Page 42 of 260
KENNISMAKING MET HET
INSTRUMENTENPANEEL
In dit deel van het instructieboek vindt u
alle informatie die u nodig hebt om het
instrumentenpaneel goed te begrijpen,
te interpreteren en te gebruiken.BEDIENINGSPANEEL EN
BOORDINSTRUMENTEN........41
DISPLAY..................44
BOORDCOMPUTER...........47
EOBD-SYSTEEM (European On Board
Diagnosis)..................48
LAMPJES EN BERICHTEN.......49
40
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL
Page 43 of 260
BEDIENINGSPANEEL EN BOORDINSTRUMENTEN
VERSIES MET MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY
1. Snelheidsmeter 2. Brandstofmeter met reservelampje 3. Display 4. Digitale koelvloeistoftemperatuurmeter met
waarschuwingslampje oververhitting 5. Toerenteller.
Waarschuwingslampje alleen aanwezig op Dieseluitvoeringen. Bij dieselversies is de volledige schaal van de toerenteller
7000 tpm.
BELANGRIJK De verlichting van het instrumentenpaneel kan per versie verschillen.
52P05016J002
41
Page 44 of 260
VERSIES MET HERCONFIGUREERBAAR MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY
1. Snelheidsmeter 2. Brandstofmeter met reservelampje 3. Display 4. Digitale koelvloeistoftemperatuurmeter met
waarschuwingslampje oververhitting 5. Toerenteller.
Waarschuwingslampje alleen aanwezig op Dieseluitvoeringen. Bij dieselversies is de volledige schaal van de toerenteller
7000 tpm.
BELANGRIJK De verlichting van het instrumentenpaneel kan per versie verschillen.
53P05016J001
42
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL
Page 45 of 260
MULTIFUNCTIONEEL HERCONFIGUREERDBAAR DISPLAY — LPG-VERSIE(voor bepaalde versies/markten)
1. Snelheidsmeter 2. Digitale benzinemeter met reservelampje 3. Display 4. Digitale LPG-meter met reservelampje
5. Toerenteller.
BELANGRIJK De verlichting van het instrumentenpaneel kan per versie verschillen.
54PGL00020
43
Page 46 of 260

DISPLAY
BESCHRIJVING
Het voertuig is uitgerust met een
display waarop nuttige informatie voor
de bestuurder weergegeven kan
worden tijdens het rijden.
GEAR SHIFT INDICATOR
De Gear Shift Indicator (GSI) adviseert
de bestuurder een andere versnelling in
te schakelen via een speciaal bericht op
het display.
Via de GSI wordt de bestuurder
gewaarschuwd dat een andere
versnelling brandstofbesparing kan
opleveren.
Wanneer het
pictogram verschijnt
op het display, stelt GSI voor naar een
hogere versnelling te schakelen, terwijl
wanneer het
pictogram wordt
weergegeven, stelt de GSI voor te
schakelen naar een lagere versnelling.
De aanduiding op het display blijft
branden tot er een versnelling wordt
ingeschakeld of de rijomstandigheden
terugkeren naar een situatie waarin
schakelen niet nodig is om het verbruik
te optimaliseren.
MULTIFUNCTIONEEL
DISPLAY
Op het display fig. 55 wordt de
volgende informatie weergegeven:
1: Stand hoogteregeling koplampen
(alleen bij ingeschakeld dimlicht)
2: Schakelindicator (GSI)
3: Indicatie ingeschakelde versnelling
4: Tijd
5: Buitentemperatuur (voor bepaalde
versies/markten)
6: Kilometerteller (weergave aantal
gereden kilometers/mijlen)
7: Display van "Cruise Control" of
huidige snelheid (voor versies/markten,
waar voorzien)
BEDIENINGSKNOPPEN
Deze bevinden zich aan de linkerkant
van het stuurwiel fig. 56.
Hiermee kan de bestuurder de opties in
het Hoofdmenu van het display
selecteren en bedienen (zie paragraaf
"Hoofdmenu").
/: druk de knoppen in en laat
ze los voor toegang tot het hoofdmenu
en om omhoog en omlaag door het
menu en de submenu's te bladeren.
: Kort indrukken om het menu te
openen en/of naar het volgende scherm
te gaan of de gekozen menuoptie te
bevestigen.
5505036J0001EM
5605036J0002EM
44
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL
Page 47 of 260

: druk de knop in en laat hem los
om terug te keren naar het vorige
menu-item.
: druk de knop in en laat hem
los om de "Trip computer" informatie
weer te geven.
HOOFDMENU
Het menu omvat de volgende opties:
“Dimmer” (verlichting)
"Snelheid"
"Uur" (Tijd instellen)
"Zoemer" (Akoestische
waarschuwing)
"Eenheden" (Meeteenheid)
"Flank" (Flanklichten)
“Bag P” (Airbag passagier) (indien
aanwezig)
"DRL" (Dagrijverlichting) (voor
bepaalde uitvoeringen/markten)Bag P (Airbag passagier)
(indien aanwezig)
Met deze functie kan de frontairbag aan
passagierszijde in- of uitgeschakeld
worden.
Ga als volgt te werk:
druk op de knopMENU OKna
weergave van het bericht (Bag pass:
Uit, om te deactiveren) of het bericht
"Bag pass: Aan, om te activeren) door
te drukken op
/, druk op de
knop
;
op het display verschijnt een bericht
met het verzoek om bevestiging;
druk op de knoppen/om (Ja)
te selecteren (om het inschakelen/
uitschakelen te bevestigen) of (Nee) (om
te annuleren);
druk kort op de knopMENU OK;er
verschijnt een bevestigingsbericht van
de selectie en u kunt terug naar het
menuscherm.
MetPassagiersbescherming
uitgeschakeldgaat de LED
permanent branden op het
instrumentenpaneel.
Opmerking Bij hetUconnect™
systeem worden sommige menuopties
weergegeven en beheerd op het
display van dat systeem en niet op het
display op het instrumentenpaneel (zie
het speciale Multimedia-hoofdstuk of
het supplement beschikbaar online).HERCONFIGUREERBAAR
MULTIFUNCTIONEEL
DISPLAY
Op het display fig. 57 wordt de
volgende informatie weergegeven:
1: stand hoogteregeling
koplampen,indicatie gebruikte
versnelling (waar aanwezig), indicatie
van suggestie schakelen (GSI),
buitentemperatuur, kompas (waar
aanwezig), datum.
57P05016J005
45
Page 48 of 260

2: voertuigsnelheid,
waarschuwingsberichten/alle
storingsindicaties.
3: totaal aantal afgelegde kilometers
(of mijlen) en pictogrammen van alle
storingsindicaties.
BEDIENINGSKNOPPEN
Deze bevinden zich aan de linkerkant
van het stuurwiel fig. 58.
Hiermee kan de bestuurder de opties in
het Hoofdmenu van het display
selecteren en bedienen (zie paragraaf
"Hoofdmenu").
/: druk de knoppen in en laat
ze los voor toegang tot het hoofdmenu
en om omhoog en omlaag door het
menu en de submenu's te bladeren.
/: druk op de knoppen en laat
ze los om toegang te krijgen tot de
informatieschermen of de submenu's
van een optie van het hoofdmenu.
OK: druk op deze knop om toegang
te krijgen tot de infoschermen of de
submenu's van een optie van het
hoofdmenu of om deze te selecteren.
Houd de knop 1 seconde ingedrukt om
de weergegeven/geselecteerde functies
te resetten.
HOOFDMENU
Het menu omvat de volgende opties:
TRIP
GSI
INFO VOERTUIG
AUDIO (functie beschikbaar op
versies en markten waar aanwezig)
TELEFOON (functie beschikbaar op
versies en markten waar aanwezig)
NAVIGATIE (functie beschikbaar op
versies en markten waar aanwezig)
AANKONDIGING
VOERTUIGINST.
Voertuiginst.
Met deze menuoptie kunnen de
instellingen gewijzigd worden voor:
Display;
Meeteenheid;
Klok & Datum;
Veiligheid
Veiligheid / Hulp;
Lichten;
Portieren+VergrendelingDisplay
Door het kiezen van de optie "Display"
kan toegang verkregen worden tot de
instellingen/informatie met betrekking
tot: "Display-instellingen", "Taal", "Zie
telefoon" (beschikbaar op versies en
markten waar aanwezig), "Zie navigatie"
(beschikbaar op versies en markten
waar aanwezig), "Automatische reset
trip B", "Displayverlichting".
Meeteenheid
Selecteer optie "Meeteenheid" om de
meeteenheid te kiezen tussen:
"Imperiaal", "Metrisch",
"Gepersonaliseerd".
Tijd en datum
Selecteer optie "Klok & Datum" om de
volgende instellingen te maken: "Tijd
instellen", "Modus", "Datum instellen".
Veiligheid
Selecteer de optie "Veiligheid" om de
volgende instellingen te maken: “Airbag
passagier” (indien aanwezig),
"Snelheidszoemer", "Piep
veiligheidsgordels".
“Airbag passagier" verstelling maakt
activering/deactivering van de
passagiersairbag mogelijk (indien
aanwezig):Passagiersbescherming
uitgeschakeld:deLEDgaat
permanent branden op het
instrumentenpaneel.
5805036J0004EM
46
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL
Page 49 of 260

Veiligheid / Hulp
Selecteer de optie "Veiligheid / Hulp"
om de volgende instellingen te maken:
Regensensor, Waarschuwingsvolume,
Park Assist, Vol. Park Assist.
Lichten
Selecteer de optie "Lichten" om de
volgende instellingen te maken:
"Welkomstverlicht", "Dagverlichting",
"Flanklichten", "Koplampsensor",
"Follow me".
Portieren+Vergrendeling
Selecteer de optie
"Portieren+Vergrendeling" om de
volgende instellingen te maken:
"Autoclose", "Lichten bij sluiten",
"Portier open bij uitstapp.".
Opmerking Bij hetUconnect™
systeem worden sommige menuopties
weergegeven en beheerd op het
display van dat systeem en niet op het
display op het instrumentenpaneel (zie
het speciale Multimedia-hoofdstuk of
het supplement beschikbaar online).
BOORDCOMPUTER
De "Trip computer" geeft informatie
over de werking van het voertuig op het
display weer, wanneer de startinrichting
in MAR staat.
Om de parameters te resetten, de
MENU OKknop op het stuur ingedrukt
houden (versies met het
multifunctionele display) fig. 59 of de
OKknop (versies met het
herconfigureerbare multifunctionele
display) fig. 60.
Opmerking De parameters
"Actieradius" en "Huidig verbruik"
kunnen niet worden gereset.
5905036J0002EM
6005036J0004EM
47