152
Als uw auto een voorligger te snel nadert,
wordt het eerste waarschuwingsniveau
mogelijk niet weergegeven: in dat geval
wordt waarschuwingsniveau 2 direct
weergegeven.
Belangrijk: waarschuwingsniveau 1 wordt
nooit weergegeven voor een stilstaand
obstakel of als de activeringsdrempel
" Dichtbij" is geselecteerd.
Intelligente
noodremassistentie (IBA)
Wanneer de bestuurder wel remt, maar niet
voldoende om een aanrijding te voorkomen,
vult deze functie de remkracht aan voor zover
dit binnen de natuurkundige grenzen mogelijk
is.
Dit gebeurt alleen als de bestuurder zelf het
rempedaal intrapt.
Active Safety Brake
Werking
Het systeem werkt onder de volgende
omstandigheden:
-
D
e rijsnelheid mag niet hoger zijn dan
60
km/h wanneer een voetganger wordt
gedetecteerd.
Deze functie, ook wel automatisch
noodremsysteem genoemd, treedt in
werking wanneer de bestuurder, na de
waarschuwingen, niet snel genoeg reageert en
niet remt.
De functie is bedoeld om de snelheid van de
aanrijding te beperken of de frontale aanrijding
met de voorligger te voorkomen wanneer de
bestuurder niet ingrijpt.
Niveau 2 (rood)
: waarschuwing door middel
van visuele signalen en geluidssignalen die
aangeeft dat een aanrijding dreigt.
De melding " Remmen!" wordt weergegeven.
Niveau 3 : in sommige gevallen kan een
voelbare waarschuwing in de vorm van zeer
licht remmen worden gegeven om het risico
van een aanrijding te benadrukken.
Als de camera de aanwezigheid
van een voertuig of een voetganger
heeft bevestigd, knippert dit lampje
(gedurende ongeveer 10
seconden)
als de functie ingrijpt op het
remsysteem.
Bij auto's met een automatische transmissie
begint de auto weer te rijden nadat deze door
het automatische noodremsysteem tot stilstand
is gebracht. Houd het rempedaal ingetrapt als u
dit wilt voorkomen.
Bij auto's met een handgeschakelde
versnellingsbak kan de motor afslaan als de
auto door het automatische noodremsysteem
tot stilstand wordt gebracht.
De bestuurder kan op elk gewenst moment
de controle over de auto weer overnemen
door een ferme stuurbeweging te maken
en/of het gaspedaal in te trappen.
Als de functie in werking is, kunnen
er lichte trillingen voelbaar zijn in het
rempedaal.
Als de auto volledig tot stilstand is
gekomen, blijven de remmen automatisch
1 tot 2
seconden geactiveerd.
-
D
e rijsnelheid mag niet hoger zijn dan
80 km/h wanneer een stilstaand voertuig
wordt gedetecteerd.
-
D
e rijsnelheid moet liggen tussen 10 en
85 km/h wanneer een bewegend voertuig
wordt gedetecteerd.
Rijden
195
Na het ver wisselen van het wiel
Berg het wiel met de lekke band correct
op in de reservewielhouder.
Neem zo snel mogelijk contact op
met het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Laat de lekke band controleren. Na
nadere inspectie kan de technicus u
vertellen of de band gerepareerd kan
worden of moet worden vervangen.
Bepaalde rijhulpsystemen moeten worden
uitgeschakeld, bijv. Active Safety Brake.Controleer als uw auto is uitgerust met
een bandenspanningscontrolesysteem de
bandenspanning en reset het systeem.
Raadpleeg de desbetreffende
rubriek voor meer informatie over het
bandenspannings-
controlesysteem
.
Wiel met wieldop
Monteren: plaats de naafdop met de
inkeping tegenover het ventiel en druk de
rand er van ver volgens rondom met de
hand vast.
Een lamp vervangen
De koplampunits zijn voorzien van glas
van polycarbonaat met een speciale
vernislaag:
F
r
einig de koplampen nooit met een
droge of schurende doek en gebruik
geen oplosmiddelen,
F
g
ebruik een spons met zeepwater of
een pH-neutraal product,
F
w
anneer u met een hogedrukreiniger
hardnekkig vuil probeert te
ver wijderen, houd de straal dan
nooit langdurig op de koplampen,
de achterlichten en de randen er van
gericht, om beschadiging van de
vernislaag en de afdichtrubbers te
voorkomen.
Bij het ver vangen van lampen moet de
verlichting minstens enkele minuten
uitgeschakeld zijn (risico van ernstige
verbranding).
F
R
aak de lamp niet met de vingers aan,
maar gebruik een niet-pluizende doek.
Het is van belang dat u uitsluitend
anti-ultravioletlampen (UV) toepast
om beschadiging van de koplamp te
voorkomen.
Ver vang een kapotte lamp altijd door een
nieuwe lamp met dezelfde specificaties.
Bevestiging van het stalen reser vewiel
of het noodreser vewiel
Indien uw auto is voorzien van
lichtmetalen velgen is het normaal dat
bij het monteren van het reser vewiel de
ringen van de bouten de stalen velg of
het noodreser vewiel niet raken. Als de
bouten volledig zijn aangedraaid, zorgt het
conische draagvlak van de bouten dat het
reservewiel stevig vastzit.
Op deze sticker staat de bandenspanning
aangegeven.
8
In geval van pech
219
AAanhangergewichten ............................................ 210
Aanhanger ....................................... 10 0, 115 -11 6 , 173
Aansluiten MirrorLink
.................................... 11 -12, 19
Aansluiting 220 V
.................................................... 66
Aansluiting 12 V
..................................
...............64-65
ABS
..................................
.......................................98
Accessoires ..................................................... 95, 120
Accu laden
............................................................ 205
Accu
............................................... 176, 181 , 203-206
Achterbank
..................................
............................63
Achterdeuren
..................................................... 42
- 43
Achterklep
......................................................... 42, 45
Achterlichten
..................................
.......................19 9
Achterportierruiten
.................................................. 5
6
Achterruitverwarming
........................................ 57, 79
Achteruitrijcamera
................................................. 163
Achteruitrijlicht
...................................................... 19 9
Actieradius AdBlue
® ................................................ 31
Ac
tieradius AdBlue
............................................ 31- 32
Active Safety Brake............................. 18 -19, 15 0 -152
Adaptieve cruise control met Stop- functie
.......................................... 13 6, 142-145 , 148
Adaptieve snelheidsregelaar
................................ 14
4
AdBlue
® bijvullen ................................... ................185
AdBlue®-reservoir ................................................. 185
AdBlue® .............................................. 23, 31, 183 -18 4
Advanced Grip Control .................................. 101-102
Afmetingen
............................................................ 208
Afstandsbediening
.............. 3
7- 3 9, 42, 44 , 47- 4 8 , 120
Afstellen van de koplamphoogte
............................91
Afzetten van de motor
.................................... 11 6, 11 9
Afzonderlijk massapunt
......................................... 178
Airbags vóór
.......................................... 10 6, 108 , 11 0
Airbags
.................
........................... 19, 10 6 , 108, 11 0
Airconditioning met gescheiden regeling
...............78
Airconditioning (handbediend)
...................75, 78 , 83
Airconditioning
........................................................ 75
Alarmknipperlichten
................................................ 97
A
larmsysteem
................................................... 53,
55
Algemeen menu
........................................................ 4
Allesdragers .......................................................... 17 7
Antiblokkeersysteem (ABS) ...............................97- 9 8
Antidiefstalsysteem/Startblokkering
..................... 12
0
Antispinregeling (ASR) ~ Antislipregeling
...........................20, 97- 9 9 , 101-102
Apple CarPlay verbinding
..................................12, 18
Apple
®-speler ................................................ 10, 9 , 26
Armsteun vóór ......................................................... 64
A
rmsteun
................................................................. 60
Audiokabel
.............................................................. 25
Automatische airconditioning met gescheiden regeling
........................................ 75 -76
Automatische airconditioning ~ Airconditioning, automatische ..............................83
Automatische ruitenwissers
........................26, 92 , 94
Automatische transmissie ~ Versnellingsbak, automatische
...11 6 , 125-132 , 182
Automatisch inschakelen alarmknipperlichten
....... 97
A
utomatisch inschakelen verlichting
.................86-88
Automatisch noodremsysteem
...........18 -19, 15 0 -152
AUX-aansluiting
.............................................. 8, 9 , 25
BBanden oppompen ............................................... 183
Bandenspanningscontrole (met set) ............. 18
9, 191
Bandenspanning te laag (detectie)
.......................167
Bandenspanning
............................ 183, 191 , 195 , 217
Banden
.................
................................................. 183
Batterij afstandsbediening vervangen ~ Afstandsbediening, batterij vervangen
................45
Batterij afstandsbediening ~ Afstandsbediening, batterij
....................... 4
5 - 47, 82
Bediening autoradio aan stuurkolom ~ Autoradio, bedieningen aan stuurkolom
..... 2-
3, 3 , 3
Bekerhouder
........................................................... 64
B
eladen
........................................................... 68, 17 7
Benzinemotor
.................................. 170, 178 , 211-212
Benzine .................................. .........................211-212
Bijvullen AdBlue® .................................................. 18 5
Binnenspiegel
......................................................... 58
BlueHDi
............................................................ 31, 187
Bluetooth-telefoon met spraakherkenning
.............14
Bluetooth-verbinding
.............. 11, 13 -15 , 21-22 , 27-2 8
Bluetooth (handsfree set)
............1 0 -11, 13 -14 , 27-2 8
Bluetooth (telefoon)
................................. 13 -15, 27-2 8
Bochtverlichting, statisch
................................... 90 -91
Bochtverlichting
...................................................... 90
Boordcomputer
.................................................. 33-35
Boordgereedschap
......................................... 187-188
Brandstofadditief
..................................
............21, 182
Brandstofniveaumeter
..................................... 171-172
Brandstof tanken
............................................ 170 -172
Brandstoftank leeg (diesel)
................................... 187
Brandstoftank
.......................................... 171, 171-172
Brandstofvuldop ~ Brandstoftankdop
............. 17
1-172
Brandstofvulklep ~ Brandstoftankklep
...........171-172
Brandstof
................................................................ 170
Buitenlandse reizen
................................................ 86
Buitenspiegels ............................... 57- 5 8, 79, 157-15 8
CCD-/MP3 speler .................................................. 9, 25
CD MP3 ........................................................... 9, 9 , 25
CD
................................................................... 9, 9 , 25
Centrale vergrendeling
.....................................38, 42
Claxon
..................................................................... 97
Configuratie van de auto
........................................ 29
C
ontact aangezet
.................................................. 120
Contact
..................................................... 11 9 -12 0, 29
Controlelampjes
...................................................... 14
Controle motorolieniveau ~ Motorolieniveau, controle
.....................................30
Controles
.................
................................178, 181-183
.
Trefwoordenregister
220
DDAB (Digital Audio Broadcasting) - Digitale radio ............................................. 6
-7, 8 , 24
Dagteller
.................................................................. 29
Dashboardkastje
..................................................... 64
Datum instellen
............................................ 35, 17 , 32
Datum (instellen)
.......................................... 35,
17, 32
Detectie obstakels
................................................ 160
Detectie te lage bandenspanning ~ Bandenspanning, detectie
............ 18,
167-168, 191
Dieselfilter
.............................................................. 179
Dieselmotor
............................... 18,
170, 187 , 213 -216
Diesel
............................................................. 213 -216
Digitale radio - DAB (Digital Audio Broadcasting)
............................................... 6, 8 , 24
Dimlicht
...................................................... 27, 85 , 197
Display instrumentenpaneel
...........................29, 13 0
Dodehoekbewaking
................................157, 157-15 8
Draadloze lader
...................................
...............66- 67
Dynamische noodrem
..................................... 12
1-124
EEco-mode ~ Eco-modus ........................................ 176
Electronic Stability Program (ESP)
.................
.........................20, 97- 9 9 , 101-102
Elektrisch bedienbare schuifdeur
................ 42,
5 0 - 51
Elektrisch bediende handrem ~ Handrem, elektrisch bediend
................16, 20 , 24-25 , 121-124
Elektrische ruitbediening
........................................ 55
E
lektrisch kinderslot
.............................................. 114
Elektronische remdrukregelaar (REF) ~ Electronic Brake Force Distribution (EBD)
.....97- 9 8
Elektronische remdrukregelaar (REF)
...................98
Elektronische sleutel
........................................ 37, 120
Elektronische startblokkering ~ Startblokkering, elektronische
................ 44,
47, 120
Elektronisch gestuurde versnellingsbak ........13 0 -132
Elektronisch Stabiliteits Programma
(ESP) ................. .........................25, 97- 9 8 , 10 0 -102
ESP (Elektronisch Stabiliteits Programma)
............97
Etiketten
.................................................................... 4
Extra verwarming
......................................... 53, 79 - 81
FFlessenhouder ........................................................ 64
Follow me home verlichting ~ Follow-me- home-verlichting
................................................... 88
Frequentie (radio)
...................................
............23 -24
Functie snelweg (richtingaanwijzers)
.....................86
GGesproken commando''''s ~
Spraakcommando''''s ...............................5-8, 10 -12
Gewichten
............................................................. 2
10
GPS
......................................................................... 14
Grootlichtassistent
............................... 2
7, 88-90 , 15 8
Grootlicht
.................
.................................. 27, 85 , 198
HHalogeenlampen ................................... ................19 6
Handgeschakelde versnellingsbak ~ Versnellingsbak,
handgeschakeld
...................125 -126, 13 0 -132 , 182
Handrem
................................................. 121, 182-183
Handsfree set
............................... 1 0 -11, 13 -14 , 27-2 8
Helderheid
............................................................... 16
Het opslaan van de snelheid
.........................14 9 -15 0
Hill Assist Descent Control (HADC)
.......26, 102-103
Hill Descent Control ....................................... 102-103
Hill-Holder ~ Hill Start Assist .........................124 -125
Hoofdsteunen achter
......................................... 63-64
Hoofdsteunen verstellen
......................................... 64
Hoofdsteunen vóór .................................................. 64
Hoofdsteunen
.......................................................... 60
Hoogte- en diepteverstelling stuur wiel ~ Stuurverstelling
.................................................... 57
Hulpoproep
............................................................. 96
IIdentificatie auto..................................................... 217
Identificatiegegevens ............................................. 217
Identificatieplaatjes constructeur
..........................217
Identificatie (stickers)
............................................. 217
Indeling interieur ~ Interieurindeling
.......................64
Inductielader
...................................................... 66- 67
Inhoud brandstoftank ~ Brandstoftank (inhoud)
..................................
......................171-172
Instapverlichting
...................................................... 88
Instellen van de uitrustingselementen
.................... 29
I
nstellingen van het systeem
......................29,
16, 32
Instrumentenpaneel
................................................. 11
Instrumentenpanelen
.............................................. 29
In
terieurbeveiliging
................................................. 53
Interieurfilter (vervangen)
......................................181
Interieurfilter
........................................................... 181
J
Jack-aansluiting .................................................. 8, 25
Jack-kabel ............................................................... 25
Jack
..................................
.......................................25
Trefwoordenregister
221
KKentekenplaatverlichting ......................................200Keyless entry and start ........3 7- 4 0, 42, 44 , 47- 4 8 , 11 8 -11 9Kilometerteller ......................................................... 29
Kinderbeveiliging ................................................... 114
Kinderen (veiligheid)
.............................................. 114
Kinderen
................................................................. 112
Kinderzitjes (conventioneel)
..................................111
Kinderzitjes
..................................... 105, 109 , 111 -113
Kleurcode lak
..................................
.......................217
Klimaatregeling
.................................................. 7
6 -77
Klokje (instellen)
........................................... 35, 17 , 33
Koelvloeistoftemperatuurmeter
.........................28-30
Koelvloeistoftemperatuur
.............................15, 28-30
Koplampen
...................................................... 197-19 9
Koplampverstelling
................................................. 91
Krik
........................................................................ 191
LLaadschot................................................................ 67
Laadzone .................................. .......38-39 , 48-49 , 68
Laden accu ~ Accu laden
.....................................205
Lampen vervangen
.........................195 -197, 195 -19 9
Lampen (vervangen, referenties)
......................... 19
6
Lampen (vervangen)
..................................
....195 -197
Lampen
..................................
...............................19 6
Lane Departure Warning System
...................20, 15 3
LED-verlichting
....................................................... 87
Lekke band
.................................................... 189, 191
Lendensteun, verstelling
......................................... 60
L
endensteun
........................................................... 60
L
ichtschakelaar
................................................. 85, 87
Lokaliseren van de auto
.......................................... 44
Luchtfilter (vervangen)
........................................... 181
Luchtfilter
............................................................... 181
Luchtrecirculatie ................................................. 75 -77
MMatten ........................................................ 64-65, 11 8
Mat verwijderen ................................................. 64-65
Meldingen ................................................................ 30
Menustructuren display
........................................... 12
Menu's (audio)
................................................ 4-5, 4-5
Menu
........................................................................ 12
Milieu
................................................................. 46, 82
Mistachterlicht
..................................
.........25, 85 , 19 9
Mistlampen vóór ................................... 85, 90 -91 , 19 9
Monteren allesdragers ~ Allesdragers monteren .......17 7Motordiagnosesysteem ........................................... 17
Motoren .......................................................... 210 -216
Motorkapsteun
....................................................... 178
Motorkap
......................................................... 17 7-178
Motorolieniveaumeter
............................................. 30
Motorolie
........................................................ 179 -18 0
Motor
............................................................... 211-216
M P3 (CD)
..................................
................................9
Multiflex bank ~ Cabine Extenso
............................70
Multifunctioneel display (met autoradio)
...................4
NNeerklappen stoelen achter .............................. 63 -64
Niveau brandstofadditief diesel ~ Brandstofaddititiefniveau
.............................181-182
Niveau koelvloeistof ~ Koelvloeistofniveau
28-30, 18 0
Niveau remvloeistof ~ Remvloeistofniveau
..........18 0
Niveau ruitensproeiervloeistof ~ Ruitensproeiervloeistofniveau
..............92, 18 0 -181
Niveaus controleren
....................................... 179 -181
Niveaus en controles
..................................... 178 -181
Noodbediening achterklep
......................................45
Noodbediening portieren
........................................ 44
N
oodoproep ~ Urgence-oproep
.............................96
Noodprocedure starten
......................................... 204
Noodremassistentie ~ Brake Assist System (BAS)
.......................................... 97- 9 8, 152
Noodremassistentie (AFU) ~ Brake Assist
System (BAS) .................................................. 97- 9 8
Nulstelling dagteller ~ Dagteller resetten
...............29
Nulstelling onderhoudsindicator ~ Onderhoudsintervalindicator resetten
.................28
OOliefilter (vervangen) ............................................ 182
Oliefilter ................................................................. 182
Olieniveau
................................................ 3
0, 179 -18 0
Oliepeilstok
.............................................. 30, 179 -18 0
Olieverbruik
.................................................... 179 -18 0
Onder de motorkap ~ Motorruimte
........................178
Onderhoudscontroles
............................................. 28
Onderhoudsindicator ~ Onderhoudsintervalindicator
...............................28
Ontdooien .......................................................... 58, 78
Ontgrendelen van binnenuit ~ Interieur ontgrendelen
................................................... 48-49
Ontgrendelen
..................................
...................37- 41
Ontluchten brandstofsysteem ~ Brandstofsysteem ontluchten
............................ 18
7
Ontwasemen achter ~ Achterruitverwarming
...57 , 79
Ontwasemen
........................................................... 78
Opbergvak boven voorruit
......................................65
Opbergvakken
......................................................... 65
Openen bagageruimte ~ Bagageruimte openen
....37
Openen brandstofvulklep ~ Brandstoftanklep openen
....................................171
Openen motorkap ~ Motorkap, openen
.........17
7-178
Openen portieren ~ Portieren openen
................... 37
O
verbelastingsindicator
.......................................... 21
Overzicht zekeringen ~ Zekeringentabel
......201-203
.
Trefwoordenregister