Page 42 of 410

WAARSCHUWING!
• Personen die geen pijn op de huid kun-
nen voelen als gevolg van ouderdom,
chronische ziekte, diabetes, rugletsel,
medicatie, alcoholgebruik, uitputting of
een andere lichamelijke conditie, moe-
ten voorzichtig zijn bij het gebruik van
de stuurverwarming. Deze kan zelfs bij
lage temperaturen brandwonden veroor-
zaken, met name als de verwarming
langdurig wordt gebruikt.
• Plaats geen voorwerpen op het stuur die
warmte-isolerend werken, zoals een de-
ken of stuurhoes. Hierdoor kan de stuur-
verwarming oververhit raken.
SPIEGELS
Inklapbare buitenspiegels
Alle buitenspiegels kunnen naar voren of
naar achteren scharnieren om beschadigin-
gen te voorkomen. De scharnieren kennen
drie standen:
• Stand volledig naar voren• Stand volledig naar achteren
• Normale stand
Elektrisch inklapbare spiegels — indien aan-
wezig
Als de auto is uitgerust met elektrisch inklap-
bare buitenspiegels, dan kunnen de spiegels
elektrisch naar achteren worden ingeklapt en
worden uitgeklapt in de stand Drive.
De schakelaar voor de elektrische inklapbare
spiegels bevindt zich tussen de spiegelscha-
kelaars L (links) en R (rechts). Druk eenmaal
op de schakelaar om de spiegels in te klap-
pen. Druk nogmaals op de schakelaar om de
spiegels weer in de normale rijstand te zet-
ten.
Als de spiegel na een elektrische cyclus
handmatig wordt ingeklapt, dan moet moge-
lijk een extra keer op de knop worden gedrukt
om de spiegels terug te zetten in de oorspron-
kelijke stand. Als de spiegel niet elektrisch
inklapt, controleer dan of er te veel ijs of vuil
op het scharniergedeelte zit waardoor het
systeem wordt vertraagd.Automatische elektrisch inklapbare spiegels
Wanneer de functie Automatic Fold/Unfold
Mirrors (spiegels automatisch in-/uitklappen)
is ingeschakeld, worden de buitenspiegels
ingeklapt bij het verlaten van het voertuig
(het contact is uitgeschakeld, worden alle
portieren zijn gesloten, en de portieren zijn
vergrendeld).
Schakelaar elektrisch inklapbare
spiegels
UW VOERTUIG LEREN KENNEN
40
Page 43 of 410

• Als de buitenspiegels automatisch werden
ingeklapt, dan klappen ze uit wanneer het
contact wordt ingeschakeld.
• Als de buitenspiegels handmatig werden
ingeklapt, worden ze niet automatisch
uitgeklapt.
OPMERKING:
De functie Automatic Fold/Unfold Mirrors
(spiegels automatisch in-/uitklappen) is af-
fabriek niet ingeschakeld. U kunt de functie
Automatic Fold/Unfold Mirrors (spiegels au-
tomatisch in-/uitklappen) in- en uitschakelen
met het Uconnect systeem. Raadpleeg de
paragraaf "Instellingen van Uconnect" in het
hoofdstuk "Multimedia" in uw instructie-
boekje voor meer informatie.Verwarmde buitenspiegels — indien
aanwezig
Deze buitenspiegels worden ver-
warmd om ijs te ontdooien. Deze
functie kan worden geactiveerd
wanneer u de achterruitverwar-
ming inschakelt. Raadpleeg de paragraaf
"Klimaatregeling" in dit hoofdstuk voor meer
informatie.
BUITENVERLICHTING
Koplampschakelaar
De koplampschakelaar bevindt zich aan de
linkerzijde van het instrumentenpaneel,
naast het stuurwiel. De koplampschakelaar
regelt de bediening van de koplampen, par-
keerlampen, instrumentenverlichting, baga-
geruimteverlichting en de mistlampen (in-
dien aanwezig).Koplampschakelaar
1 — Auto
2 — Draaien koplampschakelaar
3 — Draaien dimmer
4 — Indrukken mistlampen
41
Page 351 of 410

INSTELLINGEN VAN
UCONNECT
Het Uconnect-systeem geeft u via scherm-
toetsen toegang tot instellingen voor door de
klant programmeerbare functies, zoals Dis-
play (scherm), Voice (spraakbediening),
Clock (klok), Safety & Driving Assistance (vei-
ligheid en rijhulp), Lights (verlichting), Doors
& Locks (Portieren en sloten), Auto-On Com-
fort (comfort automatisch aan), Engine Off
Options (opties voor uitgeschakelde motor),
Suspension (ophanging), Compass (kompas),
Audio, Phone/Bluetooth (telefoon/
Bluetooth), Radio Setup (radio-instellingen),
Restore Settings (instellingen herstellen),
Clear Personal Data (persoonlijke gegevens
wissen) en System Information (systeemin-
formatie).
Druk op de toets SETTINGS (Uconnect 4) of
de toets "Apps" (Uconnect 4C/4C NAV) onder
in het aanraakscherm en druk vervolgens opde toets "Settings" (instellingen) om het
scherm Settings (instellingen) te openen. Om
een instelling te selecteren, bladert u om-
hoog of omlaag tot de gewenste instelling
wordt gemarkeerd en drukt u op deze instel-
ling totdat naast de instelling een vinkje ver-
schijnt, waarmee wordt aangegeven dat de
instelling is geselecteerd. De volgende
functie-instellingen zijn beschikbaar:
• Display
(scherm)• Engine Off
Options (opties voor
uitgeschakelde mo-
tor)
• Units (eenheden) • Camera
• Voice
(spraakbediening)• Suspension
(ophanging)
• Clock (klok) • Audio
• Safety & Driving
Assistance (veiligheid
en rijhulp)• Phone/Bluetooth
(telefoon/Bluetooth)
• Mirrors & Wipers
(spiegels en ruiten-
wissers)• Accessibility
(toegankelijkheid)• Lights (verlichting) • Radio Setup
(radio-instellingen)
• Doors & Locks
(portieren en sloten)• Restore Settings
(instellingen
herstellen)
• Auto-On Comfort
& Remote Start (com-
fort automatisch aan
en starten op afstand)• Clear Personal Data
(persoonlijke gege-
vens wissen)
• Compass (kompas) –
indien aanwezig• System Information
(systeeminformatie)
OPMERKING:
Afhankelijk van de voertuigopties kunnen de
functie-instellingen variëren.
Raadpleeg de paragraaf "Instellingen van
Uconnect" in het hoofdstuk "Multimedia" in
het instructieboekje voor meer informatie.
349