Page 121 of 267

Verlichting119VerlichtingRijverlichting.............................. 119
Lichtschakelaar .......................119
Automatische verlichting .........120
Groot licht ................................ 120
Grootlicht-assistent ..................121
Lichtsignaal ............................. 121
Koplampverstelling ..................122
Koplampinstelling in het buitenland ............................... 122
Dagrijlicht ................................. 123
Adaptief rijlicht (AFL) ...............123
Alarmknipperlichten .................126
Richtingaanwijzers ..................126
Mistlampen voor ......................126
Mistachterlicht ......................... 127
Achteruitrijlichten .....................127
Beslagen lampglazen ..............127
Binnenverlichting .......................127
Regelbare instrumentenverlichting .........127
Leeslampen ............................. 128
Verlichting handschoenenkastje ..............128
Verlichting zonneklep ..............128Verlichtingsfuncties ....................129
Instapverlichting ......................129
Uitstapverlichting .....................129
Ontlaadbeveiliging accu ..........130Rijverlichting
Lichtschakelaar
Lichtschakelaar draaien:
m:verlichting uit8:zijmarkeringslichten9:dimlicht
Controlelampje 8 3 98.
Page 129 of 267
Verlichting127Mistachterlicht
Om in te schakelen ø indrukken.
Lichtschakelaar in stand AUTO: bij
het inschakelen van het mistachter‐
licht worden de koplampen automa‐
tisch ingeschakeld.
Lichtschakelaar in stand 8: mistach‐
terlicht kan alleen in combinatie met
voorste mistlampen worden inge‐
schakeld.
Achteruitrijlichten Het achteruitrijlicht gaat branden
wanneer het contact aanstaat en de
auto in de achteruitversnelling staat.
Beslagen lampglazen
De binnenkant van de lampglazen
kan bij koud en vochtig weer, bij
hevige regen of na een wasbeurt
korte tijd beslaan. De condens
verdwijnt vanzelf. Om dit te bespoe‐
digen kunt u de koplampen inschake‐ len.Binnenverlichting
Regelbare
instrumentenverlichting
Wanneer de rijverlichting aanstaat,
kunt u de lichtsterkte van de volgende lampen regelen:
● instrumentenverlichting
● stuurbedieningsknoppen
Draai aan het kartelwiel A en houd dit
vast tot de gewenste lichtsterkte is bereikt.
Page 262 of 267

260TrefwoordenlijstAAan/Uit-knop ............................... 141
Aanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen ..............233, 238
Aanduidingen op banden ..........209
Aanhanger trekken ....................185
Accessoires en modificaties van auto ........................................ 190
Accu ........................................... 195
Achterlichten .............................. 200
Achterruitverwarming ................... 36
Achteruitkijkcamera ...................169
Achteruitrijlichten .......................127
Adaptief rijlicht (AFL) .................123
Adaptive Forward Lighting ...........98
AdBlue .................................. 97, 149
Afmetingen auto ........................245
Airbag deactiveren ....................... 52
Airbag-deactivering ...................... 95
Airbag en gordelspanners ...........94
Airbaglabel.................................... 47
Airbagsysteem ............................. 47
Airconditioning ........................... 132
Airconditioning regelmatig aanzetten ............................... 137
Alarmknipperlichten ...................126
Algemene informatie .................. 184
Algemene richtlijnen voor het rijden ....................................... 140
Andere auto slepen ...................227Antiblokkeersysteem .................157
Antiblokkeersysteem (ABS) .........96
Autogegevens ............................ 238
Autokrik....................................... 208 Automatische dimfunctie .............34
Automatische verlichting ............ 120
Automatische versnellingsbak ...152
Automatisch vergrendelen ...........28
Auto ontgrendelen .........................6
Auto slepen ................................ 226
Auto stallen ................................. 190
Autostop ..................................... 145
B Bagageruimte ........................ 29, 71
Bagageruimte-afdekking .............73
Bandenreparatieset ...................217
Bandenspanning .......................210
Bandenspanningscontrolesys‐ teem .................................. 97, 211
Bandenspanningswaarden ........247
Batterijspanning .........................107
Bedieningsorganen ......................78
Bekerhouders .............................. 59
Bekleding .................................... 230
Beladingsinformatie .....................75
Beslagen lampglazen ................127
Bestuurdersondersteuningssys‐ temen ...................................... 161
Beveiliging van de auto ................30