hoort.
1 — Radiovoorkeurzenders
2 — Schakelen tussen voorkeurzenders
3 — Statusbalk
4 — Kleine navigatiekaart weergeven
5 — Hoofdcategoriebalk
6 — Audio-instellingen
7 — Vooruit zoeken
8 — Direct afstemmen op een radiozender
9 — Achteruit zoeken
10 — Voorkeurzenders bekijken en beheren
11 — Frequenties
WAARSCHUWING!
Rijd ALTIJD veilig met beide handen aan
het stuurwiel. U bent volledig
verantwoordelijk voor en draagt alle risico's
met betrekking tot het gebruik van de
Uconnect functies, inclusief DAB, en
toepassingen in deze auto. Gebruik de
functies en services van Uconnect alleen
wanneer dat veilig is. Anders bestaat er
een risico op een ongeval en ernstig of
zelfs dodelijk letsel.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 312
MULTIMEDIA
318
mingen) te drukken en een categorie te
selecteren, door Siri te activeren vanaf de
pagina Destinations (bestemmingen) of zelfs
door een bestemming in te typen.Kaarten
OPMERKING:
Als de VR-toets niet ingedrukt wordt
gehouden, maar alleen even wordt inge-
drukt, zal het ingebouwde Uconnect VR u
leiden en elk uitgesproken navigatiecom -
mando activeert het ingebouwde Ucon -
nect Navigation systeem.
Als u het ingebouwde Uconnect Naviga-
tion systeem gebruikt en u probeert met
gebruik van Apple CarPlay® via spraak of op een andere manier een nieuwe route te
starten, verschijnt een pop-upvenster met
de vraag of u wilt overschakelen van Ucon
-
nect Navigation naar iPhone®-navigatie.
Er verschijnt ook een pop-upvenster met
de vraag of u wilt overschakelen, als Apple
CarPlay®-navigatie op dat moment in
gebruik is en u probeert een geïntegreerde
Uconnect route te activeren. Door "Yes"
(ja) te selecteren, schakelt de navigatie
over naar de laatst gebruikte navigatieme-
thode en er wordt een route gepland voor
de nieuwe bestemming. Als u "NO" (nee)
selecteert, blijft het type navigatie onge-
wijzigd.
Pop-up navigatie
Apps
Om een compatibele app met Apple
CarPlay® te gebruiken, moet u de compati -
bele app gedownload hebben op uw iPhone®
en moet u zijn aangemeld. Raadpleeg http://
www.apple.com/ios/carplay/ voor de meest
recente lijst met beschikbare apps voor
Apple CarPlay®.
Apps — indien aanwezig
Voor toegang tot Apps drukt u op de scherm -
toets "Uconnect Apps" om door de lijst met
toepassingen te bladeren:
EcoDrive
MyCar
TuneIn
Deezer
Reuters
Twitter
Facebook Check-In
Apple CarPlay®
Android Auto™
TomTom® Live Services en nog veel meer.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 318
321
Ritgegevens registreren en overdragen
De ritgegevens kunnen worden opgeslagen in
het geheugen van het systeem en gedeeld
buiten de auto met de Uconnect LIVE-app.
Hierdoor kunnen gebruikers de verzamelde
gegevens later bekijken, met een complete
analyse van de ritgegevens. Voor meer infor-
matie gaat u naar de website www.driveucon-
nect.eu .
Voor volledige toegang tot de functionaliteit
van de service moet u toestaan dat uw gege -
vens in de auto worden vastgelegd.
Het pictogram is de geo-positie-indicator
van de gebruiker.
Omdat specifieke Uconnect LIVE-diensten
zijn gebaseerd op de positie van de auto,
verschijnt nadat u toestemming hebt
gegeven voor de geo-locatie het pictogram in
de statusbalk van de radio om te bevestigen
dat de geo-referentiegegevens naar de server
worden verstuurd.
De gegevensoverdracht is gebaseerd op de
Uconnect LIVE-app-en het gegevensabonne -
ment van uw smartphone. Het pictogram verschijnt zodra de communi
-
catie met de server begint en wordt uitge -
schakeld zodra de communicatie eindigt.
Met de Uconnect LIVE-app kunt u ervoor
kiezen om detectie van uw locatie te detec -
teren en uw gegevens te delen met de
gemeenschap.
INSTELLINGEN VAN UCON -
NECT
Het Uconnect systeem geeft u via scherm -
toetsen toegang tot instellingen voor door de
klant programmeerbare functies, zoals
Display (scherm), Units (eenheden), Voice
(spraakbediening), Clock (klok), Safety &
Driving Assistance (veiligheid en rijhulp),
Lights (verlichting), Doors & Locks (portieren
en sloten), Auto-On Comfort (comfort auto -
matisch aan), Engine Off Options (opties
voor uitgeschakelde motor), Audio, Phone/
Bluetooth® (telefoon/Bluetooth®), Restore
Settings (instellingen herstellen), Clear
Personal Data (persoonlijke gegevens
wissen) en System Information (systeemin -
formatie). Druk op de schermtoets "Settings" (instel
-
lingen) (Uconnect 3 met 5-inch display en
Uconnect 4 met 7-inch display), of druk op
de schermtoets "Apps" (Uconnect 4C/4C
NAV met 8,4-inch display) onderaan in het
aanraakscherm en druk vervolgens op de
schermtoets "Settings" (instellingen) om het
scherm Settings (instellingen) te openen.
Om een instelling te selecteren, bladert u
omhoog of omlaag tot de gewenste instelling
wordt gemarkeerd en drukt u op deze instel -
ling totdat naast de instelling een vinkje
verschijnt, waarmee wordt aangegeven dat
de instelling is geselecteerd.
OPMERKING:
Afhankelijk van de voertuigopties kunnen de
functie-instellingen variëren.
Raadpleeg de paragraaf "Instellingen van
Uconnect" in het hoofdstuk "Multimedia" in
het instructieboekje voor meer informatie.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 321
327
OPMERKING:
Voor het gebruik van UConnect Phone is
een mobiele telefoon met Bluetooth®
Handsfree Profiel, versie 1.0 of hoger,
vereist.
De meeste mobiele telefoons/apparaten
zijn compatibel met het Uconnect
systeem, maar sommige mobiele tele-
foons/apparaten beschikken mogelijk niet
over alle functies die vereist zijn om alle
functies van het Uconnect systeem te
kunnen gebruiken.
Ga voor de klantenservice van Uconnect
naar: DriveUconnect.eu of bezoek een
erkende dealer.
Uw mobiele telefoon koppelen (draadloos
verbinden) met het Uconnect-systeem
Het koppelen van een mobiele telefoon is het
proces van het opzetten van een draadloze
verbinding tussen een mobiele telefoon en
het Uconnect-systeem.
OPMERKING:
Om het Uconnect Phone systeem te
gebruiken, moet u eerst controleren of uw
mobiele telefoon en software compatibel
zijn met het Uconnect systeem. Bezoek
www.DriveUconnect.eu of een erkende
dealer voor volledige informatie over de
compatibiliteit van mobiele telefoons.
Het koppelen van de mobiele telefoon is
niet beschikbaar terwijl het voertuig rijdt.
Er kunnen maximaal 10 mobiele telefoons
worden gekoppeld aan het Uconnect
systeem. De koppelingsprocedure starten op de radio
Uconnect 3 met 5-inch display:
Uconnect 3
1. Zet de contactschakelaar in de stand ACC of ON/RUN.
2. Druk op de knop Phone.
3. Kies "Settings" (instellingen).
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 327
345
WANNEER U ASSISTENTIE
NODIG HEBT
De importeurs van de fabrikant willen dat u
volkomen tevreden bent over hun producten
en diensten. Indien zich problemen met het
onderhoud of andere zaken zich voordoen,
raden wij u aan de volgende stappen te
nemen:
Bespreek het probleem bij een erkende
dealer met de directeur of de servicema-
nager. Managementpersoneel van de
erkende dealer is het best in staat om het
probleem op te lossen. Wanneer u contact opneemt met de impor
-
teur, lever deze dan de volgende informatie:
Uw naam, adres en telefoonnummer
Chassisnummer (VIN, dit nummer van 17
cijfers bevindt zich op een label aan de
linkervoorhoek van het instrumentenpa-
neel en is van buitenaf door de voorruit
zichtbaar. Het staat ook op het kenteken -
bewijs vermeld)
Erkende dealer die de auto heeft verkocht
en hem in onderhoud heeft
Afleverdatum en huidige kilometerstand
Onderhoudshistorie van uw auto
Een nauwkeurige beschrijving van het
probleem en de omstandigheden waar -
onder het zich voordoet
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 345