87
Onderhoud van het ventilatie- en
airconditioningssysteem
F
C
ontroleer regelmatig de staat van het
interieurfilter en laat de filterelementen
periodiek vervangen.
Het is raadzaam om een gecombineerd
interieur filter te gebruiken. Dankzij het
toegevoegde speciale actieve middel
is de lucht die de inzittenden inademen
schoner en blijft het interieur schoner
(vermindering van allergische reacties,
stank en vetaanslag).
F
O
m een correcte werking van
de airconditioning te garanderen
moet u deze overeenkomstig de
aanbevelingen in het onderhouds- en
garantieboekje laten controleren. Stop & Star t
De verwarmings- en
airconditioningssystemen werken alleen
als de motor draait.
Schakel tijdelijk de Stop & Start-functie uit
om een comfortabele temperatuur in het
interieur te behouden.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het Stop & Star t
-
systeem.
Bevat gefluoreerde broeikasgassen
R13 4A .
Afhankelijk van de uitvoering en
het land van bestemming bevat het
airconditioningssysteem gefluoriseerde
broeikasgassen R134A. Hoeveelheid
gas: 0,5
kg (+/- 0,025 kg), GWP-index
1.430 ton (CO
2-equivalent: 0,751 t).
Verwarming
Handbediende
airconditioning
De airconditioning werkt alleen als de motor
draait.
1. Temperatuur.
2. Luchtopbrengst.
3. Luchtverdeling
4. Recirculatie van de interieurlucht.
5. Airconditioning aan/uit.
Luchtopbrengst
F Draai aan de rolknop 2 om de gewenste
luchtopbrengst te verkrijgen.
Wanneer de knop van de
luchtopbrengstregeling in de stand
minimaal staat (systeem uitgeschakeld),
wordt het thermische comfort niet
meer geregeld. Er blijft door de rijwind
echter nog wel een kleine luchtstroom
gehandhaafd.
Temperatuur
F Draai de rolknop 1 van " LO" (koel) naar " HI"
(warm) om de temperatuur naar behoefte in
te stellen.
Luchtverdeling
F Druk herhaaldelijk op de toets 3 om de luchtstroom te verdelen naar:
-
d
e voorruit, de zijruiten en de
voetenruimten,
-
d
e voetenruimten,
-
de
middelste ventilatieroosters, de
zijventilatieroosters en de voetenruimten,
-
d
e voorruit, de zijruiten, de middelste
ventilatieroosters en de voetenruimten,
-
h
et middelste ventilatierooster en de
zijventilatieroosters,
3
Ergonomie en comfort
194
Bijvullen
Laat het bijvullen zo spoedig mogelijk uitvoeren
door het CITROËN-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
AdBlue (BlueHDi)
Er verschijnt een waarschuwing zodra het
reserveniveau is bereikt.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de indicatoren en in het
bijzonder de AdBlue-actieradiusindicatoren.
Als er geen AdBlue meer aanwezig is in het
reser voir, kan de motor om wettelijke redenen
niet meer gestart worden. Vul om dit te
voorkomen het reser voir zo snel mogelijk bij.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over AdBlue
® (BlueHDi) en in
het bijzonder over het verkrijgen van AdBlue.
Controles
Raadpleeg, tenzij anders aangegeven, het
onderhoudsschema van de fabrikant dat
betrekking heeft op de motoruitvoering van
uw auto voor het controleren van bepaalde
onderdelen.
Laat de controles eventueel uitvoeren door
het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats. Gebruik uitsluitend door CITROËN
aanbevolen producten of gelijkwaardige
kwaliteitsproducten.
Om de werking van belangrijke
onderdelen als het remsysteem te
optimaliseren, selecteert en biedt
CITROËN specifieke producten aan.
12V-accu
De accu is onderhoudsvrij.
Niettemin is het raadzaam om
regelmatig te controleren of de
accupoolklemmen goed vastzitten
(bij uitvoeringen zonder snelsluiting
voor de accupoolklemmen) en of de
aansluitingen schoon zijn.
Raadpleeg voordat u werkzaamheden
uitvoert aan de 12V-accu de
desbetreffende rubriek voor
meer informatie en de te nemen
voorzorgsmaatregelen.
Uitvoeringen met het Stop & Start-
systeem zijn voorzien van een speciale
12
V- loodac c u.
Deze accu mag uitsluitend worden
vervangen door het CITROËN-netwerk of
door een gekwalificeerde werkplaats.
Interieurfilter
Als de omgeving en het gebruik
(veel stof, veel stadsverkeer...)
daartoe aanleiding geven, moet
het twee keer zo vaak worden
vervangen .
Een verstopt interieur filter kan de
prestaties van de airconditioning verstoren
en onaangename geuren veroorzaken.
Luchtfilter
Als de omgeving en het gebruik
(veel stof, veel stadsverkeer...)
daartoe aanleiding geven, moet
het twee keer zo vaak worden
vervangen .
Oliefilter
Laat bij het olie ver versen tevens het
oliefilter vervangen.
Praktische informatie
195
Roetfilter (diesel)
of Als het roetfilter verzadigd begint te
raken, wordt u hierop geattendeerd
door het tijdelijk branden van dit
lampje in combinatie met een
waarschuwingsmelding over het
risico van verstopping van het filter.
Als het lampje blijft branden, is het
minimale dieseladditiefniveau bereikt.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het controleren van
de niveaus .
Als langdurig met zeer lage snelheid wordt
gereden of de motor langdurig stationair
draait, kan bij gasgeven soms waterdamp
uit de uitlaat komen. Dit heeft geen invloed
op de prestaties en heeft geen gevolgen
voor het milieu. Nieuwe auto
De eerste paar keer dat het roetfilter
geregenereerd wordt kunt u een
brandlucht ruiken; dit is volkomen
normaal.
Handgeschakelde
versnellingsbak
De transmissie is onderhoudsvrij
(olie verversen niet noodzakelijk).
Automatische transmissie
De transmissie is onderhoudsvrij
(olie verversen niet noodzakelijk).
Elektronisch gestuurde
versnellingsbak
De transmissie is onderhoudsvrij
(olie verversen niet noodzakelijk).
Remblokken
De slijtage van de remblokken is
sterk afhankelijk van de rijstijl, vooral
bij stadsverkeer en veel korte ritten.
Hierdoor kan het noodzakelijk blijken
om de remblokken vaker, tussen
twee onderhoudscontroles door, te
laten controleren.Als het remsysteem vrij is van lekkages, duidt
een te laag remvloeistofniveau erop dat de
remblokken versleten zijn.
Voer regeneratie van het roetfilter uit door
met een snelheid van minimaal 60
km/h rijden
tot het lampje dooft. Doe dit alleen als de
omstandigheden dat toelaten. Na het wassen kan er zich een laagje
vocht of onder winterse omstandigheden
ijs vormen op de remschijven en
remblokken: de remwerking kan daardoor
afnemen. Rem een paar keer lichtjes om
de remmen vocht- en ijsvrij te maken.
Slijtage van remschijven/
remtrommels
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats voor
alle informatie over het controleren
van de slijtage van de remschijven/
remtrommels.
Parkeerrem
Als de parkeerrem een te grote
slag heeft of als het systeem
minder goed werkt, moet de
parkeerrem, zelfs tussen twee
onderhoudsbeurten door, worden
afgesteld.
Laat het systeem controleren door het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
7
Praktische informatie
237
V
U
W
Z
X
Vaste achterstoel en -bank ...........6 3-64, 66-67
Veiligheidsgordels .....................12 , 113 -117, 12 3
Veiligheidsgordels achter
............................. 11
5
Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
........................ 118 , 12 0 -124, 13 0 -13 6
Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen ~ Kinderen
(veiligheidsvoorzieningen)
.........................11 8 ,
12 0 -124, 13 0 -13 6
Ventilatie
................................. 86 - 87, 90, 92, 94
Ventilatieroosters
...............................
.............86
Vergrendeling portieren ~ Portieren vergrendelen ............................41- 42
Uitneembaar luik
.......................................
60-62
Uitschakelen airbag passagier ~
P
assagiersairbag uitschakelen
..........
11 8 , 12 2
Uitschakelen ASR /CDS (ESC) .....................
111
USB
.................................................................
77
USB-aansluiting
..............................................
77
Waarschuwing kans op aanrijding
.........171-172
Waarschuwing oplettendheid bestuurder
.....175
Waarschuwingssignaal sleutel in contact
....142
Waarschuwing vergeten verlichting
...............98
Wassen
........................................................15
8
Wegklapbare verschuifbare tafel
..............83-85
Werktafel
.........................................................63Zekeringen
.............................................
217-219
Zekeringen vervangen
............
217-218, 217-219
Zekeringkast motorruimte
.............................
219
Zij-airbags
...............................
..............
118, 120
Zijknipperlicht
................................................
214
Zijruiten achter
................................................
82
Zijschuifruit
......................................................
82
Zonnescherm (panoramadak)
........................
82
Zonnesensor
...................................................
86
Zonwering
....................................................... 82
Zu
inig rijden
......................................................
7
Xenonlampen
................................................
213
Te l l e r
..............................................................
15 8
Temperatuurregeling .................................88-89
Textuurlak
......................................................
19 9
Tijdelijke bandenspanning (met set) ~ Banden, noodreparatie ....
202-205
Tijd instellen
....................................................
30
Toegang tot de 3e zitrij .............................
65-66
Toegang tot het reservewiel
.........................
207
Toevoer van buitenlucht ~ Luchttoevoer (bediening)
........................
88-90
Top Rear Vision............................................. 18 0
Trekhaak
.......................................................
188
Tweepersoons voorbank
........................
5 6 , 114Vergrendeling van binnenuit
.....................
41
- 4 3
Vergrendelen ................................. 31, 33, 36 -37
Verklikkerlampje airbags ~ Airbaglampjes
.....
18
Verklikkerlampje handrem ~ Handremlampje
............................................
12
Verklikkerlampje laag brandstofniveau ~
Brandstofreservelampje
............................... 19
V
erklikkerlampje remsysteem ~
Remlampje
...............................................
11 -12
Verklikkerlampjes
............................................
97
Verklikkerlampjes ~ Controlelampjes
........
1 0 -11
Verklikkerlampje service
.................................
13
Verklikkerlampjes ~ Waarschuwingslampjes
...............................
11
Verklikkerlampje veiligheidsgordel bestuurder
niet vastgemaakt ~ Gordellampje ..............
115
Verklikkerlampje veiligheidsgordels ~ Gordel (lampje)
...
12 , 115
Verklikkerlampje voorgloeien (diesel)
............
18
Verlichting
.......................................................
97
Verlichting overdag ~ Dagrijverlichting
....................... 9
7, 99, 211-213
Verversen
......................................................
192
Vervuiling van het roetfilter (diesel)
..............
195
Verwarmde bank
...............................
..............
57
Verwarming
....................................
86 - 87, 92-94
Volledig ontgrendeld
.................................
33-36
Voorgloeien (dieselmotor) ...............................
18
Voorruitverwarming ........................................91
Voor stoelen
...............................................54-56Wiel demonteren
...................................
208 -210
Wiel monteren
.......................................
208 -210
Wiel verwisselen
...........................................
206
Window-airbags
...............................
......
11 8 -12 0
.
Trefwoordenregister