GEPLAND ONDERHOUD
Gepland onderhoud — benzinemotor
De geplande onderhoudsbeurten in deze
handleiding moeten op de aangeduide tijd-
stippen of kilometerstanden worden uitge-
voerd om uw garantie te behouden en opti-
male betrouwbaarheid en prestaties van het
voertuig te garanderen. Bij veeleisend ge-
bruik, bijvoorbeeld door het rijden in stoffige
omgevingen of veel korte ritten, is mogelijk
meer onderhoud vereist. Laat ook telkens
inspectie en onderhoud uitvoeren wanneer u
een defect vermoedt.
De indicator voor olieverversing herinnert u
eraan dat uw auto een onderhoudsbeurt no-
dig heeft.
De melding "Oil Change Required" (olie ver-
versen) wordt weergegeven op het display in
de instrumentengroep en er klinkt een ge-
luidssignaal om aan te geven dat de olie
ververst moet worden.Het bericht voor olieverversing wordt telkens
ongeveer 11.200 km (7000 mijl) na de laat-
ste olieverversing weergegeven. Laat het on-
derhoud zo snel mogelijk, binnen 800 km
(500 mijl), uitvoeren.
OPMERKING:
• Het systeem houdt geen rekening met de
tijd die is verstreken sinds de laatste olie-
verversing. Ververs de olie van uw voertuig
wanneer de laatste verversingsbeurt langer
dan 12 maanden geleden is, ook wanneer
het bericht voor olieverversing NIET wordt
weergegeven.
• Ververs de olie van uw auto vaker als u de
auto gedurende langere tijd gebruikt als
terreinwagen.
• Onder geen beding mogen de intervalter-
mijnen voor olieverversing groter zijn dan
12.000 km (7500 mijl) of 12 maanden,
afhankelijk van wat eerst komt.
De erkende dealer reset de indicator voor
olieverversing nadat de geplande olieverver-
sing is uitgevoerd. Als deze geplande olie-
beurt wordt uitgevoerd door iemand anders
dan uw erkende dealer, kan het bericht wor-
den gereset door de stappen te volgen zoalsbeschreven in de paragraaf "Display in de
instrumentengroep" in het hoofdstuk "Uw in-
strumentenpaneel leren kennen" voor meer
informatie.
Eenmaal per maand of voor een lange rit
• Oliepeil controleren.
• Niveau van de ruitensproeiervloeistof con-
troleren.
• Controleer de bandenspanning en let op
ongewone slijtage of beschadigingen. Rou-
leer banden bij de eerste tekenen van on-
gelijkmatige slijtage, zelfs voordat de indi-
cator voor olie verversen gaat branden.
• Controleer de vloeistofniveaus van het koel-
vloeistofreservoir en de hoofdremcilinder
en vul indien nodig vloeistof bij.
• De werking van alle lampen binnen en
buiten controleren.
Bij elke olieverversing
• Olie verversen en filter vervangen.
• Banden rouleren.Rouleer de banden bij de
eerste tekenen van ongelijkmatige slijtage,
zelfs voordat de indicator voor olie verversen
gaat branden.
SERVICE EN ONDERHOUD
228
• Taxi, politie of besteldiensten (gebruik als
bedrijfswagen).
• Rijden in het terrein of de woestijn.
Gepland onderhoud — dieselmotor
Uw auto is uitgerust met een automatische
indicator voor olieverversing. De indicator
voor olieverversing herinnert u eraan dat uw
auto een onderhoudsbeurt nodig heeft.
Afhankelijk van de bedrijfsomstandigheden
van de motor wordt het bericht voor olie
verversen weergegeven. Dit betekent dat uw
auto een onderhoudsbeurt nodig heeft. Om-
standigheden zoals frequente korte ritten,
gebruik van de trekhaak, zeer hoge of lage
omgevingstemperaturen zijn van invloed op
de weergave van het bericht "Oil Change
Required" (olieverversing vereist). Bij zware
bedrijfsomstandigheden kan het bericht voor
olie verversen eerder gaan branden dan vol-
gens de specificaties. Laat het onderhoud zo
snel mogelijk, binnen 805 km (500 mijl),
uitvoeren.Om u de beste rijervaring te bieden heeft de
fabrikant een specifiek onderhoudsschema
opgesteld aan de hand waarvan u kunt zorgen
dat uw auto goed en veilig blijft rijden.
De fabrikant raadt aan deze onderhoudsbeur-
ten te laten uitvoeren bij de dealer waar u de
auto heeft aangeschaft. De monteurs bij de
dealer kennen uw auto het beste en hebben
toegang tot informatie van fabrieksgetrainde
specialisten, originele onderdelen van Mopar
en speciaal ontworpen elektronisch en me-
chanisch gereedschap waarmee kostbare re-
paraties in de toekomst kunnen worden voor-
komen.
De onderhoudsbeurten moeten worden uitge-
voerd zoals aangegeven in dit hoofdstuk.
OPMERKING:
•Het feitelijke interval voor het verversen van
de olie en vervangen van het motoroliefilter is
afhankelijk van de gebruiksomstandigheden
van het voertuig. Het wordt aangegeven door
het waarschuwingslampje of bericht (indien
aanwezig) op het instrumentenpaneel. Het
mag niet groter zijn dan 20.000 km
(12.500 mijl) of 12 maanden.•Koelsysteem doorspoelen en koelvloeistof
verversen na 120 maanden of 240.000 km
(150.000 mijl), afhankelijk van wat eerst
komt.
•Ongeacht het aantal gereden kilometers moe-
ten de distributieriem en hulpaandrijfriemen
bij gebruik onder bijzonder zware omstandig-
heden (koud klimaat, stadsverkeer, langdurig
stationair draaien) om de 4 jaar worden ver-
vangen, en in alle overige gevallen ten minste
om de 6 jaar. Deze onderhoudsintervallen
mogen onder geen beding worden
overschreden.
Eenmaal per maand of voor een lange rit
• Oliepeil controleren.
• Niveau van de ruitensproeiervloeistof con-
troleren.
• Controleer de bandenspanning en let op
ongewone slijtage of beschadigingen. Rou-
leer banden bij de eerste tekenen van on-
gelijkmatige slijtage, zelfs voordat de indi-
cator voor olie verversen gaat branden.
SERVICE EN ONDERHOUD
232
zonnedak.................53
Elektrisch bediende ramen, automatisch
sluiten....................52
Elektrisch bediende zonwering
Openen...................54
Elektrische handrem............144
Elektrisch remregelsysteem,
antiblokkeersysteem...........80
Electronic Roll Mitigation (elektronische
kantelbeveiliging)..........83, 87
Elektronische snelheidsregeling
(cruisecontrol)..............164
Elektronisch remregelsysteem.......81
Elektronisch stabiliteitsregelsysteem
(ESP).....................84
Ethanol....................266
Filters,
airco.....................51
motorolie.................273
Gebruiksaanwijzing,
instructieboekje..............5
Geheugen (stoel met geheugenfunctie) . .28
Geluidsinstallatie (radio)......295, 297
Gevarenknipperlichten...........186Geventileerd..................29
Gordelsystemen...............101
Handgeschakelde
versnellingsbak..........146, 242
Handgeschakelde versnellingsbak,
keuze van het smeermiddel.....275
schakelmomenten...........147
vloeistofpeil controleren........242
Handleiding voor het trekken van een
aanhangwagen..............181
Handrem...................144
Handsfree telefoon (Uconnect)......302
Hill Start Assist................82
Hoofdsteunen.................30
Indicator regeling afdaling..........88
Inleiding...................3,4
Inrijperiode nieuw voertuig........143
Instelbare stuurkolom............33
Instructieboekje (gebruiksaanwijzing)....5
Instructies bij opkrikken..........204
Instrumentenpaneel, reinigen.......262
Interieur, verzorging en onderhoud. . . .261
Intervalstand ruitenwissers (intervalschake-
ling van de ruitenwissers)........39iPod/USB/MP3-bediening,
Bluetooth Streaming Audio......302
Keuze van koelvloeistof (antivries). . . .273
Keyless Enter-N-Go..............23
Kindersloten..................27
Kinderzitjes
Opbergen van een ongebruikte
ALR-veiligheidsgordel.........132
Klantenservice................322
Klimaatregeling.............42, 317
Klimaatregeling,
handmatig.................42
Klok......................285
Klok instellen................285
Knipperlichten,
richtingaanwijzer.......38, 75, 137
waarschuwingsknipperlichten. . . .186
Koelsysteem.................240
Koelsysteem,
controle.................240
inhoud koelvloeistofreservoir.....272
keuze van de koelvloeistof
(antivries).............272, 273
Koolstofmonoxide, waarschuwing. . . .134
Koplampen................36, 37
341