OPMERKING:
• De regeling van het automatische grootlicht
kan worden in- of uitgeschakeld door "ON"
(aan) te selecteren onder "Auto High Beam"
(automatisch grootlicht) in de Uconnect-
instellingen of door de koplampschakelaar
in de stand AUTO te zetten. Raadpleeg de
paragraaf "Instellingen van Uconnect" in
het hoofdstuk "Multimedia" in het instruc-
tieboekje voor meer informatie.
• Als de koplampen en achterlichten van
voertuigen in het blikveld van de camera
defect zijn, met modder zijn bespat of ge-
deeltelijk aan het zicht worden onttrokken,
zal uw grootlicht langer blijven branden
(dichter bij het andere voertuig). Het sys-
teem zal ook niet correct werken als de
voorruit of cameralens zijn bedekt met vuil,
vet of andere obstakels.
Als de voorruit of spiegel voor de regeling van
het automatische grootlicht wordt vervangen,
moet de spiegel opnieuw worden gericht om
zeker te zijn van een correcte werking. Neem
contact op met een plaatselijke erkende dea-
ler.Lichtsignaal
U kunt met uw koplampen een lichtsignaal
geven aan een ander voertuig door de multi-
functionele hendel kort naar u toe te trekken.
Hierdoor wordt het grootlicht ingeschakeld
en blijft dit ingeschakeld tot u de hendel weer
loslaat.
Automatisch inschakelende koplampen —
indien aanwezig
Dit systeem schakelt de koplampen automa-
tisch in of uit in overeenstemming met de
sterkte van het omgevingslicht. Om dit sys-
teem in te schakelen draait u de koplamp-
schakelaar naar stand A (auto).
Bij ingeschakeld systeem is de uitschakelver-
traging van de koplampen ook ingeschakeld.
Dit betekent dat de koplampen nog maximaal
90 seconden lang blijven branden nadat u de
contactschakelaar in de stand OFF hebt ge-
zet. Om de automatische koplampen uit te
schakelen draait u de koplampschakelaar
naar een andere stand dan A (auto).OPMERKING:
Bij ingeschakelde automatische stand gaan
de koplampen pas branden zodra de motor
draait.
Parkeerlichten en verlichting van het
instrumentenpaneel
Om de parkeerlichten en de instrumentenver-
lichting in te schakelen, draait u de koplamp-
schakelaar rechtsom. Om de parkeerlichten
uit te schakelen, draait u de koplampschake-
laar terug in de stand O (off, uit).
Koplampen automatisch inschakelen met
ruitenwissers
Als uw auto is uitgerust met automatisch
inschakelende koplampen dan is deze door
de klant te programmeren functie beschik-
baar. Als de koplampen in de modus Automa-
tisch staan en de motor draait, gaan de kop-
lampen automatisch branden wanneer de
ruitenwisser wordt ingeschakeld. Deze func-
tie kan worden geprogrammeerd via het
scherm van het Uconnect systeem. Raad-
pleeg de paragraaf "Instellingen van
Uconnect" in het hoofdstuk "Multimedia" in
het instructieboekje voor meer informatie.UW VOERTUIG LEREN KENNEN
42